22 Juli Maandag 1912. Gemeentebestuur. Feuilleton. Kromme Wegen. TelÉiii ui sijpaiis. 50e Jaargang. No. 171. Bbontiortisnts-Bduerfenfiën op zeer uoordseiige ooortvaardert Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers S cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE jR.( Kleine Markt 58. Verschijnt dagelijks, uitg@z©ïid«rd op Zon- en Feestdagen, ADVERTENTiÊN van 14 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Oroote [etters en clichés naar plaatsruimte. MILITIE. Oproeping van Verlofgangers tolden werkelijken dienst. De Buigemeester van Vlissinger. gezien de c rculaire van den Com missaris der Koningin in ditjewest van den 5 Maart 1912, A No. 970, 3e Afdetling M Roept bij deze op tot den werke lijken dienst: de ondervolgende in deze gemeente wonende verlofgangers van de lichtingen 1904, 1905, 1906, 1907 en 1910. Van het 3a regimen! Vesting-Ar tillerie van Weel, Henri Marie, lote- iing der gem. Qorinchem, lichting 1907. Dag en plaats van opkomst 5 Augustus 1912, Qorinchem. Van het korps Pantserfort-Artillerie de Kat, Kleis Bastiaan, loteting der gem. Vlissingen, lichting 1905. Dag en plaats van opkomst 5 Augustus 1912, Hoek van Holland. Van het korps Torpeaistan Be- suijen, Simon. Meermal, Jakobus. Schroevers, Henri Pieter, lotelingen der gemeente Vlissingen, lichting 1910. Dag en plaats van opkomst 12 Augustus 1912, Fort de Ruyter, Van het 4; regiment Vesting-Artil lerie: van Hoeydonk, Ar.tonius Wil helmus, loteling der gem. Bergen op Zoom, lichting 1907. Dag en plaats van opkomst19 Augu tus 1912, Willemstad. Van het 61e regiment Infanterie Schatloo, Willem, loteling der gem. Dordrecht en Scheerder, Antonius Cornelius, loteling der gem. Rotter dam, lichting 1905Stok, Dirk, lote ling der gem. Rotterdam, en Cremers, Aloertus Antonius, ioteling der gem. Dordrecht, lichting 1906. Dag en plaats van opkomst 27 Augustus 1912, Breda. Van het 8ste regiment Infanterie Ochse, Johann, loteling der gem. Arnhem, lichting 1905. Dag en plaats van opkomst 27 Augustus 1912, Arnhem. Van het 11de regiment Infanterie Horstink, Bernardus Stephanus, lote ling der gem. Voorst, lichting 1906. Dag en plaats van opkomst 27 Augustus 1912, Nijmegen. Van het 3de Regiment Infanterie van Belzen, Cotnelis, loteling der gem. Arnemuiden, lichting# 1905, Versluys, Jacobus |ohannes, loteling der gem. Veere, lichting 1906. Dag en plaats van opkomst27 Augustus 1912, Middelburg. Stokx, Pieter, lote ling der gem, Ovezand, lichting 1904, Waltz, Johannes Wilhelm, van der Hof, Hendrik. Wijkhuizen, Johannes Marinus. Fliers, Izaak. Moeliker, Christiaan. Suurmond, Jan. Nobels, o— 35.) Daarom scheen het hem een eer loos verraad te zijn, Peiser's gastvrij heid op dergelijke wijze te beloonen. Maar Esther beminde deze hem dan Waiewski hoopte hef. Hij had aan haar blozen, wanneer hij binnenkwam, aan hare treurigheid, wanneer hij wegg:ng, aan hare levendige belang, stelling in hunne gesprekken wel gezien, dat hij haar niet geheel on verschillig was. Maar als hij haar thans zijne liefde bekende, vergreep hij zich dan niet aan de liefelijkste vrouw, die hem het lot tot nog toe deed ontmoeten? Hy verstoorde ten minste haren zieievrede, bracht haar, indien zij hem eveneens ernstig beminde, in twee strijd met zichzelve, haar godsdienst, «aar vader. Daniel Constantijn.Poersiamper, Louis Jacobus. Duijvekot, Filippus.de Voogd Cornelis. Schenkel, Pieter. Heuseveldt, Marinus. Roslse, Willem, van