las Schuil SfiÉifi Donderdag* 31 Augustus No 205. 1911 Gemeentebestuur, Feuilleton. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen, j TELEFOONNUMMER 10. 65.) Van week for week. BINNENLAND. 49e Jaargang. VLISSINCSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÊN van 14 regels Ó„40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Oroote letters en clichés naar plaatsruimte. ftbonnemenfs-fidoerfenfiën op zeer ooordeeiioe uoortyaarden BEKENDMAKING. Stremming verkeer. De Burgemeesler van Vlissingen niaakt bekend, dat op 31 Augustus a. s. het ver keer met rij- en voertuigen op den Nieuwendijk tijdens de uitvoering en den optocht des middags en des avonds is verboden. Vlissingen, 29 Augustus 1911. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. BEKENDMAKING. Sluitingsuur der tapperijen enz. De Burgemeester van Vlissingen maakt bekend, dat op 31 Augustus a. s. het slui tingsuur der tapperijen enz. is be paald op 2 uur des nachts. Vlissingen, 29 Augustus 1911. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. SCHIETOEFENINGEN. Onveilig Vaarwater. De Burgemeester van Vlissingen brengt ter kennis van zeevarenden, die daarbij belang kuunen hebben dat op 30 Augs. en zoo noodig ook op 6 Sept. a. s. van hel fort Pampus Zuiderzee op 2 en zoo noodig op 9 Sept. a.s. van het fort IJmuiden en op 5 zoo noodig ook op 6 Sept. a.s. van het fort Hoek van Hol land schietoefeningen zullen piaais hebben. Dat omtrent de regeling dier schiet oefeningen inlichtingen zijn te bekomen ter Oemeente-Secretarie op eiken werkdag van des morgens 9 tot des namiddags 4 uur. Vlissingen, 29 Augustus 1911. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Nadat een beëedigd afschrift van de huwelijksacte te voorschijn gehaald en voorgelezen was, en aan de jury als bewijs was overhandigd, werd Ja cob Burrell nogmaals gehoord. „Wat is door u verricht, nadat u den getuige en de overledene tot Weenen had nagegaan vroeg de heer Rolland verder. „Ik ben over Parijs en Calais naar Londen teruggekeerd," antwoordde hij „Toen ik hier terug was, handelde ik naar eenige gegevens, die ikontvan gen had en ontdekte dat de getuige en de overledene korten tijd samen buiten hadden gewoond." „Waar „In het dorpje Laleham aan de Theems." „Hoelang hebben de getuige ernde BEKENDMAKING. Trekhondenwet. Burg. en Wetb. van Vlissingen brengen ter kennis van belang hebbenden, dat in verband met de op 1 September a.s. in werking- treding van de Trekhondenwet hou ders van honden verplicht zijn deze opnieuw Ier inschrijving aan te geven en dat de keuring zal plaats hebben ten kantore van den keurmeester aan den Peperdijk, dagelijks tusschen 10 en 11 uur voormiddags en 3 tot 4 uur namiddags. Vlissingen, 29 Augustus 1911. Burg. er Welh. van Vlissingen, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. Wat we voor dilmaa! (e bespreken hebben, kan voor het me rrendeei on der het „klein goed" gerekend woiden. Vooreerst ontmoeten wij Turkije en Engeland, welke regeeringen nog steeds onderhandelingen voeren in verband met den Bagdad-spoorweg. Turksche bladen hadden beweerd dat de Porte aan Engeland eene schikking had voorgesteld, in dezer voege, dat Engeland naar Turkijes wenschen zou handelen in de Kretenzer quaestie, in rui! waarvoor Turkije zich naar En- gelands wenschen zou schikken in de quaestie van den spoorweg naar de Perzische golf. Van andere zijde wordi dit tegengesproken, doch wordt mel ding gemaakt van eenige moeilijkhe den, welke bij de onderhandelingen gerezen zijn. Engeland zou namelijk willen dat Turkije afstand zou doen van de helft van zijn voorgestelde financieele deelneming en Turkije zou dan slechts voor een vijfde aandeel houder zijn. Deze aangelegenheid brengt ons vanzelf weer eens op de Kretenzisch quaestie. De Porte heeft in de vorige week hare gezanten bij de besehcr mende mogendheden opgedragen, de aandacht