Cacao
Van Houten s
iüiTEI
13 ct.(
114 ct.
rijdag
5 April
Haaf en Smart.
richten.
u s
s
'SMfl.
[SMA.
Gemeentebestuur.
Feuilleton.
De beste voor den prijs
No. 82.
50e Jaargang.
1912.
mr.
c
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
Bbonnsments-ftduertenfiën op zeer ooordeeiige voorwaarden
in vooruitgang
gesproken van
maar alles by
er niets aan den
[uitzichten ver-
ordeelig jaar.
iven voor het
;en 186,885,000,
:omsten volgens
astinggrondslag
oodat er een
000 pdst. Daar-
iwe belastingen
veroordeelde
ïn Lioyd Qe.
rerschot als re-
rlaats van voor
Het bedrag
welke men
dit jaar zou
den grondslag
gesteld en de
som bij de re
in invloed heb-
reeds gedrukt
:he fonasen en
ft van de re-
Sr a a f.
eK aan de
,d.
Koninklijk be
ad is bepaald
e Koningin.
H. M. de Ko-
vrouw en het
omen visscher,
i het garnalen-
an Schevenin-
verdronk, een
200.
Imp,
|er is bericht
stoomschip
(passagiers en
ipen in een he-
De overblijt-
igevonden op
Broome.
vinden uit W.
|jk bewolkt,
iets zachter.
rfentiën.
>gne
V -es
1 J-'S
O
zorst l Jjj
o?
J voorhanden,
pmctureereile prijs.
TÓI~ VELDE Jr.
1461.1.
Hamworst
MÊÊ
roof
»eer
VLISS1NGSCHE
COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post l.SO.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÊNvan 1—4 regeft ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
TELEFOONNUMMER 10.
RIJKSBELASTINGEN.
Kadastrale metingen en schattingen.
De Burgemeester van Vlissingen;
brengt ter kennis van belangheb
benden, dat van heden af gedurende
dertig dag n ter gemeente secretarie
ter inzage is nedergelegd de opgaaf
der uitkomsten van de metingen en
vastgestelde schatting van eenigs in
deze gemeente gelegen eigendommen.
Vlissingen, 4 April 1912.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
BINNENLAND.
Het ongeluk a. b. van Hr. Ms
„Zeeland".
Op een schriftelijke vraag van het
Kameriid Thomson om volledige bij
zonderheden aangaande het ongeiuk
op 27 Maart bij het houden van
schietoefeningen a. b. Hr. Ms. „Zee
land" voorgevallen, heeft de minister
van marine bet volgende geantwoord
Het is ondergeteeker.de onmogelijk
om reeds thans volledige bijzonder
heden te verschaffen aangaande het
ongeluk dat op 27 Maart j. 1. bij het
houden van schietoefeningen aan
boord van Hr. Ms. „Zeeland," welk
pantserdekschip in West-Indië ver
toeft, heeft plaats gehad, aangezien
zoodanige volledige bijzonderheden
hem nog niet bekend zijn.
Het eenige wat ondergetekende
reeds thans met zekerheid kan me-
dedeelen, is, dat de onmiddellijke
oorzaak van bedoeld ongeluk, ten
gevolge waarvan éen matroos 2e kl.
werd gedood, éen korporaal der ma
riniers zwaar gewond en een mari
nier 2e kl. benevens een licht-matroos
licht gewond werden, is gelegen in
het, tengevolge van tot nu nog niet
bekende redenen, ontploffen van een
lading van een der kanons van 7.5
c. M. bij niet omgedraaide kruk van
het sluitstuk en niet getroffen slagdop
der huls, en dat naar de oorzaak van
het gebeurde een onderzoek wordt
ingesteld.
Bewijzen van huwelijksvoltrekking.
De „Sch. Ct." bericht, dat thans
tegen den ambtenaar van den bur
gerlijken stand te Rotterdam proces
verbaal is opgemaakt wegens het
afgeven van ongezegelde bewijzen
van huwelijksvoltrekking. Het blad
voegt hieraan toeDe zaak zal bij
veroordeeling tot in hoogste instantie
worden doorgezet, opdat definitief
zal worden beslist, of die verklarin
gen gezegeld moeten zijn of dat ze
in briefvorm ongezegeid kunnen wor
den afgegeven.
