BLOOKERS 8 Februari üonderdag' Feuilleton. No. 33. 50e Jaargang. 1912. TELEFOONNUMMER 10. Van week tot week. I besluiten alzoo onwettig zijn, enz. enz. Een zekere Japata schijnt als leider te zijn opgetreden en een can- didaat voor het presidentschap heelt men alvast opgediept. BINNENLAND. SIIEN MOGE U NAMAAK OPDRINGEN, HOUDT VAST AAN DAALDERS CACAO; GE WEET DAT DIE UITSTEKEND IS. Een openbare vergadering. VLISSÏNGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÊNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groofe letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zsn- en Feestdagen. De ongeloofelijk onhandige Itali- aansche politiek dreigt Italië voortdu rend in moeilijkheden met Frankrijk te brengen. InArabië.aan de kust der Roo- de Zee, was een particuliere Fransche onderneming sinds eenigen tijd bezig met het aanleggen van een haven, verbonden aan een spoorlijn naar het binnenland, ten gerieve van den handel. Dat stuk van de kust besloot de Italiaansche regeering te blok- keeren en na voorafgaande waar schuwing werd de aanleg der be doelde maatschappij beschoten, met zoodanig gevoig, dat zij onnoemelijke schade leed. De Italianen beschouwen dat deel van de Arabische kust als een zeer geschikte plaats om manschappen en munitie over Egypte naar Tripolis te zenden en verdedigen hun handel wijze met een beroep op zeker artikel der Haagsche conventie van 1907. Blijkbaar zien zij echter over het hoofd dat hier van een geheel par ticulier onderneming sprake is en daarom hadden zij de Fransche wer ken bebooren uit te zonderen. Ook tegen de Engelschen hebben de Italianen weer eens een vriende lijkheid uitgehaald, door het nemen van een verdacht schip dat de Engelsche vlag voerde. Op die wijze is er meer aanhoudingsnieuws dan oorlogsnieuws, want het Italiaansche leger is wel voortdurend aan allerlei aanvallen van Turken en Arabiereu blootgesteld, en heeft de handen vol met die af te slaan, maar voert fei telijk weinig af niets tegen den vij and uit. Men begrijpt niet waar het op deze wijze heen moet. sfc Wat de berichten uit China betreft, heeft men nu en dan groote moeite om er een touw aan vast te maken. Zoo is het met die, volgens welke door de keizerlijke regeering besloten zou zijn, geheet in strijd met vroegere besluiten, om de voorwaarden der republikeinen aan te nemen. De kei zerlijke familie zou dan tegen een zeer ruim jaargeld afstand moeten doen van de regeering, zonder aan een plaats van verblijf gebonden te zijn. Inlusschen staat hit vast dat de familie nog te Peking is en het is zeer goed mogelijk dat het keizerlijke leger moreel dwang uitoefent om den staat van zaken te handhaven. De vraag is maar of dit op den duur baten zak Zooveel schijnt wel zeker, dat de raadselachtige Joen Sji Kai zich met het tot stand komen van een repu bliek best zal kunnen vereenigen en er een hoogeren post in hoopt te verwerven dan hij thans bezit. Van alle zonderlinge berichten die 47.) Zou het hem voor de tweede maal overkomen, dat hij bij eene vrouw de vonk van het heilig vuur zag op flikkeren, dat hem ontzegd bleef Hij gevoelde het, wat hij daar hoorde, was de eerste vleugelslag van een groot talent. Zou hij haar verder den weg effenen? Als hij Marianne niet nielp, dan zou ze zeker wel be zwaarlijk voor deze historische no velle zoo spoedig een uitgever vin den, want alleen grooten schrijvers was het vergund, hun werk ook in dezen vorm te zien gedrukt. Alleen dan, als hij haar hielp, als hij haar hulpvaardige raadsman bleef, zou hun vriendschapsband blijven be staan. Hij kon zich zoo onmisbaar maken, dat zij als hij hare eerzucht vleide en haar succes verzekerde, hem al.jjd haren weidoener zou wij ontvangen is de gekste onge twijfeld deze, dat de regeering zelf een republiek in wil voeren en daartoe last gegeven heeft. Het is al voor de tweede maal dat dit zotte bericht opduikt. In de aangelegenheden van Perzië schijnen Rusland en Engeland