T
raprijs.
Vrijda
19 Januari
uur.
Gemeentebestuur.
BINNENLAND.
Feuilleton.
No. 16.
50e Jaargang.
1912.
ran de
ïlburg.
SS,
araten.
riciteit.
lafies.
Land- en Tuinbouw.
Ned. Vereeniging tot bescherming van
JHAGE.
J 2 OPENT de
mkering wedir-
\S, die 31 De-
gesioten. Alle
jaar toetreden
Irlijke groep en
van de andere
-d. Onze Spaar-
onderling of
kt gaarne
awoordiger,
Iv-SCHIJNDEL,
nt. 140.
>lgens de
mbineerd
e ueilig-
uerstrekt.
VL1SSINGSCHE COURANT
8'
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kieine Markt 58.
ADVERTENT1ÊNvan 14 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzellde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, yitge^orseisró op 2©n- srs Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
ftbonneitienfs-'flduerfenfiën op seer ooordeêiige uoortoagrdesi
BEKENDMAKING.
Aangifte van nieuwe Leerlingen voor de
Openbare Lagere Scholen.
Burgemeester en Wethouders van Vlis-
eingen;
brengen ter kennis van beïaDgiiebbenden,
dat op Donderdag 15 Februari a.s. ala
Leerlingen tot de scholen A. (Cooeje Bus-
kenstraat,) B (Hendrikatr.) en F (Joost
de Moorstr.) kunnen worden toegelaten,
kinderen van On- en Minvermogenden
die op het tijdstip der toelating zes jaren
oud zijn.
De aangifte der nieuwe Leerlmgen kan
göBchieden van Vrijdag 19 Januari tot
en met Maandag 29 Januari e.k., des voor-
middaga van 9—12 uren, ter Gemeente-
Secretarie, (Griffie).
Bij de aangifte wordt men verzocht een
Trouwboekje mede te brengen.
Viiaaingen, 17 Januari 1912.
Burg. en Weth. voornoemd.
VAN DOOKN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
De gezondheidstoestand van
H. M. de Koningin.
In verband met de gisteren ver
strekte mededeelingen omtrent de
loopende geruchten in zake de te
leurstelling eer.er hoopvolle ver
wachting in de Koninklijke familie,
zijn we thans gelukkig in staat een
meer optimisliscnen klank te doen
hooren.
Inderdaad bestond er eenige aan
leiding tot het verspreiden van de
gisteren gepubliceerde geruchten,
doordat Prins Hendrik nog Dinsdag»
avond laat onverwachts in de resi
dentie terugkeerde midderwijl H. M.
de Koningin-Moeder laat in den nacht
naar het paleis in het Noordeinde
werd geroepen, alwaar zich reeds dr.
Roessingh en later ook prof. Kouwer
bevonden. Reeds verscheidene dagen
voelde H. M. zich minder goed. Dins
dagavond achtte H. M.'s omgeving
het raadzaam, Z. K. H. Prins Hendrik
ts waarschuwen, terwijl inderdaad
van Dinsdag op Woensdagnacht H.
M. vrij ernstig ongesteld bleek te
zijn. De ongewone drukte van het
af- en aanrijden, het voortdirend
aanwezig zijn van H. M. de Konin
gin-Moeder, benevens de genoemde
medici ten paleize, waren een vol
doende aanleiding, dat men in de re
sidentie zich ongerust maakte, met tot
resultaat het gisteren a'.om'met te
leurstelling vernomen gerucht.
Gisieravord der ide met: ons echter
mede, dat, alhoewel H. M. de Kornn-
gin inderdaad, zij hei dan ook ge
lukkig niét ernsn'g ongesteld is, er
kans bestaat, dat men in de hoop
volle verwachting niet teleu'gesieid
zal behoeven te worden. Prof. Kouwer
31.)
o—
„Dus waarheid en verdichting,"
schertste zij.
„Zooals dat past voor een schrij
ver," antwoordde hij en zette zich
neer op hei lage muurtje van den
vreedzamen hof, die door de kloos
tergang was ingesloten.
