m
en
1UIS
E.
OOP
Vrijdag
5 Januari
Feuilleton.
No. 4,
50e Jaargang.
1912.
'DS-/
TERUGBLIK.
115 Januari.
ewoud 17.
ren.
Swarte
Verschijn* dagelijks^ uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
fibonnements-fldoertentiën op zeer uoordeeüge oooruiaarden
19.)
BINNENLAND.
alsnog voor
wijnen.
[e.
•andeerd
1900.
>ole 1906
edere beurs.
(ltje, zoo goed
dragen Schelde-
VLISS1NGSCHE
COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTlENvan 1 —4 regels 0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Overzicht der voornaamste gebeurte
nissen in het jaar 1911.
I.
Aan het begin van een nieuw jaar
gevoe'en we ons als de reiziger, die
een zekere hoogte beklommen heeft
en, daarvan het hoogste punt bereikt
hebbende, zich onwillekeurig om
wendt, om nog eens den langen af
gelegden weg en wat er langs viel
op te merken, als in éen greep saam
te vatten.
't Is ook een soort van balans, die
we opmaken aan het einde van een
jaar, en als we dan nu weer over
wegen wat het jaar 1911 ons bracht
en welke beteekenis het had voor de
geschiedenis der wereld, dan mogen
we niet ontevreden zijn, ook al is
het niet te ontkennen dat enkele fei
ten tot weemoed stemmen.
Wel kon men, in de dagen van
spanning, niet zoo algemeen geloo-
ven aan gevaar voor verstoring van
den algemeenen vrede, maar latere
onthullingen, vooral die door den
Duitschen rijkskanselier gegeven over
de houding van Engeland, hebben
toch wel degelijk het bewijs geleverd,
dat we bijna voor een Europeeschen
oorlog hebben gestaan.
En nu weten wij allen wel, dat de
naaste oorzaak was hetMarokkaansche-
geknoei, maar tevens dat de eigenl^ke
oorzaak veel dieper ligt. Tot zekere
hoogte is Marokko maar de stok ge
weest, waarmede zekere hond motst
worden geslagen.
Hoewel op geheel andere wijze
dan in Napoleons tijd, nu honderd
jaar geleden, wordt sinds lang weer
een strijd om de wereld heerschappij
gestreden, die wij ten deele zien. ten
deele niet zien. Fabelachtige kapitalen
zijn daaraan reeds besteed en worden
het nog voortdurend. Wel is de bur-
maatschappij vrij wat krachtiger dan
voorheen en heelt het militaire element
veel van zijn kracht verloren, maar
diplomalen en militairen van invloed
doen, de beteren niet te na gesproken,
toch nog altijd hun uiterste best om
een beetje pleizier van hun werk te
hebben en doen ijverig hun best om
het vuurtje aan 't branden te krijgen.
Bij de kroning van den nieuwen
Engeischen vorst heeft de Engelsche
vloot, vooral aan den Duitschen con
current laten zien wat men daar ter
zee vermag. Duitschland volgde bij
Kiel en Frankrijk deed ook mee,
waarbij de bekende heer Delcassé een
even oekcnde jubelrede hield Wel
jammer dat kort daarop de Fransche
marine zoo zwaar getroff.n werd door
de vreeselijke ontploffing op de „Li
berie", die dit slagschip totaal ver
nielde, verschillende andere oorlogs
bodems deerlijk havende en aan vier
-0—
Raven keek de lijst door. Niets
dan kleinigheden tot aandenken, meest
zijne eigen geschenken van vroeger,
ook een pak brieven in het kistje,
dat hij zelf haar daarvoor eens had
gegeven, en een manuscript. Zooals
hij hoopte het origineel van haren
roman, dan was hij veilig. De schrijf
machine was hem bijzonder welkom.
Nu kon hij het antwoord persoonlijk
brengen en had meteen gelegenheid,
in Stiver Kriibbe een van dat zwaar
wichtige slag van meuschen te leeren
kennen, zooals ze in Maren's roman
zoo iypisch waren geschilderd.
