BLOOKERS
CACAO
Zaterdag-
1 April
DAALDERS
V
VAN OEH HAK OP BEU UK.
^binnenland.
Feuilleton,
^T(> 78 49e Jaargang.
1911.
VL1SSINGSCHE
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij de Uitgevers
Firma F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ÊN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Oroote
'etters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
flbonnements-flduertentiën op zeer uoordeelige uoorwaarden
KOFFIEisduurdergeworden.doch
kost nog steeds f 1.50 per bus
van 1 Kilo (2 Pond).
Kleinere bussen naar verhouding
Openbare leeszalen,
De „Maasbode" schrijftHet bericht,
dat wij dezer dagen omtrent de open
bare leeszalen konden geven, is door
de „Nieuwe Courant" tegengesproken
en „verre van juist" genoemd. Na
ten overvloede nog ingelicht te zijn,
en wel uit de besïe bron, willen we
nog het volgende verklaren. Wij heb
ben met eenige verwondering de
tegenspraak van de „Nieuwe Courant"
gelezen, maar zullen er op het oogen-
blik niet op doorgaan. Het is niet
gebleken, dat op dit oogenblik een
definitieve regeling zou zijn getroffen,
maar dat staat ook niet in ons be
richt. Wij meenen echter stellig te
kunnen volhouden, dat de zaak wordt
behandeld in den geest, als in ons
bericht vermeld.
Vereeniging van Nederlandsche
gemeenten.
Door de commissie van voorbe
reiding der oprichting van een ver
eeniging van Nederlandsche gemeen
ten, de heeren mr. E. P. Van Lan-
schot, burgemeester van Breda, J.
Simons, wethouder van 'sGravenhage,
mr. A. F. baron van Lijnden, bur
gemeester van Utrecht, jhr. mr. C.
A. Elias, burgemeester van Zaandam
en mr. J. A. van Royen, burgemees
ter van Zwolle, is aan de 84 gemeen
teraden van gemeenten boven 10.000
inwoners een adres gezonden om toe
te treden tot de vereeniging van
Nederlandsche gemeenten. Het adres
is vergezeld door een uitvoerige
memorie van toelichting.
Gemeenteraad en algemeen
kiesrecht.
Gisterenavond kwam in den ge
meenteraad van Zaandam het voor
stel van den heer Duijs in behande
ling, belichaamd in een motie, om
de regeering te verzoeken ten spoe
digste algemeen kiesrecht voor man-
men en vrouwen in te voeren en
daardoor den toestand van onmondig
vetklaring, waarin een zoo groot
deel van het Nederlandsche volk
verkeert, op te heffen.
Nadat een voorstel, om over dit
voorstel niet te discussieeren, met 11
tegen 4 stemmen was aangenomen,
werd de motie zelf met 9 tegen 6
stemmen verworpen. Voor stemden
2 Unie liberalen, 2 vrijzinnig demo
craten en 2 sociaal democraten.
Tegen stemden 3 anti revolitionnairen
3 roomsch katholieken en 3 liberalen.
Gebruik van gedistilleerd.
Naar het Centraal Bureau van den
Volksbond te Utrecht meldt, heeft het
aantal hectoliters gedistilleerd ad 50
pet., in 1910 veraccijnsd, bedragen
tegen f 63 per H.L. 9,572,544 en
tegen f90 per H.L. 298,130,463 to
taal 307,703,007.
Ook al houdt men in 't oog, dat
in verband met de laatste belangrijke
accijnsverhooging een aanzienlijke
hoeveelheid in 1910 is verbruikt,
welke reeds in 1909 was veraccijnsd,
toch mag er een groote teruggang in
het gebruik van gedistilleerd worden
vastgesteld. In 1877 per hoofd nog
9.98 liter ad 50 pet., was het in
1900 8.23, in 1905 7.44 en in 1910
slechts 5.225 liter.
Legaten.
Mevrouw de weduwe Van Gelder—
Nijhoff legateerde nog aan de Herv.
