Woensdag 12 Juni Feuilleton. Kromme Wejen. No. 137. 50e Jaargang. 1912. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op 2on- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. Abonnements-Bdoertenfiën op zeer ooordeelige voorwaarden BINNENLAND. 1.) Land- en Tuinbouw. VLIS Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. COURANT. ADVERTENT1ÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Minister Talma en de Radenwet. Uit zeer betrouwbare bron verne men wij, dat de minister niet bereid is de Radenwet in ts trekken. Een besluit der Kamer dat hem daartoe zou nopen, of eventueel devetwerping der Radenwet, zoude zijn aftreden ten gevolge hebben, terwijl er kans beslaat, dat het geheeie Kabinet in dat geval zou aftreden. De geheeie linkerzijde van den heer jhr. mr. van Karnebeek tot den heer Duys, is intusschen van p an voor de ingrijpende amendementen van den heer Lohman, waardoor de Radenwet vervallen moet, te stemmen, mede de Christelijk-historischen en eenige Katholieken zullen den heer Lohman steunen, terwijl zelf dr. Kuyper op dit oogenblik geneigd is de aanneming van de amendementen van den Goeschen afgevaardigde te bevorderen. In parlementaire kringen verwacht men nog deze week een beslissing. („Vad.") De Regeering en de Ziektewet. Naar het „Nieuwsblad voor Neder land" van betrouwbare zijde zegt te vernemen, zou hel bij het ministerie reeds vaststaan, dat indien de Ziek tewet niet wordt aangenomen niet alleen minister Talma, doch het geheeie kabinet zal aftreden. Dan zal, gaat het blad voort, gestreefd worden naar een zaken-ministerie met minister Heemskerk aan het hoofd, dat, hoe de uitslag der algemeene verkiezingen in 1913 ook moge zijn, in ieder geval de portefeuille weer ter beschikking van de Koningin zal stellen. De »Ned." teekenl hierbij het vol gende aan: Tot dergelijke berichten geeft de politieke toestand van het oogenblik wellicht eenige aanleiding. Men zal er nog wel meer verzinnen. 0 Dultschland en de toost der Koningin. In het „Berl. Tagebl." schrijft Theod. Wolff oyer: „De stem van het bloed." Hij doet uitkomen dat men de woorden van de Koningin niet al te zwaar moet laten wegen. Wie gezien heeft, hoe Parijs vorsten weet te ontvangen, verwondert zich niet, dat de aldus gerecipieerden in een lichten roes geraken. Monarchale families hebben in de aderen allerlei bloed. Zij zijn internationaler dan de sociaal- democratiemaar wij meenden dan t)ch, dat de Koningin veel Duitsch bloed heeft, naar het in het Wilhelmus van Nassaue heet. Wel licht heeft bij deze toosten een lichte ontstemming meegewerkt. Niet dal men in Nederland waarde hechten —O— Ongeveer vier mijlen van de Rus sische grenzen ligt de stad N.- Bij den Oostelijken uitgang van die stad stond in het jaar 1862 een eenzaam huis, omstreeks twintig meters van den straatweg verwijderd. Het was een langhouten gebouw met een stroodak. Dit huis leek wel op weg om ir. den grond te verzinken. Dit was echter niet anders dan schijn, ontstaan doordat bij den aanleg van den straatweg de omgeving van hef huis bestendig was opgehoogd, zoo dat de vensters ter rechter- en linker zijde van de huisdeur zich thans op gelijke hoogte met den weg bevonden. Boven de huisdeur was een uithang bord aangebracht, waarop de reiziger zien kon, dat hier de herbergier en logementhouder Aaron Peiser woonde. Vdor het huis stonden bovendien een zou aan de al-Duitsche praatjes, maar wellicht is er iets niet geheel in orde tusschen de regeeringen. Hebben de Rijntollen ontstemming veroorzaakt of ontbreekt er iets aan de zieleharmonie tusschen de hoven Th. W. herinnert aan de omstandig heid, dat het incident van Agadlr juist piaals had in den tijd van Fall, es' bezoek. Daardoor was de stemming bedorven geweest. Het is mogelijk dat de gastvrouw van verle den jaar dat nog niet vergeten had. Met Nederland vereenigt het Duit- sche volk een hartelijke sympathie. De eerlijk op achting berustende vriendschap kan noch door eeniger- mate overdreven hoffelijkheden, noch door het geschreeuw der lieden met een groolen mond, noch door diplomatieke vergissingen geschokt worden. Bij ons hadden de toosten der Koningin ietwat vreemd getroffen en de pers had zich moeten baasten met de verzekering dat dit geen invloed op de priitiek zou hebben. De heele loop der zaak herinnert hit blad aan kleine ontsporingen van Keizer Wilhelm. In dezelfde seconde toen Koningin Wilhelmina zich op het Fransche bloed beroemde, heeft de stem van haar bloed t:gen haar eigen woorden getuigd. Toen zij zich naar anderen toewendde bewees zij, hoezeer zij bij ons behoort. Toen zij impulsief, zij het zonder het te willen er naast greep, bewees zij dat niet alleen de naam op verwantschap met Keizer Wilhelm wijst. Vrijz.