lik
«9X
irs
Vrijdag IWIaI
«goederen
*4 Mei
Feuilleton.
Haal en Smart.
DDE.
Gemeenteraad.
ERSFEEST
No. 122.
50e Jaargang.
1912.
eids-Sloten.
TER.
relt U in
WEKE-
ÖNTRI-
'ER te
GOED-
OF voor
ft op het
celen der
end.
V©rschi|rot dagelijks, uitgezonderd op Zon™ en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
BINNENLAND.
S it
SCERT.
i
lui) voor het
50,000 stuks
en Woning.
EDEN be-
HEE, W/sse-
in dienst te
R. D. aan
raad.
t
DN.
VLISSINGSCHE COURANT
:b"uik.
itwerpen van
rechtstreeks
igezonden
:en.
ontvangt»
s gewoon
Prijs per drie maanden 1,30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÉNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regtl
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts /weemaal berekend. Oroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Bboiinements-fWiwtsnfiën op zeer ooordeeïige oooru/aarden
Tweede Kamer.
Gisteren werd voortgezet de be
handeling van het Ziekteverzekerings-
ontwerp. De heer Patija vervolgde zijn
redevoering van gistermiddag. Spreker
wil den minister volgen in het stel
sel van verplichte verzekering, doch
verklaart overwegende bezwaren tegen
het ontwerp te hebben, o. a. omdat
behandeling is uitgeschakeld en omdat
de kring van verzekerden beperkt is
lot arbeiders in loondienst en omdat
niet, zooals in Duitschland het geval
19, aan het arbeidselement een over
wegenden invloed is toegekend in de
arbeidsraden als ziektekas-besturen.
Onder spreker's rede riep plotse
ling een bezoeker van de publieke
IribuneMijneheeren mag ik ook
eens wat zeggen waarom
Verder kwam de man, een kleer
maker uit Leiden, die blijkbaar niet
wel bij het hoofd is, niet, aangezien
hij dadelijk verwijderd werd.
Na de heer Patqn kwam de heer
Tydeman aan het woord en verklaarde
legen te zullen stemmen wegens het
stelsel van dwangverzekering.
Spreker acht hier geen dwang
noodig.
Dc heer Aalberse, hoewel van oor
deel dat Staatsbemoeiing niet verder
moet gaan dan noodig is om het
doel te bereiken, heeft geen bezwaar
legen het ontwerp.
Werk voor de Marinewerf.
Het „Hbl." meldtHet gerucht
%aat üat de directie van de Neder-
lancische Scheepsbouwmaatschappij
le Amsterdam aan de directie der
Marinewerf het aanbod heeft gedaan
om een groot koopvaardijschip te
doen bouwen op de Rijkswerf. De
Scheepsbouwmaatschappij is door de
buitengewone drukte op haar werf
niet in staat zelf het schip te bouwen.
Mocht het departement van Marine
besluiten tot den bouw van dit
schip, dan zou althans voor gerui-
men tijd de noodzakelijkheid van
het ontslaan van eenige honderden
werklieden worden verschoven.
Wij hebben ter bevoegde plaatse
Inlichtingen ingewonnen omtrent de
juistheid van boven meegedeeld ge
rucht en vernamen, dat inderdaad
bet denkbeeld is geopperd om ter
Marinewerf een koopvaardijschip Ie
duen bouwen, welks bouw door de
Nederlandsche Scheepsbouwmaat
schappij anders toch zou moeten
worden afgewezen en dat eenige
correspondentie daarover wordt ge
voerd. Het plan heeft echter nog
niet de minste vastheid.
Daar het er hier om gaat dc werk
loosheid van een zeer groot aantal
werklieden te voorkomen, is het lang
niet onwaarschijnlijk dat de oplossing
O
53.)
Ook heden richtte hij zijn schreden
tiaar de kleine herberg. Onderweg
ontmoette hij de oude Lize. Op zijn
gezicht schrok zij en geen wonder,
want er bliksemde een onheilspellend
'uur in zijn oogen en zijn vingers
omklemden zijn knoestige wandelstok
too vast, a's zoude deze het volgende
'ogenblik op haar schouders neer
luizen. Haastig greep de oude korf
fu doek en kroop tusschen het kreu
pelhout.
