\m. ijk. MI Woensdag* 8 Februari IR ia in voorraad. U3VC. Architect jj J A 1911, tuur: mfabriek perij No 33 49e Jaarg-ang. 1911. N1NG. ii voor fegeven 'WEN- aan de ïhting. rerwarmins Gemeentebestuur. BINNENLAND. per ons. ent. erheid van kwaliteit nar 148. ien, enz. COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post f 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÈNvan 14 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote 'etters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op 2on- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. ftbonnements-ftduerfentiën op zeer uoordeeiige ooorioaarden 'elefoon No, 71, prijzen. een Bov« ■d Bankert lellamypark 16. HONDENBELASTING. De Gemeente-Ontvanger van Vlis- singen herinnert houders van honden aan hunne verplichting lot het doen van aangifte en betaling der ver schuldigde belasting binnen veertien dager, na heden ter voorkoming van vervolging. Vlissingen, den 7 Februari 1911. De Gemeente-Ontvanger, J. I. DE BACK. Linksche neigingen. De anti-revoluiionnaire afgevaar digde voor Amersfoort, jhr. mr. Van Asch van Wijck, is slecht te spre ken over de financieele politiek onzer regeering, d. w. z. over den minister van financiën. In een te Zeist gehou den rede, werd door den heer Van Asch van Wijck aan minister Kolk man euvel geduid, dat hij kwam met een verhooging van de successie belasting en een rijksinkomstenbe lasting en allerlaatst met een tarief van invoerrechten. Maar het is dan ook bekend aldus de heer Van Asch van Wijck dat minister Kolkman ideeën heeft, die niet altoos met de wen- schen van rechts strooken. Zoo stemde hij vóór de leerplichtwet en maakte haar aanneming mogelijk. Ministers met linksche neigingen mogen dan slechts plaats nemen in een rechtsch ministerie, als zij die neig'ngen tei zijde stellen. Het kabi- net-Kuyper handelde anders. Dat wilde tariefsherziening in de eerste plaats en dacht niet aan verhooging van de successiebelasting met invoe ring van progressie in de rechte lijn, een Bovenhuis ld Bankert No. 28 oeren van 13.) Haar verschijning was lang niet naar den zin van den boer, daarom zij hij norsch „Je hebt geluisterd, Dina „Als een ieder hier schreeuwt als een omroeper, dan moet men wel luisteren, of men wil of niet. Daar nu juffrouw Marie zooveel op mijn eer heeft aan te merken, zal het toch wel geoorloofd zijn een woordje tot mijn verdediging in te brengen. Wat Joost betreft, dat ontken ik in het geheel niet. Ja zeker, ik heb met hem gesproken, eerstens, omdat hij mij overal in den weg treedt en ik hem afwijzen moest, maar ook om dat ik angst had over u, oom, en zijn getuigenis ten gunste van u wilde inroepenHad ik iets uit- Lstaande gehad met den deugniet dan zou hij toch zeker niet weggegegaan een zuiver vrijzinnig-democratisch denkbeeld. Tegen deze beschuldiging neemt het „Centrum" den minister warm in bescherming. Wat de leerplichtwet aangaat heet het Niet slechts de heer Kolkman, maar ook dr. Schaepman stemde vóór de leerplichtwet, en de geiukkige resul taten dier wet welke alleen in technisch opzicht eenige wijziging behoeft zijn van zulk een evidentie, dat niemand er meer in ernst over denkt ze af te schaffen. Er bestaat dus alle reden, om den heer Kolkman dankbaar te zijn, dat hij deze wet met zijn votum hielp tot stand brengen. Ten aanzien van de finar cieele politiek zegt het „Centr." o. m.De afgevaardigde voor Amersfoort schijnt hevig bevreesd te zijn voor successie- verhooging en rijks-inkomstenbelas ting en alleen heil te zien in tariefs herziening. Dat deze laatste nog niet is ingediend, betreurt hij sterk. Maar le. is die indiening zeer aanstaande en 2e. wordt haar opbrengst in hoofdzaak bestemd voor de sociale verzekering. Dat daarmede alle andere financieele maattegelen overbodig zou den worden en dat onze financieele toestand niet den minsten spoed te dien aanzien zou vorderen, zal jhr. Van Asch van Wijck bezwaarlijk kunnen volhouden. En de vraag rijst bovendien, of men het een specifiek „rechtsche" politiek kan noemen, wanneer de gegoede