iarché wijnen. HIER, Het Stiefkind. k Tijm Woensdag 6 December Cadeaux. Feuilleton. No, 288 49e Jaargang. 1911, ectie messen, chappen en Wil- if Ther- Qoodigd. keïuze: 3ES, kOKKEN, m, EN, |3ENEN, KEN, PERS, SSERS, EEDEN, CHJES, RAGEN, TS, Marché. l V- iga-Firma traat 10. is, ères, den, irnuizen, Uaarsma, Godin oor Zeeland I Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. ftbonnsmsnts-Aduertentiën op zeer uoordealige voorwaarden Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel. Gemeentebestuur, BINNENLAND, AR enken Vlissingen. iL", Nouveautè's voor aar Maat wor- elijken tijd onder •odega Com Krijgbaar 3 j en Kok. Iriek Verllchflngs- s - Artikelen. sorteering van enz. enz. Artikelen, uit Fabrieken als ibrieken van Amsterdam, odigd. VLISSINGSCHE CO IJRAMT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENT1ÈNvan i—-4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote letters en clichés naar plaatsruimte. TELEFOONNUMMER 10. BEKENDMAKING. Verkiezing van éen lid van den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders van Vlissingen maken bekend le dat op Vrijdag 29 December p, k. de verkiezing zal plaatshebben voor éen lid van den Gemeenteraad in Kiesdistrict Vlissingen III wegens niet toelating van den heer G. F. Lindeijer, terwijl de stemming en her stemming zoo noodig zuilen geschieden respectievelijk opWoens- dag 10 Januari en Dinsdag 23Januari d.a.v, 2e dat de opgaven van Candidatefi door een of meer personen, die haar onderteekend hebben, persoonlijk Kunnen ingeleverd worden op Vrij dag 29 December e. k., van des voormiddags 9 uur tot des namid dags 4 uur bij den Burgemeester, die tot het in ontvangst nemen van bedoelde opgave zitting zal houden ten Raadhuizeen 3e dat de lijsten voor bedoelde opgave van af heden tot op den dag der verkiezing kosteloos verkrijgbaar zijn ten Raadhuize (Griffie). Voorts vestigen zij de aandacht op artikel 151 der Kieswet, luidende als volgt. „Hij, die eene opgave, als bedoeld „in artikel 51 inlevert, wetende dat zij „voorzien is van handteekeningen van „personen, die niet bevoegd zijn lot „deelneming aan de verkiezing, waar door de inlevering geschiedt, terwijl „zonder die handteekeningen geen „voldoend aantal voor een wettige „opgave zou overblijven, wordt ge straft met gevangenisstraf van ten „hoogste drie maanden of eene geld boete van ten hoogste honderd „twintig gulden „Met gelijke straf wordt gestraft „hij die, wetende dat hij niet bevoegd „is tot deelneming aan de verkie sing, eene voor die verkiezing ter „inlevering bestemde opgave, als be- „doeld bij artikel 51 heeft ondertee- „kend". Vlissingen, 4 December 1911. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De secretaris, WITTEVEEN. KENNISGEVING. Onderzoek geoefendheid van lote- lingen en aspiranten vrijwil ligers voor het reservekader. De Burgemeester van Vlissingen Gezien de circulaire van den Com- missais der Koningin in de provincie 81.) Mijne plaats is bij hem Dat heeft hij begrepen, hij is zeer goed geweest en ik mag op de villa blijven Dat neemt niet weg, dat ik dankbaar bert voor de gastvrijheid, die gij mij aanbiedt, voegde zij er zachtjes bij. Mevrouw De la Blachère, die naast hen wandelde stond plotseling stii. Gij zult zulk eene onvoorzich tigheid toch niet toelaten, Guyriep zij levendig uit. Ik heb beloofd haar bij mij te houden, ofschoon inderdaad Clémence, gij ziet, Isabella vindt, dat ik te zwak ben Gij moet blijven. Blijft alle twee sprak mevrouw De ia Blachère. Wat my betreft, dat is onmo gelijk, maar ik zou blij wezen ais Zeeland dato 2 November 1911, A. no. 5163 3e afd. Mbrengt het na volgende ter kennis van belangheb benden Algemeene Regeling: A. van het onderzoek bedoeld bij 19 der beschikking van den mi nister van oorlog d.d. 10 Juli 1907 2e afd. no. 263 „Staatscourant" no. 138 en bij de beschikking van den minister van oorlog d.d. 21 Januari 1909, atd. militie en schutterij no. 110, naar de geoefendheid van lots- lingen die dingen naar het bewijs, hetzij voor militaire bekwaamheid, hetzij voor lichamelijke geoefendheid dan wei voor beide (art. 104 der militiewet 1901); B. van het onderzoek naar de ge oefendheid van jongelieden die dingen naar het getuigschrift vereischf tot het aangaan petter verbintenis bij het reservekader, hetzij der infanterie of der vesting-artillerie dan wel der genie. Het onderzoek bedoeld onder A. en B. wordt gehouden in het tijdvak van en met 2 tot en met 13 Januari 1912. 