Woensdag 15 Mei SCHOOLGELD. Feuilleton. Haaf en Smart. No. 115. 50e Jaargang. 1912. Verschijnt dagelijks^ uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEf'OONM CM.MES 10. BINNENLAND. VLISSIINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij allé Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTiÊN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote letters en clichés naar plaatsruimte. II. Hebt u, lezers, nog onthouden wat ik de vorige maal schreef, was het allemaal bekende kost, ik hoop van niet, want dan heeft het u verveeld en dan zult u dit vervolg zeker niet lezen en dus ook dit niet en dan zou ik dit schrijven voor lezers die niet lezen, die dus geen lezers zijn... Laat ik maar ophouden, 't wordt al te gek, op die manier raak ik zelf in de war. Hoe was het ook weer? O ja, ik wou beginnen met de hoofd zaken uil het vorige stuk te herhalen, te weten: le. De Chmeente moet schoolgeld heffen 2e. Zij moet min stens f2.40 per jaar en per kind heffen, behalve van on- en minver mogenden 3e. De gemiddelde op brengst van het schoolgeld op eene school mag de f 80 per kind en per jaar niet bereiken, op verbeurte van rijkssubsidie. Zoo was het. Met deze gegevens, binnen deze grenzen kan de gemeentelijke wetge ver, d.w.7. de Raad nu een verordening tot het heffen van schoolgeld maken en na goedkeuring door den minister van binnenlandsche zaken ten uitvoer doen leggen. Maar al zijn de grenzen getrokken, over den inhoud der ver ordening moeten heel andere factoren beslissen. Laat ons eens zien aan welke eischen zoo'n verordening moei voldoen wil zij den toets der critiek kunnen doorstaan. Moet men tevreden zijn als zij zooveel mogelijk geld in de gemeen- kas brengt Zeer zeker niet. Van den financiëelen kant bezien moet zij voldoen aan twee eischen, de een zuiver financieel, de ander van sociale beteekenis. Zij moet rekening houden met de draagkracht van ouders of verzorgers, maar niet zóo dat de kinderen daarvan de dupe worden, niet zcó dat de kinderen der meergegoeden bevoor recht worden boven de andere. Maar al te dikwijls werd en word! deze eisch over het hoofd gezien, maar al te vaak is hel hoogere schoolgeld, dat toch eigenlijk alleen een billijk heidsgevolg is van de grootere finan- ciëele draagkracht der ouders, een motief voor beier onderwijs, d.w.z. voor betere lokalen, kleinere klassen, uitgebreider leerstof, zoodat juist het kind van den minder bemiddelde, dat toch meestal (95 pet.) zich met lager onderwijs moet vergenoegen, zelfs in dat onderwijs nog moet ach terstaan. Ziedaar wat wel eens genoemd wordt „de standenschool", ziedaar ook de reden waarom de S. D. A P.ers van schoolgeld voor lager onderwijs niet willen weten. De grief tegen de standenscholen toch is niet deze, dat meer gegoeden hunne kinderen bij fibotinemenfs-ftduarfenfiën op zser ooordeeiigs uoorivasrdati O 46.) „Wij moeten scheiden voor deez' aarde riep zij zuchtend. „Neen, mij wacht geen levensgeluk.De korte waan is ten einde. Nooit „Waarom deze pijnigende gedachten, deze moedeloosheid," viel hij haar in de rede, den arm om de slanke ge stalte slaande. De vreeselijke aanklacht zal ontzenuwd worden. Zoo vast als gij geloof ik aan de onschuld van uwen vader". „God vergeve het mij I Ik ik kan daaraan niet gelooven en dat doodt mijsteunde het schoone kind. Zij rukte zich los en vlood heen, voor Camory haar dat kon beletten. Het meisje zocht haar vertrek op en verborg zich voor ieders oogen. Thans, nu gejuich en nameiooze smart in haar ziel streden, zou zij haar groot- motder niet onder de oogen durven komen. In de eenzaamheid moest zij eikaar wenschen te houden, ofschoon dit als wij eens naar N. Amerika kij ken, waar de zoon van een schoen poetser kan komen te zitten naast den zoon van den president, toch zulke vreeselijke gevolgen niet schijnt te hebben en zelfs min of meer ou- derweisch, behoudziek, ja zelfs eenigs- zins bespottelijk lijkt, maar wtl dat de scholen voor de rijken <1an in elk opzicht gunstig afsteken bij die voor de minderbedeelden. Alle kinderen toch hebben recht op ontwikkeling, op