dier mogendheden Ie vestigen op de nieuwe agitatie op Kreta, in verband met het afloopen van het mandaat van den hoogen commissaris Zaï nis. Omtrent het door de ministers van buitenlandsche zaken van bedoelde mogendheden gegeven mondelinge antwoord, waarbij deze de besliste verzekering zouden hebben gegeven, dat van eene vernieuwing van het mandaat van Zaïmis ol de benoeming van eene anderen commis saris, die door den koning van Grie kenland zou worden voorgesteld, geen sprake is, verneemt men nader dat du geheel onjuist is en de beschermend mogendheden onderling de gedach- ienwisseling over eer.e regeling dezer zaak voortzetten. overledene in dat huis te Laleham gewoond „Een goede veertien dagen. Toen liet mijnheer Fensden haar in die vreemde plaats zonder een cent al leen zitten." Hier ging er een gemom pel van verontwaardiging door de zaal dat op bevel van den president onmiddellijk onderdrukt werd. „Dat is voldoende," zeide Mr. Rol land. „Roep Elisabeth Raikes." Daarop beklom de eigenares van Laburnum Cottage de verhooging en getuigde, zeer zenuwachtig door het vreemde van den toestand, waarin zij zich bevond, dat de overledene en Fensden kamers in haar huis had den bewoond, gedurende den tijd, die de vorige getuige genoemd had. Zij was er zeker van, door wat zij van hen had hooren zeggen, dat de man zijn vrouw wreed behandelde. Soms bleei hij een paar dagen ach tereen weg, en op een goeden dag verdween bij voor goed, zonder te betalen, wat hij haar verschuldigd was en zijn vrouw geheel onverzorgd achterlatende. Zij had over de aan hangige zaak hooren spreken, maar had er nooit aan gedacht dat het Wij hebben nog geene melding ge maakt van de overeenkomst de politiek krijgt langzamerhand een contractueel karakter tusschen Duitschland en Rusland gesloten. Deze overeenkomst bevat geene politieke afspraken, doch is als .en duidelijk bewijs le beschouwen van de beves tiging en de verbetering der Russisch- Duitsche betrekkingen. Het beginsel van de open deur in Perzië wordier uitdrukkelijk in uitgesproken. In OostenrijkHongarije heeft het bericht van het sluiten dezer overeen komst een sympathieke ontvangst ge vonden bij de pers, die daarbij uiting geeft aan de algemeene opvatting en gevoelens der politieke kringen. Van politieke beteekenis acht men het oogenblik der onderteekening, dat gun stig was voor de in eik geval niet gemakkelijke positie van Duitschland in de onderhandelingen over Marokko. En hoe slaat dat thans met het on gelukkige Moorenland, het noordelijk ste deel van het zwarte werelddeel, over welks meer zuidelijk wonende en nog zwarter bewoners, Franschen en Duitschers aan 't marchandeeren zijn. Nu, de Engelsche pers, die in 't stakingsfijdpetk erg bezet was, maar nu ae nanden tuimer heeft, komt thans los en is van oordeel, dat de zaak moeielijkei is geworden door de bekende zending van het Duitsche oorlogschip naar Agadir. Het krijgt daardoor weer den schijn aisof Frank rijk voor geweld of bedreiging wijkt en een indruk, die Frankrijk's eer te na komt, moet vermeden wotden. Aan den anderen ka... most men erkennen, dat Duilschland het zenden van dat schip even geoorloofd of ongeoorloofd mag vinden, als het zenden van de Fransche troepen naar Fez. Het is ook waar ootdeelen de persorganen dat Frankrijk zou kunnen vragen wat Duitschland met Marokko te maken heeft. Duitscti- land's handelsbelangen zijn er onbe- teekenend en het is geen Middelland- sche-zee mogenheidmaar het baat thans niet meer, zulks te vragen want de Duitsche aanspraken zijn nu eenmaal bij verdrag erkend. Duitsch land doet zaken en Frankrijk moet inzien, dat zij dit land heeft te betalen voor wat het verlangt vrijheid van handelen in Marokko en, als niet alles wat van dit land verteld wordt sprook jes zijn, moet daar Frankrijk heei wat aart gelegen zijn. Voor land- en mijn bouw is het een deel van de wereld