De aanleiding tot eene reis naar
Sleeswijk was nu aanwezig, ook te
genover Hofman, die als arls en schijn
baar ook als mensch Maren nader
was gekomen. Het kwam er nu maar
op aan, de comedie verder te spelen.
honderd matrozen een smartelijken
dood verschafte.
Bovenbedoeld vertoon van macht
vormde als 't ware de inleiding iot
de crisis. Met de bedoeling om eens
een stokje te steken voor het lang
zaam inpalmen van Marokko door
Frankrijk, zonder er zelf bij te pro-
fireeren, zond Duitschland een oorlog
schip naar Agadir, ter bescherming
van Duitsche mijnconcessionarïssen
zoogenaamd, 't Was een zonderlinge
en plompe manier om te trachten
zijn zin te krijgen, maar men kreeg
dan toch zijn zin en lokte onderhan
delingen uit tot finale regeling van
zaken, die dertien weken duurden en
even lang in Europa den boe! op
stelten zetten, maar dan toch tot een
afdoend resultaat leidden. Tegen
groote uitbreiding van Duitschlands
koloniaal bezit in Af ika, ten koste
van Frankrijk, kreeg dit land nu
werkelijk de vrije hand in Marokko,
met deze reserve alleen, dat Spanje,
't welk ook een stukje van Marokko
occupeert, op de een of andere ma
nier uitgekocht of uitgeworpen zal
moeten worden. Naast elkander zullen
Frankrijk en Spanje in Noord-Afrika
waarschijnlijk niet zonder moeite ge
zag kunnen voeren.
Maar, in 1904, was Italië ook al
uitgekocht; wat gemakkelijk genoeg
in zijn werk ging, omdat men daar
zoo gaarne het oude bezit der Ro
meinen terug zou verlangen. Welnu,
als Italië, de bondgenoot nota bene
van Duitschland, aan Frankrijk de
vrije hand liet in zake Marokko, dan
zou Frankrijk zlcti ook niet verzetten
tegen een eventueel inpalmen van
Tripolis.
Sedert loerde Italië op Tripolis als
de kat op de muis en toen Duitsch
land en Frankrijk het eens waren
geworden, kwam men eensklaps den
lang begeerden buit opeischen. De
Ualianen in Tripolis hadden zooveel
van de Turken ondervonden en de
klachtenboeken waren zoo dik ge
worden, da! de zaak nu maar uit
moest arezen ook, dusgoedkeuring
binnen twee maal vier en twintig
uren van een Italiaansche bezetting
van Tripolis of anders oorlog.
De Turken waren niet voorbereid
en de Italianen waren het wei, maar
met hun gewone zorgloosheid, zó a
slecht, dat van de geheele onderne
ming tot dusver eigenlijk geen stuk
terecht gekomen is. Italië heeft zich
deerlijk in een wespennest gestoken
en als het zijn doei mocht bereiken,
dan zal het toch niet de groote offers
waard zijn, die hei z'ch nu reeds
heeft moeten getroosten en zeer zeker
nog zal moeten getroosten. Msarhet
vervolg dezer geschieceais behoort
alweer tot die van 191?.
Tijdens de Marokkaansche verwik
kelingen heeft Spanje, dat immers
Hij zou zeggen, dat die kleine stad
bijzondere aantrekkingskracht op hem
uitoefende, die hem daar vasthield.
De te behandelen stof droeg hij al
lang met zich om, hij zou de plaats
der behandeling maar op den Holm
behoeven over te brengen, kort en
goed, de zaak liet zich op die wijze
op zeer natuurlijke wijze verklaren
en kon geen argwaan opwekken.
Doch plotseling brak het koude
zweet hem uit. Zijn telegram aan
Maren I Daar had hij tot nu toe in 't
geheel niet aan gedacht! Als deze
dokter, die hij nu al haatte, meer
van den roman afwist? Misschien
hem zelfs al had gelezen. Dat zou een
gril van het noodlot zijn, die al zijne
plannen en verwachtingen in duigen
zou doen vallen. Het was dus van
groot belang, dadelijk met dokter
Hofman in aanraking te komen, om
daarover zekerheid te krijgen.