Te Schiedam werden bedoelde ver
klaringen ook ongezegeld afgegeven.
__0—
13.)
„Yerre is het van mij een godloo
chenaar te zijnmaar hoe het mogelijk
is dat de vorm van dit paviljoen,
dat toch maar dient ter versiering van
het park en om mijn verzamelingen
te herbergen, uw godsdienstig ge
voel kan kwetsen, dat begrijp ik niet."
.„Ik zie, dat wij elkaar op dit punt
niet begrijpen," sprak mevrouw von
Amheim, terwijl op haar wangen
z'ch weer de kleine, roode vlekjes
vertoonden, welke echter onmiddellijk
verdwenen om plaats te maken voor
haar gewone bleekheid. De trekken
van haar gelaat schenen nu vervallen.
„Laat ons liever niet spreken over
dit verschil van meening," merkte
Mejuffrouw von Dombrowsky op.
"Dat zijn meeningen, waarover niet
valt te twisten. Ieder kan in dat op-
21ch handelen volgens zijn eigen ge
helen zonder daardoor dat van an-
Het Vredespaleis.
Er is een edeie wedstrijd onder de
natiën ontstaan om het Vredespaleis
zoo fraai mogelijk op te tuigen. Op
dat men onder den geschenkenregen
den tel niet kwijt zal raken, volge
hier nog eens een lijstje van de ge
schenken.
Ons land gaf den grond, de zeven
geschilderde ramen in de traphal en
in bruikleen 4 schilderijen van Ferd.
Bol. Duitschland boawf een monu
mentalen ingang voor het park.
Frankrijk geeft een decoratief paneel
in de groote en een gobelin in de
kleine zaal. [tal schenkt het fraaie
marmer voor de Salie des pas perdus.
Engeland zorgt voor de 4 geschilderde
en gebrande ramen in de groote
rechtszaal. Rusland draagt een groote
jaspisvaas bij. Zwitserland geeft het
torenuurwerk en de wijzerplaten.
Turkije legt een groot tapijt. De fon
tein van Kopenhaagsch aardewerk op
de binnenplaats is een cadeau van
Denemaiken.
Ameiika plaatst een monument op
het eerste bordes va t de hoofdtrap.
Zweden en Noorwegen voerden
groote hoeveelheden bewerkt graniet
aan.
Verder gaven nog: Argentinië een
copie van een monument, opgericht
op de grens tusschen Chili en Argen
tinië ter herinnering aan de vreedzame
oplossing van een ernstig geschil
tusschen beide Staten Brazilië een
groote partij kostbaar houtBelgië
gesmeed ijzeren en bronzen deuren
Oostenrijk vergulde bronzen kande
labers Hongarije vazen en wandbe-
kleedingen China vier groote vazen
in email cloisonnéJapan de gebor
duurde zijden behangsels in de zaai
van het Conseil administratief.
I
Onderoffic'eren.
Naar aanleiding van mededeelingen
door den minister van oorlog gedaan
aan het dagelijksch bestuur der on-
officiersvereeniging „Ons Belang",met
betrekking tot zijne plannen betref
fende een wijziging van de pensioen
wet voor onderofficieren en minderen,
heeft dat bestuur aan de afdeelingen
meegedeeld, dat de deswege gevoerde
actie op bescheiden schaal kan wor
den voortgezet totdat in de toekomst
het hoofdbestuur het voeren eener
krachtige actie noodig acht.
Wegens wangedrag ontslagen.
Op voordracht van den gouverneur
der Kon. Mil. Academie zijn door der,
minister van oorlog een cadet-sergeant
en een cadet-sergean'-tiiulair van de
acedemie verwijderd, wegens door
ga nd slecht ged ag, ook blijkende
uit ongevoeligheid voor straffen en
vermaningen, alsmede ondeugden,
welke hen voor andere cadetten ge-
deren te willen kwetsen. Het is
overigens reeds laat geworden, en
wanneer gij er niets tegen hebt, stel
ik voor naar onze kamers te gaan.