met een greote toekomst, en, door er gezag over uit te oefenen, verhoogt Frankrijk ten zeerste de veiligheid en de waarde van zijn Noord Afrikaan- sche bezittingen. Die Frankrijk wei- gezind is moet het zien over te halen daar een goeden prijs voor te betalen. Het is begrijpelijk dat het Fransche slachtoffer mevrouw Onsiow kon zijn, die in haar huis op kamers had ge woond. „Ik heb nu nog twee getuigen op te roepen," zeide advocaat Rolland, toen juffrouw Raikes de tribune ver laten had. „Daarmee Edelachtbare, zal ik eindigen. Roep mevrouw Wil- helmina Montgomery." Een lange, knappe vrouw, naar de laatste mode gekleed, beklom de ver hooging en legde den eed af. In ant woord op de vraag, die haar door den Ambtenaar van het Openbaar Minis terie gedaan werd, verklaarde zij, dat zij Wiiheimina Muntgomery heette en dat zij de weduwe was van wijlen George Montgomeiy, die te Sheffield gewoond had. „Ik woon te Richmond, Bridge- worth Road 13," ging zij voort. „Ik heb den getuige, Theodoor Fensden, voor 't eerst te Baden ontmoet het vorig jaar December, toen ik met een paar vrienden op reis was, We wer den zeer vertrouwelijk en, ioen hij in het begin van Maart in Engeiand te rugkwam, zocht hij me in mijn huis op. Na korten tijd vroeg hij mij ten huwelijk en na eer.ig aarzelen nam volk er alkeerig van is, een stuk grond af te staan, waarover de Fran sche vlag heeft gewaaid maar wat het er voor krijgt, als het bezit daarvan verzekerd wordt, is het offer wel weard. De Engelsche pers, aan wier oordeel wij in dit geval bijzondere waarde meenen te moeten hechten, kan in ieder geval niet gelooven dat, hoeveel bezwaren er ook nog te over winnen zijn, de Europeesche vrede er door in gevaar zal komen. Er is tot nog toe geen teeken, dat er plan bestaat Frankrijk aan te vailen of te vernederen, en ook is er geen zaak in het geding, die hei in een van de twee partijen of hun aanhangers kan rechtvaardigen, de onberekenbare kansen van een Europeeschen oorlog te wagen. Het denkbeeld dat bij eenige Duifsche bladen schijnt te hebben pos! gevat, dat Engeland Frankrijk tot een aanvallende of on redelijke houding aanzet, is ongegrond even ongegrond als de bewering, dat Engeland eene regeling tracht te ver hinderen, opdat Duitschland, in Enge- lands belang in West-Afrika, van de zee wordt afgesloten. En wat nu de zaak zalven betreft, uit mededeeiir.gen van gewoonlijk goed ingelichte zijde omtrent de in den Franschen ministerraad vastge stelde instructies voor Cambon, kan het volgende opgemerkt worden. Bij de hervatting der onderhande iingen te Berlijn zullen besproken worden 1. de erkenning door Duitschland van de algeheeie politieks vrijheid van Frankrijk in Marokko of althans in de Fransche invloedssfeer, eene vrijheid die tot het vesiigen vati een protectoraat, evenals in Tunis, zou kunnen gaan 2. de territoriale vergoeding van Duilschland, op welk gebied Frank rijk niet bereid schijnt, zoover te gaan als Kiderlen bij het laatste on derhoud met Oambon eischtede omvang der schadeloosstelling zal giooter kunnen zijn, al naar ma'e Duitschland bereid is tot afstand van grondgebied in Togo of Ka meroen 3. de economische vooraeelen, die Duitschland in Marokko eischt. Wij meenen te dezer zaken nog melding te moeten maken van een zeer belangrijk artikel van den be kenden journalist MtX'miiiaati Har den in de „Ziikiinst". Harden herinnert aan de redevoe ringen die den 29 Maart 1909 in den Rijksdag zijn gehouden en haait de stenografische verslagen er van aan. Prins Bülow en al de lei ders der partijen hebben toen ver klaard dat zij voor altijd hunne par ticuliere aanspraken op Marokko hadden opgegeven. Zij erkennen het offer, dat Duitschland zoodoende ik zijn aanzoek aan. Ik bezit drie duizend pond in staatspapieren en heb nog een aanzienlijk bedrag aan gereed geld ongebruikt op mijn bank staan, 'tls mogelijk dat dit de