de Velde, FrarQ is. Antheunissen, Christiaan Hendrik, de Konink, Willem Pieter. Weijermans, Jan. Hest, Cornelis. van Bel, Evert. Corveieijn, Franciscus Jo- hannis Adrianus, lotelingen der gem. Vlissingen, lichting 1905. Dag en plaats van opkomst: 27 Augustus 1912, Vlissingen. Van de Kop, Wil lem. Weyermans, Pieter. Goote, Wil'em. Jiileba, Frederik Hendrik. Janse, Jozias. Brasser, Pieter. dejongh Gerardus Johannes, de Vlieger, Johan nes. van Dam, Uilke. Vader, Hendrik. Struyk, Oij3berlus Antonis, de Ruijter, Hubrech». Arents, Abraham, de Beer, Cornelis. de Ruijter, Jacobus Henricus Josephus. Smallegange, Teunis Mari nus. van de Vrie, Johannes P.rilippus. Kuzee, Jan, lotelingen der gem. Vlis singen, lichting 1906. van Liere, Pie ter, loteling der gem. Wissenkerke, lichting 1906, Vreeke, Karei Benja min Lodewijk. loteling der gem. O. en West-Souburg, ichting 1906. Dag en plaats van opkomst 27 Augustus 1912, Vlissingen. Van het Regiment Grenadiers en lagersBroer, Dirk Marinus, loteling der gem. Hontenisse, lichting 1905, Naerebout, Cornelis, loteling dei gem. Vlissingen, lichting 1906, Kooper. Fre derik, Karei, de jager, Leendert. lote lingen der gem. 's Gravenhage, lich ting 1906. Dag en plaats van opkomst: 27 Augus us 1912, 's Gravenhage. GELAST: den voormelden verlofgangers zich, te dien einde, voorzien van hunne kiee- ding en voorwerpen van uitrusting, alsmede van hun verlofpas, eik op den voor hem bepaalden datum, rechtstreeks bij hun korps aan te melden, en wel zij die in de plaats van opkomst woonachtig zijn, uiter lijk te 8 uur voormiddags. Zij die woonachtig zijn binnen 20 K. M. van de piaats van opkomst op den dag voor de opkomst bepaald, uiter lijk te 10 uur v.m. Da overige ver lofgangers zuilen zich voor zooveel zij binnen het rijk gevestigd zijn, op den dag voor de opkomst bepaald met het eerst vertrekkende openbaar middel van versneld vervoer van hunne woonplaats of naaste station, naar de plaats van opkomst moeten begeven en voor zooveel zij buiten het rijk gevestigd zijn zich op dien dag vóór 4 uur bij hun korps moeten aanmelden. En geeft kennis dat, voor het geval zij door ziekie of andere redenen buiten staat moch ten zijn cm op te komen, zij daar van kunnen doen blijken, door op den dag voor de opkomst bepaald, een op ongezegeld papier geschreven geneeskundig getuigschrift of een NeenNeen 1 Nooit zou een woord van liefde tot Esther door hem gesproken worden, dat beloofle hij zich plechtig. Hij wilde deze liefde in zijn borst ver bergen ais een dierbaar geheim, hij wilde alle gevoelens onderdrukken en een gelijke zelfbeheersching ioo- nen, als waartoe hem de bittere ernst dis levens reeds zoo dikwijls ge dwongen had. Deze ernst was hem nu genaderd, strenger dan ooit. Hij wilde bij de eerste gunstige gelegenheid het huis van Peiser verlaten. Misschien gelukte het hem later eens, wanneer andere omstandigheden het mogelijk maak ten, Esther nader te komen, nu scheen hem de gedachte daaraan zoo avon tuurlijk, als zijn geheeie bestaan zelf. Terwijl hij zich nog met deze ge dachten, die hem ten minsts voor een korten tijd zijne positie als vluch teling deden vergeten, bezig hield, werd hij op een harde proef gesteid, doordat Baruch hem bij Ce bewuste- looze Esther kwam roepen. Inder daad was Waiewski eerst door schrik als verlamd, toen Baruch hem in zijn angst mededeelde dat Esther dood TELEFOONNUMMER 10. ander bewijs cf verklaring