25 Januari
no 21
49e jaargang.
1911.
woensdag
binnenland.
VLISSIINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ÊNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
'etters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijksj uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. II fibonnements-fldwartentiën op zeer uoordeeiige uoorioaarden
De kustverdediging.
De „Daily News" wijdt een artikel
aan het wetsontwerp in zake de
Hollandsche kustverdediging. Het blad
meent, dat het recht der Hollanders
om te dezer zake te doer, wat zij
willen, buiten eenige quaestie vaststaat.
De geschiedenis, welke zoo dikwijls
gezien heeft dat Nederland de kamp
plaats van Europa werd in internati
onale geschillen, rechtvaardigt de
meening van Holland, dat bij een
Duitsch-Engelschen oorlog Holland's
onzijdigheid van de zijde van beide
oorlogvoerenden gelijkelijk gevaar
loopt. Deze meening is zeker niet
beïnvloed door vijandigheid tegenover
Engeland noch door genegenheid
tegenover Duitschland.
De Parijsche correspondent van de
„Daily Mail" had een onderhoud met
Pichon, waarin deze hem o. a. mede
deelde, dat hij daags te voren een
telegram aan de gezanten van Frank
rijk in Engeland, Oostenrijk, België,
Holland, Duitschland en Rusland (de
onderteekenaars van het traktaat van
1839) had gezonden. De minister las
hem er het volgende uit voorHet is
er niet om te doen, ons te mengen
inde binnenlandsche aangelegenheden
van Nederland, maar alleen om r.a
te gaan en uit te maken, of het verdrag
van 1839, dat ook Nederland onder
teekend heeft, en waarbij België's
neutraliteit gewaarborgd wordt, met
de Nederlandsche kustverdedigings-
voorstellen overeen te brengen zijn.
Er ligt volstrekt niets beleedigends
in, voegde de heer Pichon er bij,
dat een mogendheid met andere
in vriendschappelijk overleg treedt
over den uitleg van een traktaat.
De correspondent bracht het
C7
1.)
o-
HOOFDSTUK I.
Woest gierde de wind reeds dagen
lang over den boerenhof op de een
zame hoogte, gebouwen en boomen
en velden met zijn regenvlagen teis
terende. Eindelijk had hij een dag
rust genomenhet scheen alsof hij
Schreuder, den bewoner van den hof,
een genoegen wilde doen, want deze
wilde met de zijnen naar Ouderdorf
rijden, waar de boeren feest zouden
vieren. In de deur zijner woning, die
door breedgetakte oimenboomen aan
de voorzijde beschaduwd werd, keek
hij, kalm zijn pijpje rookend, naar
zijn zoon Koenraad, die op eenigen
afstand, ginds bij den drinkbak, de
vossen voor den wagen spande.
Plotseling klinkt een heldere, vroo-
lijke vrouwenstem in den tuin.
Schreuder luisterde in verrukking
„Temps" artikel ter sprake, waarin
gezegd wordt, dat Nederland, indien
het de kustverdedigingsvoorstellen
handhaaft, daarmede feitelijk tot den
Driebond zou toetreden. Maar Pichon
vetzocht dadelijk, hem niet met de
in dat artikel neergelegde ineen ingen
te indentificeeren.
Uit het gesprek bleek nog, dat,
naar Pichon verzekerde, de beide
andere Entente-mogendheden er juist
zoo over denken als Frankrijk.
Marine begrooting.
Blijkens het afdeelingsverslag der
Eerste Kamer over hoofdstuk marine
verklaarden meerdere leden in den
minister van marine voortdurend ver
trouwen testelien.De som van 42 milli-
oen, welke, naar het oordeel van den
minister, jaarlijks voor nieuwen aan
bouw moet worden bestaed, is als
een soort van afschrijving op een
vernieuwingsfonds te beschouwen
om de vloot op de hoogte van den
tijd te laten, al erkende men, dat dit
cijfer wijziging kan ondergaan door
verandering in den levensduur der
schepen.
Sommige leden daarentegen misten
in 's ministers beleid de noodige vast
heid, zoowel wat zijn politieke over
tuiging als wat zijn voornemens in
zake den aanbouw van nieuw mate
rieel betreft, 's Ministers beleid ten
aanzien van de behartiging der gees
telijke belangen van het personeel
kan volgens deze leden geheel in
strijd geacht worden met 's ministers
vroegere denkbeelden, terwijl het uit
blijven van een credietaanvrage voor
een pantserschip van welk soort
schepen de minister voorstander is,
en het daarentegen wel op de be
grooting brengen van een nieuw type
dekpantserboot, niet getuigen van
een weloverdachten, vasten koers.
