Draagt
Plouvier's
Schoenwerk.
Vrijdag
7 April
EL in KEUZE
zen, van
Verschijnt dageiijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10
fibonnements-Aduertentiën op zeer uoordeelige uoonoaarders
O.
83
49e Jaargang.
1911
No. 968, aan het
ad.
d tegen 15 Mei of
.in zonder kinderen
inde optreden. Zij,
hebben de voor-
.vorden ingewacht
an het Bureau der
lirant."
309 f86.387.411.00
f 1.003.518.17
f27.437.411 88
f28.808.387.71
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ÈN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzeifde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend, Groote
'etters en clichés naar plaatsruimte.
jM N N E N L A N D.
De Tariefwet.
Sommige bladen ziin de campagne
legen de ingediende tariefwet reeds
begonnen.
De „N. R. Ct." liet reeds Zondag
ochtend het licht vallen op het feit,
bat vier van de ministers in het zit
tende kabinet, de heeren Heemskerk,
Kolkman, Talma en De Waal Malefijt,
zich tegen meelrechten hebben ver
klaard, terwijl niettemin nu een recht
van 40 ets. per 100 K.G. op tarwe- en
roggebloem in het ingediende ontwerp
is voorgesteld. Nog op 29 November
j|. heeft minister Kolkman namens de
tegeeiing verklaard, dat zij er niet aan
dacht, in het tarief eerste levensmid
delen te belasten. Tijdens de verkie
zingen van 1905 zeide de heer Heems
kerk in antwoord op een vraag van
de Nederlandsche handelaren in bui-
lenlandsch meel, dat de geheele ?.-r.
partij juichte toen het recht op meel,
door den minister Harte voorgesteld,
door hem teruggenomen werd. En de
heer Kolkman antwoordde, dat indien
onder de katholieken in Nederland
een plebisciet werd uitgeschreven,
zich 80 pet. tegen belasting op eerste
levensmiddelen als graan en meel
zouden verklaren.
De „Nieuwe Ct." schrijft o. m.
En de kans dat op die wijze de
volkswelvaart als geheel en de belan
gen van de verbruikers, d.i. van het
geheele volk, schade lijden, wordt
waarlijk niet minder door de twee
slachtigheid der gedachte waarop deze
lariefherziening berust. Een fiscaal
doel om de noodige fondsen voor
sociale dwangverzekering te vinden,
ten protectionistisch doel, door mi
nister Kolkman half onwillig erkend,
om aan zekere takken van binnenland-
sche industrie directe hulp te verlee-
nen of, zooals het heet „tegemoet te
komen".
De dag der indiening noemt het blad
ten gewichtig oogenblik in onze eco
nomischs geschiedenis. De eerste of-
ficieele stap is thans gezet op den
weg der reactie tegen een meer dan
een halve eeuw bij toeneming toege
past stelsel van handelspolitiek, waar
onder 's lands algemeene welvaart
vermeerderde, de exportnijverheid een
aanzienlijke hoogte bereikte en de
landbouw ondanks de ontzaglijke ge-
wassenconcurrentie op bet gebied der
landbouw-producten, tariefbescher-
King op den duur gemakkelijk bleek
te kunnen missen.
Het „Volk" schrijft:
Er was aangekondigd, dat het
slechts een belasting op de voor
werpen van weelde zou zijn en dat
(Ie levensbehoeften der onvermo
getiden vrijgelaten zouden worden.
Ook in de toelichting van verschil
lende poslen van het nu ingediende
o—
16.)
Wet zijn noodlottige documenten
°P straat gekomen, zag hij aan de
overzijde der straat op het trottoir
!jei% officieren wandelen. Haastig
«eerde hij in huis terug, om hen niet
lt ontmoeten, om niet herkend te
worden. Schaamrood vroeg hij zich
al' doe lang het zou duren, dat men
etn den voortreffelijken kame
raad zou beklagen wegens het
Wuk, dat hem in den echt ten
p' gevallen was.
dn juist dat beklagen hoe goed
"0k gemeend maakte hem bijna
waanzinnig.
p» l 'can een officier doen, als zijn
'"besmet is?