goed onderwijs en dal onderwijs moet zich regelen naar hun aanleg en niet naar de middelen hunner ouders. Niet goed lager, goed uitgebreid iager, goed middelbaar en hooger onderwijs voor den toch reeds beier bedeelde en alleen gebrekkig lager onderwijs voor den toch reeds min of meer misdeelde, maar goed onderwijs voor allen, toegankelijk voor alien, die blijkens hun aanleg ervan kunnen profiteered Geen ver- deeiing der kinderen uitsluitend naar stand, maar verdeeling der kinderen naar aanleg, desnoods met groepee ring naar stand, maar alleen indien daarvan geen enkel kind de dupe be hoeft te zijn in zijn ontwikkelingsgalg. Kan dit binnen hierboven aan ce gemeente gestelde grenzen van school- geldhrifing? Ja, en ai tracht de schooigeldheifing in deze gemeente dit ideaal ook zelfs niet te benaderen, zóo is het niet overal In tal van gemeen ten besaat „evenredig schoolgeld" en niet alleen voor openbare lagere scholen, maar ook voor herhalings scholen en middelbare onderwijsin richtingen. Nieuw is het dus niet, 't bestaat al op meerdere plaatsen. Evenredig schoolgeld, de naam zegt het, is schoolgeld in evenredig heid met de draagkracht der ouders. Consequent doorgevoerd zal het lei den tot den gewenschien toestand, zooals die hier boven reeds werd aangegeven. Als bij de invoering van zulk evenredig of proportioneel school geld de baten niet sterk verminderen, heef! de verordening zoowel aan den finaniiëelen ais aan den socialen eisch voldaan. In algemeene trekken staat dus de oplossing voor ons, maar duidelijk is het beeld stellig nog niet. Wij zullen tiachten het stelsel iets meer in bijzonderheden na te gaan en zoo noodig daarvoor eene verge lijking maken met de iiier ter stede vigeerende schooigeldheifing. L. D. De Staatscommissie voor de marine. Dr. Nolens, die tot de voorstemmers voor het paniserschip behoorde, wijst in de „N. Veni. Ct." op de heterogene samenstelling van de meerderheid om kracht bidden. De eerstvolgende tijd bracht niets nieuws. Het verhoor der getuigen duurde steeds voort en herhaalde malen werd Rainervoor een kruisvuur van vragen geplaatst. Doch steeds betuigde hij zijn onschuld, zonder dat men hem geloof schonk evenwel ontbrak voldoende bewijs om hem te kunnen veroordeeien. De vrijheer werd met het gebeur de in kennis gesteldhij ontving het bericht in Zwitserland waar hij met zijn jonge vrouw vertoefde en hij verbleekte, toen hij vernam, dat al zijn kunstschatten in vlammen waren opgegaan. Hij kon slechts met moeite zijn toorn bedwingen. „Wat is er gebeurd vroeg Con stance, die in een bekoorlijk nacht gewaad aan het venster leunde. Zwij gend reikte hij haar den briet over, waarin hem het onheil werd mede gedeeld. „Maar dat is schandelijk Welk een laaghartig wraak!" riep zij uit. „Hans Rainer boezemde mij altijd reeds zulk een afkeer in. Hj zal, hoop ik, de gerechtelijke straf niet ontgaan." „Blinde haat en wraakzucht moeten die het schip afstemde en schrijft dan Nu weet men wei wat de Kamer niet wil, maar niet wat ze wei wil. Het komt mij voor dat dit nog niet de kleinste moeilijkheid is, waarvoor de regeering staat, de commissie zal heel wat gewichtige vragen ie beant woorden hebben van technischen en financieelen aard, waarbij èt de draagkracht van Nederland, èn de financieele verhouding tot de koloniën eengrooterol spelen. Het „Leitmoliv" voor haren arbeid zal wel moeten zijnNederland kan er niet aan denken mee te doen in den wedloop der zeemogendheden om steeds meer en groeier schepen te bezitten, maar wat het heeft moet geschikt zijn vcor het doel en meetellen. Indien de commissie zich ooit zou laten leiden door de gedachte dat uit het afstem men van het voorgesteld schip zou gebleken zijn de geneigdheid der Kamer om er maar op los te bouwen zal m. i. spoedig blijken dat ze zich daarin zou vergist hebben. Maar nog eens wat moet er inmiddels aan het departement van marine ge daan worden Algemeen erkende Christelijke feest dagen De Hooge Raad heeft g's'eren uitspraak gedaan in de zaak van den ambtenaar van het Openbaar Minis terie bij het kantongerecht te Eind