Vrij algemeen oordeelde men, dat
de minister, door het aanschaffen van
klein materieel, op den goeden weg is.
Eenige leden hadden ernstig be
zwaar tegen het gevoelen van den
minister dat de taak der pantser-
schepen zich niet tot de kustverde
diging in engeren zin zou hebben te
beperken.
Verscheidene leden hadden liever
gezien, dat eerst in beginsel ware
vastgesteld of de door den minister
ontworpen pantserbooten in de for
matie onzer vloot zuiien worden op
genomen en dat die vraag was ge
steld bij de behandeling van de re-
geeringsvoorstellen in zake de kust-
defensie. In elk geval had de minis
ter zich voorloopig moeten bepalen
tot den bouw van een enkel pantser
schip als proef, vooral waar de mee
ning der deskundigen in deze uit
eenloopt. Men beriep zich hierbij op
het oordeel over deze schepen door
den oud-minister Cohen Stuart in
naar het overmoedige gezang, waar
door een gulle lach zijn bruin gelaat
bedekt.
„'t is toch een drommelsche meid,
die Dina", mompelt hij. „Altijd even
opgewekt en vroolijk is de oolijke
deernmij, oude kerel, doet ze zelfs
het hart in 't lijf opspringen, als ik
haar zie of hoor." Eensklaps wendt
hij zich om en roept met iets ge
biedends in zijn stem, dat evenwel
in strijd is met den lachenden trek
op zijn gelaat: „Wel, hoelang duurt
dat nog?"
Als antwoord klinkt van achter de
heg een vermetel gelach„Geduld
oom, wij plukken even wat rozen.
Zonder bloemen kan men toch niet
ten dans gaan
Nu laat hij zijn blikken gaan over
zijn uitgestrekte velden en de met
mos begroeide daken van zijn stal
len en schuren. Een gevoel van trots
stijgt in hem op. De hof op deze
eenzame hoogte behoort hem, Schreu
der, die er als arme knecht zijn in
trek nam, daarna de rijke boeren
dochter huwde en het huwelijksgoed
zoodaiig vermeerderde, dat hij nu
met den baron, wiens slot in de
het „Vad." van 17 Dec. jl, uitgespro
ken, vooral waar naar dat oordeel
door verwapening van de bestaande
monitors hetzelfde doel ware te be
reiken. Ook vteesde men, dat bij
een nader onderzoek zai blijken, dat
deze booten te klein zijn voor het
geschut waarmede zij zullen bewapend
worden en dat zij niet vast genoeg
op het water zuilen liggen, zoodat
het richten zeer bemoeilijkt wordt.
Eenige leden betreurden de bekende
gedragslijn van de machinisten bij
het viootbezoek te Rotterdam, hoe
wel ook verzachtende omstandigheden
werden gevonden in de wijze waarop
de gastvrijheid werd aangeboden.
Nu de ministerxzich door zijn in
schikkelijkheid met de rechlsche
meerderheid zoozeer heeft laten ver
voeren, dat hij een hooggeplaatst
officier tot het nemen van ontslag
genoopt heeft, konden sommige leden
zich niet onttrekken aan den plicht,
het politieke beleid van dien be
windsman aan beoordeeling te onder
werpen. Zij verklaarden, dat, al ware
het alleen om het bezwaar, dat bij
hen bestaat om het aangevraagd
subsidie in verband met de verzorging
van de geestelijke belangen van het
personeel der zeemacht aan dezen
minister toe te staan, zij zich ernstig
de vraag stelden, of zij aan deze
begrooting hun stem zouden kunnen
geven.
Verscheidene leden konden niet
toegeven, dat de minister blaam ver
diende voor de wijze waarop hij
uitvoering had trachten te geven aan
het Kamerbesiuit betrekkelijk de
geestelijke verzorging der schepelin
gen. Erkend-werd echter, dat wel te
vreezen was, dat uit de regeling,
zooals de minister die metdechristelij-
keOfficterenvereeniging had getroffen,
bezwaren moesten voortspruiten, voor
al in een plaats als Den Helder, waar
de toongevende leden der Ned. Herv.
Kerk, waaronder ook veel inarine-
autoriteiten, een richting zijn toege
daan allesbehalve sympathiek aan die
van genoemde vereeniging, die boven
dien minder eigenaardig als adviseur
bij de marine bestemd schijnt. De
hier bedoelde leden waren onder
den indruk, dat van den beginne af
de bedoelde regeling door de marine
autoriteiten in Den Helder niet in de
hand, maar veeleer tegengewerkt is.
En dit keurde men af, terwijl men
meende, dat ook de vlagofficier in
Den Helder niet yoidoende medewer
king had verleend.