Rainer liet een korten, verachtelij-
ien lach hooren en riep „Wees niei
vang lk zal jou niet aanraken,
"onmin als een giftige spin, of
|khoon je verdiende! evenals deze
Plat getrapt te worden."
„Ei, ja, dat staat u heel goed een
jjude vrouw uit te schelden, schreeuw-
Je L>ze, die weer moed kreeg, nu ze
'omerkle, dat hij geen plan had haar
in een andere richting wordt gezochh
De Rijkswerf heeft een aanzienlijk
overcompleet aan werkkrachten en
weinig werk, de Nederlandsche
Scheepsbouwmaatschappij daarente
gen zeer veel opdrachten en een te
kort aan arbeidskrachten. Naar wij
nu uit beste bron vernemen, zou da
directie der Nederlandsche Scheeps
bouwmaatschappij bereid zijn, de
voor haar bedrijf geschikte werklie
den der Marinewerf in haar dienst
te plaatsen.
Pensioen van Gemeente
ambtenaren.
De verordening regelende het ver
kenen van pensioen of wachtgeld aan
gemeente-ambtenaren en van pensi
oen aan weduwen en wee ren van
gemeente-ambtenaren alhier, is in
druk verschenen.
Wij ontieenen er het volgende aan
Art. 1. Aan de ambtenaren der gemeen
te en aan hunne weduwen en weezen
wordt pensioen verleend in de geval
len, onder de voorwaarden en vol
gens de regelen in deze verordening
gesteld. Art. 2. Voor de toepassing
dezer verordening worden als ambte
naren beschouwd zij die in vasten
dienst der gemeente, eene of meer
der betrekkingen bekleeden. Art. 3.
Ais weezen worden in deze veror
dening aangemerkt de ongehuwde
wettige of gewettigde kinderen van
overleden ambtenaren, zoolang zij
den leeftijd van 18 jaren niet bereikt
hebben.
Indien een kind binnen 300 dagen
na den dood des vaders levend ter
wereld komt, wordt het aangemerkt
als reeds geboren toen de vader
stierf. Art. 4. Onder diensttijd wordt
in deze verordening verstaan de ge
zamenlijke tjjd in vasten en tijdeiij-
ken dienst der gemeente doorgebracht
en den lijd gedurende welken wacht
geld mocht gc-noten zijn. In bijzon
dere gevallen kan op voorstel van
Burg. en Weth. de gemeenteraad be
palen, dat, bij de berekening van het
pensioen geheel of ten desie in aan-
merk'ng zal komen de tijd elders
doorgebracht in eene betrekking,
waaraan recht op pensioen verbon
den is, indien de ambtenaar deze
betrekking bekleedde onmiddellijk
voor zijne in dienst treding bij de
gemeente. Art. 5. Onder pensioens
grondslag wordt in deze verordening
verstaan een vooriederen ambtenaar
door Burg. en Weth. vast te stellen
bedrag, dat gelijk is aan de som der
vaste wedden en vastetoelagen en de
waarde der erkende emolumenten,
weike aan de betrekking verbonden
zijn.
Bij elke wijziging van een der dee-
ien waaruit de pensioensgrondslag
beslaat, wordt deze opnieuw door
Burg. en Weth. vastgesteld.
eesig leed te doen. „Ge kunt mij
zeker niet vergeven, dat ik u op de
ladder heb zien staan Ik heb na
tuurlijk mijn weg moeten gaan en mij
er verder niet over behoeven te be
kommeren, niet waar Maar waarom
Hebt gij medelijden met Tobias ge
had Neen, van den „Edelhof' hebt
gij hem gejaagd".
„Omdat hij een nietswaardige knaap
was".
„Natuurlijk Wanneer zulk een
arme kerel, die jaar uit jaar in als
een paard werkt en niets verdient,
eens een paar daalders neemt, dan
moet hij dadelijk in het verderf
v/orden gestort. Maar eerbaarder is
het misschien bij nacht en ontijden
zijn buurman het dak boven zijn
hoofd in brand te steken."