hoven tegen het ontslag van rechts vervolging van drie personen, die op Tweeden Kerstdag onder Stratum zonder schriftelijke vergunning van het plaatselijk bestuur van Stratum een schuit hadden gelast. De zaak liep over de vraag of, na het Motu Proprio van den Paus de Tweede Kerstdag nog als erkend christelijke feestdag is aan te merken. De Hooge Raad achtie de beslissing des kantonrechters, dat de bedoelde feestdag door den Paus is afgeschaft, feitelijk en dus in cassatie onaan tastbaar en de conclusie, daaruit door den kantonrechter getrokken, dat de Tweede Kerstdag geen alge meen erkende Christelijke feestdag meer is, juist. Mitsdien werd het cassatieberoep verworpen. Bond van minder marine-personeel. Ex-minister Wentholt had indertijd bepalingen uitgevaardigd waardoor het passagieren van het mindere ma rine personeel werd beperkt, wanneer de oorlogschepen op reis waren. Da Bond van min der-marine personeel richtte naar aanleiding daarvan een strooibiljet tot alle schepelingen, hun aanradende, niet meer mee te doen aan officieele feesten en wedstrijden, zoolang de maatregel bestond „Zoo lang we leven onder een dergelijke hem het verstand hebben doen ver liezen", zei Gisbert, terwijl hij met somber gelaat de kamer op en neer staple. „Zijnwoesiheid was mij bekend doch tot zulk een schurkachtige daad achtie ik hem niet in staat." De terugkeer van het paar was niet eer/ der vroolijkste. Soms gevoelde de vrijheer een oogenbiik van woede, dat Alexandra of de rentmeester hem niet eerder hadden gewaarschuwd. Maar dan dacht hij weer, dat zij misschien zijn geluk niet hadden wil len storen en loch was dat geluk zoo groot niet Constance was zeker een der schoonste vrouwen, doch zij kon zoo onbeschrijfl ijk hard e n nukkig zij o. Wan neer hij haar ra tsocrielijk karakter beschouwde en i.t haar vurige oogen blikte, dacht hij onw,ik keurig aan de eeuwige sneeuw, die ook schijnt te gloeien en toch nooit smelt. Gedu- dutende de reis sprak ook zij zeer weinig en verzonk st reds ir. diep ge peins. De wonde, die haar hart had ontvangen, was nog bij lange na niet geheeld Een gevoel van spijt verbitterde nog altijd haar leven, naast een gevoel van haat tegen Camory en naargeestige passagiersbeperking, is alle reden, om feest te vieren of wed strijden op te luisteren, voor ons vervallen", aldus het strooibiljet. Het Anker meldt nu, dat te Amster dam in de marinierskazerne een inspectie van de kastjes gehoudenis en de secretaris van de afdeeling Amsterdam van den bond, de marinier le klasse J. Koster, gestraft is met verlaging tot marinier 3e klasse, ontneming van het certificaat van goed gedrag en inhouding van één periodieke loonsverhooging, omdat in zijn kastje eenige exemplaren van het strooibiljet gevonden werden. De strafreden werd als volgt gefor muleerd „In hei bezit gevonden van een aantal gedrukte circulaires, met het kennelijk doel deze te verspreiden, waarvan de inhoud zóó opruiend is, det een groot deel der equipage daardoor ontevreden zou kunnen worden". („N, R. Ct.") In de vereeniging „Weduwenzorg," opgericht ten dienste van gepension- neerde milihiren vóór de wet van 1909, nam het aantal weduwen zoo sterk toe, dat men vreesde, da! in de toekomst niet aan de verplichtingen zou Kunnen warden voldaan. In ver band hiermede zijn vele leden uitge treden. Deze hebben thans een nieuwe vereeniging opgericht. Donderdag zal te Utrecht een algemeene vergadering worden gehouden tot hel vaststellen der statuten en een huishoudelijk re glement en het verkiezen van een bestuur. Vervoer van rijwielen per spoor. Wij lezen in „De Kampioen" or gaan van den A. N. W. B. Toeristen bond voor Nederland Sedert de invoering van de nieuwe tarieven ontving het bendsbestuur tal van klachten, naar aanleiding van het feit, dat geen rijwielen meer werden bevracht onder vertoon van plaats bewijs van hetzelfde traject. In beginsel is deze eisch geenszins onbillijk te noemen, doch in de prak tijk brengt de strenge handhaving daarvan allerlei moeilijkheden med\ In verband hiermede werden ver schillende besprekingen gehouden met