2. Het onderzoek loopt voor eiken deelnemer in éen dag af en wordt gehouden o.a. te Middelburg voor jongelieden uit de gemeenten Aagtekerke, Arnemuiden, Biggekake, Domburg, Grijpskerke, Koudekerke, Meliskerke, Middelburg, Nieuw- en St. Joosland, Oost- en West Souburg, Oastkapelle, Ritthem, Serooskerke, (W.) St. Laurèns, Veere, Vlissingen, Vrouwepolder, Westkapelle en Zou- telande. 3. Tot het onderzoek worden uitsluitend toegelaten a. zij die hebben deelgenomen aan de loting voor de lichting 1912b. de ioteiingen der lichting 1911 die ingevolge het bepaalde bij de tweede zinsnede van artikel 99 der militiewet 1901 in 1912 worden ingelijfd c. de reeds ingelijfde Ioteiingen, ia het genot van uitstel van eerste oefening, die, om in aanmerking ie kunnen komen voor verlenging van uitstel in verband met de bepaling van het op twee na laatste lid van art. 92 van het Kon. besluit van 2 December 1901 (Staatsbl. no. 230) zooals dit art. gewijzigd is bij Kon. besluit van 17 October 1904 (Stbl. no. 234) en 9 Januari 1909 (Stbl. no. 10) hun bevoegdheid van voorgeoefendheid wenschen te vernieuwend. de jon gelieden, adspiranten vrijwilligers voor het reservekader infanterie, vesting artillerie of genie; die zich overeenkomstig de ter zake vanwege het gemeent. bestuur op heden gedane openbare kennisgeving voor den 10 December 1911 ter se cretarie van de gemeente waar zij woonachtig zijn of verblijf houden, tot deelneming aan het onderzoek hebben aangemeld. Clémence toegaf. Gij hebt mij noodig, gij zijt daar heel alleen Ik verzeker u, dat ik alle mogelijke voorzorgen zal nemen. Ga vooral niet naar boven bij Rosa, sprak mevrouw De la Blachère, nadat zij nog eens tevergeefs beproefd had haar over te halen. Roger was naderbij gekomen gedu rende dit gesprek. Zijne zuster bleef achter met hem en sprak over zijn spel. Maar hij was verstrooid en ant woordde niet. Eensklaps bleef hij staan en keek haar met waren angst aan. Wie past haar dan op Een goede zuster en Jeannette. Hij keek teleurgesteld, terwij! hij zijne bevende lip plooide: Dus, zeide hij, gij zijt bang om haar op te zoeken Clémence omarmde hem. Roger, sprak zij, zonder dat zij de poging scheen op te merken, die hij deed, om zich los te rukken, wil ik u een geheim vertellen Hij beproefde zich onverschillig te toonen, ondanks de aantrekkelijkheid van dit woord. Zij, die bij de schietoefeningen tot verhooging van 's lands weerkracht een „scbietbewijs" hebben verkregen, leggen dit bij de aanmelding over. Voorts wordt de aandacht van de belanghebbenden er op gevestigd dat die bewijzen bestemd voor hen die bij het onderzoek aan de eischen hebben voldaan, verkrijgbaar zulien worden gesteld ter gemeente-secre tarie (bureau militie) vóór of op den 20 Januari 1912. Vlissingen, 1 December 1911. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Eerste Ksmer. De leden van de E'-rste Kamer, die Woensdagavond vergaderen, komen hoofdzakelijk bijeen iot "net in de afdeelingen onderzoeken van de Indische begrooting, dienst 1912, de Militiewet en enkele weinig omvang rijke wetsontwerpen. Bij de Kamer is nog aanhangig het wetsontwerp op de Staatsbedrijven, waaromtrent de Memorie van Ant woord wordt ingewacht, zoodat "t nog niet voor openbaie behandeling gereed is. Tweede Kamer. Voortgezet werden gisteren de al gemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting. De heer De Kanter bepleitte alge meene wettelijke regeling van restitutie van pensioenbijdragen aan vrouwelijke ambtenaren bij het aangaan van een huwelijk. Da heer Patijn trad in financiëele beschouwingen hij hoopte nog altijd dat de regeering haar tarief niet zal