Zaterdag
I Juni
Feuilleton.
Haat en Smart.
50e Jaargang.
1912.
Verschijnt dagsüjks^ uitgezonderd op Zon- ®n Feestdagen.
Vlissingan en ds Schelde.
BINNENLAND.
No. 128
SCHE
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTLÊNvan 1—4 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote
'etters en clichés naar plaatsruimte.
TELEFOONNUMMER 10.
Hbonnements-fiduerfenfiën op zeer ooordeelige voorwaarden
(Ingezonden
ik kom van Vlissingen. Hoe Ik
weet het mij niet meer te heiinneren,
doch uit het navolgende zult ge zelf
kunnen opmaken of mij dat kwalijk
is te nemen of niet. Laat ik dus maar
in eens met de deur in huis vallen
en U vertellen, dat ik Michiel Adri-
aansz. de Ruijter persoonlijk heb ge
sproken Nu moet U weten, dat toen
ik onzen zeeheld op den Zeeboulevard
in zijn bronzen kleedij zag staan, zoo
louter uit de grap tegen hem zeg
„Dag, Michiel I Dag, brave Holiand-
sche kerel I Hoe maak je het Zeker
niet al te best, want je ziet er net
uit als iemand, die ze van den toren
naar beneden hebben gehaald en
voor die overtreding een proces-ver
baal heeft opgeloopen! Scheelt er
wat aan
Geen antwoord op mijne vragen
vol deelneming ontvangend, draai ik
hem onverschillig den rug toe. Doch
wie beschrijft mijne ontsteltenis toen
ik plotseling door een ijzeren greep
in mijn nek wordt gevat en iemand
met een stem als een klok achter mij
hoor zeggen„Blijf zoo staan 1 Kijk
recht vooruit en zie niet omHet
verleden ligt achter en de toekomt voor
jeLuister goed naar datgene wat ik
Michiel Adriaanszoon de Ruijter je te
zeggen heb. Daar ginds voor je. Dat
is de zee I Weet jij wat dat zeggen
wil
„Ja", stamel ik, bevend over al mijn
ledematen. Dat weet je niet, Iomperdl"
Ik herhaal, vervolgt Michiel dat is de
zee en dat is de mond van de Schelde.
Op die zee heb ik mijn Hollandsche
jongens geleerd, dat in haar boezem
de eeuwigdurende kracht èi grootheid
èn welvaart èn onafhankelijkheid van
Neerland schuilt. Welnu, die schepen,
welke daar op onze reede voor anker
Eggen, negeeren mij allen en mijn
geliefd Vlissingen daar zij allen
voor Antwerpen bestemd zijnHet
iaagwater en de mist belet hen echter
voor het oogenblik de reis voort te
zetten, zoodat zij zich soms dagen
lang genoodzaakt zien daar te blijven
liggen. De Schelde heeft daar echter
geen schuld aan 1 Maar waarom loopen
zij hier of de haven van Zeebrugge
dan nietjbinnen „durf ik te vragen.
Waarom ?4 „Omdat vernuftige men-
schen de schepen te groot of de
havens te klein en te ondiep hebben
gemaakt, opdat zij geen concurrentie
zullen aandoen aan Antwerpen of
Amsterdam."
„Maar Rotterdam dan", roep ik uit
„Rotterdam, Rotterdam daar heb ik
nooit van gehoord", is het antwoord,
„ik weet alieen dat wijlen onze stad
houder Frederik Hendrik vlamde op
het bezit van Antwerpen omdat, was
60.)
o-
Het was een drukte, zooals „Ho-
henfeis in geen tijden bad gezien en
die opwekkend scheen te werken op
alle bewoners van het slot.
Alleen op Constance niet. Haar
trotsche natuur gevoelde zich beiee-
digd door de kalme rust, waarmede
Gisbert dikwijls haar uitvallen beant
woordde. Zij trachtte hem te tarten,
hem te sarren, zij verlangde naa-het
oogenblik, waarop zij zou blijken de
meesteres te zijn. Doch zijn ernst
scheen onoverwinnelijk zijn zelfbe-
heersching eindeloos zijn wil altijd
sterker dan de hare.
