Eerste Blad. Het Stiefkind. Maandag 27 November Dit aura msr bestaat uit 2 bladen No. 280 49e Jaargmnfg. 1911. De arbeidswet in hare nieuwe gedaante. Feuilleton, Brieven utf de ftofstad. VLISSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÉNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maai berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagsiiiks, uitgezonderd op Zon- en Fgestdaggn. TELEFÖ0IO3TFMMKB 10. sShoïinemersfs-födoerfentiën op zeer uoordeeiige uooru;aarden 11. (Slot). Aan het slot van ons eerste artikel doelden wij reeds met een enkel woord op het veranderd systeem der gewij zigde wet, krachtens welke persoon lijke verplichtingen zijn gelegd op de jeugdige peisonen en vrouwen zeiven, die arbeid in fabrieken of werkplaatsen verrichten. Vroeger was het b.y. verboden een kind arbeid te doen verrichten, den arbeid van zekere personen vroeger dan op een bepaald uur te doen aanvangen, op Zondag arbeid te doen verrichten. Niet het doen verrichten van verboden arbeid, maar het ver richten van verboden arbeid zelf is thans in de eerste plaats strafbaar waardoor de wet beter zal kunnen werken, de arbeiders zuilen mede werken tot het goede doel en menige chicane van hoofden of bestuurders van ondernemingen zal worden afgesneden. Deze hoofden of bestuurders loopen daarom niet vrij en in de gewijzigde wet ontbreekt het geenszins aar. verplichtingen, hun opgelegd. Zij zijn gehouden de jeugdige per sonen, die in of voor hunne onder neming in fabrieken arbeid verrichten, in de gelegenheid te stellen des middags na vijf ure de lessen te volgen in inrichtingen voor gods dienst-, vooitgezet-, herhalings- of vakonderwijseene bepaling die zich aansluit bij die aan werkgevers opge legd bij de zoogenaamde wet tot regeling v,an het arbeidscontract. Voorts is het hoofd of de bestuurder eener onderneming verplicht te zorgen dat in of voor zijne onderneming in fabrieken of werkplaatsen door een jeugdig persoon of door eene gehuwde vrouw geen arbeid wordt verricht, en door een persoon van zevenlien jaar, die geen gehuwde vrouw is, geen arbeid wordt verricht die slechts voorwaardelijk is toegestaan, zonder in het bezit te zijn van een arbeids kaart. Het districtshoofd der arbeids inspectie kan voor bepaalde onder nemingen voorschrijven dat een jeug dig persoon, een persoon van zeven tien jaar of een gehuwde vrouw, een duplicaat van de arbeidskaart bij zich draagt, die op aanvrage onverwijld ter inzage moet worden verstrekt aan 73.) O, neen, hij wist wei, dat zij niet aarzelen zou. Ik begrijp dat geheim niet goed, sprak hij, uw vader is niet ziek, Rosa is aangetast. En door weike ziekte Hij aarzelde een oogenbiik. Door welke ziekte Zeg het tochherhaalde zij op gebiedenden toon. Zij heeft lyphus. Goede GoaEn mijn vader, en RogerEn ik ben hier 1 Ciémence, wees om Godswil bedaara, riep hij uit, alle vormen vergetende voor den plotselingen schrik van het jonge meisje. Roger is te La Blachère en uw vader heeft reeds de ziekte gehad, die men bijna nooit tweemaal krijgt vooral op zijn leeftijd.. de ambtenaren met het opsporen van de overtredingen der wet belast. In overeenstemming met het vroeger reeds vermeide omtrent kinderen beneden 12 jaar of nog leerplichtig, is bepaald dat voor zuike kinderen geene arbeidskaarten worden afge geven. Zooals gezegd is, komen de ver plichtingen, op hoofden of bestuurders van ondernemingen rustende, thans eerst in de tweede plaats. In overeenstemming daarmede zijn in de gewijzigde wet eenige nieuwe bepalingen opgenomen. De gewijzigde bepalingen omtrent de arbeidslijsten kunnen wij, om niet in ai ie groote uitgebreidheid te vervallen, thans met stilzwijgen voorbijgaan. Het is dan verboden arbeid, strijdig met het bij of krach'eis de wet (bij bijzonder besluit) bepaalde, te doen verrichten, alsmede om, zonder spe ciale vergunning van den mat de uitvoering der wat belasten minister, gedurende de rusttijden jeugdige personen en vrou wen te doen verblij ven op een besloten plaats, waar alsdan de bedrijfsarbeid wordt verricht. Het hoofd of de bestuurder