Zaterdag
20 Mei
Gemeentebestuur.
Feuilleton.
No 119
49e Jaargang.
1911.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
BINNENLAND.
VAD IEN HAK OP DEH TAK.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTlEN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
TELEFOONNUMMER 10.
ftbonnements-ftduerterstiën op zeer uoordeeiige uoorivaarders
BADPLAATS.
Burgen:, en Weth. van Vlissingen
maken bekend
diat de opening der Zeeba
den is bepaald op Donderdag
den 1 Juni e. K.
Vlissingen, 19 Mei 1911.
Burgem. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
Tweede Kamer.
In de gisteren gehouden zitting
duurde de interpellatie Troelstra over
het verenigingsrecht onder spoor
wegpersoneel nog de geheele och
tendvergadering.
Aan de heeren Roodhuyzen en
Treub, die de wenschelijkheid hadden
betoogd het scheidsgerecht voorspoor-
wegpersonee! permanent te maken,
beloofde de minister van waterstaat
deze quaestie nog eens ernstig te
zullen overwegen.
Ook verzekerde hij te zullen waken
tegen het misbruik maken door spoor
wegdirecties van hun thans reeds
beperkte bevoegdheid om ongevraagd
eervol ontslag te geven.
Met ambtenaars- of spoorwegper-
soneelvereenigingen die zich als vak
organisatie op het standpunt van den
klassenstrijd plaatsen, achtte hij
vruchtbaar overieg uitgesloten.
De tariefwet en de middenstand.
Men weet, dat het hoofdbestuur
van den Middenstandsbond een cir
culaire heeft gezonden aan de be
sturen der aangesloten vereenigingen
waarin verklaard wordt, dat krachtens
de statuten de Middenstandsbond
zich onthoudt van politiek en het
ontwerp tariefwet diensvolgens in den
bond niet aan de orde kan worden
gesteld.
De „Arnhemsche Courant" schrijft
naar aanleiding hiervan o. a.Het
komt ons voor, dat deze circulaire
een paar ernstige vergissingen in zich
bergt. Allereerst is het tariefontwerp
geen „politiek" ontwerp. Men moest
het den minister, die het voorstelde,
eens zeggen 1 Wat zou hij en
terecht zich boos maken. Het is
een ontwerp van economiscbepolitiek,
doch dat is heel wat anders. En al
moge het waar zijn, dat dit ontwerp,
voorgesteld door deze regeering, door
velen wordt aangezien voor een
„politiek" ontwerp, te ontkennen
valt niet, dat er onder de rechterzijde
voorstanders van vrijhandel en onder
de linkerzijde vrienden van bescher
ming worden gevonden. Nog pas
52.)
Toen de advocaat in het rijtuig stap
te, had hij in zijn portefeuille het
hooggeroemde poeder van mijnheer
Toubier een plaatsje gegeven bij het
portret van Jane, die hem nooit ver
liet. Hij was nu gereed voor de reis
naar Duitschland en reed regelrecht
naar het Straatsburger station.
De Rijnboot No. 21 bereikte einde
lijk Dusseldorf. Sedert het vertrek uit
Rotterdam had men niets dan regen
gehad. Er is niets zoo vervelend als
een stoombootreis van Rotterdam naar
Dusseldorf bij regenachtig weder. De
meeste reizigers zijn dan ook slecht
geluimd en wandelen neerslachtig
heen en weer in de bovendekskajuit
Bijna allen zijn Londensche heeren,
die hun jaarlijksche reis langs den
Rijn doen. Voor hen komt geen andere
weg naar Zuid-Duiischland in aan
heeft een katholiek in een onzer
groote bladen zich beslist tegen ver
hooging van tarieven verklaard.