Ook op den dag waarop het feest
zou gehouden worden, was het tot
sen heftig tooneel gekomen tusschen
de beide echtgenooten. .Constance
had de gansche bitterheid, die in
haar hart lag opgesloten, bot gevierd.
die stad eens aan het gebied onser
Zeven Provinciën toegevoegd en de
Schelde weder voor de scheepvaart
geopend, dan zouden naar men te
Amsterdam terecht vreesde, de gulden
jaren voor het Venetië van het Noor
den voorbij zijn en de handel zich
spoedig naar de zooveel gunstiger
gelegen Scheldestad verplaatsen. Oog
luikend liet men daarom te Amster
dam den uitvoer van oorlogsmateriëel
naar Antwerpen ter versterking dier
stad toe; waarover de Prins ten
hoogste verbolgen was en tegen den
Franschen gezant d'Estrades zeide,
dat bij Amsterdam wel klein zou
krijgen, als hij maar eenmaal Ant
werpen genomen had".
„En is dit gebeurd vroeg ik be
langstellend. „Wel, neen èn sinds
men mjj hier op dit voetsluk vastge
klonken heeft, zal dit ook wel nooit
gebeuren",vervolgde Michiel zuchtend
„Maar daar is een andere bood
schap" die ik je voor den opvolger
van Ffederik Hendrik en de hearen
in Amsterdam zal medegeven. Nu er
toch geen kans bestaat dat Antwerpen
aan de Zeven Provinciën zal komen.
Laten zij er dan voor zorgen dat
Vlissingen aan het vaderland komt.
Zeg hen, dat de haven hier thans te
kiem is voor mijn vloot en dat het
niet aangaat om de schepen in ver
houding tot de ruimte en den diep
gang van een haven te bouwen. Dat
de Schelde uit zee zoowel voor Vlis-
s ngen als Antwerpen bereikbaar is
èn dat ik hier niet langer voor Hai-
land dag en nacht over de Schelde
de wach! weasch te houden, als den
geestelijken vertegenwoordiger van
Holland's welvaart, glorie èn onaf
hankelijkheid èn zoo zij weigeren
aan mijn verzoek gevolg te geven,
dat zij mij dan een plaatsje geven
naast Naatje op den Dim want
Michiel Adriaansz. de Ruyter hoort
in een zeehavenstad e.n niet in een
visschersdorp thuis I versta je
En nu ingerukt, marschl Je weet de
boodschap. Zorg er voor dat Vlissin
gen aan het vaderland komt
Zoo snel als mijne beenen mij
konden dragen, ben ik naar U toe
gesneld, mynheer de redacteur, want
ik weet niet wat hij met het vader
land bedoelt 1
Beleefd verzoek ik U, Michiel de
Rcy.er te Vlissingen bericht van ont
vangst te melden en hem voorzichtig
mede te deelen, dat hij maar een
kleine 300 jaar ten achter is; dat de
zoon van F/ederik Hendrik inmiddels
verhuisd isdat de groote koopsteden
thans niets meer in de melk te brok
kelen hebben in 'sland's vergaderzalen
en dus van obstructie-politiek tegen
het algemeen belang geen sprake
meer kan zijn dat de admiraliteit bij
den nieuwen aanbouw van oorlogs
schepen rekening zal houden met de
En in haar onstuimigheid had zij
uitdrukkingen gebezigd, die Gisbert
krenkten tot diep in zijn ze'. Een
oogenöiik dreigde hij zijn zelfbs-
heersching te verliezen. Toorn klonk
uit zijn stem zijn stem beefde en
ook door Constance's ziel vloog,
toen zij den indruk van haar woorden
bemerkte, iets als een zachte klacht.
Doch de trotsche, op elkaar geklemde
lippen der schoone vrouw openden
zich niet om een verzoenend woord
te spreken. Hier stenden twee trot
sche naturen tegenover elkander, die
geen van belden wisten van toegeven
en tegemoet komen.