„Vroeger waren hier vensters, die
de overdekte gang nog verborgener
maakten. En dat was maar goed,
want bij wintertijd, ik gebof, begin
Februari, werd hier op deze heilige
plaats de dommarkt gehouden, die nu
hare plaats op de markt heeft gekre
gen. De koster vond dat het vroeger
mooier was. De oude heeft fantasie
en ik behoefde zijne schildering maar
te volgen om mij voor te stellen, hoe
vroegere geslachten, hier in 't ge
drang hebben geveild en gekocht."
Marianne keek stil voor zich uit
en zeer waarschijnlijk ook dr. Roes
singh waren voornemens, ook dezen
nacht ten paleize te verblijven. Eerst
heden zal, indien zulks noodzakelijk
zal blijken, een officieele mededeeüng
aangaande H. M.'s gezondheidstoe
stand verschijnen. (,Tel.°)
De minister van marine.
Werd voor het uiteengaan der
Tweede Kamer de kans groot ge
acht, dat men den minister van ma
rine in Februari niet meer terug zou
zien vooral omdat dümaal mi
nister Wentholt persoonlijk neiging
too ide om de portefeuille neer ie
leggen, thars vernemen wij, dat
dit voornemen geheel is losgelaten.
De minister stelt zich voor, zijn
panietschip mei kracht te hand
haven en alleen voor overmacht
het veld te ruimen. Aan het de
partement is „alle hens aan dek" cm
nadere gegevens te verzamelen voor
de verdediging der begrooting.
Nu de zaak zoo staat, mag het
vrijwel uitgesloten heeten, dat de
Kamermeerderheid de gelden voor de
nieuwe Indische past ervloot zal
weigeren, hoe vernietigendr critiek
daarop ook van deskundige zijde
werd uitgebracht.
Mr. Tijdeman over het kiesrecht.
Aan het verslag in da „N. R. Ci."
van een door mr, M. Tijdeman, den
leider der vrijliberale fractie in de
Tweede Kamer, te Tiel gehouden
redevoering, onileenen wij hei vol
gende
„Men staat eerlang voor een GrOnd-
••vetsherziening. Art. 80 zal dan ver
ruimd moeten worden, zoadat ook
een regeling bij de wet naar een
stelsel van algemeen kiesrecht met
uitsluitingen mogelijk zal worden.
De vraag iszijn er middelen om
de goede werking van het zeer uit
gebreide kiesrecht ie verzekeren
Velen zien heil in de invoering van
evenredige venegenwoodiging, ande
ren in stemplicht en veor beide is
veel ti zeggen.
Spr. meent, dat bij dit aiies nadruk
moet worden blijven gelegd op het
evenwicht, dat bedoeld is in onze
grondwettelijke instellingen, in het
bijzonder op de plaats, die daarin
aan de Eerste Kamer is gegeven. Zijne
conciusie is, dat er van eenige nood
zakelijkheid, om in de grondwettelijke
instellingen batieffiude iïe Volksvert:-
génwooidiging ingrijpendeverandering
aan te brenger, vooralsnog niet is
eehkken, dat deze instell «gen, mits
goed tot haar recht kemende, hecht
genoeg zijn om htt zetr uitgebreide
stemrecht, dat wij hebben of zullen
verkrijgen, te verdragen, en dat de
eventueels vervanging van de bestaan
de kieswet door een algemeen kies
en nam het woord van hem over„En
de edelvfouw kwam met hare dienst
maagd om oude Friesche weefsels
en kosibare specerijen te koopen, om
voor haar aan jicht lijdenden vader
eene heilzame drank te bereiden.
Toen kwam zij erg in het gedrang en
terwijl zij hulpzoekend om zich zag,
stond de slanke Hansa-zoon reeds
naast haar, om haar te beschermen.
Hij was wel is waas maar een koop
manszoon, maar ede! van inborst en
gevoelen.
