Donderdag
No 199
1911
Feuilleton.
Vu MiOrsrlugt
49e Jaargang.
24 Augustus
Van Week tof Week.
VL1SSINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTiÊN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dageHjks8 uitgezonderd op Zon- en Feestdag®"-
TELEFOONNUMMER 10.
Bbonnements-fidoartenfiën op zeer uoordeelige uoortoaarden
Het heugelijk nieuws: „de spoor
wegstaking in Engeland geëindigd",
is weer een bericht vol leering. Voor
eerst is er weer uit gebleken, dat
als de goede wil er is, veel uitvoerbaar
kan geacht worden wat onder andere
omstandigheden onmogelijk schijnt.
S'aat, kapitaal en arbeid, deze drie
machten hebben samengewerkt en
de leiders, die, en terecht, wel eens
in een kwaden reuk staan, hebben
waarschijnlijk ingezien voor welke
reusachtige verschijnselen men bij
vooitduring welhaast staan zou.
In het succes der algemeene werk
staking hebben wij trouwens nooit
geloofd en iedere nieuwe poging
versterkt ons in onze meening. Het
maatschappelijk raderwerk is te fijn
en te ingewikkeld om ernstige sto
ringen duurzaam ie kunnen verdra
gen terwijl de ontbering van allerlei
menschelijke behoeften den menscb,
die den arbeid den rug toegekeerd
heeft, noodzakelijk dwingen moet
om spoedig tot dien besten van alle
vrienden terug te keeren.
In de eerste week van Augustus
hadden de spoorwegen in het Ver-
eenigd Koninkrijk, een inkomst van
2,530,000 pond sterling, dus over de
dertig millioen gulden. Als men de
bedrijfskosten op 60 percent rekent,
komt men tot een bedrag van onge
veer achttien millioen gulden aan
salarissen, loonen enz. in éen week.
Een zeer aanmerkelijke vermindering
van zulk een aanzienlijk bedrag moet
natuurlijk voor de arbeiders, de winke
liers en de zaken in het algemeen van
grooten invloed zijn. In het loopend
halfjaar ontving in zes weken tijds de
Noord-Wester Spooqvan het reizigers
verkeer ruim elf honderd duizend pond
sterling en ruim negen honderd dui
zend pond sterling van het goederen
vervoer, de Groote Wester Spoor
ongeveer gelijke bedragen. Men kan
zich dus voorstellen hoe het algemeen
den invloed moet ondergaan van
aanzienlijke dalingen in dergelijke
bedragen,
-r» -i-
De keizer van Duitschlar.d, die zich
op Wilhelmshöhe bevindt, confereert
er druk met den rijkskanselier en
andere heeren. Al pratende wandelt
Z. M. met hen door het park, aldus
het nuttige met het aangename ver-
eenigende. Thans is de heer Von Beth
martn weer te Berlijn en de heer
Von Kiderlen—Wachter is naar Ba-
denweiler gegaan voor particuliere
aangelegenheden. Feitelijk staan dus
nu de onderhandelingen stil en van
weerszijden ziet men daarin gevaar.
De overdreven vaderlanders in beide
landen hebben nu toch een schoone
gelegenheid om het vuurtje aan te
—O—
59.)
De verrassing, die hem wachtte,
benam hem echter bijna den adem.
Het was het werk van een oogenbük
om zijn notitieboekje te voorschijn te
halen.
Hij sloeg de bladen om, tot hij
aan de aanteekeningen kwam, waar
naar hij zocht.
„Heb ik goed begrepen, dat mijn
heer Fensden ze van uit Engeland
besteld heeft? Weet u dat zeker?"
„Heel zeker," antwoordde de ander
en gaf in zijn slecht Engelsch te
kennen, dat hij bereid was den brief
van zijn-klant te laten zien, om de
waarheid van zijn bewering te staven.