Hij jaagt zjCb een kogel <j00r den
si' 0,?tsteld staakte Koert zijn be-
nouwingetj bij de gedachte, dat
l" vrouw, de dochter van een mis
wetsontwerp leest men, dat bepaalde
artikelen vrij van invoerrechten zijn
gelaten, omdat zij vooral door on-
vermogenden gebruikt worden. Welk
een grof boerenbedrog dit is, blijkt
echter bijvoorbeeld hieruit, dat on
middellijk achtereen wordt medege
deeld, dat reuzel vrij van belasting
wordt gelaten, „als zijnde in hoofd
zaak voedingsmiddel voor de lagere
standen", terwijl margarine, toch
zeker ook „voedingsmiddel voor de
lagere standen", met f 10 per 100
kilo belast wordt en dus minstens
5 cent per pond duurder zal worden.
Het proletariaat heeft er het grootste
belang bij om door eendrachtigen
strijd te trachten dezen aanslag op
zijn nooddruft af te weren.
Van de bladen van rechts keurt
ook het „Centrum" nu reeds de be
lasting van meel af. Het blad schrijft
Minder gelukkig lijkt ons in ver
band hiermee de heffing van 10 pet.
der waarde van een artikel als klom
pen en klompenmakerswerk en vooral
het recht, waarmee tarwe- en rogge
bloem wordt belast, nt- 40 cenis per
100 kilo. Wat de belasting van klom
pen en klompenmakerswerk betreft,
wordt door de regeering betwijfeld,
of die van veel invloed zal zijn op
den prijs en voert zij als argument
aan, dat, dank zij dit recht, een Ne
derlandsche industrie voor ons land
zal behouden blijven. Zij acht dit
zelfs zeker. Staat die „zekerheid"
inderdaad vast, dan zou de heffing
daarin een krachtige motiveering
vindenal is het ons nog niet dui
delijk, hoe deze tak van industrie te
redden zal zijn, wanneer de prijs
van het aitikel weinig verandering
ondergaat. Maar wat hiervan zij, de
belasting van bloem uit tarwe, rogge
enz. achten wij in elk geval onge-
wenscht en niet passend in het kader
van deze wet.
De (anti-revol.) „Rotterdammer"
daarentegen is van oordeel, dat „de
regeering zich door het indienen van
dit ontwerp een monument heeft ge
schapen van den ernst en de vast
beradenheid waarmee zij de sociale
hervormingen wil ter hand nemen."
Zij waarschuwt het publiek dan
ook om zich niet door opgewonden
vrijhandelskreten als van de „Nieuwe
Rott. Ct." van de wijs te laten brengen.
De „Tijd" vindt in den kras vij-
andigen aanval op éen punt het
meel door be' Roüerdamsche
liberale hoofdorgaan al aanstonds
gedaan, reden om te denken dat het
geheel van min. Koikman's voordracht
aan dat blad niet is tegengevallen.
Dit spoort den „Tijd" aan lot het
geven van een lichten wenk, dat nl.
dadiger, als weduwe aan zijn graf
tranen zou storten en zijn naam zou
blijven dragen, als hij op zoo korte
en bondige manier zichzelven aan
alle moeilijkheden wilde onttrekken.
Hij trok den hoed vaster op het
hoofd, snelde de straat uit en ging
haastig voort, daarbij bezield met
den wensch, dat hij niet gezien, niet
herkend zou worden.
„Waarheen, mijnheer vroeg de
koetsier, die stijf op den bok zat.
Koert wist het zelf niethij was
in gedachten verzonken en bleef den
koetsier het antwoord schuldig. De
man vond het grappig, dat hij een
passagier had gekregen, die het doel
van zijn tocht vergeten had.
„Waarheen, mijnheer?" vroeg hij
nogmaals.