Met zenuwachtige haast verscheur
de Raven den brief en eindigde dan
zijne toebereidselen tot de reis. Maar
den geheelen nacht door klonk in
het ratelen, stooten en zuchten van
den voortsnellenden trein steeds de
zelfde vraag
ook bij het tractaat van Aigeciras
een aanstelling als politieman ont
ving, ook nog getracht zijn werkelijk
bezit in Marokko te vergrooten en
zulks tot groote ergernis van Frank
rijk, dat toen echter zwijgen moest.
Aan dat zwijgen zal nu wel een
einde komen.
In hoeverre het noordelijk gedeelte
van het zwarte werelddeel, eenmaal
in de wereldhistorie zoo vermaard,
in 1912 in het bezit zal komen van
behoorlijk geregelde toestanden, is
voorshands nog niet te zeggen.
H M. de Koningin.
Wij lezen in de „Nieuwe Courant"
Op het galabal ten Hove was na
tuurlijk de teleurstelling over het niet
verschijnen van de Koninklijke gast
vrouw algemeen en niet minder de
belangstelling in de reden van Haar
afwezigheid.
Gelukkig bleek van een minder
gunstigen gezondheidstoestand van
H. M. geen sprake te zijn, maar deed
onder de aanwezigen he! gerucht van
een reden van hoogst verblijdenden
aard de ronde, waarvan geen tegen
spraak vernomen werd.
De Miiitiewet.
Blijkens het voorioopig verslag der
Eerste Kamer over bovengenoemd
wetsontwerp werd door vele leden
den minister hulde gebracht, zoowel
voor den vorm als voor de schrifte
lijke en mondeling verdediging van het
wetsontwerp in de Tweede Kamer.
Hulde kwam voorts volgens ver
schillende leden toe aan de regeering
in haar geheel, die ditmaal zien ge
plaatst heeft nevens den minister van
oorlog. In verband daarmee meenden
eenige leden, dat wanneer de voor
gaande bewindsman dezelfde steun
had gehad van zijn ambtgenooten,
waarin deze minister zicht mocht
verheugen, wij met onze dtfensie-
aangelegenheden vermoedelijk reeds
verder zouden zijn dan thans het ge
val is. Sommigen leden scheen 's
ministers houding met betrekking tot
enkele gewichtige punten, als bv. de
administratietroepen en het program
voor de 67a maandets zeer zwak; in
strijd mei den ffinken toon, dien de
minister bij het algemeen debat had
gevoerd en met de beginselen waarvan
het wetsontwerp uitgaat.
Er waren leden, die wenschten te
verklaren, dat zij door aanneming van
dit ontwerp, hoewel tusschen beide
ontwerpen eenig verband erkennende
geenszins wilden geacht worden
zich tevens te verbinden de ingediende
wijziging der landweerwet, zonder
verandering te zullen aannemen.
Zij wenschten zich in dit opzicht
„Wat weet dokter Hofman?"
Vroeg in den morgen kwam Raven
in Sleeswijk aan. Nu wandelde hij
door de straten der pas ontwakende
stad zijne bagage had hij tot later
in het station achtergelaten. Het was
een heerlijke Meimorgen. Sleeswijk—
Holstein groette Hartwig Raven met
zijn zonnigst lachije. Over de Schlei
lagen nog dunne nevels, maar hoe
hooger de aangekomene kwam, des
te helderder werd het uitzicht. En
alsof het landschap maar op hem had
gewacht, zoo breidde het, toen hij
bovenop den Koningskansel stond,
zijne volle bekoorlijkheid voor hem
uit.
Aan zijne voelen lag de stad met
heerlijken dom. In een wijden halven
kring rondom h.t water steil naar
boven hetgewT.var van torens, roode
daken en vreemde gevels, dikwijls
dicht in elkaar gedrongen en planloos
dooreengeworpen, zooals slechts de
oude tijd wist te bouwen. Aan beide
zijden strekten zich weelderige wei
den uit, waarop prachtig vee weidde.