Hij vertoonde den brief, dien Burrell
met zorg beschouwde. Ten slotte
haalde hij den heer Zacrofi over hem
toe te staan den brief te behouden.
blazen en zij maken daarvan een
ijverig gebruik. In de voornaamste
plaatsen werden reeds vergaderingen
over de Marokko-aangelegenheden
aangekordigd en vrij wat groote hee
ren zullen er een redevoering houden.
Men mag van de zijde der pers, die
hier stellig een roeping te vervullen
heeft, wel Lachten het groote publiek
kalm te houden; want als de men-
schen eenmaal warm loopen weet men
waarachtig niet wat er gebeuren kan.
De toon der Fransche bladen is
vrij krachtig, maar waardig. Zij laten
uitkomen,en is het inderdaad niet voor
tegenspraak vatbaar, dat Frankrijk op
den volledigen steun van Rusland kan
rekenen en dat Engeland, welks be
langen in de gegeven omstandigheden
met die van Frankrijk ten nauwste
verbonden zijn, gereed is om met het
eerste alarm met Frankrijk op te
trekken. Wanneer, zegt men, Duitsch-
land een eerlijke overeenkomst
wenscht, dan moet er aan de tegen
woordige wijze van onderhandelen
een einde komen.
De toestand in de hoofdstad van
Portugal moet allesbehalve rooskleu
rig zijn. Het Fransche „Journal" heeft
van haar correspondent aldaar een
bericht ontvangen waarin gezegd
wordt dat de stad als het ware op
een vulkaan staat. Dat staat ze trou
wens uit een natuurkundig oogpunt
ook.
Lissabon wordt ook met algemeene
werkstaking bedreigd en de anar
chisten zijn aan die beweging niet
vreemd. Óp straat worden vergade
ringen belegd en de sprekers, voor
het meerendeel mannen uit het volk,
zeiten de menigte tegen de regeering
op, die zij beschuldigen van verraad
jegens het land, in overleg met de
monarchisten gepleegd. In het noor
den van het land dreigt burgeroorlog
en men verwacht daar binnenkort
de komst van een koningsgezinden
samenzweerder. Alles maakt den in
druk, dat er gevaar bestaat voor een
bloedigen opstand. En op de troepen
valt voor de regeering ook al weinig
staat te maken. Van de Portugeesch-
Spaansche grens worden voortdurend
talrijke nieuwe deserties van troepen
en officieren gemeld. Zoo moet, vol
gens betrouwbare berichten, van 120
man cavalerie, die naar Guarda waren
gezonden, bijna de helft met paarden
en al gedeserteerd zijn terwijl thans
ook vernomen wordt, dat talrijke
reservisten de grens zijn overge
trokken.
Er kwamen in den laatsten tijd
vrij wat belangrijke berichten uit
Japan, waarvan wij hier den hoofd
inhoud zullen mededeelen.
Er moet een geheim regeeringstuk
bestaan, waaruit zou blijken de stich-
„Ik zou hem voor geen 1000 gulden
willen missen," zeide hij tot zichzelf.
„Wel drommels dat is een verbazende
bof! Ik zou er nooit aan gedacht
hebben
Nadat hij den kleinen mijnheer
Zacroft bedankt had voor zijn beleefd
heid, nam hij afscheid met de belofte
zijn hartelijke groeten aan mijnheer
Zevenboom te zullen overbrengen,
zoodra hij hem zag. Daarna verliet
hij hem, om alles voor zijn reis van
Parijs naar Napels in orde te brengen.