Maar de jonkei, hoog in aanzien
aan het Deensche hof, wees zijn ge
leide tuw af, zoodat de hand van
den koopman, wiens schip in de
haven iag, naar zijn zwaard greep, dat
hij als weerbaar man aan zijne zijde
droeg."
„Hoe levendig weet ge dien ouden
tijd te schilderen, Marianne."
„Ik heb mij altijd geinterresseerd
voor vertellingen en oude sagen."
„Gij zult binnenkort geen nieuw
sprookje schrijven, maar een verhaal
uit de dagen van het oude Sleeswijk.
Dat staat in uwe oogen te lezen."
„Ik geloof niet dat ik zoo'n stof
volkomen meester ben;gaf ze be
recht met uitsluitingen in deze
beschouwing geen wijziging behoeft
te brengen."
Middenstandscongres.
Naar wij vernemen zal het Mid
denstandscongres op 10 en 11 Juli
1912 te Deventer gehoud n worden.
Volkstelling.
Het tweede gedeelte der gegevens,
verzameld uit de opgaven der tel-
kaarten van de volkstelling, heeft
thans onder den titel „Uitkomsten der
woningstaiisiiek" gepubliceerd als
No. CIX der Bijdragen tot de Sta
tistiek van Nederland, uitgegeven
door het Centraal Bureau voor de
Statistiek, het licht gezien.
De uitkomsten zijn vervat in een
viertal tabellen.
Tabei I gerit het aantal bewoonde
woningen, verdeeld naar het aantal
bewoonde veitrekken, met vermelding
hoeveel daarvan met de buitenlucht
in verbinding staan, alsmede van het
aantal daarin wonende personen.
Deze gegevens zijn vermeld voor elk
der gemeenten met meer dan 10,000
inwoners met inaehinemmg van de
wijkverdee'ing voor de 9 groepen
van gemeenten in iedere provincie
en in het Rijk, voor iedere provincie
in totaal en voor het Rijk in zijn ge
heel.
Tabel II geeft het aantal bewoon
de woningen verdeeld naar het aan
tal bewoonde vertrekken in verband
met het aantal personen per vertrek
voor dezelfde territoriën.
Tabel ill geeft het aantal wonin
gen bewoond dr r meer dan twee
personen per vertrek verdeeld naar
het aantal vertrekken in verband met
het aantal daarin wonende personen,
deze laatsten onderscheiden naar den
leefiijd (boven en beneden 14 jaar)
en met aanduiding of zij van gelijk
of van ongelijk geslacht zijn. Oak
deze gegevens zijn voor dezelfde ser-
ritoriën verstrekt doch de wijkverdee-
iing van de afzonderlijke gemeenten
is hier niet in acht genomen.
label IV eindelijk geeft hei aantal
gezinshoofden, wonende in woningen
met meer dan twee personen per
vertrek gesplitst naar de beroeps
klassen en de positie in het beroep
en met vermelding van het totaal
aaniai gezinshoofen in die beroeps
klassen voorkomende. Ook hier is
voor de aizonderlijk behandelde ge
meenten de wijkeerdeeling niet in
acht genomen.
Kunstmest en Ongedierte.
Er vait van den kunstmest veel
goeds te zeggen, maar veeimaals
scheiden te kennen.
„Waarom niei Ge zoudt bet kun
nen probeeren. Uwe fantasie zou te
hulp kunnen komen, waar de over
levering te kort schiet."
Marianne was stil geworden. Als
eene brandende vonk was het in haa'
binnenste gevailen en had den vuri-
gen wensch wakker geroepen, de
stof te verwerken. Ze zon niet eer
der rust hebben, evenals bij het
sprookje.
„Begin niet eerder, voor ik weg
ben," verzocht Raven.
„Ben je bang, dal ik er je mee zou
vervelen
„Neen maar ge hebt me verwend.
Je belangstelling heeft (ot nu toe zoo
geheel mijn werken gegolden, dat ik
het niet best zou kunnen verdragen,
op 't laatst nog achteraf te worden
gezet."