- democratische Raadsleden. Onder voorzitterschap van mr. S. J. L. van Aalten uit Rotterdam werd in een der zalen van „In den Vergul den Turk" te Leiden de algemeene vergadering gehouden von de Vereeni- ging van Vrijzinnig-democratische Raadsleden in Nederland op Zaterdag avond ter behandeling van huishou delijke zaken en op Zondagvoormid dag, waarin verschillende sprekers hei woord voerden. Prof. Drucker, lid der Tweede Kamer, sprak over „de taak der gemeente ten aanzien van bureau's van rechtshulp", waarbij hij vooral wees op de groote beteekenis uit stoffelijk en zedelijk oogpunt van behoorlijke rechtshulp voor or.- en minvermogenden. Door de heeren Van der Eist te Leiden, Van Hasselt te Utrecht, Voorbrood te Arnhem, Ftyser le Zaan dam en mr. Van der Pot te Leiden werd daarover nog debat geleverd, terwijl de voorzitter hulde bracht aan den hier mr. Drucker voor diens heidue uiteenzelting. D". A. van Raalte uit Dordrecht sprak over de taak der gemeente ten groot aantal palen tot het vastbinden van paarden en ossen, zoomede een groot aantal kribben tor het voederen dezer dieren„en vooral op markten, die tweemaal per week plaats vonden, kwamen hier een groot aantal lieden met hunne wagens en hun vee bijeen, want Peiser had den naam den bes ten drank uit den geheeien omtrek te tappenbuitendien goid hij onder zijne bekenden voor een vertrouwd raadgever en helpet in allerlei moei lijke aangelegenheden, welke een boer of arbeider soms overkomen kunnen. Hij gaf rechtskundige raad, wist verschillende huismiddelen tegen ziekte aan te geven, en wat van niet minder beteekenis was, hij was steeds bereid zijne bekenden ook met geld uit de verlegenheid te helpen, indien hem slechts de nocdige zekerheid geboden werd. Echter mompelde men nu en dan dat het met zijne huip toch wei wat zonderling toeging. Wanneer een boer van Peiser de eerste leening bekomen had en als hypotheek op zijn grondbezit had doen inschrijven dan werd deze hypotheek allengs tot een invretenden kankernog aanzien van de controle op de levens middelen, en kwam tot de conclusie, dat het Rijk het ioezichl op eet- en drinkwaren in handen zal moeten nemen, waarbij roet plaatselijke toe standen rekening zal moeten worden gehouden. Hierover werd een warm debat gevoerd door de heeren Van der Eist en Syisma uit Leiden, Goedhart uit Arnhem, Kapinga uit Zwolle, Bregonje uit Haarlem en Van Aalten uit Rotterdam. Nadat de inleider dr. Van Raalte de verschillende spre kers uitvoerig had beantwoord, werd de openbare bijeenkomst gesloten en overgegaan tot een huishoudelgke zitting, waarin o.m. besloten werd rechtspersoonlijkheid voor de Vereeni- ging aan !e vragen. Michiel Adriaanszoon de Ruyter. Commissarissen van het de Ruy- terfonds voor de beoefening der Ge- schiedes is van het Nederlandsche Zeewezen deelen mede, dat de le vensbeschrijving van den Admiraal Michiel Adriaanszoon de Ruyter, waarvan de bewerking opgedragen werd aan dr. H. T. Colenbrander, in zoo ver gevorderd is, dal weldra met het drukken een aanvang zal kunnen worden gemaakt. De omvangrijke en lijdroovende nasporingen lieten niet toe dat de uitgave reeds eerder plaats kon heb ben, daar het toch noodzakelijk moet geacht worden, aan den bewerker tijd en gelegenheid te geven, die hij noodig acht om zijn omvangrijken arbeid te kur.ner. voltooit:,;. Ook de wijze waarop het werk van illustraiiën zal worden voorzien, beslaande uit reproducfiën van pren ten, kaarten, handschriflen, schilde rijen e.a. zaken vervaardigd in den tijd van De Ruyter, vereischt een grondig onderzoek. Deze illustraiiën moeten toch aan den tekst als do cument toegevoegd worden, en het maken eener keuze uit de (alrijke