Laat in den avond kwam hij in die
beroemde Italiaansche stad aan. Uit
geput van vermoeienis, begaf hij zich
naar een hotel, sliep den slaap des
rechtvaardigen en stond 's morgens
op met het prettige gevoel, dat de
dag, dien hij voor zich had, waar
schijnlijk een drukke dag zou zijn,
een dag vol verrassingen. Nadat hij
ontbeten had, vermaakte hij zich op
zijn manier met het gadeslaan van
een jonggehuwd paartje, dat in het
zelfde hotel logeerde en de aankomst
afwachtte van de mailboot, die hen
naar Australië zou brengen. Toen de
tolk, dien de hotelhouder voor hem
gevonden had, zich kwam aanmelden,
iing van een Japansch verspieders-
genootschap. in dat stuk wordt onder
meer gezegd dat, met de inlijving van
Formosa en Korea, de nationale, ont
wikkeling van Japan haar hoogtepunt
nog niet heeft bereikt. Japan moei
er naar streven, zijn invloed uit te
breiden over het geheele Aziatische
vasteland. In aiie voorname steden
van verschillende landen moeten
daarom afdeelingen worden gesticht.
Het hoofdkantoor komt te Peking en
wel voorioopig in het gebouw van
het Japansche gezantschap. In naam
zal het genootschap zich bezighouden
met het aanknoopen van handelsbe
trekkingen en het bestudeeren van
de zeden en gewoonten der volken,
maar in werkelijkheid zal het in dienst
staan van den generalen staf en aan
dezen berichten verschaffen omtrent
militaire, diplomatieke, politieke en
slralegische bijzonderheden in de
betrokken landen.
Z'edaar dan, als het be-icht vol
komen juist mocht zijn, het gele ge
vaar in zijn ware gedaante.
Toch komt ook in Japan een tegen-
strooming en begint tot steeds breeder
kringen het besef door te dringen,
dat de economische ontwikkeling des
lands geen gelijken Ired houdt met
de uitbreiding van het Rijk in grond-,
geljied, en steeds meerderen begin
nen z:ch af te vragen, of het geen
tijd wordt, de hooge oorlogslasten
ie verminderen. Het volgend jaar
hebben de algemeene verkiezingen
plaats en zal deze zaak den doorslag
geven in den grooten strijd tusschen
unionisten en nalionalisten, welke
laalsten de vermindering der oorlogs
lasten bepleiten.
BINNËNL AND,
De werkwijze der Tweede Kamer.
De anti-rev. „Rotterdammer" ves
tigt, ter bevordering van een spoe
diger behandeling van zaken in onze
Tweede Kamer, de aandacht op eene
bepaling in artikel 23 van het be
staande reglement van orde, hetwelk
een rechtstreeksch overleg van de
secties met de ministers mogelijk
maakteene bepaling, waarvan bij
de behandeling van de Ongevallen
wet is gebruik gemaakt, maar overi
gens zelden of nooit.
Wat nu kan geschieden, zou de
„Rolt." gaarne als regel zien aange
nomen. Hare bedoeling is, dat de
rapporteursvergadering, bijeenkomend
na het sectie-onderzoek, in overleg
trad met den minister en de uitkom
sten van dat overleg in haar verslag
aan de Kamer opnam. Zij is van
oordeel, dat zulk een voorafgaand
mondeling overleg veel geschrijf en
gewrijf zou uithalen en dat zoowel
de arbeid der secties als der minis
ters beter vruchten zou dragen. De
begaf Burrell zich op weg naar de
straat, waar hij gehoord had, dat
Teresina Cardi en haar moeder ge
woond hadden.
„Napels zien en dan sterven, zegt
men," mompelde hij bij zichzelf, toen
hij van de eene nauwe, stinkende
straat in de andere kwam. Het had
moeten zijn „Napels ruiken en dan
sterven." Een kenner zou na iedere
100 meter weer honderd onfrissche
luchtjes kunnen ontdekken."
Eindelijk waren zij in de~ bewuste
straat en na eenig zoeken vonden zij
het huis, waarin het vermoorde meisje
met haar moeder gewoond had. De
tolk ondervroeg het hoofd van het
gezin, dat de benedenverdieping be
woonde.
Met veei gebaren en buigingen ver
telde deze, wiens eenig werk zoo het
scheen bestond in het rooken van si
garetten op de stoep, dat Signora Car
di dood was en dat de begrafenis met
veel plechtigheid had plaats gehad.