Ik heb met Prisca alle koffers uitge
pakt en ben moede."
Zij stond op en de anderen volgden
haar voorbeeld. Men kon aan haar
vastberaden gelaat zien, dat zij gewoon
was te worden gehoorzaamd.
„Goeden nacht, oom Wanneer de
dauw nog schittert op de grashalmen,
zal ik reeds klaar zijn voor onzen
morgenrit!" riep Constance.
„Vertrouwt gij mij uw dochter
eenige uren toe vroeg de vrijheer
zijn nicht.
Zenuwachtig liet zij den ketting,
waaraan het gouden kruis hing, door
haar slanke, blanke vingers glijden
zij mompelde eenige onverstaanbare
woorden en wierp ee.i vragenden,
onzekere:, blik naar Alexandra, Deze
knikte en nu eerst gaf mevrouw von
Arnheim haar toestemming. Zij scheen
inderdaad in menig opzicht onzelf
standig te zijn en haar beslissing
afhankelijk te maken van den wil
van Dombrowsky.
CAan het publiek kan heta
foordeel worden gelaten, of|
Rona
inderdaad is
1 Kg. 1.50 /ijKcj. f 0.42-ï
LV2 - 0.80 Mo» - 0.18
vaariijk doen zijn. Door den gouver
neur is hun rang ontnomen, waar
na zij naar hun betrekkingen zijn terug
gezonden.
DE ZIEKTEWET
Aan de Tweede Kamer is het
volgende adres gezonden
Geven met verschuldigden eerbied
te kennen: Th. J. C. van Aartsen,
W. Verhage en G. J. Bijlaard, wo
nende te Vlissingen, als werklieden
bestuursleden van het Zieken- en
ondersteuningsfonds van de Konin
klijke Maatschappij „De Schelde" te
Vlissingen.
Dat zij met meer dan gewone be
langstelling hebben kennis genomen,
van het door den minister van land
bouw, nijverheid en handel in te
dienen wetsontwerp „Ziektewet" spe
ciaal de bepalingen, betrekking heb
bende op Ziekenkassen.
Dat zij volgaarne erkennen.dat daar
door een groote verbetering gebracht
zal worden in den toestand van een
zeker deel der werklieden, te weten
van hen, die niet in de gelegenheid
zijn zich aan te sluiten bij een der
bestaande Ziekenfondsen (kassen)
Dat datzelfde echter, naar hun be
scheiden meening, niet gezegd kan
worden van het andere deel der
werklieden, die thans hun ziekenfonds
(kas) zeif beheeren.
Dat bij vergelijking van verschil
lende bepalingen in genoemd wets
ontwerp, en verschillende bepalingen
op dezelfde toestanden betrekking
hebbende in de reglementen van enkele
thans bestaande ziekenfondsen (kas
sen), onderraeer dat van de Koninklijke
Maatschappij „de Scheids" waarvan
wij uwe Kamer h e bij eer» exemplaar
toezenden, de eerstgenoemde niet in
HOOFDSTUK IV.
Het was nog vroeg, toen Constance
reeds in haar blauw rijkleed voor
den spiegel stond en den hoed met
de lange witie veer er; op het donkere
haar drukte. Jenny, het kamermeisje
dat G sbert uit G.had laten komen,
reikte haar de sierlijke karwats over,
terwijl P/isc-, op een laag stoeltje
gezeten, met bewonderende blikken
naar haar jonge meesteres opzag.
Steeds was zij aanwezig, wanneer
deze haar toilet maaktedat was een
gewoonte, waarvan zij niet kon afzien.
Een bediende kwam vragen, of de
jnffrouw gereed was en Constance
ij de nu, terwijl zij den langen sieep
over den arm wierp, den vrijheer
tegemoet. Haar kleine, zilveren sporen
kletterden welluidend, toen zij over
den gepleisterde vloer van den stal
slapte, waar de beide prachtige dieren
op en neer geleid werden. Zij was
inderdaad een uitstekende rijderes,
wier schoonheid thans nog meer ver
blindend scheen dan anders. Levens
lust schitterde uit de donkere oogen
hartstocht ademde uit gansch haar
wezen.
