Donderdag
2 Mei
No. 104.
50e Jaargang,
1912.
Van week tof week.
Feuilleton.
Haal tn Smarf.
Verschijnt dagoiijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
BINNENLAND.
VL1SSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÈNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken reg. 1
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
verwijt kan makenmaar wel dege
lijk Italië, dat, als een stout en eigen
zinnig kind, met de stukken gooit en
alles waagt om toch maar zijn zin te
krijgen, hoewel het uitzicht daarop
hoe langer hoe geringer wordt.
Dat de mogendheden het onrecht
zoo ver zulien steunen, dat zij Turkije
zullen dwingen tot den smadelijken
vrede of anders tot opening van de
Dardanelles kunnen wij voorshands
niet gelooven. Eenstemmigheid daar
omtrent zai stellig niet worden ver
kregen, al wordt de mogelqkheid van
het een of het ander door bladen,
die op de hand van Italië zijn, blijk
baar verondersteld. Hoe het zij, wei-
licht dat de oorlog eerst thans be
langwekkend zal gaan worden: een
fraai vooruitzicht voor de opening
van het vredespaleis 1
in hei Vereenigd Koninkrijk wordt
het ernst met de opruiming van ver
ouderde toestanden. V/el jammer dat
men daarbij zoo vaak met halve
maatregelen te werk gaat. Het Huis
der Gemeenten heeft de zoogenaamde
wet tot vrijmaking der kerk in Wales
aangenomen; maar Engeland zelf
gaat voort met zijn verouderde in-
sielüng van een staatskerk, in vol
maakten strijd met alle nieuwe staats
rechtelijke beginselen en begrippen,
te behouden.
De bewoners van Wales willen
niets weten van eenheid van kerk en
staat, om de zeer eenvoudige reden
dat ze voor verreweg het meerendeel
niet tot de staatskerk behooren het
zijn afgescheidenen, die dus tegen
hun zin het slachtoffer zijn van het
beginsel dat in Engeland nog steeds
niet alle burgers gelijk zijn voor den
staat. De Anglikaansche staatskerk
wordt nu echter voor zoover Wales
betreft een gewoon kerkgenootschap,
evenals de anderemaar zekere pre
rogatieven van den geestelijken stand
blijven in eere. Deze toch beheert
den burgerlijken stand, heeft hel
recht om huwelijken te sluiten, enz.
Inderdaad, zóo is de toestand in
dit hoogst beschaafd en ontwikkeld
land, in de 20e eeuw.
fs
In Duitschland is vrij wat wegge
nomen van de ongerustheid, die zich
van de gemoederen had meesterge
maakt naar aanleiding van de op
vatting der Beiersche regeering om
trent de uitlegging der jezuitenwet
deze is voor geheel Duitschiand gel
dig en het gaat a'lerminst aan, dat
zij in een der Staten zóo krachteloos
zou worden gemaakt, dat de uit een
staatsrechtelijk oogpunt zoo gevaar
lijk geachte orde, zich in dien staat
zoo goed ais vrij zou kunnen bewe
gen. De Duitsche Rijksregeering heeft
dat zeer goed ingezien en er dan
ook in overleg met de Beiersche re-
TELEFOONNUMMEB 10.