„Naar Wiesbaden 1"
„Jawel, mijnheer." En in het vol
gend oogenblik rolde het rijtuig weg.
V.
Toen Erik op de viiia van Koert
aankwam, .trad de oppasser hem met
een recht armezondaarsgezicht te ge-
moet. Wambold sprong uit den za
del en wierp hem de teugels toe.
regeering en Kamer de wet zoo
spoedig mogelijk in het „Staatsblad"
moeten brengen, opdat vóór de ver
kiezingen van 1913 de praktijk ervan
bekend kan zijn.
Den argeloozen lieden, die vaak
afgaan op de beweringen van de
hardste schreeuwers, kan dan genoeg
bekend wezen, om zich niet meer
van de wijs te laten brengen. Gebleken
zal dan zijn, dat alle bittere voor
spellingen der politieke theoretici
op niets of zeer weinig zullen neer
komen.
Het „Centrum" zegt
Hoezeer de meeningen mogen uit-
eenloopen, hierover zullen alien het
wel eens zijn, en eens moeten zijn,
dat niet slechts de regeering met
deze lariefshirziening haar woord
gestand doet en hare belofte inlost,
maar ook dat zonder deze herziening
aan de toegezegde verzekeringswetten
niet kan werden gedacht. Deze wet
is dus een noodzakelijkheid. Maar
gelukkig geen droeve noodzakelijk
heid. Want behalve dat zij er wel
licht toe zal bijdragen al maken
wij ons op dit punt geen illusies
sommige takken o.rzer nijverheid
eenigermate te bevorderen, zal zij
als haar eerste en voornaamste doel
het lot verzachten van duizenden
arbeiders door invaliditeit of ouder
dom niet langer in staat, zich het
noodige te verschaffen door het werk
hunner handen.
Geen ontwerp meent het
„Huisgezin" leent ziek beter dan
dit, met zijn honderden artikelen tot
détail-critiek. Nu is de weg tot over
leg wel niet afgesneden, maar men
zal sober moeten zijn met critiek.
Wij zullen het volkomen verstaan,
indien de minister, die zijn ontwerp
niet dan na veel wikken en wegen,
na veelzijdige voorlichting heeft
samengesteld, het zóo of ongeveer
zóo in het Staatsblad zal wenschen
te brengen. Een minister, die zich
op dit terrein door allen wind van
amendeeringslust her en der liet
slingeren, die het voet bij stuk
houden niet toonde te verstaan, zou
niet op de hoogte van zijn taak
blijken.
In minister Koikman's handen weten
we de zaak veilig.
Pest op Java.
De gouverneur-generaal van Ne-
derlandsch-lndië heeft 5 dezer alsnog
het volgende aan het departement
van koloniën geseind
„Dagrapport van 4 dezer betreffende
builenpestIn het district Penangoen-
gan tien gevallen, vier dooden."
„Kerel, je ziet er uit of je iels op je
geweten hebtvoor den dag er
meesprak Wambold.
„Ik heb niets op mijn geweten,
luitenant 1"
Erik keek hem eens onderzoekend
aan en spoedde zich toen naar bin
nen. „Sedert die Engelschman hier
was schijnt er een ongeluk over dit
huis te zijn gekomen," mompelde
de oppasser. „Misschien is het mijn
plicht, dat ik den luitenant zeg, wie
hier geweest is. De Engelschman
kan zijn geld terugkrijgen, dat hij
mij gaf." In plaats echter van den
officier na te ijlen en hem een be
kentenis te doen, bracht hij het paard
naar den stal. In de vestibule kwam
Erik de kamenier van mevrouw Von
Berghaupt tegen.
„Wat een geluk dat u komt, mijn
heer Von WamboldMevrouw is
zoo bedroefd
„Is zij ongesteld
„Ja, ook dat, mijnheer I"
Zij opende een deur van de be
nedetivertrekken en verzocht den
officier binnen te treden. Het volgen
de oogenblik stond Erik voor de
jonge, bekoorlijke vrouw. Wal was
Het stoffelijk overschot van Prinses
Pauline van Oranje Nassau zal a. s.