De barones ontvouwde ook heden
weer een bijna verblindend onde.-
houdstalentzij scheen te stralen van
genoegen, en niettemin was het haar
als hoorde zij door al hetfeestgejubel
een smartelijk zuchten.
„Ware Koert er niet, ik zou u de
vrijheid teruggeven", had hij haar
toegevoegd. Die woorden klonken
tusschen de tonen der muziek het
was alsof iemand haar die steeds in
het oor fluisterde. Waren deze woor
den niet een beleediging van haar
aanspraken en rechten Moest zij
kleinste zeehavens en sluizen en dat
ondergeteekende sinds zijne terug
komst uit Vlissingen alleen meer
wenscht te spreken tot iieden, die
aan hypnotisme, spiritisme en chris
tian science doen, omdat volgens zijn
zeggen deze thans de eenig practisch
ontwikkelde menschen zijn die ge-
looven, dat hij Michiel Adriaanz.
de Ruyter persoonlijk te Vlissingen
gehoord heeft.
Hoogachtend,
Jan-Pak aan,
Tweede Kamer.
Gisteren werd voortgezet de behan
deling der regeling van.de arbeiders-
ziekte verzekering.
De heer Schaper critiseerde 's rai-
n'sters regeling als slecht van opzet
en onvolledig. Hij vreesde een groote
bureaucratische rompslomp van de
Arbeids-raden en keurde af, dat de
verzekering niet omvat, het geven van
geneeskundige hu'p, in plaats van te
gaan in de richting van de motie-De
Kanter.
Ten gunste van da bijzo idere zie
kenkassen, oordeelde spreker, dat hei)
gezocht moet worden in de verbetering
van de openbare ziekenkas, door aan
arbeiders meer mede-zeggingschap te
geven. De heer Patijn, repliceerende,
handhaafde zijn bezwaren tegen 's
ministers werkwijze en tegen de ziekte
verzekering regeling. Hij hield vol dat
de minister door zijn werkwijze de
ouierdoms- en invaiiditeits-verz;ke-
ring onnoodlg vertraagt en hij criti
seerde dat de ziekte-wet v,kt voorziet
in geneeskundige behandeling.
Verder bepleitte hij het beheer der
ziektenkassen in handen te geven van
arbeiders. Spreker verklaarde voor
des heeren De Kante rs motie te zullen
stemmen. Hierna repliceerde de heer
Tydeman.
Grondwetsherziening-
Verschenen is het verslag der
Grondwetscommissie.
Daaruit blijkt dat bq de overwegin
gen der Commissie een voorname
plaats werd ingeruimd aan de bepa
lingen die de samenstelling en de
bevoegdheid van de vertegenwoordi
gende lichamen regelen.
Slechls éér stem verklaarde zich
voor behoud van het tegenwoordig
artikel 30. Des te sterker valt te be
treuren dat geen enkel wijziging-voor
stel er in geslaagd is eene meerder
heid op zich te vereenigen. Slechts
op een enkel punt ontmoetten nage
noeg alle voorstellen elkander: de
G ondwet behoort zeive de toekenning
van het kiesrecht te regelen. Slechts
een lid verdedigde het z.g. „blanco-
artikel". Hiermede hield echter de
overeenstemming op.
zich niet tot in haar binnenste ge
krenkt gevoelen Daar stond hij
in zijn ernstige, indrukwekkende
schoonheid en sprak zoo rustig over
politieke zaken, zoo geheel zich zelf
meester, als had hij geen oogenblik
gedacht aan hetgeen in zijn huis was
voorgevallen. Nauwelijks viel zijn
blik 'van tijd tot tijd op haar. Zij ge
voelde een wild verlangen, hem de
bewondering af te dwingen, die bij
haar ontzegde. Zij wilde hem tozroe-
pen „Schijnen andere vrouwen
naast mij geen ziellaoze wassenbeel
den Zie mij toch aan Hier is
vuur en hartstocht, itoon verkoelende
gloed, alles, wat een man kan binden
en boeien. Neem u in acht. Wanneer
twee hardesteenen Lgen elkaar slaan,
ontstaan er vonken en daardoor een
vernietigende brand".