Algemeen werd het intusschen
wenschelijk geacht aan de bestaande
wanverhoudingen, waaruit het con
flict ontstaan is, een einde te maken.
Nog erger dan thans zou het wezen
wanneer de minister zelt tot de aan
stelling van een vlootpredikant zou
overgaan. Alzoo geen officieeie ma
verte zijn torentjes boven het woud
verheft, nauwelijks zou willen ruilen.
„Drommels, daar is onze buurman
reedsriep hij verrast uit, toen een
landauwer op den landweg in het
gezicht kwam. „Nu is 't echter hoog
tijd. Hé, Dina, Marie, als jelui nu
nog niet klaar zijn, rijd ik alleen
weg."
Als op commando verschenen
eensklaps twee frissche jonge meisjes
onder de met een groot gewei ver
sierde deur.
„Daar zijn we," zeiden ze.
Verrast bekeek hij de meisjes, en
een zacht pfukwam over zijn lip
pen. „Drommels, wat zien jelui er
keurig uitJe moogt je laten zien.
Maar waarom Marie, heb je je niet
getooid met de sieraden van moeder
„Goud past slecht bij de kleur van
mijn gezicht, vader, en Dina wilde er
zich gaarne mede tooien."
„Ja, ik zou er graag gebruik van
maken, oom en wilde u vragen, of u
het goedvindt en of ik u zoo beval
„Ik sta het je gaarne toe, Dina,"
zeide Schreuder, glimlachend het ko
kette meisje in den wang knijpend.
„Bij jou komt de statie er beter uit
rine-predikant. Daartegen en tegen
de daaruit te duchten moeilijkheden
waarschuwde men. Verscheidene leden
meenden, dat de minister zich geheel
van alle inmenging behoorde te ont
houden. In ons land, waar hel indi
vidualisme zich zoo krachtig doet
gevoelen, is staatsgodsdienst onder
weiken vorm ook onmogelijk.
Militaire berichten.
De le luitenants jhr. C. M. Storm
van 's Gravesande en E. A. van
Poelvoorde, van het 3e. reg. inf., ge
detacheerd bij de le mitraiileur-af-
deeling te 's Gravenhage, zijn inge
deeld bij de nieuw op te richten af-
deeling te Breda.
De minister van oorlog heeft allen,
die tot de landmacht behooren uit-
genoodigd, de adviezen, die de
Staatscommissie voor de landsverde
diging van personen tot het leger
behoorcnde mocht inwinnen, voor
zooveel mogelijk, te verstrekken.
Door den minister van OGrlog is
een som van f 20,000 beschikbaar ge
steld om gedurende het loopende
jaar, losse burgerwerklieden in dienst
te kunnen nemen.
Sociale uerzekering.
Op uitnoodiging van de christ.
vereenigingen, welke dezen winter
een socialen cursus houden, trad
gisterenavond in het lokaal van den
heer Buning als spreker op de heer
J. van der Molen, lid van de Tweede
Kamer.
De vergadering was goed bezocht
en werd geopend met het zingen van
Psalm 84 3.
Vervolgens ging de voorzitter, de
heer C. Nobels, voor in gebed en
werd daarna een gedeelte van Joh. 10
door hem voorgelezen.
De voorzitter wees hierna mat ge
noegen op de groote opkomst en
gaf daarop het woord aan den heer
Van der Molen, ter behandeling van
zijn onderwerp sociale verzekering.
De heer Van der Molen begon
met te zeggen dat wij leven in een
tijd van sociale evolutie, dat wil zeg
gen maatschappelijke wisseling van
toestanden en deze wisseling heeft
veel meer beteekenis dan 50 jaren
terug.
Wanneer wij slechts om ons heen
zien, dan zien wij dat alles veel
sneller verandert dan in een vorige
eeuw. Wanneer dat goede verande
ringen zijn dan mogen wij daarvoor
danken.
Ook wanneer wij de positie van
den arbeider vergelijken met die van
25 of 30 jaren terug, dan kan nie
mand ontkennen dat de maatschap
pelijke positie veel verbeterd is en
toch ontmoeten wij in vele kringen
ontstemming.
dan bij Marie!"
Hij had den spijker op den kop
geslagen met hetgeen hij zeide, al
hield het niet in, wat hij er in wilde
leggen een compliment.
In de verschijning der beide meis
jes lag een scherpe tegenstelling. Dina,
de oudste, door Schreuder jaren gele
den als wees in huis genomen, geleek
op een schoone roos in vollen bloei.