Voorts is 't een eigenaardig iets,
uit den mond van het hoofdbestuur
te vernemen, dat zeer zeker de tech
nische zijde van het vraagstuk onder
de oogen gezien mag worden dat
het hoofdbestuur zelfs aanspoort tot
onderzoek door alle veieenigingen,
die bij den bond zijn aangesloten,
doch zich over de zaak in haar ge
heel niet wenscht uit te laten. Dat is,
dunkt ons, noch consequent, noch
loyaal. Wanneer het onderzoek aan
wijst, dat het tarief in zijn geheel
nadeeiig is voor ons land, behooren
de onderzoekers dat -uit te spreken
en ze behooren dat te doen door
het groote organisme, dat de belangen
van den middenstand vertegenwoor-
digt.
De ziekteverzekering.
Naar aanleiding van eene in de
pers voorkomende opmerking, dat er
mogelijkheid bestond dat de minister
van landbouw, nijverheid en handel,
vertragen zou de beantwoording van
het stuk, bevattende de vaststelling
der vraagpunten en de toelichting
daarvan, hem bij schrijver: van 4
Mei jl. door de commissie van voor
bereiding voor de ziekteverzekering
toegezonden, kan uit goede bron
worden medegedeeld, dat eene nota,
betreffende de door de commissie
gestelde vraagpunten, reeds eergister,
17 Mei, door den minister aan de
commissie is toegezonden.
Opcenten op 's Rijks belastingen.
Blijkens het Voorloopig Verslag
nopens het wetsontwerp betreffende
de invordering van provinciale en
gemeentelijke opcenten op 's Rijks di
recte belastingen, zouden enkele leden
gaarne vernemen, waarop de opvatting
steunt, dat de bepalingen der bij dit
ontwerp aan te vullen wet omtrent
voorrang zich behooren uit ie strek
ken tot de provinciale en gemeente
lijke opcenten. Men vond zulks niet
billijk en nier gerechtvaardigd door
de administratieve moeilijkheden,
waartoe een andere opvatting aanlei
ding schijnt te geven.
Omtrent het bestaan dier moeilijk
heden werd door enkele leden op
heldering gevraagd. Men meende,
dat het meermalen voorkwam, dat
van een te vorderen bedrag een ge
deelte preferent was, een ander ger
deelte niet. Dat hierin eenig bezwaar
was gelegen, viel kwalijk in te zien.
Onze Vloot.
Door de afd. Haarlem van „Onze
Vloot zijn bij de firrna Couvee te
's Hage, gedurende enkele dagen een
viertal platen ter bezichtiging ge
merking dan dien langs de schilder
achtige oevers van „den grootvorst
van Europa's stroomen."
Aan het einde van de kajuit wan
delt een lang, flink gebouwd heer re
gelmatig heen en weerzijtf zwarte
kleeding steekt nog al af bij de bonte
kleeding van de overige passagiers.
Hij is in de beste jaren van zijn leven
en draagt een zwaren, lichtblon
den baard. Hij schijnt voor de overige
passagiers ongenaakbaar. De edeie
trekken van zijn gelaat drukken zekere
treurigheid uit. Zonder eenige belang
stelling Iaat hij nu en dan zijn blik
over zijn medereizigers gaan.
Toen de boot aan den steiger stil
hield om een halfuur te toeven, ver
liet deze heer de kajuit, om ondanks
den regen naar de drukte aan den
wal te kijken. Daar kwam in ijlende
vaart een rijtuig uit de stad aan, het
hield aan den steiger stil en mijnheer
Morris stapte uit. Zonder naar den
koetsier om te zien, baande hij 2ich
een weg door het gewoel en ging aan
boord van de boot.
Een aantal passagiers maakten zich
gereed om met pak en zak de boot
te verlaten. De advocaat werkte zich
steld, die algemeen de aandacht
trekken. Zij stellen voor de „Evert-
sen", een torpedoboot, een kijkje op
't dek van de „Heemskerck" en 't
laden van een stuk geschut. De uit
voering is zeer goed, de platen ge
ven een behaaglijken indruk en kun
nen een vergelijking met buiten-
landsch werk stellig doorstaan.