„Vraag hem, wat er van de dochter
geworden is," zeide Burrell, die ver-
langde te weten, of de man al of niet
van den moord wist.
„Weg!' was het korte antwoord.
ministers zouden dan reeds in die rap
porteursvergaderingen kunnen zeg
gen wat zij nu eerst schriftelijk doen
fc ij de memorie van antwoord en
dan later nog eens bij het openbaar
debat.
De behandeling ten siolte in de
volle zitting zou dan in de meeste
gevallen slechts behoeven te ioopen
over enkele punten, waarover Kamer
en regeering het niet eens hadden
kunnen worden, en stellig zou deze
discussie een veel ordelijker, reëeler
en verheffender karakter dragen dan
nu, tot ergernis van wie de eer van
het parlement ter harte gaat, dikwijls
het geval is
De Tariefwet.
Door het hoofdbestuur van de Ne-
deriandsche vereeniging tot afschaf
fing van alcoholhoudende dranken is
in verband met het aanhangige wets
ontwerp tot herziening van het tarief
van invoerrechten aan de Tweede
Kamer der Slaten Generaal een adres
gezonden, inhoudende het verzoek het
heffen van invoerrechten op alle ver-
sche vruchten te verwerpen.
Adressant grondt zijn verzoek op
het feit dat toeneming van het gebruik
van versche vruchten een van de beste
middelen is tot bestrijding van het
alcoholgebruik, dat het steeds' zoo
ui eist moeilijk is geschikte vervang-
middelen voor de alcoholische dran
ken te vinden, maar dat juist in de
laatste jaren met behulp van vruchten,
in 't bijzonder van citroenen, tnet
succes in deze richting gewerkt wordt,
terwijl door de vereeniging en hare
onderdeelen eene actieve propaganda
wordt gevoerd om het gebruik van
vruchten in 't algemeen en in de café's
in 't bijzonder meer ingang te doen
vinden.
„Ons Leger".
De 24sten Juli is te Breda en te
Tilburg opgericht de Vereeniging Ons
Leger, welke zich ten doei steit, de
belangstelling voor het leger van het
Nederiandsciie volk. die dikwijls be
neden het vriespunt is, weer op te
wekken, en de overtuiging ingang te
doen vinden, dat het iegervraagstuk
een nationaal, en geen politiek vraag
stuk is.
Een dergelijke vereeniging ontstond
eenige maanden later ook te Bergen
op Zoom. De oprichters van die ver-
eenigingen, o.w. personen van allerlei
richtingen, werden bij hun werk geleid
door de gedachte, dei de groote on
verschilligheid van een belangrijk deel
der natie ten opzichte van hare weer
macht, die ten deele reeds in eene
vijandige gezindheid is overgegaan,
ons in de toekomst aan een groot
gevaar voor onze onafhankelijkheid
kan blootstellen.
Aan deze onverschilligheid een
Eindelijk verwaardigde hij zich er bij
te voegen„Een Engelschman heeft
haar opgezocht en de Signora is met
hem vertrokken. Meer weet ik niet."
Hij rolde zich een nieuwe sigarette
met het gezicht van iemand, die ge
daan heeft wat hij kon om zijn gast
vrijheid te toonen, maar er niet zeker
van is, of hij in die poging geslaagd
is. Op dit critieke oogenblik liet
Burrell het tgeld in zijn zak ram
melen.
„Vraag hem, of hij denkt, dat hij
den man herkennen zou, als hij hem
zag," zeide hij. „Zeg hem ook, dat
ik hem goed zal betalen voor zijn
inlichtingen."
Een hevige woordenstrijd ontstond,
die eenige oogenbikken duurde.
Daarna vertaalde de tolk het ant
woord van den Italiaan.
„Hij zegt, excellentie, dat hij den
man wei uit honderd anderen zou
herkennen."