Haar weelderige vormen waren gevat
in een bont kleedje, de zware vlech
ten van heur bruin haar waren met
linten en glinsterende naalden ver
sierd. Schitterende oorbellen en
broche en een koralen ketting ver
sterkten nog het pronkerige van deze
opvallende schoonheid. Weliswaar
kwam haar tooi niet slecht overeen
met haar glinsterende oogen, haar
rood gelaat en lachenden mond, doch
alleen kon iemand met weinig smaak
aan haar de voorkeur geven boven
haar jongere gezellin.
Marie Elze, kortweg Marie genoemd,
was de eenige dochter van Schreuder,
den bezitter van den Dennenhof. Zij
was zeventien jaar oud, de zachte,
teedere glans der jeugd, lag over
haar geheele verschijning. Zij droeg
Niettegenstaande de wisselingen
velen ten goede komen, is toch in
veie arbeiderskringen een ongerustheid
gekomen over de onzekerheid van
hun levenspositie en dat maakt dat
maatregelen gevraagd worden om die
positie te verzekeren en daarom
wenscht spreker over die sociale
verzekering te spreken.
Verzekering werd in den beginne
door de christenen met zeker wan
trouwen bejegend, omdat een christen,
naar de opvattingen van dien tijd,
zijn leven nergens beter verzekerd
acht dan bij zijn Heiland.
Spreker vraagt of dat nu anders
geworden is en dan antwoord spr.
ontkennend, want ook nu nog wil
een christen voor zijn verzekering
van zijn leven nergens ander heil
verwachten dan van den Heiland.
Daar wij verzekeren tijdelijke dingen
met tijdelijke maatregelen is langza
merhand in de christelijke kringen
dit misverstand begrepen en daarom
heeft de christen langzamerhand in
gezien, dat verzekering tegen brand,
inbraak enz. gerechtvaardigd is, alzoo
verzekering van aardsche dingen, die
God ook ons ter verzorging heeft
gegeven.
Doch niet alleen gevallen van
brand enz. kunnen ons overkomen,
ook ziekte, ongevallen, invaliditeit en
ouderdom en daarom is men op de
gedachte gekomen tegen deze laatste
gevallen verzekering in het leven te
roepen.
Voor kleine werkplaatsen, waar
soms een zekere gemoedelijkheid
neerscht, is verzekering niet altijd
noodig. Op groote werkplaatsen treft
men echter heel and.re toestanden
aan, wat spreker met enkele voor
beelden illustreerde, toestanden ook,
die dadelijk den arbeider bij minder
werk in zijn Ioo:i treffen.
De arbeider moet zich daartegen
zooveel mogelijk wapenen. Evenwel
is het heel moeilijk; want de loonen
zijn wel verhoogd, doch aan den
anderen kant is ook de levensstan
daard aanmerkelijk verhoogd.
Daarom is spaarzaamheid zeer aan
te bevelen en moet een arbeider
trachten, dat hij eik dubbeltje be
schouwt als slechts 9 cent waarde te
hebben. Evenwel met sparen alleen
kunnen de arbeiders er niet komen,
misschien wei enkele, doch het over-
groote deel niet. Spreker kent er wel,
die voor den ouden dag gezorgd
hebben, doe', waar spreker ook
gekeken heeft in het vaderland, het
waren er altijd maar enkelen.
Dat er zulke arbeiders zijn, noemde
spreker een gu ïsiig teeke i en hij
hoopte, dat el z i'ken zaden blijven
bestaan, want m ich dat niet hel
geval zijn, dan is het met onze na
tionale onafhankelijkheid gedaan.
Toch moeten wij verzekering tegen
een eenvoudig zomerkleedje zonder
eenig sieraad. Heur zachte haar, in
den zonneschijn als met gouden glans
overlogen, omlijstte haar voorhoofd
en gelaat. Een donkere roos had ze
in 't haar gestoken, in de fijne ge
kroesde lokken, die tot op haar blan
ken hals neervielen. Wel had de zon
haar handen eenigszins gebruind en
eenige zomersproeten op haar edel
gevormd gelaat gekleurd, maar de
bruine, door lange wimpers overscha
duwde oogen waren zoo betooverend,
dat de beschouwer deze gebreken
over het hoofd zag. Hoe frisch en
jeugdig Marie er ook mocht uitzien,
toch lag er in haar wezen een bijna
schuwe terughouding, die sterk uit
kwam tegen het pronkerige, uitda
gende uiterlijk van de altijd lachende
Dina. Had een schilder beide meisjes
moeten idealiseeren, hij zou voor de
afbeelding van Marie een witte duif,
voor de lachende Dina een pauw ais
zinnebeeld gekozen hebben.
„Daar komt Koenraad met den
wagen".
(Wordt vervolgd.)