De nacht brak aan in tooverachtige
schoonheid. Bedienden draafden, om
ververschingen aan te bieden. Het
gansche personeel legde bewijzen af
van de grootste vlugheid. Ii de keu
ken woelde alles door elkaar, Nanette,
de keukenmeid, had een harer meest
booze luimen, omdat zij niet van
zoovee! d-uk'e hield en men haar
Voorgestaan werd het algemeen
kiesrecht voor mannen en vrouwen
idem voor mannen en vrouwen die
door eigen aanmelding toonen op het
bezit prijs te stellen; het algemeen
kiesrecht voor mannen en vrouwen
en een attributief kiesrecht voor
vrouwen, waarbij het stellen van
eischen, aan maatschappeiijken wel
stand ontleend, zou zijn uitgesloten.
Eindelijk waren er leden die zich
voorstanders verklaarden van alge
meen kiesrecht voor mannen, doch
van vrouwenkiesrecht niet wilden
weten.
Opneming in de Grondwet van het
gebiedend voorsehrift van algemeen
kiesrecht voor vrouwen werd slechts
door een lid voorgestaan.
Evenmin kon een beslissing vallen
over den leeftijd van den kiezer noch
over de vraag of wellicht aan kiezers
boven zekeren leef ijd meer dan een
stem ware te verleenen. Over den
stemplicht viel geen beslissing omdat
deze slechts past in een stelsel van
evenredige vertegenwoordiging en de
commissie was van oordeel dat ten
aanzien van dit laatste stelsel de
Grondwet geen partij behoort te kie
zen. Ook over de kwestie der bedes-
ling en andere uitsluitingen is geen
beslissing uitgelokt.
Nu het der commissie niet gelukt
is voor het kiesrecht voor de Tweede
Kamer een oplossing te vinden die
een meerderheid kon verwerven, heef!
zij er ook van afgezien over het
kiesrecht van de Provinciale Staten
en den gemeenteraad zich uit te
spreken. Voor hel passieve vrouwen
kiesrecht zou de commissie den weg
met gebaand wenschen te zien.
De verkiezing van de leden der
Eerste Krmer moei h.i. aan de Pro
vinciale Staten blijven toevertrouwd
Zij wil voor de Eerste Kamer echter
verkiesbaar verklaren, wie dat voor
de Tweede Kamer.
Zij wenscht geen ingtijpende ver
andering In de taak der Eerste Kamer
en beveelt met name niet aan toeken
ning van het recht van amendement.
Wel krijgt de Eerste Kamer het recht
van redres in dien zin dat zij ontwer
pen aan de Tweede Kamer kan
terugzenden met verzoek tot wijziging.
Wordt die wijziging niet aangebracht
dan worat het betrekkelijke wetsont
werp geacht te zijn verworpen.
De groote meerderheid der commis
sie wenscht in de regeiing van de erf
opvolging geen verandering gebracht
te zien.
Omtrent de regeling van de gelde
lijke verhouding tusschen den Staat
en de kerkgenootschappen meent de
commissie dat er geen sprake van
kan zijn aan godsdienstige gezindhe
den te ontnemen datgene wat zij
thans genieten.
Zij acht het billijk ook een ultkee-
letterlijk van onder de handen haalde.
En terwijl men juisi tot over de ooren
in hei werk stak, kwam ook P«isca
nog en verlangde een drank voor
mevrouw- von Arnheim, gereed ge
maakt volgens haar opgave.
„U moet nog vijf minuten wachten
op dit oogenblik heeft niemand tijd
werd haar van aiie kanten toege
worpen.]
„Dat gaat niet", antwoordde zij.
„Op een paar seconden zal het
foch niet aankomen", meende Na
nette „zoo spoedig mogelijk zal de
barones worden bediend."