„Wees onbezorgdMocht ik mij
werkelijk eens aan deze geschiedkun
dige stof wagen, dan zou ik er eerst
zoo'n grondige studie van moeten
maken, dat—."
„Maak->u de zaak toch niet zoo
onnoodig moeilijk. In plaats van in
oude kronieken na. te snuffelen, kunt
wordt hierin ook overdreven. Jammer,
want wie dit weet, wordt licht wan
trouwend. Zoo iemand zal nrisschien
nu meesmuilen„Ah, is kunstmest
ook al tegen ongedierte En toch
is dit een feit en een feit van niet
gering beiang dat in streken, waar
sedert jaren kunstmest wordt gebruikt,
door niemand wordt betwijfeld.
Soms was de vernietigende werking
van den kunstmest in deze opvallend.
Iemand zaaide op zijn klaver super,
of bestrooide zijn klaverland met
kainiet en Thomasmeel, en den vol
genden dag waren de slakken ver
dwenen. Maar zoo sterk sprak het
niet overai, en niet altijd. Toch heet
het velerwegen in den volksmond
„Hoe meer kunsiniesi, koe minder
vreterijEn dat zeggen berust op
ervaring. Dat spreekwoord ontstond,
als we ons niet vergissen, in de
Groninger Veenkoloniën. Men had
daar nog al last van vreterij. Vooral
de einelt en de ritnaald hielden in
de haver en de aardappelen soms
ieeiijk huis.
Gij weet toch, welke diertjes we
hiermee bedoelen De emelt of hamel
is de larve van de emelivlieg en
heet ook wel knolworm en zwarfvorm;
de ritnaald, ook koperworm en hard-
worm genoemd, is de larve van de
welbekende Kniptor.
Bij haver vreet de ritnaald onder
den grond den pas ontkiemden sten
gel, terwijl de malsche eerste blaadjes
een lekkere spijs zijn voor de erneït.
Bij aardappels werkt de ritnaald
eveneens in den grond, dat is in den
aardappel. Op sterk geteisterd land
kan men cr soms 10 lot 20 bij den
pootaardappel vinden. Ook andere
gewassen op den akker en in den
hof worden er door aangetast.
Dat was dan ook in vrij erge mate
in den Veenkoloniën hei geval. De
kunstmest heeft echter opruiming ge
houden. Niet, dat nu alle vreterij
weg is. O neenMaar de verwoes
tingen zijn lang zoo groot niet meer
ais vroeger, toen men alleen met
stalmest en stadscompost bemes te.
Zou nu a! dat gespuis door aanraking
met een korreltje van zekere mest
stof gedood worden Ik weet het
niet, maar dat lijkt me wel wat ge
waagd. Mogelijk, dat de diertjes er
mee in aamaking gek.unen, zich er
van verwijderen naar een onbesmette
plaats.
Wat ik wel geloof: dai hei min
der prettig en minder gezond voor
hen wordt, als de kaüzouiers en het
Cbilisalpeier in opgeiosien toestand
in den grond zich verspreiden.
Vooral de kalizouten zullen hen 't
meeste kwaad doen. De jonge ernel-
ten en ritnaalden, die van de fijnere
wo;telij :s leven en niet zooveel kun
nen lijden als de ouden, zullen het eer
ge u aan de schrijvers houden, die
reeds voor u Sleeswijk Hobtein heb-
nen geschilderd, zooais boven anderen
de dichter Jensen."
„Ik mag toch niet in de voetstap
pen van anderen treden
„Waarom niet Ge leert daardoo',
hoe men moet doen. Ge behoef» im
mers nog niet af te schrijven."
„Neen, neen, dat reeds is in mijne
oogen diefstal van geest 1" vie! Ma
rianne opgewonden in.
„Ik ken veie collega's, die zoo
doen."
„Afschuwelijk gaf de jonge vrouw
lot antwoord. „Alleen reeds het be
wustzijn, de gedachten van anderen
voor de mijne uit te geven, zou mij
doen blozen van schaamte."