burgers minder en de niet gegoede meer moeten betalen. Hoe men overigens over successie belasting moge denken, dat men aan „linksche neigingen" zou laboreeren, wanneer men door middel van die belasting de schatkist tracht te ver sterken, is een zeer zonderlinge re deneering. En ze wordt erger dan dat, ze wordt te eenenmale misplaatst, wanneer ze den persoon geldt van een man als mr. Kolkman, die zijn sporen als strijder voor de rechtsche politiek sinds dertig jaren heeft ver diend, en die ook bij zijn stemmen voor de leerplichtwet, vele katho lieken aan zijn zijde had. Tegenover een zoo verdienstelijk lid van het rechtsche kabinet had een lid der rechtsche meerderheid minder hoog van den toren moeten blazen, afgezien nog van het onzekere geluid, dat zijn instrument te hoo- ren gaf. Ziekteverzekering. In de „Standaard" komt een hoofd artikel voor waarin de schrijver (dr. Kuyper) wijst op den thans voor den staat bestaanden plicht tot in voering van een wet, regelende de verzekering tegen ziekte enz. Bij de sociale verzekering aldus vangt het artikel aan kan men zijn, nadat u hem de f 300 gegeven hadt. „De zaak is, wat Joost betreft, afgedaan voor eens en voor al tijd," bracht Schreuder in het midden. „Wat echter de bewering van juffrouw Marie betreft," ging Dina voort, terwijl zij hoonend een bui ging voor haar maakte, „n.l. dat het mij om haar vaders geld te doen was, die woorden kan ik zeer een voudig wederleggen. Morgen ga ik hier vandaan geen woord, oom. Ik zou gaarne de vrouw geworden zijn van een zoo achtenswaardig man, dien ik met heel mijn hart be min, maar de hemel beware er mij voor, dat ik tweedracht zou willen zaaien tusschen vader en dochter. Nooit, nooit zal dat gebeuren „Dina, dat is je toch geen ernst? dat meen je toch niet riep Schreu der uit. ,,'t Is me heilige ernst," ging deze voort, en haar oogen straalden van vergenoegen, toen zij bemerkte hoe goed deze slag trof. „Morgen ga ik bij anderen een dienst zoeken. Juf frouw Marie kan dan voortaan weer spreken van een zedelijken plicht- inzooverre eigen overtuiging er toe dringt. Verplichte verzekering in de gangbare beteekenis echter ontstaat eerst, zoo de overheid dien zedelijken plicht in een rechtsplicht omzet. Dit laatste nu keurt de eenzijdige lof zanger van het vrije initiatief in de Overheid af, de vereerder van den rechtsstaat zingt in koor met hem mede. Op dit standpunt zit men dogmatisch vast, weshalve verdere bespreking van het vraagstuk met wie zoo oordeelt doelloos is. Dan toch zou men, om vooruit te komen eerst moeten trachten over de quaestie van de roeping van den Staat tot eenheid van inzicht te geraken, en dit ware in een debat over het verzekeringswezen uiteraard een vol strekt onbegonnen werk. Er is onder ons niemand, die er zich niet van haite in verheugen zou, indien het vrije initiatief ten onzent in staat bleek, de alzijdige verzekering op elk terrein onder heel ons volk te doen doordringen en even vast staat aller eenparige overtuiging, dat het voor Volk en Overheid beide de meest gewenschfe toestand zou zijp, indien de veerkracht van het volk en Overheid van alle taak ten deze ontlaste. De klacht is maar, dat dit particulier initiatief dusver gemeentelijk te kort schoot en nog altoos te kort schiet en dat alle uitzicht faalt, dat dit binnen afzien- baren tijd beteren zal. En uit die klacht rijst de overtuiging op, dat de Overheid niet langer mag stil zitten, en haar plicht zou verzaken zoo ze nog niet langer werkeloos bleef. Dan toont dr. Kuyper in den breede aan waarom bij hem de meening vast staat, dit particulier initiatief in deze te zwak iswie zelf sterk is heeft weinig lust om, zooals dat vooral bij onderlinge verzekering sterk uitkomt, voor den zwakke mede te betalen. Ook is noodig dat men van jongsaf begint premie te betalen, daar anders de druk veel te zwaar is; maar de jeugd is zorgeloos en eerst als men oud is, denkt men aan verzekering, maar dan is 't te laat. Uit dezen hoofde, zoo lezen we dan verder en blijkens de ervaring staat 't daarom vast, dat een alles