„Ik heb ook geen lust om hier in
het gedrang te blijven staan en mij
door elkaat te laten gooien", morde
Prisca. „Het hoofd hamert mij boven
dien, alsof het moet barste
„Ja, dat kan men u aanzien. Gij
ziet er uit, alsof gij niei meer op uw
beenen kunf staan", sprak de keuken
meid goedig, terwijl zij een deur
openstiet. „Ga zoo lang in die kamer
op de sofa zitten. Zal ik u een glas
warmen wijn geven
„Mij goed" antwoordde de kame
nier geeuwend. Doch maak zooveel
haast als mogelijk is met den drank
ring toe te leggen aan thans bij de
regeering bekende gezindheden, die
nog geen uitkeering ontvangen en
aan gezindheden die zich in de toe
komst vormen.
Het onderwijsartikel wenscht de
commissie niet ongewijzigd te laten.
Kort saamgevat komen de beschou
wingen hierop neer dat het bijzonder
onderwijs regel, het openbaar onder
wijs aanvullend zij en dat de bijzon
dere scholen gelijke geldelijke aan
spraken krijgen als de openbare
scholen.
Voor een tweede lezing van een
grondwetsherziening acht de com
missie een meerderheid van 76 stem
men in een vereenigde vergadering
der beide Kamers voldoende.
De verschillende wijzigingen welke
de commissie in de grondwet aan
gebracht zou wenschen te zien, met
uitzondering dus van het kiesrecht
waaromtrent geen voorstel wordt ge
daan, zjjn in e.n gewijzigde grond
wet samengesteld.
De overwegingen van de bepa
lingen over het begrootingsrecht
leiden tot het besluit het bestaande
te behouden.
Voorgesteld wordt het inkomen
van de Kroon met f200.000 te ver-
hoogen en te brengen op f800,000.
De uitgaven voor het onderhoud van
de zomer- en winterverblijven worden
eveneens verhoogd van 150,000 tot
f 100,000. Vooits wordt voorgesteld
aan de vermoedelijke troonopvolgster
een gelijk inkomen te verzekeren als
aan den Prins van Oranje. Zij zal
het genot van dit inkomen behouden
ook al wordt later een Prins van
Oranje geboren.
Da regeling van het regentschap
wordt aangevuld en verduidelijkt. Zoo
wordt voorgesteld om mogelijk te
maken het opdragen van het regent
schap aan een prinses die bestemd
is later als koningin op te treden.
Voorgesteld wordt goedkeuring van
aiie gesloten verdragen vóór de be
krachtiging.
Artikel 81 is gewijzigd geformu
leerd om de invoering van evenre
dige vertegenwoordiging niet te be
moeilijken.
De zittingsduur van de Tweede
Kamer wordt met een jaar verlengd
en voorgesteld verhooging van de
schadeloosstelling voor de leden der
Tweede Kamer tot f2500.
De vereeniging van ministerschap
en Kamerlidmaatschap is geschrapt
en non-activi'eit voorgesteld van le
den van de rechterlijke macht, tot
Kamerlid benoemd.
Voorgesteld wordt de benoeming
van den voorzitter der Eerste Kamer
te doen geschieden op gelijke wijze
als voor dien der Tweede Kamer.
Het gebiedend voorschrift dat elk
voor mevrouw".
„Pas op, nu zal je een grap zien",
fluisterde Frans, de bediende, ge
heimzinnig glimlachende tot het ka-
metmeisje Jenny. „Wanneer de oude
nog iets drinkt, valt zij in slaap, ef
ik mag hier niet gezand van daan
komen. Zij kan nu het hoofd niet meer
recht houden".
Jenny gichelde en de bediende gaf
met zeldzame dienstvaardigheid ge
hoor aan den wenk van Nanette,
die op een groot glas warmen wijn
wees.
„In Rusland zullen zij wei wat
verdragen kunnen. Zal ik er nog een
paar druppels arak bijdoen?" vroeg
hij.
;;„Mijnenthaive I" antwoordde de
keukenmeid, die haar opmerkzaam
heid weer op wat anders gevestigd
had.
Prisca zette het glas aan de lippen
en deed een flinken teug. Wat
sterk" mompelde zij, „maar dat geeft
kracht."
(Wordt vervolgd»)