„Hij heeft vrij lang noodig gehad,
om dat te zeggen, sprak Burrell,
terwijl hij een half dozijn portretten
uit zijn zak haalde, die hij voor dat
doel had meegebracht. „We zullen
hem echter op de proef stellen."
eind te maken, het Nederlandsche volk
wakker te schudden, en te wijzen op
den plicht van waakzaamheid, is de
taak, die de vereeniging Ons Leger
zich gesteld heeft. Zij wenscht zich
te beperken tot onze weermacht te
iand. Daarbij stelt ze zich op neutraal
slandpunt, zoowel wat betreft de
politieke als de technische zijde van
het vraagstuk.
Vrouwenkiesrecht in de Herv. Kerk.
De vorige week heeft de meerder
heid der Synode van de Ned. Her
vormde Kerk zich verklaard voor het
kiesrecht aan de vrouwelijke lidmaten.
Bij menigeen vooral onder de
feministen schijnt de meening te
bestaan, dat hiermede het vrouwen
kiesrecht in genoemd kerkgenootschap
een voldongen feit is geworden. Dit
is echter geenszins het geval.
De uitspraak der Synode is slechts
een voorloopige beslissing. Zij moet
nu aan het oordeel der lagere kerk
besturen worden onderworpen
eerst een volgend jaar neemt de
Synode een definitief besluit.
Als nu in aanmerking wordt geno
men, dat in de kerk de meening over
deze aangelegenheid zeer verdeeld is,
en verder, dat zelfs bij een algemeen
gunstig oordeel der lagere besturen
de Synode welke elk jaar opnieuw
woroi samengesteld zich in 1912
er tegen kan verklaren, zal men be
grijpen, dat omtrent het lot der thans
genomen beslissing nog zeer weinig
valt te zeggen.
Trekhondenwet.
inlichtingen aan houders van hon
denkarren. De wet van 14 Juli 1910
Siaatsblad No. 203, houdende bepa
lingen ter bescherming van trekhonden
treedt op 1 September 1911 in wer
king.
Van dien datum af is het den houder
van een hondenkar o.m. verboden die
te gebruiken of te doen gebruiken,
tenzij hij als houder zij ingeschreven
in een register, aangelegd door Burge
meester en Wethouders der gemeente
waarin hij woonplaats heeft. Bij de
inschrijving geven deze een nummer-
bewijs af. De zegelkosten van zoodanig
bewijs bedragen 75 cent.
Het is den geleider van eene hon
denkar verboden deze te gebruiken
zonder voorzien te zijn van een num-
merbewijs. Dat bewijsnummer moet
hij op de eerste vordering aan de
politie vertoonen.
Hetis verboden als trekhonden te
gebruiken of te doen gebruiken
le. kreupele, schurftige, gewonde,
zichtbaar krachtige of zoogende hon
den 2 nog niet volwassen honden
3e. honden met eene geringe schou
derhoogte dan zestig centimeter. Indien
zij na 1 September 1914 voor de
kar worden gespannen, vijftien centi-
Onder dat aantal portretten waren
die van Fensden en Henderson, en
ook andere, die totaal niets met de
zaak te maken hadden.
De eigenaar der benedenverdieping
nam ze een voor een op en bekeek
ze met een onderzoekenden blik.
Toen hij Fensden's portret in handen
kreeg, hield hij het dadelijk in de
hoogte.
„Die is het," zeide hij tot den
tolk. „Ik behoef niet verder te zoe«
ken. Ik zou den man overal her
kennen."
Burrell stak de portretten weer in
zijn zak.
„Vraag hem, of hij weet, waar de
man van wien hij spreekt,gelogeerd
heeft, toen hij in Napels was," sprak
Burrell tot den tolk, maar het scheen,
dat de ander hem hierover niet kon
inlichten, ofschoon hij aanbood er
voor een belooning moeite voor te
doen. Deze huip sloeg Burrell ech
ter van de hand. Na hem voor zijn
inlichtingen een fooi te hebben ge
geven, ging hij weer terug naar zijn
hotel.
(Wordt vervolgd.)