Vrijdagmorgen met den trein van 10
uur 6 minuten te Delft aankomen.
De wagon, waarin de kist is geplaatst,
zal worden afgehaakt en, als de
treinenloop het toelaat, gebracht
worden voor de le klasse wachtka
meranders zal de wagon op dood
spoor worden gereden.
De kist zai op de kinderbaar wor
den geplaatst eigendom der Ko
ninklijke familie. Voorafgegaan door
twee gewone begrafenisdienaren zal
de baar worden gedragen door acht
dragers en aan elke zijde begeleid
door drie lakeien.
Het lijk wordt tevoet gevolgd door
den eersten kamerheer van H. M. de
Koningin, jhr. van den Bosch, en
den intendant der Koninklijke palei
zen, J. W. J. baron Taets van Ame-
rongen.
In de Nieuwe Kerk wachten Z. K.
H. de Prins en de burgemeester van
Delft het lijk op, waarna de bijzetting
volgt.
Bloemententoonstelling Boskoop.
De Pomologische vereeniging te
Boskoop opende gister haar bloemen
tentoonstelling ter gelegenheid van
haar gouden feest.
Ai wat in dit voornaam centrum
van Nederlandsche boomencultuur
geplant wordt, en waarom het dan
ook aan de spits staat in het bijzonder
om de heestercultuur, is in de om
vangrijke expositie samengebracht.
Er was dezen eersten dag veel be-
langs'eiling ook van vreemdelingen.
De voorzitter schetste het werken en
den bloei der vereeniging, de burge
meester sprak eenige woorden van
waardeering, minister Talma sprak
over de tentoonstelling in verband
met deze plaats en wenschte de ver-
eeniging geluk, waarna Z. K. H.
Prins Hendrik officieel de tentoonstel
ling opende.
Ia den middag bracht H. K. H. de
Koningin een bezoek en werden haar
bloemen aangeboden, waarna zij aan
het bestuur werd voorgesteld en de
tentoonstelling rondliep om alles te
bezichtigen.
Tot wethouder voor de gemeente
bedrijven te Amsterdam is benoemd
de heer Th. A. Delprat (lib.), oud
wethouder met 18 stemmen. De heer
F. M. Wibaut verkreeg 12 stemmen.
Een welverdiende onderscheiding.
Naar de „Tijd" verneemt, is als
bewijs van waardeering van de Neder
landsche regeering van het mensch-
zij bleekHaar oogen waren rood,
also! zij den geheelen nacht geschreid
had. Vol aandoening reikte hij haar
de hand.
„Om 's hemeis wil, wat is er ge
beurd
„O, het is nietsIk maak mij ze
ker ten onrechte angstig. Koerts ge
drag is op eens geheel veranderd.
De liefde van zulk een man is zulk
een dierbaar goed, dat men het een
zwakke vrouw niet ten kwade mag
duiden, als zij beeft bij de gedachte,
dat zij die liefde zou kunnen ver
liezen."
„Maar wie zou zien met zulke
schrikbeelden kwellenKoert was
zoo even bij mij en spoorde mij aan
om spoedig naar u te gaan om u
te troosten. Zou hij dat gedaan heb
ben als hij zijn vrouw niet liefhad
Haar oogen verhelderden. „Deed
Koert dat O, dan wil ik gaarne de
eigenaardigheden van zijn gedrag
verdragen. Ik wil er dag en nacht
naar streven, mij zijn vertrouwen
waardig te toonenzoodoende hoop
ik, dat spoedig het uur slaat, waarop
hij mij aan zijn geheime 'zorgen zal
laten deelnemen."
lievend hulpbetoon van rev. Ëdgar
W. J. Greenshield, bewezen aan de
bemanning van het in Cumberlandgolf
gezonken Nederlandsch gaffelschoe-
nerschip „Janlina Agatha", tóebehoo-
rende aan de Eerste Groninger Vracht
vaartmaatschappij, deze bij Kon. be
sluit benoemd tot ridder in de Oranje-
Nassauorde. Bavendien werd hij,
daar hij alle schadevergoeding wei
gerde, op zijn verzoek in de gele
genheid gesteld de Eskimo's, dié tot
zijn gemeente behooren, van versna
peringen te voorzien, die in het barre
land maar al te zelden kunnen worden
uitgereikt.