„Wp 1* knarsetand 9 hij.
De oude week verschrikt terug
daar bemerkte zij, dat een man tus
schen het geboomte naderde, en dit
gaf haar weer moed.
„Ja, mag Tobias nog slecht zijn
geweest", krijschte zij, „een brand
stichter was hij niet en 't is thans
geen eer meer, wanneer m.nop den
„Edelhof" uit- en ingaat".
Bij verlaging van wedde wordt de
laatst vastgestelde pensioensgrondslag
bestendigd, tenzija. die verlaging
het gevolg is van wangedrag of van
ongeschiktheid, veroorzaakt heizij door
onbekwaamheid of door een ongeval
hetzij door iichamelijken of geestelij
ken achteruitgang, indien dat ongeval
of die achteruitgang naar het oordeel
van Burgemeester en Wethouders aan
schuld van den belanghebbende te
wijten zijn; b. de belanghebbende
binnen 30 dagen na de weddeverlaging
schriftelijk aan Burg. en Weth. ver
laging van den pensioensgrondslag
verzoekt.
De pensioensgrondslag wordt op
een week of jaarbedrag vastgesteld,
naar gelang al of niet weekloon wordt
genoten.
Voor een op wachteeld gestelden
of gepensionneerden ambtenaar blijft
bestendigd de laatste pensioensgrond
slag die gedurende zijne werkzaam
heid in dienst der gemeente was vast
gesteld.
Indien door een ambtenaar verschil
lende betrekkingen gelijktijdig vervuld
worden, wordt voor dien ambtenaar
een pensioensgrondslag vastgesteld,
die gelijk is aan de som der pen
sioensgrondslagen welke voor elk der
bedoelde betrekkingen zouden gelden
indien hij deze afzonderlijk bekleedde.
Ambtenaarspensioen. Ari.
6. Pensioen wordt verleend
a. aan den ambtenaar die eervol
ontslagen is na het bereiken van den
leeftijd van 65 jaar, na gedurende
op zijn minst 20 achtereenvolgende
jaren de gemeente in sfen of meer
der in att. 2 bedoelde betrekkingen
te hebben gediend
b. aan den ambtenaar die na een
onafgebroken diensttijd van ten minste
10 jaren in een of meer der in art. 2
bedoelde betrekkingen, op grond van
vermindering van lichaams- of geest
vermogens ongeschikt is geworden
voor de waarneming dier betrekkin
gen, dientenvolge eervol ontslag heeft
bekomen
c. aan den anbtenaar die eervol
ontslag heeft verkregen, omdat hij
in de uitoefening van zijn ambt
wonden of gebreken heeft bekomen,
welke hem naar het oordeel van
Burgemeester en Weihouders onge
schikt maken voor de waarneming
van zijn ambt en die als uitsluitend
gevolg van de hem opgedragen
werkzaamheden zijn te beschouwer.
Dit pensioen wordt echter alleen dan
verleend, indien binren 2 jaren na
den dag waarop de belanghebbende
deze wonden of gebreken heeft beko
men, zulks door een geneeskundig
onderzoek, ten genoegen van Burge
meester en Wethouders, isvastgsteld
en bij de aanvraag om pensioen even
eens door zoodanig geneeskundig
onderzoek worde verklaard, dat de
Nauwelijks had zij het laatste woord
gezegd, ais Lize schreeuwend op de
vlucht sioeg, want met opgeheven
stok stormde Rainer op haar ios.
Voor hij echter een noodlota'gen slag
had kunnen slaan, greep een sterke
hand de zijne vast. De opgewonden
man wendde zich om en stiet, toen
hij Camoiy herkende, een woesten
vloek uit.
„Bedaar Een persoon als deze
is niet waard, dat men zich om ha
rentwille tot een overijlde daad laat
meesleepen", sprak Harald.
„Wat heeft u hierheen gevoerd
gromde Rainer. Op dezen weg
pleegt men anders voor dergelijke
ontmoetingen bewaard te zijn, een
zeldzaam toeval".