heinde en ver verspreide stukken is een arbeid, die zeer veel tijd en zorg vereischt. Deze verschillende werkzaamheden vorderen echter naar het genoegen van commissarissen, zoodat het ver schijnen van een werk van omvang en beteekenis in het vooruitzicht kan gesteld worden. Loterijen. De minister van justitie heeft een schrijven gericht tot de procureurs generaal bij de gerechtshoven waarin de aandacht dier ambtenaren er op wordt gevestigd dat hei toenemend aantal verzoeken om Koninklijke toestemming tot het aanleggen en houden eener loterij een strengere gedragslijn dan tot dusverre gevolgd wordt, tegenover dergelijke verzoek- vóor de boer er erg in had, werd door deze eerst zoo kleine hypotheek ten slotte zijn geheeie grondeigen dom verzwolgen en op een hoeden dag was hij niet meer bezitter, maar door Peiser aangesteld pachter van zijn vroeger eigendom. De schemering van den herfstavond is reeds vroeg aangebroken. In de groote gelagkamer van Peiser's her berg is het bijna donker. Aan het venster zit een dienstmeisje in hoerendracht en naast de groote kachel zitten twee mannen, die blijk baar iemand wachten en zich op fluisterenden loon met elkander on derhouden. De éene draagt eene mi litaire beenbekleeding en het buis der bergbewoners met zes rijen zwarte hoornen knoopen, de andere is als stedeling gekleed en hit opmerkelijk ste deel zijner kleeding is een lange blauwe jas. Hé, Marianneroept de bergman het in de schemering half inge sluimerde meisje toe. Denkt ge, dat Peiser spoedig thuis zal komen In weet hei nietHij is heden morgen vroeg uitgereden en hoopte hedenmiddag weer thuis te zijn 1 schriften noodzakelijk maakt. Vooral waar meer en meer toestemming wordt verzocht tot het aanleggen van loterijen van grooter omvang, zou het gevaar ontstaan, dat in strijd met de bedoeling derLoterijwet 1908 ook deze Koninklijk goedgekeurde loterijen de speelzucht zouden op wekken en het exploiteeren van lote rijen tot een bedrijf zou worden ge maakt. Teneinde dit tegen te gaan, zal de minister van justitie, tenzij in gevallen van zeer bijzonderen aard, zijn medewerking niet meer verlee- nen tot het verkrijgen van de Ko ninklijke toestemming van loterijen, welke uit meer dan 25000 aandeelen zouden bestaan, en zullen voortaan de gezamenlijke wederverkoopers van loten nimmer meer dan 12 pC*. pro visie mogen ontvangen. Zpo dit nog niet is geschied, dan kunnen nu de perken worden gevuld zoowel met warme als koude plan ten. Verbena, H-liothroop, Dahlia, Zonale en Canna late men in de potten. Andere, tot nu toe in kleinere potjes, plaatst men in den vollen grond, waartoe men ze vooraf goed nat maakt opdat ze minder lijden, terwijl ook de grond, waarin ze ko men te staan, flink nat moet zijn. Da perk-aarde moet natuurlijk vruchtbaar wezen, hetzij door toegepaste bemes ting of doordat goede grond is op gebracht, bijv. oude verteerde blad- aarde met verteerde paarden of oude koemest vermengd. Wie van mozaïk- perken houdt, kan daar'oe gebruiken o.m.Coleus Verschaffelti, Aiternan- thera, Archirantus, Lobelia, Echivera, Kleinia, enz., welke alk in den vol len grond komen. Dit laatste is ook het geval met de Knolbrgonia's, die het liefst staan op een eenigszins be schaduwde plek. Voor hen, die niet weten, wat men onder mozaïk-perken verstaat, deelen wij mee, dat mozaïk- of kleurenperken bestaan uit piattfen, welke niet bloeien maar gewild zijn om de kleur der bladeren. Goed aangelegd, met oor deel en smaak, zijn ze zeer schoon en aantrekkelijk, en behouden hun schoonheid den geheeien zomer en nazomer door, ook wanneer de bloei ende planten door den regen zijn geteisterd. Allerlei kleuren treft men op de mozaïkperken aan, en hoewel men ze overigens naar verkiezing kan aanleggen, zij men er op bedacht dat iedere kleur goed uitkomt, bijv. rood bij geel of wit of blauw, en dat de rangschikking der planten zóo geschiede, dat het geheel goed ver deeld word*. Ook onze palmen mogen we nu, bij gunstig weer, naar buiten bren- Is de juffer thuis? Ja, die is in hare kamer Kunt ge haar niet vragen of de oude spoedig komt? Ik zal het probeerenantwoord de het meisje. Baruch, Baruchriep zij daarop luid, en uit den donkersten hoek der gelagkamer