en allen omvattend verzekeringswezen er niet komt, of de overheid moet het als plicht aan patroon en arbeider opleggen. Het is niet waar dat de voorstanders van verzekeringsplicht geen eerbied voor het particulier initiatief hebbende zaak is maar dat zij dit initiatief niet boeken ais een denkbeeldig ideaal, maar het aanslaan op de juiste waarde, die het in de realiteit heeft. Er is geen keuze dan tusschen deze twee Het verzekeringswezen komt niet tot rustig slapen, ze behoeft voor mij niet meer bang te zijn." Na een spottende buiging keerde Dina zich om en verdween. Schreuder riep haar smeekend na, maar zij luisterde niet naar hem. „Dat hebben we er nu van," riep hij woedend. „Dat heb ik aan jou te danken vervelend nest. Omdat je zelfzuchtig en afgunstig bent, verstoor je mijn geluk. Maar je hebt het mis, Marietje, als je meent, dat je met den bedelmuzikant kunt trouwen. Je zult gehoorzaam zijn, of..." Drei gend stond bij op en greep in zijn woede den arm van het meisje. Marie was doodsbleek geworden, ze keek haar vader als wezenloos aan, maar toch bleef zij bedaard en met bijzonder duidelijke, kalme stem antwoordde ze „Doe wat ge wilt, u hebt reeds zooveel verbroken en vernield in uw leven, doe het mij ook." Schreuder was door deze woorden getroffen en stotterde dan ook „Wat wilt je daarmee zeggen „O, ik herinner mij daar iets uit mijn kinderjaren. In den nacht voor qioeder stierf, werd ik door luid stand of hel moet door de overheid geordend worden. De verwachting dat men door een goed ingericht verzekeringswezen de kracht van het socialisme breken zou, is een utopie. Zie het maar aan Duitschland. Als er verzekering in goeden zin komt, roept men om staatspensioneering. En als de Staats- pensioneering, gelijk in Engeland, er kwam, zou men blijven roepen om gelijkmaking van het inkomen. Op den wortel eener stelselmatig ge kweekte ontevredenheid kan nooit tevredenheid bloeien. Ons pleiten voor den verzekerings plicht komt daarom allerminst voort uit socialistenvrees, maar uit plichts gevoel. We zijn overtuigd, dat het lijden gemeenschappelijk moet wor den gedragen. We staan voor het feit, dat het particulier initiatief dit niet kan realiseeren. We zien aan Duitschland en Oostenrijk, dat de overheid ten deze het jammerlijk tekort schietend particulier initiatief kan te hulp komen. En daaruit volgt voor ons de plicht, dat de overheid doe, wat buiten haar niemand doen kan. Ons ideaal ligt hooger. Ook ons zal het toelachen, zoo vroeg of laat in de volks-usantie het verzekerings wezen zoo zal zijn bezonken, dat het particulier initiatief de hulp van de overheid derven kan. Maar juist om die usantie in het volk te brengen, is thans èn optreden èn doorzetten van de overheid onmisbaar. Examens onderwijzer. De minister van binnenlandsche za ken brengt voorloopig ter kennis van belanghebbenden: lo. dal in 19il éénmaal gelegenheid zal worden ge geven tot het afleggen van het examen ter verkrijgipg van de akte van be kwaamheid, bedoeld in art. 77, onder a, der wet tot regeling van het lager onderwijs, en dat dit examen zal aanvangen op 4 April2o. dat in 1911 éénmaal gelegenheid zal wordtn gegeven tot het afleggen van het exa men ter verkrijging van de akte van bekwaamheid, bedoeld in art. 87 der voorschreven wet voor huis en school onderwijs, in het vak vermeld onder j in art. 2 der wet (de vrije en or deoefeningen der gymnastiek), en dat dit examen zal aanvangen op een nader te bepalen dag in October. Hei tijdstip waarop en de autoriteit bij wie zij die zich aan deze examens wenschen te onderwerpen zich daartoe zuilen behooren aan te melden, zullen nader, overeenkomstig de voor deze examens bestaande voorschriften, worden bekend gemaakt. De Haagsche inkomstenbelasting. De Haagsche, briefschrijver van het „N. v. d. D." zegt o. a.In mijn vo snikken uit mijn slaap gewekt. Toen ik slaapdronken in de kamer der zieke keek, zag ik moeder opgericht in bed zitten zij zag zoo bleek als sneeuw, en het maanlicht viel op haar voorhoofd en haar verwarde haren. Haar bevende handen