eener onderneming is verplicht te zorgen, dat in een open of besloten ruimte, die bij hem in gebruik is of waarover hij de beschikking heeft, geen arbeid wordt verricht in strijd met het bij de wet bepaalde, en dat in een dergelijke besloten ruimte, zonder vergunning, gedurende de rusttijden, geene jrug- dige personen en vrouwen verblijver, wanneer alsdan daar bedrijfsatbaid wordt verricht. Ook op het opzichthoudend perso neel rusten de verplichtingen, bij verschillende artikelen der wet opge legd op hoofden of bestuurders, voor zoover dit personeel door hen met de zorg voor de naleving van die bepa lingen is beiast. Behalve de verplichtingen, tot dus ver op de hoofden en bestuurders van ondernemingen tegenover de bevoegde ambtenaren rustende, zijn zij voortaan verplicht op aanvrage van het districts hoofd der arbeidsinspectie, hem in het belang van de vervulling zijner taak in de gelegenheid te stellen en hu'p te verleenen om monsters te ne men van stoff ;n of voorwerpen, welke in de onderneming ontslaan, worden verwerkt, vervaardigd, bereid, of ten behoeve van de onderneming worden gebruikt. Op verzoek van het hoofd of den bestuurder moet het districtshoofd hem gelijktijdig een gelijk monster ter hand stellen, dat door dat districts hoofd, in tegenwoordigheid van het hoofd of den bestuurder, behoorlijk is ingepakt en verzegeld. Een nieuw voorschrift bepaalt dat ieder geneeskundige verplicht is aan den minister van landbouw of een En, riep zij uit met hare vroe gere verbittering, heeft uwe moeder mijn vader aangeraden mij zijn te rugkeer te verzwijgen en aldus zich weer in zaken gemengd die mij be treffen Gij hebt wei gezien, dat ik niet wist, da! men dien terugkeer voor u verzwegen had, antwoordde hij moedig; maar wie ook mijn oom heeft aangeraden u van een gevaar lijk huis verwijderd te houden, heeft met goedheid en wijsheid gehandeld. Maar ik zal morgen toch ver trekken. Hij keek haar met zichtbare onrust aan. Dat zou gevaarlijk en nutteloos zijn. Gij kunt Rosa niet oppassen, uw vader brengt zijn tijd te I a Bla chère door, men heeft u niet noodig en gij loopt werkelijk gevaar, ais ge in een streek komt, waar verschei dene gevalien van typhus voorkomen. Zij onthield maar éen woord van deze rede. Men heeft mij niet noodig I herhaalde zij bitter. O, dat weet ik wel, ik weet het al te goedNoch mijn vader die een nieuwe familie door den minister aangewezen ambte naar,schriftelijk aangif te te doen van de aan zijne behandeling onderworpen gevallen van bepaalde, bij algemeenen maatregel van bestuur aangewezen ziekten. Onder de strafbepalingen is opge nomen dat niet strafbaar is bij, die arbeid doet verrichten oi die niet zorgt dat geen arbeid wordt verricht door een niet leerplichtig kind van 12 jaar, indien hij aantoont dat geen voor het kind geschikte gelegenheid tot het ontvangen van onderwijs vóór des namiddags 5 uur bestaat. Volgens de nieuwe lezing is de wet verder niet toepasselijk op de vo'gende werkzaamheden in ambachtsscholen en vakscholen in mijnen en de bij de exploitatie van eene mijn behoorende werken en inrichtingen, zoowel ouder als boven den grond in rijksopvoedings-gestichtenin gesticht;n waarin kinderen worden opgevoed die ter beschikking der re geering zijn gesteldin rijkswerkin» richtingen in tuchtscholen en in ge vangenissen die verricht in militairen dienst, en die in of voor eene onderneming, door het hoofd of den besiuurder van die onderneming verricht.. Zooais reeds opgemerkt werd is thans bepaa'd dat een kind beneden 13 jaar of nog leerplichtig, geen arbeid mag verrichten. Dit geldt volgens de overgangsbepal ng echter niet voor kinderen die bij het in werking treden der gewijzigde wet 12 j rar oud zijn en niet leerplichtig. Nog eene andere overgangsbepaling trekt ten slotte de aandacht. Het gewijz'gde verbod omtrent den aanvang en het einde van den arbeid van jeugdige personen en vrouwen in fabrieken en werkphatsen, komt niet terstond in vollen omvang in werking. Gedurende een jaar na het in wer king treden der gewijzigde wet, blijft buiten werk'ng de