Wij zulien het dorp vermijden en
het belang der werklieden uitvallen.
Dat toch uit dit reglement blijkt,
dat de geldelijke uitkeering bij ziekte,
zoo deze langer dan éen dag duurt,
direct ingaat, terwijl in genoemd
wetsontwerp datzelfde pas het geval
is na den vierden ziektedag.
Dat zij deze bepaling van groot
bezwaar achten voor de werklieden,
daar zij bij ondervinding weten, dat
een groot aantal ziektegevallen dezen
duur niet overschrijdt, en daardoor
geldelijke uitkeering niet zal worden
verstrekt.
Dat door deze bepaling de moge
lijkheid o tstaat, dat de werklieden
bij een lichte ongesteldheid zuilen
trachten, hun werkzaamheden te blij
ven verrichten, waarvan een meer
ernstige ot langdurige ziekte hst ge
volg kan zijn.
Dat zij zich voorstellen, dat ook
de verhouding van premie tot uit
keering, minder gunstig zat moeten
zijn, gezien den grooten omvang van
beheer.
Dat de premie bij het door hen
beheerde ziekenfonds (kas) bedraagt
l'/s pet. van het verdiende weekloon.
Dat deze premie bijna geheel ten
bate der werkl.edcn kan worden aan
gewend, daar voor administratie en
controle a/8 pc'- van de ontvangsten
ruim voldoende is gebleken, zooals
Uwe Kamer uit het hieibij gevoegde
overzicht van ontvangsten en uitga
ven over de jaren 1909, 1910 en
1911 kan nagaan.
Dat daarvan bovendien nog kan
worden voorzien in het aller nood
zakelijkste levensonderhoud van 33
oude of gebrekkige werklieden, door
hun een wekelijksche ondersteuning
te verleenen van f 2 50 tot f 4.00, ter-
wijt het meermalen voorkomt dat
verpieegkosten in gestichten, of reis
kosten naar specialiteiten vergoed
worden.
Dat van al deze laatstgenoemde
gunstige bepalingen voor de werk
lieden in Jjedoeid wetsontwerp niets
is opgenomen.
Dat zij zich overtuigd houden, dat
deze gunstige bepalingen zonder
hoogere premiebetaling dan ook al
leen kunnen voorkomen bij zieken
fondsen (kassen) beheerd en gecon
troleerd door de deelnemers zelve.
Dat l et hun daarom dan ook ten
zeerste heeft getroffen, dat in ge
noemd wetsontwerp de absolute
zelfstandigheid van alle ziekenfond
sen (kassen) dus ook van de voor
de werklieden meest gunstige wordt
opgeheven.
Dat hun dat des te meer heeft ge
troffen, waar dat eigen beheer hun
bij de inwerkingtreding van de ar
beidswet op 1 Februari 1909 scheen
verzekerd, en waarvan sedert geble
ken is dat dit zulke gunstige resul
taien heeft ten gevolge gehad.
dadelijk den weg naar list bosch
instaan", zeide de heer von Hohenfeis.
De molen lag op tian minuten
afstauds. Een heerlijke weide strekte
zich voor hem uit. Vergeet-mij-nieijes
bloeiden aan beide zijden van de
beek, in zulk een menigte, dat het
gras een blauwen weerschijn had.
„Hoe verrukkelijk schoon", riep
Constance, terwijl zij haar paard
inhield.
De vrijheer scheen deze woorden
niet gehoord te hebben. Zijn blik
hing aan een kinderlijk zachte, vrou
welijke gestalte, die bloemen plukte,
terwijl zij zich diep over het water
boog. Haar gelaat kon hij niet zien,
maar het goud bruine haar, dat in
twee lange vlechten over haar schou
ders hing, trok zijn opmerkzaamheid
en herinnerde hem levendig aan de
eenige vrouw, wie hij ooit waar
achtig had bemind. Arme, vroeg ver
bleekte roosHet meisje keerde
zich om en nu kon hij een kreet van
verrassing nauwelijks onderdrukken,
Hij zag de onvergetelijke vrouw terug
De schoone oogen, met de kleur
der vergeet-mij-nietjes, welke zij in
de handen hield, hadden dezelfde
Dat zij ten bewijze daarvan wen-
schen aan te voeren, dat het beheer
van het Zieken- en ondersteunings
fonds van de Koninklijke maatschap
pij „de Schelde" gedurende ruim 33
jaren in handen was van de directie.
