Draagt
Plouvier's
Schoenwerk.
Donderdag
2 Maart
49e Jaarg-ang.
Gemeentebestuur.
feuilleton»
BINNENLAND.
No. 52
1911.
Van Week tof Week.
VL1SS1NGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post LSO,
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIËNvan 14 regels ƒ9.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote
'etters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. ftbonnsmeiits-fldoerfenfien op zeer uoordeeüge ooorivaarden
BEDRIJFSBELASTING.
Afkondiging van het kohier No. 12
der Bedrijfsbelastingdienst 1910 11.
De Burgemeester van Vlissingen
maakt bekend:
dat op heden bij hem ontvangen
en aan den rijksontvanger is gezon
den het door den Directeur der di
recte belastingen te Middelburg exe
cutoir verklaarde kohier no. 12 we
gens de Bedrijfsbelasting dienst
1910/H;
de daarop voorkomende belasting
schuldigen worden uitgenoodigd om
hunne aanslagen op den bepaalden
lijd aan te zuiveren, ook ter voorko
ming van vervolgingen
en herinnert:
dat de bezwaarschriften binnen zes
weken na heden behooren te worden
ingediend.
En is hiervan afkondiging geschied,
waar het behoort, den 1 Maart 1911.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
Eindelijk is dan toch de veel be
sproken veto wet bij het Engelsche
parlement ingekomen, zij komt on
geveer op hetzelfde neer als het
ontwerp, dat in de vorige zitting
werd ingediend. Minister Asquith
verklaarde een voorstander te zijn
der hervorming van het Hoogerhuis
en geen despotische enkele Kamer
te willenmaar hij wees tevens met
nadruk op de urgentie der veto-wet,
die eerst afgehandeld moet worden,
opdat niet alle vooruitstrevende wet
geving tot stilstand wordt gebracht
gedurende den tijd, dat lange en
uitvoerige beraadslagingen worden
gehouden over het instellen van een
Hoogerhuis op democratischen grond
slag. Wat er gebeuren zal wanneer
het Hoogerhuis deze wet verwerpt,
daarover liet de minister zich niet
uit. In het Lagerhuis vond de zooge
naamde eerste lezing al dadelijk
een groote meerderheid.
Het ontwerp bestaat uit twee hoofd-
deelen. Het eerste handelt over finan-
cieele ontwerpenhet tweede over
alle andere wetten. Over financiëele
ontwerpen zal het Hoogerhuis alleen
maar mogen beraadslagen. Het heeft
niet het recht van amendement, maar
ook niet het recht van verwerking
(veto beteekentik verwerp) Wordt
een financieel wetsontwerp niet bin
nen de maand ongewijzigd aange
nomen, dan wordt het zonder goed
keuring den koning ter bekrachtiging
voorgelegd.
Naar onze meening kan een Huis,
dat een wet niet verwerpen kan, ze
ook niet aannemenofschoon dat,
tot aan het bekende conflict, gebrui
kelijk schijnt te zijn geweest. Het
Huis der Lords wordt nu, volgens
het ontwerp, een zuiver raadgevend
lichaam voor financieële zaken, een
lichaam dus, dat den Koning advi
seert om een wet al of niel te
bekrachtigen. Bijzonder veel heil
kunnen wij in d:t stelsel niet zien.
De koning kan het advies van ver
werping, tegen zijn eigen raadslieden
in, toch niet volgen 't komt vrij wei
op een bloote vertooning neer.
Wat de wetsontwerpen betreft, die
niet van financieëlen aard zijn, wan
neer deze in drie achtereenvolgende
zittingen van het Lagerhuis zijn aan
genomen en telkens, ten minste een
maand voor het einde der zitting naar
het Hoogerhuis opgezonden, telkens
door het Hoogerhuis verworpen zijn,
zullen ook zonder goedkeuring van
dat Huis aan den Koning ter be
krachtiging worden voorgelegd, mits
er ten minste twee jaar zijn ver
streken tusschen de eerste indiening
en de derde aanneming in het La
gerhuis.
Een bijzondere bepaling der wet
brengt den duur van een parlement
van zeven tot vijf jaar terug. Feitelijk
wordt het dan vier jaar.
Volgens de ongeschreven grond
wet, die in Engeland geldt, bestaat
er geen veto-recht meer. Op dit
standpunt plaatst zich het ontwerp,
omdat, sedert de regeering van Ko
ningin Anna, nooit meer een vorst
of vorstin het veto recht der kroon
heeft uitgeoefend, terwijl het Hooger
huis het ook al niet meer deed in de
laatste halve eeuw, althans in finan
cieële zaken. In Engeland wordt
de bestaande wet daardoor geacht
krachteloos te zijn, maar volgens de
bestaande oude wetten, bestaat het
veto recht van kroon en Hoogerhuis
we! degelijk. Een geschreven wet
moet nu het verbroken evenwicht
weer herstellen, 't Kan aan ons liggen,
maar met die hooggeroemde En
gelsche instellingen zouden wij ons
niet al te best kunnen vereenigen
men heeft er zoo geen houvast aan.