reden van zijn aanzoek was; dat weet ik niet. Mijnheer Fensden drong er op aan, dat wij spoedig zouden trouwen, maar hierin wilde ik niet toestemmen. Ik wist dat hij veel schulden had, maar ik zou die na ons huwelijk af betaald hebben. Hij heeft verscheidene malen bij mij gelogeerd. Eens ging ik uit om een paar boodschappen te doen, toen ik terugkwam, vond ik hem in mijn salon. Hij had een stuk gele zeep in de hand en een groot aantal huissleutels lagen voor hem op de tafel. Ik vroeg hem wat hij deed, en hij antwoordde, dat hij een zelfden sleutel zocht als die, welken hij verloren had. Mijn huishouds'er had hem verscheidene sleutels gege ven en eindelijk had hij er een ge vonden, die in den, indruk van de zeep paste. Op den avond van den moord vertelde hij mij, dat hij nood zakelijk een belangrijke vergadering moest bijwonen en dat hij waarschijn lijk eerst iaat zou komen. En het was bracht, maar vonden het een groot volk als het Duitsche onwaardig om Frankrijk voortdurend te verontrus ten. Door dat offer te brengen heeft Duilschland zich met de staatkunde van Bismarck vereenzelvigd en den weg voor eene goede verstandhou ding met Frankrijk gebaand. Of men te Agadir daartoe het rechte middel heelt gebruikt, is eene andere vraag. Nu echter kan men niet meer terugmaar Harden doet de zeker zeer zelfstandige vraag, of het niet beter zou zijn, zich schade loos te stellen met onzijdig gebied Daaibij heeft men in de eerste plaats het oog ie vestigen op Abes- sin dat Duitschland met toestem ming der mogendheden onder zijn invloed zou kunnen brengen. 't Is inderdaad waard om overwo gen te worden Verkiezing Eerste Kamer. De Prov. Staten van Zuid Holland kozen gisteren tot lid van de Eerste Kamer in de vacature De Marez Oyens den heer dr. H. Bavinck (a. r.) met 40 stemmen, tegen 22 op den heer Pla'e (lib.). Herstemming gemeenteraad. De vrij liberale kiesvereeniging „Vooruitgang I" te Rotterdam heeft voor de herstemming voor den ge meenteraad tusschen een katholiek en een sociaal democraat, met alge meene stemmen besloten den sociaal democraat te steunen.. Bij Kon. besluit is mr. T. J. j. van Uye Pielerse, consul generaal der Nederlanden te Smyrna, bevorderd tot officier in de orde van Oranje Nassau. Hulde aan wijlen De Marez Oyens. In de vergadering van gisteren van de Provinciale Staten van Zuid Hol land heeft de Commissaris, baron Sweerts de Landas Wyrorgh, eenige treffende woorden gewijd aan de nagedachtenis van den heer De Ma rez Oyens, Lr wiens vervanging een nieuwe verkiezing moest geschieden. Hij herdacht het smartelijk einde van den heer De Maraz Oy ns, den bra ven en godvruchtige.nan, den zeer bekwame i ambtenaar, den trouwen dienaar van zijn land, zijn volk en zijn vorstin. Zijn nagedachtenis zal bij allen in den iande in hooge eer gehouden worden. Bij het wapen der infinterie ont braken op 1 Augustus 775 korporaals (vrijwilligers) aan de organieke sterkte, alzoo ruim 50 percent. werkelijk al over tweëen, misschien wel half drie, toen hij terug kwam. Den volgenden Zaterdag verliet hij mij en ging naar Midlandshire, om een oud vriend te bezoeken, die, zoo als hij zeide, op het punt stond te trouwen. Voor hij heenging, drong hij nog eens aan op een spoedig hu welijk en stelde voor, wetende hoe veel ik van reizen houd, dadelijk daar na een reis om de wereld te gaan maken." Het kistje werd haar toen over handigd met de vraag, of zij dat her kende. „Zeker" antwoordde zij dadelijk. „Ais u het van onderen bekijkt, zult u daar een groote inktvlek vinden." (Dit bleek zoo te zijn). „Ik heb er eenige dingen uit Weenen in mee gebracht. Hoe 't echter in 't bezit van mijnheer Fensden is gekomen, is me een raadsel." Daar de Ambtenaar van het Open baar Ministerie geen vragen meer te stellen had, mocht da getuige de iribune verlaten. (Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1911 | | pagina 1