De afdeeling Haarlem, die ze zal
uitgeven is voornemens dit viertal
door meerdere te doen volgen. Zij
noemt ze schoolplaten en we meenen,
dat enkele er van wel in de school
te gebruiken zijn. Tot nu toe moest
men Duitsche platen aanschaffen om
den leerlingen eenig idee te geven
van een modernen zeestoomer, 't zij
passagiersboot of oorlogsschip. Of
men behielp zich met reclameplaten
van onze stoomvaartschappijen.
Deze echte Nederlandsche uit
gave zal dus in een leemte voorzien.
De uitvoering is bij de firma Emrik
en Binger in goede handen. Het
streven der vereeniging zal in de
school we! buiten bespreking blijven.
Dat menig belangstellende ze ver
der als wandversiering zal aanschaf
fen, zouden we wel durven verzeke-
reu. Ook, in de school zouden ze, uit
dit oogpunt beschouwd, stellig een
goed figuur maken.
Militaire berichten.
De 2e luit. J. Q. Inklaar, van het
3e reg. infanterie, wordt 31 dezer
ontheven van zijne detacheering bij
de normaal schietschool te 's Graven-
hage.
Het eindexamen bij den hoofdcur
sus te Kampen zal plaats hebben van
4 tot 19 Augustus. Daaraan zullen
deelnemen 40 onderofficieren, ver
deeld als volgtinfanterie hier te
lande 23, infanterie O. I. 9, admini-
stiatie hier te lande 6, administratie
O. I. 3.
Pest in Indië.
Bij het departement van koloniën
is ontvangen het volgende telegram
van den gouverneur-generaal van Ne-
derlandsch-Indië, d.d. 17 dezer, be
treffende pestgevallen op Java
Afdeeling Malang veertien dezer
nog een geval, doodeüjk. District
Penanggoengan eergister en gisteren
(15 en 16 dezer) negen en twintig
gevallen, waarvan twaalf dooden.
District Karnnglo gisteren acht ge
vallen, waarvan drie dooden. Van de
pestlijders van vorige dagen zijn er
nog negen overleden. Soerabajteen
geval, dat doodelijk was. Kedirielf
dezer en gisteren (16 dezer) een ge
val. ^an het eerste is de pest na
het overlijden geconstateerd. Ma
dioen een verdacht geval bleek gis
teren pest te zijn.
door die lieden heen en wilde naar
de bovendekskajuit. Op eens voelde
hij een hand op zijn schouder, hij
keerde zich om en stond tegenover
den langen heer, van wien wij gespro
ken hebben.
Een oogenblik stond mijnheer Mor
ris verrast en verlegen toen greep hij
de hem aangeboden hand en vroeg
beschroomd
„Heb ik de eer den consul sir ja-
mes Gray te zien
Een hartelijke glimlach speelde om
den mond van den langen heer.
„Juist, mijn beste heer Morris,
juistIk begrijp dat het u moeilijk is,
mij zoo dadelijk te herkennen. Dat is
zeker altijd zoo, als men een dood-
gewaanden vriend onverwachts voor
zich zietIk zou zelf niet minder ver
bluft staan kijken."
„Pardon, mijnheer! merkwaardig,
het geluk u weder te zien is niet
zoo geheel onverwacht. Mijn gemach
tigde Wilkens Jeffers tGegrapheerde
mij, dat mijn weldoener na treurige
lotgevallen gelukkig te Londen was
aangekomen én mij aan den Rijn
wenschte te ontmoeten.'Ik vertrok da'
delijk uit Parijs en liet sedert dag en
Salarisverhooging voor ambtenaren.