Er gaat niets boven een duidelijk
geschreven wet.
Ondanks de toezegging, aan de
Ieren gedaan, om ze nu spoedig te
stellen in het genot van eigen grond
wettelijke rechten en vrijheden, hei:
ben zij toch voorzichtiglijk besloten,
om aan de aanstaande kronings
feesten nog geen deel ie nemen. Zij
zijn blijkbaar de leer toegedaan, dat
één vogel in de hand beter is dan
tien in de lucht en dat men nooit de
30.)
«Mijn lieve collega's zijn juist aan
het ontbijt."
i.Tobie bier, Tobie melk, Tobie de
koffiekan klonk het in allerlei toon
aarden, en de trage zwartkop, die
wen te voren het vee uit de stallen
gelaten had, haastte zich nu met een
reusachtige koffiekan van de eene
t>roeP naar de andere, om de kopjes
er gasten te vullen. Hoyer werd met
gejuich begroet, doch Frans met wan-
"ouwende blikken aangekeken.
Ho'ye331 'S m'^n vrouw vroeS
«Pas maar op, oompje, zij heeft
™°'dpijn," zeide een kleine kwelgeest
een schalkachtig soubretten-ge-
z-cht.
"Jk vrees niets, al moest ik regel
sent den dood in den muil loopen
leP de gewaarschuwde met heldhaf
tig gebaar en zeide tegen F.ans
„Kom, edele Don, de koningin
wacht u
Samen liepen ze nu de breede,
koele plaats voor het huis oyeroveral
gebroken ruiten, vernielde behangsels
en bekraste deuren. Verrast keek Frans
op, toen Hoyer een deur openstiet,
en hem met een krachtigen zwaai
een blauw boudoir binnenvoerde. De
verbazing van onzen vriend steeg
nog, bij het zien van een nog niet
geheet gekleede vrouw, die zich door
een kamenier voor een toiletspiegel
liet friseeren. Het binnenkomen van
den vreemdeling verraste de vrouw
in het geheel niet. Het schoone man-
nenhoofd in den spiegel bemerkende,
zeide ze kalmpjes zonder zich om te
wenden „Nog een gast
„Neen, Elisabeth," riep Hoyer, zoo
dat de wanden dreunden, „wees zoo
goed dezen man met achting te be
handelen, want hij wil de boerderij
koopen."
„Met een ruk rees Elisabeth op,
slingerden de dikke haarvlechten naar
achteren en zeide, Frans de beide
handen toestekende „Ik heet u wei-
kom
huid verkoopen moet alvorens den
beer te hebben gevangen.
Behalve de socialisten en de Polen,
willen in den Duitschen Rijksdag alle
partijen doorgaan met de verhooging
van 's lands weerbaarheid, zooals ge
bleken is bij de behandeling van het
wetsontwerp op de sterkte van het
leger in vredestijd. Van af 1 April
wordt die sterkte 11000 man hooger.
In 1915 zal daardoor een sterkte van
ru'm een half millioen zijn bereikt. In
vijf jaar zal die echt vreedzame leger-
versterking weer honderd een en veer
tig millioen mark kosten. De toon der
beraadslagingen was weerzoo militair
mogelijk. De groote vooruitgang van
Duitschland op wetenschappelijk en
economisch gebied, schreef de regee
ring boven alles toe aan de opvoeding,
die het volk gedurende een eeuw door
den algemeenen dienstplicht heeft ge
noten Zoo ziet men, wij moeten ook
maar gauw den algemeenen dienst
plicht invoeren, dan gaan wij weten
schappelijk en economisch met reu
zenschreden vooruit. Tot heden ma
ken wij Hollanders het anders ook
zonder algemeenen dienstplicht nog
al welletjes.
De riviertol-commissie zet de be
raadslagingen nog altijd voort en zal
daarmede vermoedelijk nog wel een
tijdje bezig zijn.
Russen en Chineezen zijn nog altijd
niet uitgepraat over de quaestie van
de bevoorrechte positie vat! Rusland
in Mongolië. Zooajs men weet heeft
de regeering te St. Petersburg eene
nota te Peking ingediend, houdende
verschillende klachten' over krenking
harer bestaande of vermeende rechten.
China is daartegen vrij kalm opgetre
den, maar beweert dat volstrekt geen
inbreuk is gemaakt op de handelsvrij
heid, die Rusland in de grensdistric
ten bezit. De vrijheid van indirecte
belastingen der Russen in Mongolië
wordt erkend en ook het recht om
consulaten in te stellen, waar de Rus
sische handel die noodig mocht heb
ben maar China is van meening dat
dit niet het geval is. Ook wordt toe
gegeven dat de Russen recht hebben
om in bepaalde, met name aangeduide
streken, grondgebied te bezitten en er
gebouwen op te laten zetten.