Psbonnemsnts-ftduerfenfiSn op rser uoordaelige uooriaaardsn
Volgens de jongste berichten, die
echter naar onze rneening nog eenige
bevestiging behoeven en welker meer
dere of mindere juistheid wij thans
niet meer konden constateeren, zou,
geheel onverwacht, een Italiaansch
legercorps gemobiliseerd zijn, het
welk is samengesteld uit acht regi
menten infanterie, artillerie, pioniers
en de noodige hulptroepen, welk
korps naar eene der eilanden in de
Aegeïsche zee zou worden overge
bracht. Hierbij wordt gemeld dat
Italië het plan zou hebben, om eerst
daags alle eilanden in den Archipel
te bezetten. Nu, op die manier zal
men ten slotte een aardig occupatie-
leger noodig hebben Feitelijk heeft
Italië trouwens zijn voornemen om
alleen in Tripolitanië krijg te voeren
reeds opgegeven. Men heeft oat eene
belofte genoemd, die dan door dat
Rijk zou geschonden zijn, maar de
verbindbaarheid van dergelijke be
loften, aan wie dan ook gedaan, kun
nen wij minder goed inzien. Italië
heeft zijn voornemen daartoe te ken
nen gegeven om een schijn van recht
aan den oorlog te geven, die eiken
redelijken rechtsgrond miste. Men
meende toen trouwens nog dat de
oorlog van korten duur en feitelijk
een militaire wandeling zou wezen.
Toen dat beestje tegenviel en men
zeer goed begon in te zien, dat men
niet kwam als bevrijders der Bedouï-
nen, maar als vijanden van al wat
Turksch en Arabisch was, zooodat
er geen sprake kon zijn van een
eigenlijk gezegde verovering van het
landtoen men ook zelfs door de
meest welwillende pogingen derbond-
genooten en de andere mogendheden,
er Turkije niet toe krijgen kon om
een vrede te sluiten die voor dat lai'.d
nooit iets anders dan een smadelijken
vrede kon zijn, ja toen moest er toch
wat anders gebeuren en daartoe
diende de niet al te ernstig opge
vatte betooging tegen de Darüanelien.
Wij zeggenniet al te c-rnstig opge
vat; want de ltaliaansche regeering
zal zich wel tweemaal bedenken eer
zij last geeft om de Dardanellen te
forceeren, trouwens ook met het oog
op eigen veiligheid maar hei groote
feit is, dat de ltaliaansche oorlog
schepen om tech in die buurt te
blijven, dat Turkije mitsdien gedwon
gen is om de Dardaneilen ook voor
koopvaarders gesloten te houden,
zooals zij, bij tractaaï, voor oorlog
schepen gesloten zijn, dat de uitge
breide handel ter zee daar dus stil
staat, de protesten daartegen al le
vendiger en levendiger zullen worden,
waar men Turkije in 't minst geen
35.)
Dit Medusahoofd, deze met bloed
doorloopen oogen behoorden haar
moeder en thans strekte het
spookbeeld beide handen uit, de
krampachtig gebogen vingers woelden
in het rijke haar, de hulpelooze en
heete, stootende adem streek langs
haar gelaat. De angst brak de ver
lammende betoovering. Een luide
schreeuw, die door merg en been
drong, klonk door het vertrek. Het
meisje trachtte de vreeselijke last met
geweld van zich af te keeren
doch te vergeefs. Dat was te veel
voor de overprikkelde zenuwen van
Constance, nog eenmaal gilde zij,
toen was heï haar alsof de muren
elkaar naderden, als zonk de zolder
omlaag, als lag zij in een kist en die
vreeselijke vrouw op het deksel.
Een half verstikt gesteun kwam van
haar lippen en het bewustzijn ver
dween.
Weken lang raaskalde Constance
in koortsachtige fantasiën, toen ver
dween de brandende roodheid van
haar wangen en langzamerhand keer
den bewustzijn en kracht terug.
Slechts een zekere geestelijke
en lichamelijke uitgeputheid bieef
haar nog bij, zoodat zij zich geen
rekenschap kon geven, wat ereigenlijk
met haar gebeurd was.
Op zekeren dag,toen zij met gesloten
oogen, doch zonder te slapen, in de
kussens lag, voelde zij haar slapen
weer door iets ijzigs aangeraakt,
Toen ontwaakte plotseling de herin
nering aan dat verschrikkelijke too-
neel. Was dat vreeselijke wezen weer
in haar nabijheid Zij hief zich
op, omklemde met beide handen het
hoofd, greep in een in koud water
gedrenkten doek en zag freule von
Dombrowsky aan haar bed staan.