bepaling omtrent het niet vernemen van arbeid op Za terdagmiddag door een vrouwelijk persoon. Tot dien datum mag gedurende eif uren per dag arbeid worden verricht. In het hier bedoelde artikel (het gewijzigde art. 5 der wet) worden nog verschillende andere ovtrgangsvoor schrif en van dien aard, ongeveer van gelijke strekking aangetroffen. Nog maar een gering aantal dagen en wij zullen weer ons oude, ons specifi k Hollandsche feest, het St. Nicolaasfe st vieren. Wij mogen veilig aannemen, dat het feest van 5 Decem- heeft gevonden, noch Roger, die men geleerd heeft mij te haten, o neen, niemand heeft mij noodig! Maar ik heb behoefte dien plicht te vervullen die men mij ontzegt en niemand zal mij beletten mijne plaats te hernemen in dat huis, dat toch eigenlijk het mijne is! Ciémence! Gij moogt zo> niet vertrekken Gij zoudt misschien ook ziek worden. En ais ik stierf, niet waar wees bedaard, dat zou voor nie mand een ontroostbaar verdriet zijn. Wat weet ge daarvan vroeg hij op zulk een toon, dat ze een oogenbiik verwonderd bleef staan. Maar weldra ging zij op hare eigen gedachte door. Tante zal wel een oude vrouw kennen, die mij vergezellen kan Ik zal morgenochtend vertrekken. Dat zult ge nietIk zal oom telegrapheeren. Zij keek hem wantrouwend aan. Waarlijk Is verklaar u, dat ik mij weinig bekommer om hetgeen mijn vader zal zeggen voor deze gelegen heid. Ik weet alleen te handelen Weet gij niet, dat ik hier zonder ber 's avonds voor de ouderen, de groote kinderen, zou ik haast zeggen, 6 December 's morgens voor de jeugd, de kleintjes, het Nederlandsche feest bij uitnemendheid is. Toch, 't kan natuurlijk niet het geval zijn, lijkt 't mij of er dit jaar van het Sinterklaasfeest minder drukte, minder ophef, minder „werk" gemaakt wordt dan voorheen, dan vroeger. Och uit onze kinderjaren weten we 't allen nog zoo goed, dat wij reeds weken en weken te voren met de met moeite bijeengegaarde penningen voi trotsch, vol pedanterie de winkels in tippelden en er ens ais 't ware heele stapels voorwerpen lieten toonen, om ten slot'e onze keus te laien vallen op een kleinigheid. En wij herinneren ons dan ook heel goed, dat eenige jaren terug de verschillende winkels reeds in de eerste dagen van November aanstalten gingen maken, zich in het Se Nicolaaspak te steken, voorbe reidingen maken, om zoo goed mo gelijk voor den dag te komen, als 't kooplustig publiek zou komen. Doch in de laatste jaren is die haast, die zenuwachtige haast, waar mede winkeliers den goeden Sint verbeidden, wat geluwd en werden de etalages wat later in gereedheid gebracht, terwijl dit jaar or,ze resi dentie eerst thans, nu wij in 't laats! van November zitten en eerstdaags „'t schip uit Spanj." zal arri etren, haar feesttooi aan gaat trekken. Ook ir. de straten is 't ddjaar niet zoo druk als eenige jaren terug, de menschen loopen nog niet zoo hard, 't geld rolt nog niet zoo bij-ter vlug. Hoe dit zou komen Ik voor mij geloof, dat de abnormaal hooge prij zen der eerste levensbehoeften er 'i hunne toe bijdragen. De menschen klagen steen en been. Dat is zoo duur en dat is zoo kost baar. De boter is schier niet meer t; betalen en de groenten zijn ;chr k- barend hoog in prijs gestegen. En dit is werkelijk zoo, alles is even duur, dat zal iedere huisvrouw, iedere winkelier mij toestemmen en die duurte drukt in de alier-eers'e plaats op den aibeidersstand en de kleine burgers, want die hebben, daaraan valt niet te tornen, over 't algemeen genomen, de grootste huisgezinnen. Mer, zal 't waarschijnlijk niet willen gelooven, maar een arbeider, die een gezin heeft van zes kinderen, toonde mij met cijfers aan, dat hij thans met een weekloon van f 13, niet zooveel, of zoo weinig, net zoo men 't nemen wil, kan doen, als eenige jaren terug van een inkomen van f 10. Langza merhand is alles duurder geworden, zijn de prijzen der levensbehoeften opgejaagd ert in de laatste maanden ineens zoo erg, dat sommige waren 50 pek duurder zijn dan voorheen. Eu waar dus alles zoo ontzettend iemands voorkennis gekomen ben? Ja dat wist ik en ik heb u zeifs over