Hieruit blijkt dat aan Rusland's
pretensies vrij wat wordt te gemoet
gekomen en toch beweert men dat
Rusland nog met dwang dreigt en een
begin heeft gemaakt met een militaire
demonstratie aan de Chineesche grens.
Reeds zouden in Dsjarkand vier dui
zend scherpschutters samengetrokken
Deze beantwoordde veriegen haar
groet en kreeg een kleur.
Mevrouw Hoyer wierp een ver
baasden blik op den jongen man
daarna op haar kleeding en brak toen
uit in een vroolijk gelach, „Finette,'
riep ze, „mijn huisjapon. Vergeef mij
deze zonderlinge ontvangst mijnheer."
Terwijl zij lachend haarhuisjapon
aandeed, monsterde Frans haar uiter
lijk en merkte op, dat zij er aardig
uitzag. Zij was schoon van vormen,
had een aardig gezicht en zeer ver
standig kijkende oogen.
„Hebt gij het goed reeds gezien
of moet ik u rondleiden Kunt
gij mij vast wat geld afdragen
Gij neemt de bezitting toch dadelijk
over?'1 Hebt gij reeds met Ferdi
nand over den prijs gesproken
Terwijl Frans op deze vragen de
dame slechts met toestemmend hoofd-
buigen antwoordde, beproefde zij
hem zwaardere voorwaarden te stel
len, dan haar man gedaan had, maar
daar Frans maar al te goed wist,
dat zii tegen eiken prijs van de boer
derij af wilde zijn, bleef hij kalmpjes
bij zijn eerste bod. Mevrouw Hoyer
ziende, dat er niets meer te verkrij
zijn, gereed om Koeldsja te bezetten,
wat de Chineezen natuurlijk niet zou
den kunnen verhinderen. Wanneer
Rusland een bevoorrechte positie in
Mongolië verlangt, zal het die wel
weten te krijgen.
De Fransche Kamer behandelde in
de vorige week de aanvraag der re
geering tot den aanbouw van nieuwe
kruisers. Wij zouden daarvan geen
melding maken, ware het niet, dat
daarbij de quaestie van ontwapening
ter sprake is gekomen op eene wijze
die wel vermelding verdient.
Er was eer. motie voorgesteld, om
de beraadslagingen uit te stellen, tot
de internationale besprekingen over
beperking der bewapeningen - welke
door Frankrijk zouden worden uitge
lokt zullen zijn afgeloopen.
De regeering bestreed deze motie,
daar zij in tegenspraak zou konten
met zich zelve, wanneer zij den drin
gend noodigen aanbouw van kruisers,
welke reeds te lang is vertraagd, nog
maals uitstelde. Terwijl Frankrijk met
de mogendheden die reeds een aan
merkeiijken voorsprong hebben, on
derhandelde zou die voorsprong nog
grooter worden en het land nog verder
achterop komen. Minister Pichon zeide,
dat de beste-waarborg voor den vrede
is gelegen in de sterkte van ieger en
vloot. Niets zou gevaarlijker zijn dan
zich zelf "te verzwakken op een oogeq
blik dat anderen zich versterken.
Men verweet den minister dat hij
te weinig waarde hechtte aan de Haag-
sche vredesconferentie, maar de mi
nister merkte op dat niemand meer
dan hij den arbeid der conferentie
waardeert. Men zou anders zeggen dat
tusschen het eene en 't andere wel een
klein beetje strijd bestaat. Gelukkig
stemde hetgeen volgde hoopvol.
Er was namelijk ook eene motie
ingediend, strekkende om de regtering
uit te noodigen pogingen in het werk
te stellen, in overeenstemming met
andere bevriende en verbonden mo
gendheden, om op de aanslaande
vredesconferentie te 's Hage de quaes
tie van gelijktijdige beperking der be
wapening aan de orde te stellen.
Op dat „gelijktijdige" zal het wel
moeien aankomen want de een
wil feitelijk niet voor den ander,
ofschoon men zeer goed weet, dat
een „voorgaan", zonder zich door
valsche schaamte te laten weerhou
den, den besten stoot aan de be
weging zou geven.
De minister Pichon verklaarde, dat
de bedoelde ino'.ie, die niet geen
groote meerderheid werd aangenomen,
slechts eene bevestiging is van de
instructies, aan de Fransche gedele
geerden ter conferentie gegeven en
die de regeering vrij laten om het
oogenblik van uitvoering zelve te
kiezen.