„Gij waart ziek mijn kind", zei
deze, „zeer ziek, maar thans is het
gevaar geweken en gij zult spoedig
genezen zijn".
„Wat is er met mij gebeurd
MoederI Moeder! O, God
dien afschuwelijken blik zal ik nooit
geering zorg voor gedragen dat de
Bondsraad de uillegg'ng der wet
nader ter hand zal nemen. Zoolang
da bestaande Jezuitenwet, gehand
haafd wordt, is zij in hare strenge
opvatting en uitlegging in geheel
Duitschland van voile kracht en
waarde.
In Amerika, met zijn slechte poli
tieke zeden, blijft de onverkwikkelijke
persoonlijke of quasi-persooniijke
strijd tusschen de beide republikein-
sche candidaten voor het president
schap voortduren. Taft houdt per
soonlijke redevoeringen tegen Roose
velt en Roosevelt beschuldigt weder-
keerig Taft, dat hij niet alleen in
gedachten, woorden en daden on
trouw is geworden aan hun vroege
re vriendschap, maar in elk opricht
heeft gezondigd tegen de wetten Ier
gewone beleefdheid en welwillend
heid, die men zelfs tegen zijn bitterste
tegenstanders in acht behoort te ne
men. Wat dat nu eigenlijk met de
politiek te maken heeft is ons niet
erg duidelijk. Tati beschuldigt verder
Roosevelt, dat deze misbruik maakt
van zijn invloed op de bondsambte-
naren en zoo gaat het maar door.
De president is thans gemachtigd om
zeifs de officiëeie documenten der
regeering te onderzoeken en daarrnt
te halen wat hij noodig heeft om af
keurenswaardige politieke handelin
gen van Roosevelt tijdens diens
presidentschap te bewijzen. Lang
zamerhand begint het iets te krijgen
van de geschiedenis van pot en ketel
en het moet een bijzrndere verhef
fende gedachte voor een Amerikaan
wezen, om geregeerd te worden
door menschen die politiek zoo hoog
staan. We gunnen het den Amerika
nen van ganscher harte maar biijven
er persoonlijk liever van verschoond.
Prinses Juliana's verjaardag.
Ter gelegenheid van den verjaar
dag van H. K. H. Prinses juliana
wapperden gisteren te Apeldoorn de
vlaggen van openbare en vele par
ticuliere woningen. Van de gelegen
heid tot teekenen in de felicitatie re
gisters ten Paieize werd druk ge
bruik gemaakt. Van de veie aange
boden bloemstukken zij vermeld, die
der gemeente en van de Oranje-
Vereeniging. Op hun verzoek was
aan de Padverkenners vergund zich
op Het Loo op te stellen en de
Prinses te begroeten, hetwelk de
Koningin deed samenvallen met de
aankomst van H. M. de Koningin-
Moeder. De jongens hadden zich
daarna in gelid geschaard aan beide
zijden van den eere-ingang van de
Cour en presenteerden hunne stok-
weer vergeten", kreet het meisje.
„Waarvan spreekt gij vroeg Ale
xandra rustig. „Wat er roetje gebeurd
is? In dien nacht, toen ge ziek werdt
waart gij al wat opgewonden. De
zorg hield mij wakker. Toen hoorde
ik plotseling een schreeuw. Doodelijk
verschrikt sprong ik op en riep
Priscawij ijlden naar je toe en
vonden je met gloeiende wangen en
wilde blikken, Johan moest dadelijk
inspannen en den dokter halen. Ge
hebt ons zeer bang gemaakt".
„Maar moeder! Moedert"
„Wat
„Mijn God zij was het, zij
„Wat meent ge?"
Zij sioop dicht aan mijn bed als
een akelig spook. Hier zat zij
hier in elkaar gt doken als een
panter en zag mij a n met oogen,
wier uitdrukking mij het bloed deed
verstijven. Toen boog zij dieper en
dieper greep mijn haar vree-
selijk
„Wind je niet weer op. Ge hebt
gedroomd."