bezig te zijn, de onderhandelingen vooit !e zetten over de deeien van het land, waarin zij zoogenaamd Invloed zullen oefenen, een invloed die gepaard zal gaan met behoud van de zelfstan digheid des rijks, terwijl beide mo gendheden dan voldoende kunnen waken voor hunne handelsbelangen en voor de veiligheid en zekerheid hunner onderdanen en derzelve be zittingen. Zonder vreemde hulp schijnt de Perzische regeering in ieder geval haar toch niet meer te kunnen volbrengen. Toen Rusland indertijd zulke hooge eischen stelde en de Perzische re geering daarin toestemde, geschiedde dit natuurlijk in de hoop dat de Russen weei zouden vertrekkin, maar het gebeurt toch niet en men heeft er nooit plan op gehad. De Russi sche regeering beweert dat het verirek der troepen terstond het sein tot nieuwe onlusten zou geven en het blijven ervan dus in Perz;ë's eigen belang is. Naar men wil zouden de Russi sche en Engeische regeeringen gaar ne zien, dat Perzië tot een tusschen hen te sluiten verdrag toetrad, opdat ieders rechten uitdrukkelijk worden erkend. Man zou van die gelegen heid gebruik maken om, wat de Per zische regeering vermoedelijk gaarne zou zien, iets te bepalen omtrent den vroegeren Sjah. Perzië zou dan wel van verdere intriges van dezen ver schoond blijven. In Mexico is de betrekkelijke rust van korten duur geweest Het regeeren met meer zachte hand schijnt daar niet te gedijen. Revolutionnaire bewe gingen, meestal ten voordeele van den eenen of anderen persoon, dien men op den voorgrond wil brengen, zitten dat heet gebakerd volkje in het bloed en men pakt maar dadelijk aan ook. Het tooneel van de bewe ging is ditmaal de stad Cindad |ua- rez, een plaats ongelukkig weer aan de grens van Texas gelegen, zoodat de aandacht der Amerikanen er wel spoedig op zal gevestigd zijn. Men is om verschillende redenen, die wij niet kennen en die wij vermoeden dat niet van bijzonder groot gewicht zijn, ontevreden over den heer Ma- dcro, den nieuwen president, wil zijn verkiezingen niet erkennen, be weert dat de volksvertegenwoordiging onwettig is samengesteld, dat hare zien. Als de uitgave van zijnen ro man zijnen naam beroemd maakte, dan moest de aanval worden ge waagd. Er zou tusschen Marianne en haren man eene klove ontslaan, waarover geen terugkeer mogelijk zou zijn, waarover geen verzoenende stem van den een tot den ander zou worden gehoord. Marianne zweeg. Hoe langer hoe meer had het werk Raven geboeid, nu werd zijn oordeel verwacht. Hij wendde zich tot de jonge vrouw, hij moest in hare oogen zien, die straalden van blijde verwachting. Hij zag de wangen, die zacht rood wa ren gekleurd, den schoonen mond, die al het strenge had verloren. In hare donkere oogen kwam nu eene uitdrukking van innerlijke onrust, eene angstige schroom, eene bange vraag. Hij bemerkte dit alles wel en talmde opzettelijk met zijn kritiek. Toen wierp ze met ontwakende trots het hoofd achterover en riep op ongeduldigen toon „Zeg mij, als het niet deugt, en ik verscheur on middellijk de bladen." „Niét' zoo toornig", vermaande hq. Hij vond het heerlijk de macht De Duitsche regeering, waaronder in dit geval vooral te verstaan zijn de persoonlijk regeerende keizer en zijne agenten, anders gezegd de mi nisters, biijven nog steeds woedend over de onverwachte overwinning der socialisten, die kalm en rustig den verderen loop der zaken afwachten en het ook kunnen doen. Allen die geholpen hebben, zij het dan indirect om dit succes te verkrijgen, zijn in ongenade gevallen. In de vergadering van den Pruisischen Landdag gaf het den minister van binnenlandsche zaken aanleising tot het verkondigen van de avereciitscbe stelling, dat een ambtenaar die cp een socialist stemt, zijn eer schendt. Zoo iets, meende hij, kan niet geduld worden. Wij vreezen echter dat men het toch zal moeten dulden, zooais men het geheeie bittere drankje zal moeien slikken. Faire bonne mine a mauvais jeu, ware in dit geval ten minste