Door het hoofdbestuur van den
nieuwen Nederlandschen postbond
werd aan de Tweede Kamer een
adres gezonden, waarin gewezen
wordt op de belangrijkheid en de
noodzakelijkheid van de door deze
organisatie bij de behandeling der
begrooting gevraagde aigemeene
loonsverhooging met 20 pet. op de
eerste 1000 gulden van alle salarissen
tot en met 2000 gulden. Voorts wordt
aangedrongen op spoedige behande
ling der door den heer Helsdingen,
namens de sociaal democratische
Kamerfaclie ingediende en thans op
den rooster van werkzaamheden ge
plaatste motie.
Een industrieschool.
In de aanstaande zomerzitting der
Provinciale Stalen van Noordbrabant
zal onder anderen behandeld worden
een adres der gemeente 's Heitogen-
bosch om f 15,000 jaarlijksche sub
sidie ten behoeve eener aldaar op te
richten „Middelbare technische en in
dustrieschool", benevens voorberei
dende scholen. Gedeputeerde Staten
stellen voor een jaarlijksche bijdrage
van f6000 te verleenen onder de vol
gende voorwaarden Dat hei rijk een
jaarlijksche bijdrage verleent van min
stens f30,000 in de exploitatiekosten
van het g'eheele complex der bedoelde
scholen.
Voor den dienst in Ned. indië
worden gevraagd drie personen, waar
van een bij uitstek practisch ervaren
moet zijn in boekhouden, zoodat
hem, z»o noodig de inrichting van
de boekhouding van een groot bedrijf
kan worden toevertrouwd, terwijl
voor de beidé andere betrekkingen
jonge gediplomeerde boekhouders in
aanmerking komen.
De eerstgenoemde zal genieten een
bezoldiging van f 500 's maands, met
éen tweejaarlijksche en twee driejaar-
lijksche verhoogingen van f 100 's
maands elk, alzoo een maximum van
f800 's maands, terwijl de laatstge
noemden een bezoldiging zullen heb
ben van f 250 's maands met éen
tweejaarlijksche verhooging van f 50
's maands en twee driejaarlijksche
verhoogingen van f 100 's maands elk,
alzoo een maximum van f 500 's
maands.
Zij, die voor éen dier betrekkingen
in aanmerking wenschen te komen,
behooren zich voor 10 Juni bij ge
zegeld adres te wenden tot het de
partement van koloniën. Voor nadere
bijzonderheden zie Si. Ct. no. 117.
„Wat een rare ChineesDit
spreekwoord moge al lang geleden
zijn oorsprong hebben gevonden, ook
nacht geen boot voorbijgaan, zonder
naar u te onderzoeken."
Een tweede handdruk beloonde den
advocaat.
„Laten wij in de kajuit gaan, mijn
vriend I" sprak James Gray, „HG re
gent weer harder. Bij een glas Rijn
wijn kunnen wij daar ongestoord
praten."
„Ais u het goedvindt, mijnheer dan
houd ik u gedurende uw verblijf in
Duitschland gezelschap. Zonder onbe
scheiden te zijn meen ik toch, dat ik
u nu en dan nuttig kan zijn. Valt het
Duilsch spreken u niet moeilijk
„Ik hoop er met mijn Duilsch wel
te komen, antwoordde de consul,
„maar het gezelschap van een man,
die met de jaren bijna de plaats van
een zoon inneemt, zal mij recht aan
genaam zijn."
Schijnbaar getroffen keek Morris
ter zijde.
„ik zou gelukkig zijn, als u mij
zoo'n eereplaats in uw hart wildet
gunnen. Ais trouwe liefde en dank
baarheid de middelen zijn om tot die
eereplaats te geraken, dan hoop ik
mettertijd dit doel van mijn streven
te zullen bereiken."
thans nog kan men in China rare
dingen aanschouwen. Dit ondervonden
b.v. de langstaartige esculapen nu en
dan op een onaangename manier.