„Gedroomd zou ik hebben, dat zij
hier lag, mij bijna verpletterde, dat
zij woorden sprak zonder samenhang
ken bij het passeeren der Koninklijke
Familie.
De padverkenners, aangekomen
onder het vroolijk geroffel der trom
men en voorafgegaan door hoorn
blazers en vaandei, keerden evc-nzoo
naar hun clublokaal terug.
De Koningin-Moeder kwam met
een extrafrein bij het Paleis Het Loo
aan, hartelijk begroet door de Ko
ningin, de Prinses en den Prins. De
burgemeester in ambtsgewaad, ont
ving een handdruk. De Koningin-
Moeder gaf aan de Prinses een
mandje met prachtige rozen. De
Koninklijke Familie wandelde daarna
onder bijzonder hartelijke toejuiching
der belangstellende menigte naar hei
Paleis.
Meer nog dan gedurende den dag
was gisteravond in de straten var.
Den Haag te zien, dat een lid van
het Koninklijke Huis verjaarde.
Overal in het midden van de stad
bewogen zich talrijke scharen van
wandelaars door de straten, de ge
wone lichten van de officieele gebou
wen beschouwend?.
Iets bijzonders zag men dit keer bij
de Witte Sociëteit, die een geheel
nieuwe verlichting had aangebracht,
bestaande in een schitterende ster,
uiiioopende in roode punten en in het
hart da naamletter van prinses Juliana
dragende.
Om het elecirische lichtstuk heen
was een bloemversiering aangebracht.
Tweede Kamer.
Onder „Laatste Berichten" meld
den wij gisteren dat in de zitting
van de Tweede Kamer groot rumoer
heerschte. Deze ontstond omdat
verschillende leden andere wetsont
werpen wilden behandeld zien voor
het pantserschip.
De heeren Thomson (U. L.),
Helsdingen (S. D. A. P.), Van der
Voort van Zijp (A. R.) wiilen eerst
besprekingen van het marineperso
neel de heer Treu'o (V. D.) wil eerst
interpellatie over de uitkomsten van
liet rapport der staatscommissie be
treffende de resultaten onzer spoor
wegen de heer Troetstra (S. D. A. P.)
behandeling van zijn pensioen-motie.
De laatste spr. dringt aan op be
handeling van zijn pensioen motie,
omdat üe rechterzijde geen zeker
heid biedt dat de pensioenwet voor
1913 behandeld zal zijn.
Spr. stelt ten slotte voor de Bak
kerswet te plaatsen no. 1 op de
agenda.
De heer Nolens (R. K.) heeft geen
bezwaar de Bakkerswet te behande
len na het pantserschip, mits de da
tum van behandeling voor de Ziek
tewet vaststaat.
De voorzitter sluit zich hierbij aan
en geeft den heer Troelstra in over-
of zin Een droombeeld zou die
vreeselijke verschijning zijn geweest?"
„Een bewijs voor je opgewonden
fantasie."
„Gij liegt I" riep Constance. „Gij
liegt
„Het was werkelijkheid, afschuwe
lijke werkelijkheidWat is er van
mijn moeder geworden
„Wat vraagt ge dat zonderling
Zij is in haar kamer of in den tuin,
wat weet ik daarvan
„Ik geloof u niet. Geen waar
woord komt er van uw lippen I"
Alexandra stond op. Zij scheen
de kamer te wilien verlaten, bleef
echter plotseling staan, zag naar het
park en trad weder op het bed toe.
„Overtuig u zeif, dwaas kind I"
zei zij hard, trok het gordijn weg en
hief het meisje met sterken arm op.
„Zie daar!"
Constance volgde de richting der
uitgestrekte hand. Tusschen de reeds
ontbladerde boomen wandelde me
vrouw von Arnheirn, gehuld in een
zwarten, wijden mantel, een kanten
shawl om hoofd en hals geslagen.