Diaconie te Velp en aan die te Arn
hem, aan het Diaconessenhuis en het
Elisabethgesticht, aan Armenzorg en
aan het politiefonds, allen te Arnhem,
ieder f5000, aan het kinderzieken
huis te Arnhem f 7000, aan het Heils
leger te Amsterdam f5000.
Jagen.
In 1912 zal vanwege de Koninklijke
Nederlandsche Landbouwmaatschap-
pij te 's Gravenhage een groote land
bouwtentoonstelling worden gehouden
en er zou ook een voorloopig be
sluit zijn geweest, dat in het pro
gramma zou opgenomen worden een
afdeeling „jacht". Voor ons land zou
dat misschien een aaidigen kijk heb
ben kunnen geven op dit gebied,
vooral omdat er nog zooveel verkeer
de denkbeelden heerschen omtrent
het weidewerk in zijn ware beteeke-
nis. Nu wordt evenwei bericht, dat
het aanvankelijk voornemen om dit
te doen tot spijt van de jagers niet
verwezenlijkt wordt, omdat men van
meening is, dat deze zaken niet bij
elkander hooren.
Menschenhoopjes kluwenden te
zamen zoo vertelt „de Tel."
toen de schemer begon te vallen, in
de Marnixstraat bij de Rozengracht
en aan de overzijde. Allen tuurden
naar boven een ongewoon schouw
spel was dan ook te zien op het
platte dak van een der hooge huizen,
daar kruisten twee heeren met animo
de slanke floretten. Als ze niet aan
het schermen waren, maar neerzagen
op het menschen-gekrioel beneden,
leken het een paar schoorsteenvegers.
Het publiek had geweldige pret in
de gratis-schermvoorstelling en uit
pure dankbaarheid riep een bengel
naar boven„dat ze een cent van
hem konden krijgen." Amsterdam
heeft dus nu dak-schermers gekre
gen. Wat volgt?
Als nieuwigheden van anderen aard
worden gemeld hypnose eri gedach-
telezen door de telefoon. Een 20jarig
telegrafist in Pittsburg heeft door de
telefoon op 160 KM. afstands ettelijke
personen gehypnotiseerd. Dokters
hebben de gevallen geconstateerd.
Vijf personen geraakten in hypno
tischen slaap, bij twee wilde de
proef niet gelukken. De hypnotiseur,
die met een vreemd gemoduleerde
stem spreekt, welke allengs daalt tot
fluisteren, beval achtereenvolgens
„uw rechterarm is gevoelloos", „uw
rechterbeen is gevoelloos", „je bent
een steen" en de dokters con
stateerden, dat geen fijngevoel meer
aanwezig was en men zelfs óp den
gehypnotiseerde, die alleen met zijn
hoofd en zijn beenen op stoelen
rustte en geheel verstijfd was, kon
gaan zitten, zonder dat hij door
boog Men zou hieruit kunnen
concludeeren „Heb je een vijand,
schaf dan je telefoon af!"
Gedachtelezen door de telefoon
kan mevrouw Zomak in het Alhambra-
theater te Londen. De redactie van
de „Daily Mirror" heeft een aparte
telefoonverbinding aangelegd tusschen
de bureaux van dat blad en genoemd
theater. In het theater bevonden zich
de echtgenoot der gedachtenlezeres en
een talrijk publiek, in de bureaux
journalisten, artsen en mevrouw Zo-
mak. De echtgenoot nam voor het
publiek allerlei voorwerpen in ont
vangst en van uit de bureaux deelde
zijn vrouw door de telefoon aan een
in den schouwburg aanwezig comité
mee, welke voorwerpen dat waren,
welke getallen of welke woorden
werden opgeschreven enz. Tijdens
de voorstelling heeft mevrouw Zomak
geen woord met haar gemaal gewis
seld. Verschillende der vragen heeft
ze geheel juist beantwoord.