Een van hen had een kind behandeld
en er werkelijk zijn best opgedaan,
maar 't kind was gestorven. De vader
gaf hiervan den dokter de schuld en
wilde zich wreken. Hij droeg aan
eenige mannen op naar het huis van
den dokter te gaan, daar den boel
kort en klein te slaan en den escu-
loop zelf een flink pak slaag te geven.
De mannen kwamen spoedig weer.
„Wat hebt ge gedaan, dat gij er zoo
gauw weer zijt, ge kunt nauwelijks
bij de woning geweest zijn vroeg
de lastgever. „Toch wel", was het
antwoord, „maar wij behoefden niets
te doen, want juist kwamen eenige
andere mannen uit het huis, die ons
ai vóór waren geweest en den dokter
naar behooren hadden afgestraft."
Zoo'n Chineesch geneesheer heeft
dus een alles behalve benijdens
waardig baantje, naar het schijnt.
Nu wij het toch over de „raarheden"
der Chineezen hebben, vermelden we
nog eenige dingen, die de Chinees
andets doet dan de Westerling. De
Chinees drukt zich zeiven de hand
in plaats van u. Hij blijft als hij met
u wandelt opzettelijk uit den pas. Hij
zet, els hij groet, den hoed op. Hij
maakt zijn schoenen wit in plaats
van zwait om netjes te wezen. Hij
rijdt te paard met zijn hielen in de
stijgbeugels in plaats van met zijn
teenen. De Chinees gooit dikwijls de
meloenen weg, om alleen de pitten
van de vruchten te eten. Bij een
plechtige gelofte reikt hij u de lin
kerhand. Hij denkt u een beleefdheid
te. bewijzen als hij naar uw leeftijd
en naar uw inkomen vraagt. Hij
spreekt van West Noord in plaats
van Noord-West en zesde vier in
plaats van vier zesde.
Zijn liefste geschenk aan een dier
baren bloedverwant is een doodkist.
Al die dingen zijn in de oogen van
ons, Westerlingen, vreemd, maar even
vreemd en zonderling zullen waar
schijnlijk onze zeden en manieren den
Chinees toeschijnen. Hij gevoelt in
veel opzichten blijkbaar anders dan
wij, maar wier gevoel nu beter, zui
verder, juister is, het zijne of het
onze, zie, dat is nog de vraag. Maar
ik ga liever op dat onderwerp niet
door, daar deze of gene lezer mij
dan ook wellicht voor „een rare
Chinees" mocht gaan houden.
Dat er echter ook buiten China rare
dingen gebeuren en wonderlijke men-
schen zijn, zal ieder mij wel willen
toegeven. Daarvan vallen staaltjes ge
noeg te vermelden. Bijvoorbeeld hoe
vindt men het volgende, het aller
nieuwste op collectioneurgebied Een
Engelsché dame is begonnen een ver
zameling van kussen te materiaiisee-
De heeren gingen nu in de kajuit,
De consul liet door den hofmeester
een flesch Rijnwijn brengen en spoe
dig z,aten de twee mannen tegenover
elkander.
„Laat mij u mijn oprechte deelne
ming betuigen over het afsterven van
uw onvergetelijke echtgenoote," be
gon de advocaat. „Wie haar gekend
heeft zal zeker haar noodlottig einde
betreuren."
„Het is vriendelijk van u, mijn
beste Morris, dat ge met zooveel lief
de en piëteit denkt aan de vrouw,
wier nagedachtenis mij altijd heilig
zal zijn, ofschoon ge u nooit in haar
genegenheid hebt mogen verheugen.
Ik heb den afkeer van mijne vrouw
jegens u nooit begrepen. Uw ruste-
looze ijver, uw talent, uw welgeslaagd
streven waren toch wei geschikt om
haar tot erkenning van uw goede hoe
danigheden te dwingen. Doch vrou
wen rekenen met andere factoren dan
wij mannen. Ik ben echter overtuigd,
dat dit mettertijd anders zou gewor
den zijn als zij bij de stranding van
de „King Richard" niet
(Wordt vervolgd.)