Dat met heffing van boven aange
haalde premie door de directie in
33 jaren slechis een reservekas kon
worden gevormd van f 13000 en wel
in hooflzaak door schenkingen van
de Maatschappij zelf, niettegenstaande
vooral in de eerste jaren het uitge
geven bedrag aan ondersteuning van
oude of gebrekkige werklieden, uit
den aard der zaak zeer gering kon zijn.
Dat daarentegen ondsr het beheer
der werklieden, zonder hoogere pre
miebetaling, doch met veei hoogere
uitgaven voor oude en gebrekkige
werklieden, in de reservekas kon
worden bijgelegd ruim f4450.
Dat zij als reden van deze gunstige
resultaten geen andere kunnen vinden
dan het indivïdueele belang, dat elke
deelnemer heelt bij den bloei en voor
uitgang van deze instelling.
Dat, sinds beheer en controie voor
het grootste gedeelte berusten in
handen van door de deelnemers zelf
aangewezen werklieden, ieder zich
zooveel mogelijk beijvert aan den
goeden gang van zaken mede te
werken.
Dat het dan ook alleen daardoor
aan het bestuur is mogen gelukken
de reglements-conlrole zoodanig in
te richten, dat misbruik of simulatie
tot een enkele uilzondering terugge
bracht is kunnen worden.
Dat zij bij het behouden van eigen
beheer voorzien, dat binnen betrek
kelijk korten tijd zal kunnen worden
overgegaan tot het verhoogen van
geldelijke uitkeering bij ziekte, of
wel tot meerdere ondersteuning aan
de oude of gebrekkige werklieden,
waardoor belangstelling en medewer
king, zoo mogelijk, nog zullen toe
nemen.
Da! echter bij hen de gewettigde
vrees bestaat, dat die medewerking
geenzins zal worden verleend als het
eigen beheer wordt opgeheven, daar
de werklieden zich dan niet meer
zulien beschouwen als direct be
langhebbenden.
Dat daarut van zelf vooilViOeii,
dat, waar alle werkzaamheden moe
ten worden verricht door niet be
langhebbenden, de kosten van uit
voering zeer zullen stijgen, waardoor
een gioot gedeelte der door de
werklieden gestorte premie ni t aan
zijn oorspionkelijke bestemming zal
ten goede komen.
Dat het voor niet direct belang
hebbenden onmogelijk zai blijken zeifs
in een beperkte omgeving simulatie
of misbruik te voorkomen, waardoor
weer een ander deel der premie niet
zoo nuttig zal kunnen worden be-
droomerige uitdrukking. De betoove-
ring der kuisctie lieflelijkheid, welke
eens de overledene sierde, omgaf ook
dit jeugdige wezen, da! biozend tot
hem opzag, kort beantwoordde en
dan over de brug in den molen
verdween.
„Wie is toch die kleine vroeg
Constance.
„Ik weet het niet, maar haar ver
schijning wekt weemoedige herinne
ringen in mij op", antwoordde hij
en als om het gesprek af te leiden,
voegde hij er aan toe
„De zon zal spoedig brandenwij
moeten ons haasten om van de
schaduw van het bosch te genieten."
De paarden vlogen verder, nauwe
lijks met de hoeven den grond aan
rakende. Steeds meer bewonderde
de vrijheer zijn gezellin, wier moed
dikwijls aan roekeloosheid grensde.
Zij was toch een schoon wezen, vol
vuur en leven, doch ook een echt
kind der wereld, dat reeds thans de
hartstochtelijke exentrieke vrouw der
wereld verried Een tropische bloem
midden in hel koude Noorden.
(Wordt vervolgd.)