hielden een mannenhoofd omvat, en haar mond sprak troostend tot den man, die hevig snikte. Die man waart gij. Ik weet ook nog dat gij moeder be loofd hebt, mij en Koenraad altijd lief te hebben." „Waartoe die herinneringen sta melde Schreuder in pijnlijke verle genheid, „wil je mij verwijten doen „Ik betreur het slechts, dat gij moe der en u zeiven zoo ontrouw ge worden zijt." „Dat ben ik niet „Ik weet niet, hoe gij denkt over de geloften, die men een stervende doet, ik beschouw ze als een band, die ons met de ziel der dooden ver bindt." Een lange pijnlijke stilte volgde. Schreuder voelde zich door de woor den van zijn kind bewogen, aange daan, getroffen. Reeds wilde hij de hand uitstrekken en zeggen„Je rigen brief roemde ik in de ruime opvatting, die de zeer vermogenden in onze stad toonden te hebben van hun plicht om, evenals de minder gefortuneerden, in evenredigheid van hun vermogen bij te dragen in de belasting. Sedert vernam ik echter weer van nog een dozijn rijken, die er den brui van geven en hun in komsten in veiligheid brengen onder de hoede der besturen van Rijswijk en Wassenaar. De Haagsche kouter van de „Prov, Gron. Ct." zegt o. a.Een paar be kende richards, bewoners van villa's in het mooiste gedeelte van den Haag hebben, om de inkomstenbe lasting, besloten naar een buitenplaats in Gelderland te verhuizen. De „stak kers" konden van hun f400,000 in komsten per jaar of meer het aan de gemeente toekomende bedrag niet missen. Terwijl de Haagsche briefschrijver der „Nijm. Ct." schrijft: Dat de uit tocht van vele groote vermogens geen praatje is, werd mij deze week nadrukkelijk verzekerd door iemand, die het uit den aard van zijn zaken uitstekend weten kan. Het was een van onze grootste juweliers, die mij de namen van vijf kapitalisten noemde, van wie hem beslist bekend was dat zij heengaan. Men kan zulke menschen niet ongestraft f15000 meer laten opbren gen, wanneer er geen zaken-belang bestaat dat hen hier binden kan. Behalve dat de overblijvendeu daar door noodzakelijk in slechter conditie komen, zal de terugslag nog het meest daar worden gevoeld, waar het de zuivere weeldezaken geldt. De winkelstand, die er met deze belas ting naar 't zeggen beter op wordt, zou dan „gelijk op" spelen. Maar ook dan, zoo dit werkelijk het geval blijkt te zijn, kan niemand het mij uit 't hoofd praten dat de exodus van hen van wie we 't hier voornamelijk moeten hebben ons van onberekenbare schade zal worden. Men wete toch wel, dat deze menschen met zulke enorme vermogens hier niet uitslui tend woonden om hun belasting te gaan dokken, maar door hun staat van leven hun verblijf in vele beur zen lieten gevoelen. Van zulke men schen moeten we 't hier juist hebben. Daarvoor zijn we luxe stad Dat men zich in de provincie nog wel eens zal bedenken, alvorens bij de over weging van het stil-gaan-leven zijn keuze op de hofstad te bepalen daarvan kan men verzekerd wezen. De speelhuizenquaestie. Het Haagsche gerechtshof vernie tigde gisteren het vonnis van den president der reentbank in zake de eigenaars van hit perceel Harsten- hoekweg, te Scheveningen, tegen den hebt ge ijk" toen plotseling de groote staande klok zich ratelend deed hoo- ren. Twaalf slagen weerklonken door het stille vertrek, en herinnerden er Schreuder aan, dat hij met den ver koop van den hof de brug achter zich afgebroken had eii dat nij zon der dralen voorwaarts moest zien. Zijn trots ontwaakte en hiermede zijn hoogmoed. Vastberaden greep hij een kaars en voegde Marie op harden toon toe„Je verstaat de kunst om de menschen in hunne zwakke zijde aan te tasten, maar je vader heeft behalve zijn hart ook een hoofd. Ik weet zeer goed, wat ik aan het aan denken van je moeder schuldig ben, en weet ook, dat het de dochter niet past, haar vader de les te lezen. Met dit uur begint voor ons een nieuw leven. Ik ga naar een ver af gelegen landheb je geen vertrou wen meer, dat je vader goed voor je zal zorgen en je behoedeh, blijf dan achter, Goedennacht 1" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1911 | | pagina 1