Niet geheel juist werd de bedoe
ling van den rechter weergegeven
door een bij gebrek aan bewijs vrij-
gesptokene. De leden van een firma
werden vervolgd wegens zwendelarij.
Ook in hooger beroep moesten ze
worden vrijgesproken, maar de pre
sident \an het Hof voegde haar op
scherp-ironischen toon toe„Daar
zijn geen voldoende bewijzen om u
te veroordeelen, maar als er personen
zijn, die willen weten hoe ik over
u denk, dan hoop ik, dat gij ze naar
mij zult verwijzen." Den volgenden
dag las men met groote letters in de
verschillende bladen, onderteekend
met den naam der firma „Wij geven
bij deze kennis, dat onze firma finaal
is vrijgesproken. Zijn Hoogedelgroot-
achtbare president van het Hof
alhier, is zoo welwillend ons verlof
te verleenen belangstellenden, die
inlichtingen omtrent onze firma wen-
schen, naar Z. H. E. te verwijzen."
Gladde lui, niet waar Mr. C. Bate
zou waarschijnlijk aanmerking maken
op hun stijl. Hij zou misschien zeg
gen „tusschen verleenen" en „be
langstellenden" wil ik het woordje
„om" ingevoegd zien. Hij vraagt in
„Neerlandia"Wat heeft toch dat
arme „om" misdaan En dan verder:
„Ziedaar" een vraag, die tegenwoor
dig telkens bij mij opkomt. Men kan
geen boek, geen tijdschrijft, geen
courant lezen, of men vraagt zich af
mag het woordje „om" nu heelemaal
niet meer gebruikt worden
Men kan het misbruiken, en dat
geeft aan den stijl iets slaps, maar
men kan het ongebruikt laten, waar
men gebruiken moet, en dan ontstaat
er een gaping, die heel leelijk is.
Ziehier een paar voorbeelden, die
ik in den laatsten tijd heb opgetee-
kend
1. Onder de „incrits" van de han
delsmarine is een beweging gaande
een proteststaking te organiseeren.
2. Sociaal werk is een laatste red
middel den klassenstrijd te sussen.
3. Dat de inkomsten er, helaas,
doorgaans niet naar zijn, ingrijpende
veranderingen aan te brengen.
4. Aangezien, o schande, de be
zoldiging er vaak lang niet naar is,
zich de weelde van nieuwe kleederen
op tijd te veroorloven.
ik vraag eerherstel voor „om".
Wij stemmen gaarne met Mr. Bake
in, en wij zouden meer willen vragen,
b.v. eerherstel van het voegwoordje
„dat". Het zijn de dames vooral, die
dit woordje schromelijk verwaarloozen
Wilt ge een paar voorbeelden, die
ge zelf trouwens genoeg voor 't
grijpen zult hebben Ziehier b.v.
„Ik hoop, (dat) 't u gelegen komt
mij een en ander op zicht te zenden".
„Wij hadden niet gedacht, (dat)
gij zoo gauw verhuizen zoudt".
„Ma hoopt, 't naar genoegen zal zijn."
„Verleden week hadden wij al
verwacht gij komen zoucit". ,,'t
Kan gebeuren wij uit zijn", enz. enz.
Klinkt zulk een taaltje niet erg onbe
holpen
Nu wij zoo ongemerkt min of meer
didactisch (onderrichtend) zijn ge
worden, willen we ons veroorloven
Tweede Kamer.
Wetsontwerpen zijn ingediend lo.
tot aanvulling en wijziging der wet
van 21 Juni 1901, houdende bepalin
gen betreffende de Staatszorg voor de
paardenfokkerij2o. tot aanvulling en
wijziging der bepalingen betreffende
het straffen en de strafrechtspleging
ten aanzien van overtreders, lijdende
aan storing of gebrekkige ontwikkeling
van hun geestvermogens, en tekens
een burgerlijke wet, houdende voor
zieningen ten aanzien van overtreders,
die overeenkomstig de bepalingen van
art. 3/ter van het wetboek van straf
recht naar den burgerlijken rechter
zijn verwezen.