ter gemeente-secretarie (bureau militie) over te leggen, zullende de zie ken, die niet op den bepaalden tijd onder de wapenen komen, te dezer zake niet voor diiigeiit worden ge houden, maar verplicht zijn, zich na hunne herstelling bij hun korps te vervoegen, teneinde daarbij in den wapenhandel te worden geoefend, wordende zij voor zooveel noodig, er op gewezen, dat zoo zij in gebreke blijven aan deze oproeping te vol doen, zij volgens art. 98 der militie- wet, als deserteur zullen worden be handeld. Vlissingen, den 20 Juli 1912. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Vrijgezellen zijn nu ja menschen van gelijke beweging ais anderen; maar het staat toch vast dat zij, zoo goed ais de ongehuwde vrouwen, in een eenigszins bijzonderen toestand verkeeren en dat die bijzóndere toe stand slechter is dan die der onge huwde vrouw, omdat zij uiteraard de ongeriefelijkheden van het natuur lijke, het gehuwfe leven, zwaarder moeten gevoelen. Zij kunnen zich zeif minder helpen. Het is niet tegen ta spreken, dat dit onderwerp in onzen tijd in belang begint te winnen, want vrij algemeen heeft het huwelijk de strekking om af te nemen in zijn ïieteekenls van algemeen maatschappelijk gebruik. De levenswijze onzer dagen zal daar aan wel de meeste schuid hebben, maar wij gelooven niet dat.de men schen er over 't algemeen gelukkiger door worden, hun leven er aangenamer door wordt gemaakt en wij zijn bovendien overtuigd dat de eigenaar dige bezwaren, aan het ongehuwde leven verbonden, bij den man vooral, op later leeftijd zwaar gaan drukken. Het is hier de plaats niet om nog eens in het brtele uiteen te zetten, dat het huwelijk altijd de bests ver houding tusschen de verschillende geslachten is en het gezinsleven veel meer voordeelen dan het ongehuwde leven aanbiedt Is dit zoo, en wij gelooven dat men het niet op zedelijke gronden zal kunnen tegenspreken, dan moet het toenemen van den ongehuwden staat door alle gepaste middelen worden tegengegaan. Wij spreken van .gepaste" middelen tn hebben geens zins zulke zotte middelen op het oog, als men fc>. v. in Frankrijk schijnt te willen aanwenden, en die op zich zelf niets nieuws bevatten, zooals premies op het huwelijk of op het aantal kinderen en andere voordeelen van dien aard. Er is eigenlijk maar was. Toch was hij naar beneden ge sneld, had de bewustelooze opge heven, en terwijl hij haar in zijne armen hield, kostte het hem groote moeite niet alles te vergeten, van wat hij zichzelf had voorgenomen te yer- geten, zoowel de tegenwoordigheid van Baruch ah de onmacht van Es ther. Zoovee! zelfbeheersching echter had hij niet, om rustig te schijnen, toen Esther weer tot bewustzijn kwam. Hij gevoelde het, dat zij uit zijne onvaste stem, dat zij uit den toon zijner vragen de levendige belang stelling, die hij voor haar ondervond, zou bemerken. Dit gaf hem een ge voel van onzekerheid, en daarom ook had hij zich zoo spoedig verwijderd, toen hij bemerkte, dat Esther zich door zijne tegenwoordigheid bevangen gevoelde. Welken s'o'm had hij te bedwin gen, toen hij zich weder alleen in zyn kamer bevond, welke hem nu te meer als eene gevangeniscel voorkwam. Tot zelfs in den slaap vervolgde hem deze eigenaardige samenkomst met het meisje, dat een zoo diepen in druk op zijn hart gemaakt had. De volgende morgen bracht hem éen geschikt middelvereenvoudiging van zeden, gepaard met verhooging der maaischappelyke welvaart. Dat is