„Geen toeval. Ik wis!, dat u steeds
de herberg aan de Maria-bron opzocht,
en hoopte u daar te o rtmoeten".
,,'s u zoovel gelegen aan mijn
gezelschap Ik erken het openlijk,
dat ik liever alleen ben. Zonder uw
tusschenkomst had ik die oude mis
schien de hersenen verbrijzeld. Hel
is goed, dat gij dit belet hebt, doch
nu is er zeker niets meer wat ons
dwingt samen te gaan en wij kunnen
ongeschiktheid tot arbeiden een
gevolg is van diezelfden wonden of
gebreken. Art. 7. Burg. en Weih.
onderwerpen een ambtenaar, die naar
hun oordeel wegens vermindering
van lichaams- of geestvermogens
ongeschikt is om zijne betrekking
weer te nemen en uit dien hoofde
recht op pensioen zou Kunnen doen
gelden, aan een geneeskundig onder
zoek.
Dit onderzoek heeft eveneens plaats,
indien een ambtenaar zelf een verzoek
daartoe tot Burg. en Weih. richt.
Burg. en Weth. wijzen twee genees
kundigen aan, die met het onderzoek
worden beiast. Indien de belangheb
bende zich met den uitslag van het
onderzoek niet kan vereenigen, dan
wordt hij aan een hernieuwd onder
zoek onderworpen.
Het hernieuwde onderzoek geschiedt
door twee andere door Burg. en
Wtth. aan te wijzen geneeskundigen,
wier uitspraak beslissend is.
Art. 8 In het geval genoemd in
artikel 9, sub b en c. za! ook zonder
dai eervol ontslag is verleend het
pensioen tijdelijk worden verleend,
teikens voor een jaar, totdat of tenzij
uit een geneeskundig onderzoek, zoo
als dit in het voorafgaande artikel is
geregeld, ten genoegen van Burg. en
Weth. blijkt, dat de bedoelde ambte
naar bij voortduring ongeschikt is
voor de waarneming van zijn ambt,
in welk geval hem een blijvend pen
sioen zal worden verleend.
indien het pensioen niet opnieuw
wordt verleend en de ambtenaar niet
opnieuw in- gemeentedienst wordt
geplaatst, zal hem eene wachtgeld ais
bedoeld in art. 32 of een ondersteu
ning worden toegekend, berekend
op den voet van artikel 10 dezer
verordening, een en ander ter beoor-
deeiing van den gemeenteraad en
behoudt hij eventueel recht op pen
sioen voor weduwe en weezen, mits
hij de gevorderde bijdrage blijve
storten, bedoeld in artikel 13
Art. 9. Het ambtenaarspensioen
bedraagta. V6o van den pensioens
grondslag voor ieder jaar dienst in
de gevallen vermeld in art. 6 sub.
a en b, met dien verstande, dat het
pensioen niet minder dan V4 en niet
meer dan s/s van den pensioensgrond
slag kan bedragen.
Zitting van Donderdag 23 Mei,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer jhr. mr. Van
Doorn van Koudekerke.
Tegenwoordig 14 leden. Afwezig
de heeren Van Raalte, Klijberg en
Tichelman, alie met kennisgeving2
vacatures.
De notulen van het verhandelde in
afscheid nemen."
„Zou u mij een onderhoud willen
toestaan
„Welk doei zou dat hebben Jui.it
heden ben ik in een stemming, die
elke goede gemeenschap uitsluit. In-
tusschen spreek Spreek zonder
omwegen en ik zal u even kort en
bondig antwoorden".
„Het zij zou! Mijn verzoek is in
weinig woorden gezegd Qeef mij
Hildegard tot vrouw".
Rainer zag hem plotseling aan.
Een somber vuur schoot uit zijn diep
liggende oogen.
„Neen", antwoordde hij barsch.
„En waarom niet
„Waarom daarover nog uit te
weiden Het blijft bij mijn neen en
daarmede genoeg
„Laat mij ten minste de redenen
voor deze grove afwijzing weten
Uw antwoord is mij niet voldoende
riep Hat aid, wiens gekwetste trots
weer opleefde.