Vlissingsche kwestie-
In den Duitschen Rijksdag zeide
de heer Bassermann, nationaal lib.
met vreugde te begroeten de verbe
tering van de internationale verhou
dingen. Hij besprak ook de Vlissing
sche kwestie en wees er op, hoe
de aanvallen op Holland's recht, om
naar eigen goeddunken de versterking
van Vlissingen door te voeren, heb
ben opgehouden.
Het standpunt van Duitschland
wordt thans erkend, dat het alleen
geldt een weg van souver einiteitsrecht
van Holland en dat geen Staat in
zijn verdedigingsrecht mag ingrijpen.
Tegen den eisch van bewapenings
beperking werpt het belang, den
wereldvrede te bewaren, bedenkin
gen op.
Debietrecht op tabak.
Onze zegsman blijft volhouden,
aldus de „Tel." dat het zoo goed
als zeker is, dat het ontwerp in zijn
tegenwoordigen vorm niet door de
regeering zal worden gehandhaafd.
Zijn mededeeling vindt trouwens een
bevestiging in het feit, dat de minister
gisteren met de vertegenwoordigers
van twee bonden van tabaksbewerkers
confereerde. De betreffende bonden
zijn, naar ons bij onderzoek bleek,
be Christelijse en R. K. Sigarenma
kers en Tabaksbewerkersbonden, de
eenige organisaties, die het ontwerp
voor verbetering vatbaar achten. Wat
ligt dus meer voor de hand, dan dat
de minister met deze organisaties
overleg wil plegen, teneinde na te
gaan, op welke wijze het ontwerp
door wijziging meer aannemelijk ge
maakt kan worden.
Indien hij van plan was, het on
gewijzigd te handhaven, zou deze
conferentie overbodig zijn want men
mag toch niet veronderstellen, dat hij
de menschen bij zich zou laten
komen, enkel en alleen, om zich op
bet debat in de Tweede Kamer voor
'e bereiden.
12.)
o Frans," riep Wambold den op-
Passer toe, loop gauw eens naar het
Jofel en haal drie flesschen Gund-
beimer."
ijawel, heer luitenant," antwoordde
de oppasser uit de kamer daarnaast
bi) wierp laarzen en sporen neer en
snelde heen. Koert legde zijn rijzweep
°P de tafel, zijn hoed op een stoel
®n liet zich vermoeid op de sofa
neervallen.
«Kijk mij maar niet zoo bezorgd
aa"i Erikhet zal wel weer over-
Nan. Hoe luchthartiger men met zijn
gezondheid omspringt, des te langer
"ehoudt men ze."
Erik kwam naast hem zitten en
greep de hand van zijn vriend.
uWil je mij niet zeggen, hoe je
f?0 je gezondheid geruïneerd hebt,
hoert? je waart altijd zoo gezond
als een visch."
„O, dat zal wel weer komen
Koerts toestand kwam von Wam
bold raadselachtig voor.
„Het verwondert me, dat je niet
liever bij je vrouw gebleven bent,
Koert. Zij moest je thuis gehouden
hebben. Onze vriend, de dokter, zou
zeker wel naar Bibrich gekomen zijn,
om je te zien."
Zwaarmoedig hield Koert de hand
voor de oogen. „Zij heeft mij den
ganschen nacht verpleegdik heb
haar zooveel moeite bezorgd, dat zij
zelf oppassing noodig heeft. En mijn
verlof is weldra verstreken op grond
van mijn gezondheid wil ik vandaag
trachten verlenging van mijn verlof
tijd te krjjgen."
Uit Koerts borstzak kwamen nu
de documenten te voorschijn, die
mijnheer Morris hem ter lezing had
gegeven. Erik merkte ze dadelijk op.
„Wat heb je daar voor advocaten-
rommel in den zak Berghaupt
kleurde en stak ze dieper in den zak.