doordrijven, tegen het daartegen steeds aangroeiend verzet uit alle lagen der bevolking. Hij beschouwde onzen financiëelen toestand nog onbevredi gend en maande tot voorzichtigheid aan, wijzende op de daling der koer sen onzer nationale schuld. Hij drong daarom aan op herstel van evenwicht in het budget en meerdere amortisa tie, waartoe de herziening onzer munt wet gelegenheid zal kunnen bieden. Spreker critiseerde de onrustbarende stijging der oorlogsuitgaven, waardoor men verkrijgt een militairisme van slechte soort, dat onze volkskracht ondermijnt, inplaats dat wij een weer baarheid verkrijgen in verhouding tot onze krachten en critiseerde voorts dat in minister Talma's verzekerings wetten de noodige uniformiteit een heid en verband ten eenenmale ont breekt. Uit die voorbereiding blijkt een bedenkelijk tekort aan wetgevend talent. Gisterenavond werd voortgegaan Het is mij hetzelfde of gij mij een geheim vertellen wilt of niet, zeide Roger. Maar het zou u genoegen doen het blijft echter tusscnen ons beiden. Hij keek haar een beetje ontroerd aan. Vanmorgen heb ik Rosa bezocht en dat zal ik vanavond weer doen, hernam Ciémence zachtjes. Gij moet het echter niet aan papa noch aan tante zeggen, want dan zouden ze mij verbieden er heen te gaan. Roger's oogen schitterden. Ik zal niets zeggen. Wij zullen later alles verteilen, begrijpt ge, als zij gezien hebben, dat ik niet ziek ben Overigens zou papa het wel toelaten, daar ben ik zeker van, hij zou alleen ongerust wezen. En wat heeft zij gezegd vroeg Roger levendig. Zij spreekt niet, want zij is erg moe; zij had droge lipp.n, ik heb ze nat gemaakt en dat scheen haar goed te doen. Zal ze weldra spreken. Zeker en dan zal ik haar wat van u vertellen. met de behandeling van hoofdstuk justitie. De minister van justitie wees er op, dat een verzoek om rijkssteun werd ontvangen van het Centraal bureau voor sociale adviezen te Am sterdam. In buitengewone gevailen zal men ook subsidie geven indien er geen gemeente-subsidie is, of met het bedrag boven de gemeente-sub sidie gaan. Vaste regels zijn nog niet gesteld, De zaak is nog in voorbe reiding. De heer Kooien betoogde, dat al leen dan tot het geven van subsidie moet worden overgegaan, wanneer de regeering zelf de zaak in handen zou nemen indien hef particulier initiatief in gebreke blijft. Er zijn ook r.-k. in stellingen voor sociale adviezen en rechtsbijstand. Geen dier bureaux heeft tot nu toe subsidie gevraagd. Spr. meende dan ook dat het niet noodig is, dat het rijk subsidie geeft. Spr. vroeg dan ook om den post terug te nemen. De heer Duys was van een tegen overgestelde meening en juichte den post toe. jammer, dat het Centraal bureau zich nog niet heeft bezig ge houden met de zaak waarom het ei genlijk gaat, zelfs niet getracht heeft dat te doen en nu is het wel opval lend, dat juist dat bureau het eerst om subsidie vraagt. Gevaarlijk acht spr. de bepaling, dat ook de ge meente subsidie geven moet. Toch hoopte spreker niet, dat de post van de begrooting zal gaan. De heer Drucker had den post met genoegen gezien waar op ditoogen blik onvoldoende in de behoefte aan voorlichting wordt voorzien. Ook in het buitenland genieten dergelijke bu reaux subsidie. Spreker vertrouwde dan oak, dat de Kamer hare belang stelling zal toonen voor deze zaak en zich noch door formeele, noch door financieele bezwaren daatvan zal laten terughouden. De heer Van Sasse van IJselt deelde meer het gevoelen van den heer Koo ien. Dat het particulier initiatief vol doende is, had, meende spr. de heer Kooien reeds voldoende aange toond. Hij kon geen maatstaf vinden voor het verleenen van subsidie, en hij vreesde, dat veel misbruik zal ontstaan. Ook spr. drong aan op terugneming van den post. De heer Van Hamel sloot zich aan bij de zienswijze van de heerer. Drucker en Duys daar oak hij voor lichting zeer gewenscht achtte om processen te voorkomen, 't Geldt hier een algemeen belang. Men kan niet verlangen, dat al die adviezen gratis warden gegeven. In den eisch dat de gemeenten ook subsidie