ten minste geen paardenmiddel, maar een geheel natuurlijk middel, iangs verschillende wegen te bereiken en waartoe ieder kan medewerken. Te meer behoort dit ons aller streven te zyn, omdat de industrie onzer dagen zich op eik verschil, goad of kwaad, werpt om er munt uit te slaan. Men moet bet, zegt men, den ongehuwden jongelui zoo sma- kelyk mogelijk maken, opdat ze zich meer thuis gevoelen in hun vrijgezel len staat. Flinke werklui, lagere amb tenaren en bedienden, al hebben ze het niet zoo breed, trouwen gewoon lijk toch. Maar nu is de redeneering deze laat ons het hun een beetje smakelijk maken, dan zuilen ze niet trouwen en dan is er nog wat aan hen te verdienen Zoo lazen wy oniangs, dat er te Rotterdam een pension opgericht is voor jonggezellen, di: een redeiyken pensionsprijs kunnen betalen. Aan het hoofd van die inrichting moet een beschaafde vrouw van leefsyd slaan, die voor de heeren zorgt alsof ze haar eigen kinderen waren en het hun zoo aangenaam en geriefelijk mogelijk maakt evenals of ze thuis waren. De heeren behoeven zich dan niet druk te maken over al de zorg en moeiten van het gezinsverbondenze kunnen het gerinsleven we! missen. Ze denken het ten minste Ja, mis schien uit een oogpunt van eten, drinken, linnengoed, persoonlijke vrij- liëid, enz., enz. Maar ze zuilen toen altijd halve menschen blijven, die in hun halfheid langzamerhand aftakelen, zich opsl'uiten in zich zeif, zelfzuchtig v/orden en alle levensfrischheid ver liezen. Het is nog vrij wat beter, wan neer de moeiten en zorgen van het leven ons leeren leven, wanneer een ander karakter en andere denkbeelden op ons inwerken, waaneer een jon ger geslacht ons ondanks ons zeiven voor inslapen behoedt en ons mee voert in de richting van ontwikkeling en vooruitgang. Daarom achten wij die nieuwe in dustrie gevaarlyk en hopen dal ze zich niet moge uitbreiden. Trouwens, men kan het den men schen nog niet kwaiijk nemen, wan neer ze een fatsoenlijk middel aan grijpen om wat te verdienen, dat zich toevallig voordoet. Maar wat te denken van een bui- tenlandsche gemeente (het is Char- lotienburg), waar de gemeente zelve sedert een paar jaren begonnen is, met zich het lot aan te trekken van minvermogende jonggezellen De beaoeiing moet daar, volgens heiTydschrift voor gemeente-belangen, geweest zyn om te trachten de viaag op te lossen, hoe men op zuiver weliswaar geen rust, maar althans eerjg meerder zelfvertrouwen. Hy trachtte zichzelven te overreden, dat het hem gemakkelyk zou vallen zyne gevoelens te verbergen, nu hy de groote proef van gisteren zoo glans- ryk had doorstaan. Hy had de vaste overtuiging, dat thans hem niets meer zijne gelijkmoedigheid tegenover Es ther zou kunnen doen verliezen. Weder zag hij Peiser reeds vroeg in den morgen wegryden en van Ba ruch, die later naar boven sluipen kwam, vernam hy, dat de heer des huizes tot aan den avond zou weg- biyven, en dat Esther zich beter ge voelde. Hy benydde schier den on gelukkige, om het recht, dat hy had, bestendig in Esther's nabyheid te zyn, met haar te spreken, wanneer hy dit wenschte, haar op te zoeken, zoodra hij daartoe lust gevoelde. Hij ver zocht Baruch in den loop van den dag nog eens boven te komen, om hem te zeggen, hoe Esther zich be vond, wat deze ook grynzend be loofde, om zich daarop dadelyk naar Esther te spoeden, teneinde haar me de te deelen wat de vreemdeling hem opgedragen had.. econontischen grondslag, aan