De diergaarde en het Pönlerboschje
omgaven Sleeswijk met een donkeren
krans van eiken en beuken, terwij!
volledige vrijheid voor te behouden.
Algemeen erkende men, dat door
het ontwerp in den bestaanden toe
stand op verscheidene punten aan
merkelijke verbeteringen worden aan
gebracht.
Een aantal leden betreurden echter
dat de minister zich heeft bepaald
tot het aanbrengen van de meest ur
gente verbeteringen in de bestaande
miiitiewet, in stede van te komen
met een wetsvoorstel, waarvan af
doende verbetering onzer weerbaar
heid te verwachten ware. Zij waren
van oordeel, dar dit voorstel in me
nig opzicht lang niet ver genoeg gaat
en konden er dan ook weinig geest
drift voor voelen al zouden zij het
om de verbeteringen, die het bevat,
niet afwijzen. Bevredigend of voldoen
de echter, durfden deze leden den
toestand, welke door het wetsontwerp
zal geschapen worden, niet noemen.
Zij achtten de grondslagen, waarop
dit wetsontwerp werd opgebouwd,
niet voldoende hecht en afgewerkt cn
vreesden, dat wij in weerwil van de
vermeerdering van kosten, welke van
dit wetsontwerp het gevolg zal zijn,
slechts ten deele uit het moeras zullen
geraken.
Eenige leden beschouwden ver
schillende verbeteringen als zeer ge-
wenscht en beslist urgent, doch
daartegenover voeit het ontwerp
nieuwe regelingen in en handhaaft
het bestaande bepalingen in ver
scherpten vorm, die bedoelde leden
niet konden goedkeuren, en tegen
sommige van welke zij zelfs ernstige
bedenkingen hadden.
Deze bedenkingen en bezwaren,
alsmede de zeer hooge kosten, zou
den het aan deze leden zeer moeilijk
maken, hun goedkeuring aan het
ontwerp te schenken, ook al was
het voor hen niet zó) volstrekt on
aannemelijk, als gebleken was het
geval te zijn voor velen, die wel in
veel opzichten het ontwerp beoor
deelden als zij, doch die sneller
gang naar den algemeenen dienst
plicht mogelijk achtende, en aan de
verbeteringen, weike het ontwerp ge
ven zal, niet zóóveel waarde toe
kennend als zij hun goedkeuring
aan het ontwerp niet meenden te
kunnen geven.
Mochten evenwel de leden hier
aan het woord er ook al toekurnen
besluiten, hun stem niet aan het ont
werp te onthouden, dan zou dat zijn,
omdat zij wèl veel verwachten van
de verbeteringen, die het ontwerp
geeft, omdat zij verschillende van die
verbeteringen zeer urgent achten en
in de hoop, dat deze wet, die zij
dan als een tijdelijke noodwet zouden
aanvaarden, eerlang zal worden ver
vangen door een nieuwe wet, welke
berust op grondbeginselen, welke zij
als beter beschouwen dan die
de breede watervlakte van de Schiet
door het opflikkeren hier en daar
door dikke nevels slechts hare groote
bekoring deed vermoeden, dat zij als
een schuchtere schoone onder neet-
hangende sluiers verborg. Van den
anderen oever groette het liefelijke
Hadeby, met zijne zeer oude kerk en
het donkere water van het Selker
meer.
Hartwig Raven stond stil en be
wonderde, hij verzadigde zich aan
de reine, frissche schoonheid van
dezen eersten morgen en dacht aan
zijne vroegere geliefde. Een zeldzame
stemming maakte zich van hem mees
ter. Het gewicht van zijne geheime
zware schuld verdween in het niel
voor de onbegrensde dankbaarheid
jegens Maren, de geliefde offervaar
dige vrouw, die hem de genadegave
voor zijnen toekomstigen roem bood,
zonder voor zich iets anders te ver
langen dan een trouwe herinnering.