verhief zich een mis vormde gestalte, waarvan men nauwe lijks zeggen kon, of zij aan een grijsaard of aan een jongeling toebe hoorde. De figuur was niet uitge groeid, het hoofd zat zoo dicht op het bovenlichaam, dat de hals geheel scheen te ontbreken, en het gelaat met den scherp gekromden neus, de spiise, door warrig, vuil rood haar omgeven kin, had een beangstigenden indruk kunnen maken, indien men niet aan de strak starende wezeniooze oogen had kunnen zien met een idioot te doen te hebben. Hé, Baruch, kom eens hier! riep het meisje en de geroepene kwam nader, zoodat men zien kon, hoe buitengewoon lang zijn armen en handen waren, waarvan hij onop houdelijk de vingers bevoelde, alsof hij ze tellen wilde. gen. Daar ze in de kassen allicht zwarte plekken of andere onreinheden op de bladeren hebben gekregen, moet men deze terdege reinigen met een spons en afgieten. Op een gazon maken palmen een mooi effect. Voor keuze raadplege men een catalogus, men heeft verscheidene genoeg, als Arecasoorten, Livis tor.a, Chinensis, Ghameropse in soorten. Zij vragen echter een met zorg gekozen stand plaats zij mogen niet in de felle zon staan, houden zoo min mogelijk van den wind en bij voorkeur van een ietwat beschaduwd plekje. In deze maand kunnen we weer volop genieten van onzen in volllen bloei staande rozen, maar dienen we nauwlettend toe te zien op de kleine vijanden, die haar bedreigen, op luis en rups. De laatste vooral, als ze niet wordt bestreden, kan in korten tijd ons heele perk, onzen ganschen rozenhof verwoesten, daar zij niet alleen de struiken kaalvreet, maar ouk de knoppen aantasl. Men dient zich daarom de moeite te getroosten de rupsen dagelijks weg te vangen. De luis kan men tegengaan door iederen dag de rozen flink te besproeien. Merkt men veel luis, dan besproeie men met een weinig tabakswater, echter niet op de geopende rozen. In dezen lijd kan het nog al eens noodig zijn dat we den gieter ter hand nemen. Met het gieten, hoe eenvoudig dit werk ook schijne, wordt nogal eens gezondigd. Men kan zoowel te veel als te weinig water geven, en men dient zich dus telkens te overtuigen of de plant werkelijk behoefte heefthoe harder zij groeit, des te meer vocht heeft zij noodig. Én dan is het niet onverschil lig hoe men giet. Planten in kuipen en potten begiele men niet met een pijpgieier, want dan komen er gaten en kuilen in de aarde, maar met een, die voorzien is van een sproei of broesniet alleen, dat de grond dan gelijk blijft, maar het water komt dan overal. Met een spreigieter kan men het best de niet-bloeiende planten b.dienen, w lke in den vrijen grond op perken staan, terwijl men op bloei ende planten wèl doet het water op de potten te gieten, opdat de bloemen niet hebben te lijden. '1 Gaat nu vaak moeilijk het ge zaaide boven den grond, en wat er op staat aan den groei te krijgen. Wil men wortelen en sla den geheeien zomer door in zijn tuin hebben, dan moeten ze gedurig gezaaid en geplant worden. Kropsla behoeft nu niet be paald verplant te worden. Is de tuin gelegen op hoogen lichten grond, dan spitte men dezen flink om, make hem nat, en late hem een dag liggen, op dat het vocht goed doortrekke. Na het zaaien bedekke men den grond met een mat om uitdroging te voor- Negen, elf, mompelde hij daarbij en keek dan weder vol vertwijfeling naar zijn handen. Ga eens naar juffrouw Esther en vraag haar of zij weet, wanneer de meester thuis komt! Naar juffrouw Esther, herhaalde Baruch, en zijn gelaat helderde op, toen hij dezen naam hoorde, ja, ja, Esther is goed voor den armen Ba ruch. Negen, elf, negen, elf. Hij telde opnieuw zijn vingers. Heidaar, roodkop, voegde de bergman er bij, zeg aan de juffrouw dat, als de oude niet spoedig thuis komt, wij haar zelf spreken moeten. Maak dat ge wegkomt! Ga, Baruch, en doe uw bood schap goed! herhaalde het meisje, en Baruch verdween door een deur in de achterzijde der kamer, die naar de huisvertrekken voerde. Zou hij nu weten, wat hij zeg gen moet? vroeg de bergman. O, ja antwoordde Marianne, hij is wel niet helder bij het hoofd, maar zoover reikt zijn verstand wei, dat hij dergelijke kleine boodschappen kan overbrengen! (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1