minver mogende ongehuwde mannen, wo ning zou kunnen verschaffen Daar om heeft de gemeente een Tehuis opgericht, waarin de maandelijksche huurprijzen varieëren tusschen 7 en 12 mark, hetgeen niet hooger is dan men gewoon is in de betere slaap steden te belaien. Dit staat natuurlijk geheel buiten kostmaar in het ge bouw zeif is een gaarkeuken geves tigd, terwijl men er ook een volks leeszaal en andere gewenschte inrich tingen vindt. De minvermogende jong gezel of liever ongehuwde man, kan er dus goed wonen en op zich zelf is dit een zeer gewenschte zaak, want van het houden van onvermogende of minvermogende commensalen, een industrie die op vrij groote schaal gedreven wordt, soms om een geheel gezin dm mond open te houden, weten wij alles. Van een eenigszins dragelyk, gezond, zindelijk en vrij verblyf is maar ai te weinig sprake en te Charlottenburg heeft men juist op de gezondheid in de eeiste plaats gelet. Het Tehuis is dus een soort van philantropische instelling en het is geen wonder dat er veel gebruik van wordt gemaakt. De inrichting moet van dien aard wezen, dat de gemeente, waf de kosten be reft, er tech niet te kort aan komt. Maar het huvveiyk, als maaischap pelyke instelling, dat wordt er toch zeker niet door bevorderd. Integen deel is het te verwachten, dat, hoe meer er gedaan wordt om den jong- gelieden hun halfslachtige positie te aoen vergeten, hoe minder geneigd heid ze betoonen zullen om de zorg voor een gezin op zich te nemen. Zij moeten vreezen, in dat gezin minder ie zullen kunnen voldoen aan a! de eischen en gemakken en aan al de betrekkelijke weelde, die de nieu were tyd aan het jonggezellenleven verbindtzy moeten ook vreezen niet te zullen kunnen voldoen aan de hooge eischen die het moderne hu welijksleven stelt. Ze hebben het nu ten minste redelyk goed en nog ai gemakkelyk en het is licht te begry- pen dat zulke ideeën in de hand ge werkt worden door het voortdurend samenzyn ten samenpraten van onge huwde mannen in dezelfde omgeving, die opzeitelyk voor hen zoo com fortabel mogeiyk gemaakt is. Naar onze meening kan noch het belang der maatschappij, noch dat van den slaat, noch dat van de be trokken personen zelf, gediend wezen door stichtingen als door ons thans besproken zyn en is het op zijn minst genomen zonderling en zeer zeker niet navolgenswaardig, dat de ge meente alzoo direct tegen deze belan gen inwerkt. Hoe goed het doel in andere opzichten ook wezen moge, dit hoofdbezwaar is nimmer weg te nemen. Den half krankzinnige scheen het een bijzonder genoegen te doen, voortdurend met boodschapjes tus schen Esther en Waiewski van bene den naar boven en terug te loopen. Zyne laatste mededeeling „was zoo verward geweest, dat Waiewski be sloot zeif Esther op te zoeken. Esther scheen door zyn bezoek meer verrast dan ooit. Zij stond op en reikte hem aarzelend de hand toen Waiewski haar de zyne toestak. Wa iewski verontschuldigde zyn bezoek met den wensch, zich van haren wel stand te overtuigen en daar Esther niet kon nalaten hem te zeggen, dat zij hem voor zyne belangstelling dankbaar was, ontnam hy aan deze betuiging de vryheid zyn bezoek te mogen verlengen. Baruch scheen zyn doel bereikt te hebben, toen hij bei der. byeen gebracht had, want nu verdween hy uit de kamer, om door zyn plotseling opduiken in de gelag kamer en de keuken den meiden een doodeliijken schMk aan te jagen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1