nog verstandig geweest, niaar nu stelt men zich aan ais een boos kind, dat in zijn woede zijn speelgoed door de kamer smijt. Een ambtenaar zweert ais ambte naar trouw aan het hoofd van den staat, maar hij stemt als burger van den staat, waarmede zijn ambtenaars loopbaan absoluut niets te maken heeft. Een redelijk ontwikkeld hoo- gere burgerscholier zou u dat kunnen vertellen, maar den minister van bin nenlandsche zaken in Pruisen schijnt het te machtig te wezen. Gelukkig hebben alle partijen een deel van de schuld te dragen en het eenige wat de regeering kan doen, is te trachten ze zooveel mogeiijk allen onder éen hoed te vangen, door met zuiver neutrale voorstellen voor den dag te komen. Wanneer deze regelen in druk verschijnen zal de Rijksdag reeds ge opend zijn en de keizerlqke troonrede zijn uitgesproken, 't Is te hopen dat Z. M. zich een weinig zal weten te matigen, anders zal hel, en misschien nog een graad ergi r, gaan als in den Landdag, waar een socialist er den bovengenoemden minister op wees, dat hij toch ook een eed heeft afge legd, namelijk dien op de grondwet, die den ambtenaar zoowel als een ander het vrije kiesrecht waarborgt, en dat een minister, die op dat vrije kiesrecht inbreuk maakt, ook zijn eed schendt. De minister en de geheeie regeering kan het zich voor gezegd houden. ^bonnements-flduerfenfiën op zeer uoordeelige voorwaarden te gevoelen, die hij over deze vrouw had. „Ik heb immers nog niets ge zegd. Weet ge, dat ge een gedicht in proza hebt geschreven Weer hebt ge iets eigenaardigs te voor schijn gebracht, en dat is in den teger,woord igen tijd het voornaamste. Daarbij gaat er een verkwikkende frischheid door het heele stuk. Tus schen het wapengekletter en den klank van ruwe mannenstemmen door, hoort men iets dichterlijks, evenals bij uw eersie sprookje. In hoeverre uw groot muzikaal talent hiertoe heeft bijgedragen, is moeilijk te bepalen." „De muziek?" „Nu ja, ge draagt de scheppingen van Wagner toch altijd in het hart „Dit zou toch niet daaraan ont leend zijn?" v.oeg Marianne, op vliegend. 'i Was voor 't eerst dat Raven dat bij haar opmerkte, ge woonlijk wist ze eene voorname ge lijkmatigheid te bewaren. „Neen, dat bedoel ik niet, maar de muziek heeft een soort van schep pingskracht bij u gewektzonder dat ge het u zljt bewust geworden. Denk maar eens rustig na." Eerste Kamer. Goedgekeurd werden gisteren eeni ge wetsontwerpen, o. m. tot wijziging van de Merkenwet rn van de Vis- scherijwtt en voor de ont igening te 's Gravenhage van het te stichten gebouw voor het departement van Landbouw. Daarna werd aangevangen met de algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting. De heer Van Pallandt was teleur gesteld door de houding der regeering ter zake van het bijzonder onderwijs, de regeling der predikantstraktemen- fen, de Zondagsrust op de treinen en de handhaving der Staatsloterij. De heer Hovy bepleitte ook bevor dering van het bijzonder onderwijs door steun aan schoolbouw. Voorraden In vredestijd. De noodzakelijkheid, om, voor approviandeeringsdoeleinden door le veranciers te doen zorg dragen voor het bestendig in vooraad hebben van graan en andere levensmiddelen, kan de minister van oorlog, naar hij in de memorie van antwoord op het eindverslag der Eerste Kamer mee deelt, vooralsnog niet inzien, hetgeen echter niet wegneemt, dat zijn aan dacht op hei zoo belangrijke vraag stuk gevestigd blijft, en hij zal niet schromen, om, wanneer bij nadere bestudeering van dat vraagstuk hem mocht blijken, dat het vormen van voorraden in vredestijd onvermijdelijk is, daartoe de noodige fondsen aan te vragen. Wijziging personeele belasting. Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging van de wet op de perso neele belasting. Voorgesteld wordt artikel 11 2 te lezen als volgt: De huurwaarden van perceelen en gedeelten van perceelen, uitsluitend dienende tot uitoefening van het be drijf van verhuurder van gemeubi leerde woningen, niet vallende onder artikel 33 1, tot winkel of lokaal tot uitstalling, wordt slechts voor een derde als belastbare huurwaarde aan gemerkt. Als te dienen tot uitoefening van het bedrijf van logementhouder, worden alleen beschouwd de inrich tingen, waar doorgaans voor reizi gers gelegenheid is tot logies per nacht. De vermindering van huurwaarde ten behoeve van verhuurders van ge meubelde woningen, is slechts toe passelijk op de inrichtingen, welke op badplaatsen, lust- of ontspannings oorden doorgaans niet dan gedurende „Ge kunt gelijk hebben, Raven," zei ze dan peinzend. De verdenking, dat ik niet mijne eigen gedachten zou hebben gegeven, maakte mij zoo boos. Wagner heef! mij wel bij mijn werk voorgezongen, doch zoo zacht, dat mijne ziel het maar onbewust vernam als het suizen van den wind. Maar ge moet weten, dat ik in mijne jeugd niets liever las dan goden- en heldensagen en daarvan zal wel veel zijn blijven zitten. „Neen, wij willen uw uitstekend werk niet verkleinen. Ik zal het meenemen, om het in een tijdschrift te laten plaatsen." „Hoe zal ik je mijn dank betoo- nen, Raven? „Door je tegenwoordigheid, Ma rianne." Houd mij maar veel gezelschap, gedurende de paar dagen, die we samen zijn. „Goed, Raven", zei ze zacht. Ze was zóo gelukkig, zóo dankbaar op dit oogenblik, dat ze hem ook graag genoegen wilde doen. „Kom" zei Raven, „wij willen wandelen zoolang de zon schijnt". En ze klommen den berg op, tot een korten tijd van het jaar worden verhuurd. Blijkens de toelichting heeft de minister van financiën afgezien van een onthtff-ngsbepaling als bestaat voor ter verhuring bestemde gemeu belde vertrekken. Meer doelmatig acht hij het om aan de b:s'aande bezwaren tegemoet te komen, door een verhooging van de voor logementen reeds be staande reductie van de belasting op twee derden voor zooveel de huur waarde en het mobilair betreft en dior gelijke reductie voor de ver huurde woonhuizen. In de reductie voor het mobilair voorziet artikel 2. De vermindering in opbrengst der belasting wordt geraamd voor de logementen op f 15.000 en voor an dere perceelen op f 10.000. In een zéér druk bezochte ver gadering in de groote zaal van den heer Buning, had gisterenavond op uitnoodiging van de afdeeling der S. D. A. P. ais spreker op de heer J. E. W. Duijs, lid der Tweede Kamer met het onderwerp „De pensioen- motie van mr. Troelstra en de tarief- wet der zgn. christelijke regeering". Na opening door den voorzitter, die mededeelde dat ds. Hogerzeil bericht had gezonden niet van de uitnoodi ging tot debat te zullen gebruik maken, was het woord aan den spreker. De heer Duijs begon met er op te wijzen, dat de christelijke voormannen weer schitterden door afwezigheid, volgens zijn meening moesten de predikanten overal op hun post zijn waar hunne beginselen te verdedigen vallen. Dit komt omdat de christelijke leuze, een valsche vlag is, die de lading dekt. het hotel was bereikt, klauterden toen tot het hoogste punt en hadden daar een ruim uitzicht over het land. Aan hunne voeten lag het Kriimmen- meer, als een haak kromde het zich, omgeven door hooge boomen, waar langs aan de eene zijde groene wei den zich uitstrekten. Verder in de diepte schitterde de breede vlakte van het Kellelmeer, aan het einde waarvan de huizen van Eutin, met den spitsen kerktoren hen tegen- groetten. „Ziet ge wel, hoe iand, water en beukenbosch een schoone harmonie opleveren? Wat is het toch een verrukkelijk stukje aarde, waarop wjj staan „Ja, onze provincie bezit een be- toovering, die wel op elk gemoed moet inwerken," zei Marianne daar om ook zegt johan Bosz van haar: „Er zijn ongetwijfeld landschappen van opvallender schoonheid, van grootscher uitwerking, van rijkere vruchtbaarheid van den bodem, maar zeker geene, dat liefelijker voor het oog is en meer tot het hart spreekt van alle goede, gevoelige menschen 1" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1912 | | pagina 1