Zij zag er even bleek, ziekelijk en
ernstig uit ais altijd en ging volgens
weging zijn pensioenmotie thans niet
te doen behandelen.
De heer Duys (S. D. A. P.) komt
er tegen op, "dat zonder hoofdelijke
stemming zou worden besloten
morgen het pantserschip te behande
len.
Hij komi daartegen op, evenals de
heer Troeistra (S. D. A. P.)
Iniusschen staat de heer De Sa-
vornin Lohman tusschen d?n spre-
kersstoel en den Voorziiterszetel te
interrumpeeren, dat de heer Duys
buiten de orde is. Er ontstaat ka
baai.
De heer Duys zegt onder deze om
standigheden van het woord af te
zien.
De Voorzitter hamert voortdurend
en dreigt met schorsing van de ver
gadering, waartoe stemmen uit de
vergadering hem aansporen.
Óndertusschen neemt de heer Troel
stra het woord. Hij buldert de rech-
terzqde toe, dat zij niets gevoelt voor
de arbeidersbelangen. „Jullie gebruikt
de arbeiders als vee, als stemvee en
werkvee
De heer Lohman interrumpeert dat
men buiten de orde was.
De heer Troelstra, van wiens woor
den, hoe luide ook uitgeschreeuwd
niets meer doordringt (evenmin
als van die des heeren Lohman
en van anderen, die interrupties
trachten te plaatsen) schreeuwt dat
de heer Lohman al 50 jaar buiten de
orde is.
Het is een oorverdoovend tumult:
vele Kamerleden schreeuwen door
elkaar, terwijl de Voorzitter door
voortdurend hard hamergekiop tracht
stilte te verkrijgen.
Wanneer dit niet gelukt, staat de
Voorzitter op en sluit hij de openbare
vergadering, we'ke hedenochtend zal
worden voo tgezet. Na sluiting van
de openbare vergadering vergaderde
de Kamer nog korten tijd in de af-
deelingen tot het kiezen van voorzit
ters en ondervoorzitters.
Buiten het Kamergebouw stonden
velen, waaronder een aantal bakkers
gezellen, te wachten, terwijl een sterke
macht politie en veldwachters in en
'ouiien het Kamergebouw was samen
getrokken. Bij het aanvangen der ver
gadering was ook de hoofdcommis
saris, de heer Versieeg, op het Bin
nenhof. De poiitie zorgde na de slui
ting der vergadering voor verspreiding
der menigte, heigeen zeer kalm in
zijn werk ging. Blijkbaar was het
publiek teleurgesteld dat de Kamer
leden zich (door de sectievergaderin
gen) niet vertoonden.
Post- en telegraafbeambten.
In de gisLr te Utrecht algemeene
vergadering van den Algemeenen
Bond van Nederlandsch Post-, Tele-
gsaaf- en Telefoonpersoneel is de
gewoonte met langzamen, sleependen
tred. Niet de geringste verandering
was aan haar te zien, niets wat herin
nerde aan de spookachtige ge
stalte van dien nacht. De dienst-
ijverige Prisca volgde haar op eenigen
afstand, den doek over den arm dra
gende. Van tijd tot tijd keerde de
barones zich om en wisselde eenige
woorden met haar.
„Welnu?" vroeg freule von Dom
browsky. „Blijft gij er nu nog bij,
dat uw droombeelden waarheid
waren
„Ik weet niet wat ik moet denken,"
antwoordde het meisje. „Mijn hoofd
is zoo wild. Mogelijk dat het
koorts is geweest en toch, wan
neer ik mij alles goed voorstel, zou
ik er nog op zweren, dat het wer
kelijkheid is geweest."
Alexandra boog zich over haar en
zag haar doordringend aan. „Laat
die zaak rusten. Wanneer gij uw
krachten terug hebt, heb ik veel en
iets gewichtigs met u te bespreken.
Nu moet gij nog ontzien worden.
(Wordt vervolgd.)