Dat het overigens met de bewape
ningen voorloopig nog wel een poosje
crescendo zal gaan, daarvan kan men
in ieder geval zeker zijn.
gen was, en haar echtgenoot dade
lijk den laatste» eiscit gesteld had,
snauwde ze dezen in't oor: „Je bent
ten echt schaap! en zeide toen
hardop: „Liefste Ferdinand, heb je
er al aau gedacht, den wagen te
laten inspannen
Een half uur later reed mevrouw
Hoyer met Frans het stadje Rondont
binnen, waar zij voor den notaris
wettelijk den verkoop afsloten. Frans
kwam hier tot de ervaring dat de
boerderij het eigendom was van
mevrouw Hoyer. Hij onderteekende
het koopcontract, betaalde dadelijk
6000 dollars in geld, waarvoor hij
kwitantie ontving en keerde toen met
de tooneelspeelster naar de boer
derij terug. Na de ontvangst van de
6000 dollars was zij kalmer en gees
tiger. Zij had uit het stadje eetwaren
en wijn meegenomen, en toen Frans
zelf de teugels in handen nam om
den mageren, vuilen knol te sturen,
zeide zij, op de waren wijzende:
„Dat zal het galgenmaa! zijn voor de
bende, want vanavond nog gaan
wij weg."
„Maar waarom zoo'n haast
merkte Frans op.
Debietrecht'op tabak.
Ingekomen is thans bij de Tweede
Kamer het aangekondigde wetsont
werp tot heffing van een debietrecht
op tabak.
in de memorie van toelichting zet
de minister van financiën uiteen, dat
hij niet gaarne de pogingen van 1875
en later gedaan, in de richting van
een tabaksaccijns, herhalen zou. Ook
in het welsontwerp tot vaststelling van
een nieuw tarief van invoerrechten
worden geen voorstellen gedaan die
onze tabaksmarkt kunnen schaden,
maar in verband hiermede moet te
eerder een weg, om tot de gewenschte
belasting langs anderen weg te gera
ken, wenden gezocht.
De minister zet uiteen dat andere
stelsels, in onderscheidene staten toe
gepast, b.v. staatsmonopoliehoog
reent bij invoer met verbod van aan
plant, een heffing in die tabaksfabrie
ken, meJe niet aan te bevelen zijn.
Een üebieirecht verdient aanbeveling,
als een bruikbare belasiingvorm,
vooral voor tabak, omdat hij het mo
gelijk maakt de vordering der belas
ting te doen plaats hebben zoo na
mogelijk aan het oogenblik waarop
het belaste artikel overgaat in handen
van den consument, terwijl bovendien
de overlast voor de belastingplichtigen
tot een minimum kan worden beperkt.
Ten slotte wordt voldaan aan den
eisch, die voor tabak hier te lande als
een conditio sine qua non is te be
schouwen, n.l. dat de handel in het
ruwe product ongemoeid blijft, evenals
de tabaksbouw en de industrie alleen
zal van de détailverkoopers eene
medewerking verlangd worden, die
voor hen niet te bezwarend zal zijn
en die geenszins zal gaan boven hun
krachten, indien zij in nunne zaak die
orde hebben, welke men daarin met
reden mag verwachten.
Deze wijze van heffing heeft
zei de minister verder uiteen nog
hit onmiskenbare voordeel, dat de
belasting zich va zelf regelt naar de
waarde der verschillende soorten van
sigaren, sigaretten en tabak.
Omtrent de vermoedelijke opbrengst
van het debietreent, deelt de minister
mede, dat Ce verkoop van gefabri
ceerde tabak voor het geheele rijk,
naar onderscheidene gegevens ook
vaii vetb'uik m het buitenland, veilig
is te begrooteri op twintig millioen
„Omdat iedere dag ons 30 dollars
kost, en ik er mij nu reeds in ver
heug, die nietsdoeners met een en
kelen ruk van mij af te schudden.
Ach, gij kunt er u geen fiauw begrip
van vormen, hoe ik verlang naar het
oogenblik, waarin ik het geheele
gezelschap op straat kan zetten. Bij
het dessert deel ik hun de tijding
mee, dat wij heengaan. O, hoe ver
heug ik mij op dat drama Ze
klapte daarbij in de handen en lachte
vroolijk.
Omstreeks 4 uur werd op de boer
derij het middagmaal gebruikt aan
twee tafels. Toen de maaltijd onder
vroolijk gelach was afgeloopen, stond
mevrouw Hoyer op en zeide „Lieve
vrienden en collega's, wij hebben
vroolijke dagen op de boerderij door
gebracht en ons buitengewoon goed
bevonden."
„Juist, juistHoort, hoort, bravo I"
klonk het dooreen.
„Ik wenschte nu wei van ganscher
harte, dat wij hier konden vertoeven
tot het begin van het winterseizoen."
(Wordt vervolgd.)