de directies der beide spoorweg maatschappijen en de volgende rege ling is getroffen. Ais algemeene rege! geidt, dat een rijwiel slechts als bagage wordt be vracht voor het traject, waarvoor een plaatskaart wordt getoond. Om evenwel te voorkomen, dat reizigers ter goeder trouw moeilijk heden van dit voorschrift ondervinden hebben de spoorwegbesturen hun sta tions opgedragen Bij de toepassing daarvan, op vrijgevige wijze te werk te gaan. Hiidegard. Op „Hohenfels" werden zij door Alexandra ontvangen. „Ik heb voor Olga uw komst ver zwegen," zei de oude juffer. „Zij is thans weer meer lijdende dan andrrs en eeu lang opblijven zou haar kun nen schaden, bovendien moet ik u verzoeken in haar bijzijn zoo weinig mogelijk over het afgebrande pavil joen te spreken De schrik heefteen vreeselijke uitwerking op haar gehad en nog raakt zij opgewonden wanneer men haar aan het gebeurde herinnert. Zeer somber ging deze eerste avond voorbij. Men ging spoedig scheiden. De vrijheer bleef echter nog lang aan het venster van zijn kamer staan. A les kwam hem zoo vreemd en ver anderd voor. De heerlijke geuren, welke de avondwind hem tegenwaai de- van de rozen uit het park, herin nerden hem aan het venster, met ro zen omgeven, waar achter, jaren gele den de schoone, bleeke engel lag, van wiens lippen hij den laatslen ademtocht bad gekust. Plotseling vloog een herinnering hem door den gees!. Morgen is het haar sterfdag, en zeker denkt niemand er aan haar graf te bezoeken. Maar Zoo kan het voorkomen, dat een reiziger ten gevolge van de een of andere omstandigheid,slechts voorzien is van een plaatsbewijs voor een ge deelte van het door hem af le leggen traject (b.v. omdat hij een dag op een station onderweg wil overblijven, of, omdat in zijn kiiometerboekje niet meer een vold0end aantal kilomeiers beschikbaar is, of omdat iemand, rei zende naar pen station van een io- caalspoorweg 0p welke geen 1ste klasse rijtuigen loopen, een plaatskaart iste kl. neemt of zijn kiiometerboekje lste klasse doet afstempelen raar het overgangsstation, om van daaruit een plaatsbewijs voor de lagere klassen te nemen enz.,) maar des niet tegenstaande zijn rijwiel terstond wil doen inschrijven naar het einddoel van zijn reis, of dat een reiziger zich vooraf naai een zeker station wil begeven, maar inmiddels zijn rijwiel steeds wil doen bevrach ten naar een ander station, dat zijn eigenlijke bestemming is en dat hij spoedig zal bereiken. Maakt in gevallen ais de hierge noemde of in andere gevallen van denzeifden aard de belanghebbende aannemelijk, dat hij is een reiziger ter goeder trouw die zijn rijwiel als reisbenoodigdheid voor zijn persoon lijk gebruik op reis madeneemt, dan zal het spoorwegpersoneel bevrach ting van het rijwiel ais bagage niet weigeren, ook al wordt niet geheel voldaan aan den eisch, dat een plaatskaart moet worden getoond voor de reis, waarvoor inschrijving van het rijwiel als bagage wordt verlangd." Het komt „de Kampioen" voor dat door deze regeling inderdaad wordt tegemoet gekomen aan vele bezwaren. toch mag het der ontslapene niet aan een bewijs van herinnering ontbre ken. En den volgenden morgen plukte de vrijheer de schoonste wiite roos uit het park en wandelde naar het stille, eenzame kerkhek Langzaam na derde hij den groep dennen, die het graf verborg; daar meende hij een zacht weenen en snikken ie hooren hij zag een meisjesgestalte over den grafsteen verborgen. „Hiidegard!" klonk het van zijn lippen, zonder dat hij wist of deze uitroep de dood gold of haar even beeld. Het jonge meisje verhief zich sidde rend stond zij op. Zij had gaarne willen vluchten, doch net gelaat van den vrij heer drukte zooveel goedheid uit, zijn blik rustte met zooveel welgevallen op haar, dat de huipelooze een ge waarwording kr'ej, als kon hij alleen hulp en redding brengen. Geen woord kunnende spreken, zonk zij langzaam op de knieën en strekte smeekend de handen naar hem uit. „Mijn arm kind z.i hij, terwijl hij baar ophief en haar over het g/aounde haar st:e k. (Werf ve: clad.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1