Hij wilde haar een tempel in zijne
gedachtenis oprichten, zooals nog aan
niemand te voren. Met vurigen dank
zou hij dien dan in sülie uren betre
den en nooit vergeten, wat zij voor
hem had gedaan.
waarvan dit ontwerp blijft uitgaan.
Weer andere leden stelden zich
de vraag: Zal hef ontwerp ons méér
weerbaar maken Zoo ja, dan zouden
zij wenschen mede te gaan, al was
het gevolgde stelsel het hunne niet en
al betreurden zij speciaal de afschaf
fing van de voorgeoefende 4 maan-
ders en het behoud van het blijvend
gedeelte. Na gezet overleg en voor
behoudende hun eindoordeel, waren
deze leden van meening, dat aanne
ming van dit ontwerp meer ;n 's lands
belang was dan verwerping. Onder
hen waren er echter, die in de in
voering van het instituut der admi-
nistratietroepen een ernstige scha
duwzijde van het ontwerp zagen.
Stemden zij eventueel tegen hei ont
werp dan zou dit in hoofdzaak ge
schieden vanwege dat inslituuh
De voorgestelde contingentsuit
breiding vond op verschillende gron
den vrij algemeene instemming.
Sommige leden vereenigden zich
niet met da verkorting van den
diensttijd bij de landweer van 7 op
5 jaar, waar de diensttijd bij de mi
litie van 8 op 6 jaar worit verkort.
Deze verkoriing vond voorts naast
bestrijding ook verdediging.
De loting diende te vervallen, al
dus werd betoogd, doch meerdere
leden meenden, dat zij in het stelsel
der regeering niet kan worden ge
mist.
Voorts werd gepleit vóór en be
toogd tegen de afschaffing der vier-
maanders, de ingevoerde 67s-maan-
ders, een oefeningstijd van 12 maan
den bij de onbereden wapens, het
tweeploegenstelsel.
B« de bespreking van den kader
plicht werd o. a- de opmerking ge
maakt, dal de hoogere standen bij
de invoering er van zwaarder belast
worden dan de lagere, vooral nu
ook de kostwinners van den dienst
vrijgestell worden.
Den leden, die het instituut der
administratietroepen toejuichten, had
het groot teed gedaan, dat de mi
nister op het punt van den oefenings-
tijd dier troepen een zoo slappe
houding had aangenomen.
Voorts vond het blijvend gedeelte
voor- en tegenstanders, terwijl nog
gepleit werd voor hel vergoedings
stelsel tegenover dat der vrijstellingen
en aangedrongen werd op invoering
van een weetbelasting.
Tweede Kamer verkiezing.
De minister van binnenlandsche
zaken overwegende, dat, tengevolge
van het overlijden van S. baron van
Heemstra in het kiesdistrict Hilversum,
eene verkiezing moet plaats hebben
voor een lid van de Tweede Kamer
der S raten Generaalheeft goedgevon
den te bepalen
dat die verkiezing zal plaats heb-
Wat had de doode aan roem en
eer. Zweefde werkelijk haar geest
daarboven in het eeuwig licht, dan
zou zij lachend zijne bede, die hij in
dit plechtig uur tot haar richtte, ver
vullen. Daar zij hem in het leven niets
kon weigeren, waarom zou zij het dan
in den dood doen
Lang stond hij zoo, rondom zich
het vaderland van zijne Maren, dat
hij groette alsof het ook het zijne
was geworden, en dat hij nu reeds
liefhad, even als hij eens zijne schoo
ne dochter, bet blonde meisje van
den waterkant, had liefgehad. Toen
daalde hij langszaam naar den Holm
af hij was in de rechte stemming
om aan Maren's graf te staan zonder
het hoofd te moeten buigen of de
oogen neer te slaan onder den druk-
kenden last zijner schuld.
Hij vond een gids in een frisschen
knaap, die hem van den Konings-
kansei langs den koristen weg naar
den Holm bracht. Vanaf de hoogte
ging het langs vreemde paden naar
beneden.
(Wordt vervolgd.)