„Het zijn akten van de tante mijner
vrouw; ik zal ze haar naar Londen
nazenden. Zij liet ze bij ons liggen
en schreef er nu om," stotterde hij.
TELEFOOKNUMMEE 10.
Wambold had geen reden om aan
de woorden zijns vriends te twijfelen
en dat deed hij ook niet. Doch eens
klaps kreeg hij lust om die akten te
zienniet uit zuivere nieuwsgierig
heid, maar omdat hij vermoedde, dat
de ongewone toestand van zijn vriend
op de een of andere wijze met die
akten in verband stond. Koert wei
gerde echter met zooveel standvas
tigheid en zooveel angst tevens, dat
Erik dadelijk van zijn verlangen afzag.
De oppasser kwam met wijn. Bijna
gulzig dronk Koert verscheidene gla
zen van den zwaren wijn en scheen
toen inderdaad verkwikt te zijn.
„Je zult wel denken, dat ik wat
vreemd ben in mijn handelingen,"
sprak Koert verontschuldigend. „Ik
gevoel dat en het doet mij leed, maar
ik kan er niets aan veranderen. Wees
intusschen verzekerd, Erik, dat ik
aliijd je vriendschap waardig zal
blijven."
„Neem mij niet kwalijk, Koeit, als
ik door de groote verandering in je
handelingen allerlei gedachten bij mij
voel opkomen. Je spreekt daar dui
delijk de vrees uit, dat er een tijd
kan komen, waarin ik de waarde van
je vriendschap zou miskennen. Wat
beduidt dat Zoo spreekt mijn ka
meraad, een geacht soldaat uit een
der beste familiën van ons land
Een man, die een engel van een
vrouw bezit en wiens financieele
omstandigheden hem ver boven de
zorgen van het dagelijksche leven
verheffen Koert dat begrijpe wie
het kan
„Je wilt daarmee het bewijs leve
ren, dat het uur nooit zal komen,
waarin je aan je zelf de vraag zoudt
moeten doen of ik je vriendschap
waardig ben. Je hebt gelijk, die tijd
zal nooit komendaarvoor ben je te
goed, te edel. Ik zal het zoo weten
in te richten, dat je nooit vrees zult
hebben Ik geef je mijn woord, dat
ik alleen alles zal lijden wat er ge
leden moet worden. Erik, ik heb
mijn vrouw aan je te danken, en als
ik ooit je achting en vriendschap
mocht verspelen, als andere gevoe
lens dan die van innige dankbaar
heid bij mij opkwamen, dan daar
geef ik je mijn eerewoord op dan
schiet ik mij een kogel door den kop."
Koert begon plotseling te lachen,
greep zijn geheel verbluften vriend
bij de hand en trok hem bij zich op
de sofa.
„Dat is dom gebabbeld, Erik. Je
moet wat toegevend zijn met mijn
overspanning. ]e weet, ik werd altijd
door voorgevoel geplaagd en zag al
tijd alles donker in. Met de jaren
slijt dat wel. Laten wij vroolijk zijn
je wijn is voortreffelijk, Als ik zoo
bij je zit; ben ik spoedig weer de
oude I"
Maar de diepe ernst op het anders
zoo vroolijk gelaat van Erik liet zich
niet verdrijven. Hij dronk een glas
wijn met zijn vriend, maar sprak
geen woord.
De oppasser had intusschen in de
aangrenzende kamer zijn taak afge
daan hij kwam de nadere bevelen
van zijn heer vragen, en deze zond
hem weg naar den stal,
„Nu zijn wij alleen, Koert! op
grond van onze vriendschap verlang
ik, dat je mij bekend maakt met de
reden van de geheele omkeering, die
met je heeft plaats gehad."
„Ontsla mij van de beantwoording
dezer vraag," zeide Koert, „want ik
ben zelf met mijn houding verlegen.
(Wordt vervolgd.)