Vlissingem, 6 April.
Vlissingsche
Orkestvereeniging.
Gisterenavond gaf deze vereeni-
ging in het Concertgebouw aan de
Emmastraat een concert onder lei
ding van haren directeur, den heer
Aleidus Coenen, met geheel be-
langlooze medewerking van msj. Ma
rie de Koff van Utrecht, zang, en den
heer A. J. van Eijndhoven van Amster
dam, yioloncel. Het programma bood
cene aangename verscheidenheid aan
en de uitvoering ervan gaf stof tot
groote tevredenheid. Het werd geopend
met de eenvoudig-lieve en dankbare
symphonie no. 2 D-dur van Joseph
Haydn, bestaande uit vier afdeeiin-
gen, die door het orkest mooi werden
gespeeld.
Daarna trad mej. de Koff op met
e:n vit rtal „Bergerettes du XVIIie
Siècle" vanj. B. Weckeriin. Van deze
nummers ging maar weinig bekoring
uit; 'tis hoogstwaarschijnlijk niet het
genre passend voor het geluid en de
stemvaardigheid van deze dame een
min of meer zenuwachtig, vibreerénd
keel-geluid gaf den indruk, alsof er
aan de zuiverheid van den zang iels
haperde. Het beste voldeed ons
„Chantons les amours de Jean". Meer
voldoening schonk de zangeres in de
Hollandsche nummers, waaruit meer
gloed kwam en die, binnen net bereik
van den stemomvang liggend en niet
boven de kracht van het geluid, met
meer voordracht werden gezongen
en daardoor meer doel troffen. Het
tweetal van Cath. van Rennes „Ma
donna Kindje" en „Dorpskinderdans"
werden heel lief gezongen en voorge
dragen; treffend was „Kruisweg" van
Kor Kuiler, terwijl „Mijn liefken is
mijn Somer" van Nicolaï, eveneens
goed werd uitgevotrd.
De heer A. J. van Eijndhoven, cel
list, mag zeker wel ortoer de goede
worden gerekend. Fo-schheid, kracht,
technische ontwikkeling, mooie .toon
en voordracht, totaal dus een reeds
groot meesterschap over het instru
ment, kenmerken dezen cellist op zeer
vuordeelige wijze, liet violoncei-con-
„Dat begrijp ik niet," sprak Wam
bold. „Welke geheime zorgen zou
Koert kunnen hebben ht is nauwe
lijks één officier, wiens financiën
beter geregeld zijn dan de zijne
Wat zou er nog verder kunnen zijn,
dat hem een droeve oogenblik kon
bezorgen
„En toch moet er iets zijn, dat
mijn geliefden man zoo terneer-
drukt, 'mijnheer Von Wambold En
hoeveel lichter zou het voor hem
te dragen zijn, als hij mij in zijn
geheimen inwijdde en er mij aan liet
deelnemen Maar Koert weigert mij
elke ophelderingHeeft hij iets op
het hart, dat een vrouw haar man
nooit vergeeft? Ik, mijnheer Von
Wambold, ik gevoel mij sterk ge
noeg, ik sta hoog genoeg, om hem
alles van harte te vergeven. Al mqcht
ook de geheeie wereid zich van hem
afkeeren, ai mochten vrienden en
vijanden met steenen naar hem wer
pen, ik zou hem met mijn lichaam
beschermen.
(Wordt vervolgd)