„Goed dan, als gij dat wilt op
mij rust een zwaar vermoeden
„Dat deze omstandigheid mij niet
weerhoudt de hand van uw dochter
te vragen, bewijs! de waarhe'd mijner
de vorige vergadering werden goed
gekeurd.
De heer Lindeijer wenschte een
opmerking te maken naar aanleiding
van de notulen van de laatste ver
gadering. Hij had geen bezwaar tegen
de notulen op zich zelf, doch wees
er op dat hij de juistheid van zijn
kritiek over de bouwverordening ge
maakt bij het adres der bewoners
van de Kerkhoflaan, nog eens nader
aantoonde.
Vervolgens wordt mededeeling ge
daan van de goedkeuring door Ged.
Staten van genomen raadsbesluiten.
Nog wordt medegedeeld dat bij
Kor. besluit van 22 April 1912 goed
keuring is verleend aan het besluit
van Ged. Staten waarbij de jaar
wedden van den burgemeester en
secretaris mei ingang van 1 Januari
zijn bepaald op f3000.
Overgelegd worden de rekeningen
over 1910 en 1911 van den Middel
burg—Vlissingschen rijweg, bedra
gende over 1910 in ontvang f 1103.47,
in uitgaaf f908.02, goed slot alzoo
f 195.45 en over 1911 in ontvang
{2426.09, in uitgaaf f 1441.84, goed
slot derhalve f 984.25.
Deze werden voor kennisgeving
aangenomen.
Ingekomen was een adres van H.
Suyver, bewoner van perceel no. 64,
Boulevard de Ruijter, waarin adres
sant mededeelt, dat hij heeft ver
nomen dat aan den raad door B. en
W. een voorstel is gedaan tot ver
wijdering van het hek iangs den
Boulevard de Ruijter en verandering
van de borstwering op de wijze als
met een gedeelte nabij de sociëteit
„Unitas" ais protf is uitgevoerd,
dat hij dit gedeelte me! aandacht
heeft beschouwd en op verschillende
punten van den Boulevard peiiingen
heeft genomen, waarbij hem is ge
bleken dat van elk punt van den
Boulevard af bij de voorgenomen
optrekking van de steenen borstwe
ring het uitzicht op het water aan
merkelijk zal worden verkleind;
dat bijv. het strand aan het ge
deelte vari zijn woning bij laag water
alleen zichtbaar zal zijn voor men-
schen lang genoeg om zich over de
steenen borstwering heen te buigen
dat voor wandelaars(sters) iete be
neden middelbare lengte van den
weg af geen water te zien zal zijn
dan door de kleine openingen, weike
in het metselwerk zullen worden ge
spaard
dat uit de gelijkstrandsche verdie
pingen van de langs den boulevard
gelegen huizen het zichtbare water
vlak zeer zal worden ingekrompen
dat hij daarom den raad verzoekt
niet tot de voorgestelde verandering,
waardoor de Boulevard De Ruijter
liefde en het vertrouwen, dat ik in
uw eer bezit
„Nog een andere uitlegging zou
mogelijk zijnGij gevoeit een hefiige
hartstocht voor het meisje.
„Het bezit van Hildegard schijnt u
tegenwoordig alles te zijn, en daar
gij nooit hebt geleerd uw wenschen
meester te zijn, offert gij aan uw
hartstocht alle bedenkingen op. ik
bekommer mij niet veel om hetgeen
in uw kringen voorvalt, maar toch
hoorde ik, dat gij er een soort eer
gierigheid in stelt, door buitensporige
streken de algemeens opmerkzaam
heid te trekken en daarom door uw
vrienden den „dollen Camory" te
worden genoemd. Waarom zoudt gij
nu niet hetzelfde doen Deze moed,
waarmede gij de openbare meening
trotseert, wortelt in zelfbewuste ijdel-
heid en geeft mij daarom geen
waarborg voor Hildegard's geluk.
„Ik geef toe, dat dit wantrouwen
in zeker opzicht gerechtvaardigd is",
antwoordde Harald. „Wanneer ik
terug zie, kan ik mij het verwijt niet
onthouden tallooze dwaasheden te
hebben begaan.
(Wordt vervolgd)