dat punt verdedigd, sprak hij kalm. Deze woorden bedaarden opeens de toorn van het jonge meisje. Ze brak in tranen los en hernam toen zachtzinnig Gij moet mij niet beletten mijn plicht te vervullen. Als mijn vader en Roger ziek werden moet ik toch thuis zijnAch, wat zoudt gij ant woorden, die u wilde beletten, daar heen te gaan waar de plicht u roept, vooal als er gevaar bij in 't spel is Hij kon den angst niet verbergen, die zich van hem had meester ge maakt. Een oogenbiik aarzelde hij, terwijl hem tegenstrijdige gevoelens bekamplen toen gaf hij toe, hij was zeer bleek. Gij hebt gelijk, zeide hij. Ik wil u niet van uw plicht afhouden, zelfs als Zqne stem stokte. Dus, hernam hij, terwijl hij haar de hand reikte, tot weldra en God behoede u Ciémence aarzelde een oogenbiik. -T (k als gij er niets op tegen duur is, dat veel buisgezinnen moeite hebben, 't hoofd boven water te hou den, spreekt het vanzelf, dat er van buitengewone dingetjes niet veel kan komen, dat er van St. Nicolaas-vieren geer. sprake is. Toch, onze Haagsche melksalons zorgen er voor, dat de kleintjes van de minder-gegoeden, toch ook nog iets, ai is 't heel weinig, en al doen ze 't om den drommel niet uit filantropie, al schiet er nog aardig wat van over, van den goeden ouden bisschop te zien krijgen, ook tastbaar. De melksalon-bezoekers, tenminste de jeugdige kleintjes, de kleuters, worden in deze dagen bezocht door Sin! Nicolaas, die ieder kbintje een souvenierije, een lief, hartelijk woordje geeft. En de huismoeders, de moeders trekken er met haar kroost heen, be steden een kleinigheid, een paar dubbeltjes, een dubbeltje dikwijls en daarvan profiteert dan de jeugd een beelen middag. En dan valt 't de zelfde moedertjes we! hard van 't schrale weekgeld nog een kleinig heid te moeten nemen, maar. ach, iedere moeder ziet gaarne haar kin deren vroolijk, zou 'k weet niet wat Wilien doen, om die kinderen, die kleine kinderzieltjes te voldoen, en o, als een moeder dat wil, ik kan 't mij zoo echt begrijpen, dan weet zij zooveel, zoo enorm veel te halen uit een schraal weekloon om der kinderen wiile. 't Is werkelijk de moeite wel waard, op Woensdag of op Zaterdag middag eens een kijkje te gaan nemen in de melksalons, 't Is er dan een drukte van bi lang. je hoort niets dan die kinderstemmetjes en daartusschen 't gerinkel van kopjes, die straks ge vuld worden mtt melkchocolade, je ziet niets dan die opgewonden vuur - roode gezichtjes der kleintjes, de onrustig rondkijkende, vurige oogen, de zenuwachtighaastig uitstrekkende armpjes, da pij van den heilige, de vlugge bedienster tjes Zie, dan moet zelfs de grootste nurks, de man die niets schier djet bewegen, die niet vatbaar is voor indrukken van buiten, die alleen maar denkt, om dat eigen-ik, dan moet zelfs zoo'n mensch, die moeilijk eigenlijk normaal te noemen is, glim lachen en meeleven met die kleintjes die ook grooter worden en eens ge roepen zullen worden de maatschap pij te helpen dragen, hun schouders te zetten onder 't groote werk: de gemeenschap 'i Is dan ook jammer, heel jammer, dat er niet meer gedaan wordt, door menschen die T wel betalen kunnen, om ook de armst ;n onder de armen te bezorgen een heerlijken, een groot- schen, een goeden Sint Nicolaasavond hebt, sprak zij met moeite, zou wel gaarne hebben, dat gij mijne nicht Marie eens zaagt Ik zal zeer blij zijn iemand te ontmoeten, die gij bemint. Wilt gij een oogenbiik op mij wachten Ciémence liep naar de eetkamer, waar de oude Genoveva juist hare nicht had gebracht. Olieve, ik wist, dat gij op waart en ik heb zoo graag dat mijn heer De la Blachère mijne liefste nicht zal zien, voegde zij er een weinig ontroerd Dij, dat er overal uitverkoren zielen en echt voorname vrouwen bestaan. Moet ik bepaald het voorwerp dier vertooning zijn zeide Marie glimlachend. Laat hem maar hier ko men, als u dat genoegen doet, maar spreekt gij van den zwager uws vaders Ciémence bloosde. Neen, het is zijn zoon Régis, die om dat huwelijk naar Rijssel ge komen is. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1911 | | pagina 1