moe ten geven, ziet spr. een waarborg voor noodzakelijdheiden degelijkheid. Luister eens! En hij pakte haar om den hals, om aan haar oor te kunnen praten. Ik zal u een grooten sinaasap pel voor haar geven en chocolade. Ik zal dat alles in het rijtuig brengen, dan kunt gij het er uitnemen. -- ik zal al uwe boodschappen doen. Een klinkende kus was hare be looning Och als de kinderen eens wisten wat hunne liefkoozingen soms waard zijn Die kus gaf Ciémence den moed, om den laatsten steek van mevrouw De la Blachère te verdragen die haar een oogenblik ter zijde trok op het oogenblik dat zij weder in het rijtuig stapte. Als ik niet verder heb aange drongen om u hier te houden, Clé mence, komt dit niet uit onverschil ligheid voor uwe gezondheid, maar omdat ik overtuigd ben van de nut teloosheid van mijn raad. Gij zijt verschrikkelijk eigendunkelijk Ik zou wel eens willen weten, of gij goed begrepen hebt, hoever gij hebt misdreven hebt in den laatsten tijd. Ik heb begrepen, dat ik mijn De minister van justitie verklaarde niet te kunnen voldoen aan den wensch om den post terug te nemen. Had men bezwaren, dan had men dit verleden jaar moeten doen blijken. Reeds herhaaldelijk werd op voor ziening van Staatswege aangedrongen. De post van f 3000 is een crediet- post voor 1912. Bij verdere aanvra gen zal de Kamer das weder hebben te beslissen. Als regel zal subsidie gegeven worden indien er gemeente subsidie is en niet meer dan de ge meente geeft. Van dien iege! zai wor den afgeweken als blijkt dat de ge meente subsidie onthoudt of indien een gemeente hulpbehoevend is. Na replieken werd de justitie- begrooting aangenomen zonder hoof delijke stemming. Graaf van Bylandt. De regeering heeft zich gisteren aangesloten bij de gelukwenschen en hulde, den heer Van Bylandt vóar den aanvang van de vergadering der Kamer gebracht. De journalisten van de perstribune der Tweede Kamer zonden graaf Van Bylandt een gezamenlijken telegrafi- schen gelukwensch, waarvoor de voorziiter hun schriftelijk zijn harle- lijken dank betuigde. Ontslag bij de Marine. Aan boord der oorlogsschepen is de volgende bekendmaking aange plakt „De minister van marine bepaalt In verband met de in den laatsten tijd meermalen voorgekomen gevai len, waarbij dadelijk of op korten termijn ont-lag wordt gevraagd,wensch ik er op te wijzen, dat ik daartoe in den regel niet wensch mede te werken. Evenals in de burgermaat schappij het plotseling verlaten van een betrekking tot de uitzonderingen behoort en gewoonlijk een termijn van opzegging moet worden in acht genomen, wil het ontslag eervol zijn, zoo zal men ook in den dienst maar niet op elk gewenscht tijdstip met ontslag kunnen vertrekken en wan neer de belangen van den dienst door het ontslag worden geschaad en dit ontslag eerst mogelijk wordt, wanneer in de vervanging van den belanghebbende zal zijn voorzien, zal er niet op kunnen worden ge rekend, dat het ontslag zal ingaan voordat een goede gang van zaken is gewaarborgd." Het vertrek van het pantserdekschip „Zeeland" naar Suriname, aanvanke lijk bepaald op 2 Dec. jl. is wegens eenige voorzieningen, noodig in ver band met het as. langdurig verblijf in de West-Indische wateren, uitge steld tot den llen dezer maand. vader verlof had moeten vragen voor die reis; maar hij heeft zelf veront schuldigingen voor mij gevonden Ik zou niet weten op welke wijze Ciémence wss heldhaftig; zij be waarde het stilzwijgen Zij ging naar het rijtuig, bevend van onderdrukten toorn. Helaas, zeide zij, weet Marie wel, hoe moeilijk het is deze vrouw te verdragen De blijde stem van Roger, die glim lachend riep Tot morgen Clémence I was balsem voor hare wonde. Tien dagen gingen voorbij en Rosa werd beier. Meermalen op den dag ging Cié mence naar haar toe en hielp de zuster, niet aan het verplegen, wat deze verbood, maar om genees middelen of voedsel te halen wat er noodig was. Op welk oogenblik herkende Rosa haar en werd zij bewust van hare zorgen Wordt vetvolgd.) k.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1911 | | pagina 1