„Gij denkt te veel te voornaam, te
idealistisch van de menschen."
„Laat mij toch mijn geloof. Indien
ik nu eens datgene, wat gij daar
veronderstelt, in het door u bij mij
opgezochte wantrouwen, ook eens op
u wiide overdragen Gij zoudt mij
met verachting den rug toekeeren,
als ik van uwen nieuwen roman
wilde veronderstellen, dat hij aan
een ander was ontleend."
ste fe gronde gaan. En de eieren
De knip/torren en emeitviiegen leggen
heur eieren in den grond, moet ge
weten. Zouden deze door aanraking
met oplossingen van kunstmest niet
ongeschikt kunnen worden ter voort
brenging van jonge larven ik vraag
slechts, want beslist weten we het
niet.
Maar hoe het zij, de ervaring heeft
bewezen Kunstmest verdrijft onge
dierte.
In de sociëteit „St. Joris" te Mid
delburg werd gisteren de aigemeene
jaarvergadering gehouden van de
atdeeüng Zeeland van de Ned. Ver
eeniging tot bescherming van dieren.
Door de secretaresse, freule E. des
Tombe, werd het jaarverslag uitge
bracht, waaraan het volgende is
ontleend
Op het afgeloopen jaar mag met
meer voldoening terugg-zien worden,
dan in de laatste tijden het geval is
geweest. De afdeeiing, die zich bij
den aanvang' van 1911 in kwijnenden
toestand bevond, heeft zich weder
opgericht en met vernieuwde krachten
en moed het zoo noodige werk hervat.
De heer A. Klontje werd bereid ge
vonden het voorzitterschap op zich
te nemer» en freule des Tombe aan
vaardde het secretariaat, zoodat nu
alle funciies door het bestuur worden
vervuld. Het huishoudelijk reglement
eischte dringend herziening, een con
cept regiement werd opgemaakt,
vooiioopig door een algemeene ver
gadering en door het 'hoofdbestuur
goedgekeurd, het moet nog slechts,
volgens de sta uten, in de vergadering
van Januari worden vastgesteld.
In de eerste p'aats moest nu ge
tracht worden het ledental te ver
meerderen, en daardoor den finan-
cieelen toestand te verbeteren. In de
laatste drie maanden (raden wel een
30tal leden en 10 contribuanten toe,
doch de afdeeiing telt, niettegen
staande dat, nog ruim 40 leden min
der, dan in de eerste jaren van haar
bestaan. Haar financieeie kracht is
dus nog geringer dan bij den aanvang
van haar werk in deze provincie.
De voorgenomen propaganda zal
bestaan in het rondzenden van cir
culaires en het houden van lezingen,
met lichtbeelden, in de voornaamste
plaatsen van Zeeland. Het doel hier
van is, behalve de verspreiding onzer
denkbeelden, ia de plaatsen corres
pondentschappen fe stichten, die de
beianger» aldaar zuilen behartigen.
Uitvoering werd echter nog niet
aan deze plannen gegeven, de tijd
was daartoe te kort.
„De aanwezigen zijn altijd bui
ten gesloten," poogde Raven te
schertsen, maar zijn gezicht dat tig
hield afgewend was bleek geworden.
Hij haastte zich, van onderwerp te
veranderen. Hij haalde zijn horloge
te voorschijn en riep met goed ge-
speelden schrik:
„Als we ons niet haasten, worden
we hier ingesloten 1"
Snel gingen ze door de klooster
gang naar de kerk terug; Raven
drukte den koster een geldstuk in de
hand. Zij waren nu bij zijne woning
gekomen, en Marianne ging na een
kort afscheid verder. Waarom zij den
omweg door de allee maakte, in
plaats van reeds vroeger het koster-
pad in te slaan, waagde zij zich
zeker niet ie bekennen. Hare onbe
vangenheid in den omgang met Ra
ven was van daag plotseling ge
schokt, en zoo sloop zij door het
tuinpoortje naar binnen, alsof zij een
slecht geweten had.
(Wordt vervolgd.)