Draagt Plouvier's Schoenwerk. No. 16 49e Jaargang. 1911, Dontlerdatr 19 Januari V)m WeekfotWeek. BINNENLAND. VLiSSINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post LSO. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE JR., Kleine Markt 58. ADVERTENTIËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote 'etters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. Na Frankrijk Italië, na Italië Por tugal. Men heeft reeds gevraagd of de bom al begint te barsten, toen de minister van binnenlandsche zaken in Portugal mededeelde, dat een ai- gemeene staking was uitgebroken on der de spoorwegbeambten. Niettegenstaande de aangewende pogingen om de zaak op te geven, duurt de staking nog voort. De mi nister van justitie heeft ook te ver geefs een beroep op de vaderlands liefde der stakende mannen gedaan en hun verzocht, ten minste de in ternationale treinen te laten loopen. Dit verzoek is allerminst een teeken van kracht, maar wel een bewijs, dat men niet in staat is de wet te hand haven. De staking ioch is in strijd mei de wetten door de republiek af gekondigd, die, naar onlangs is be paald, een zekeren aankondigings termijn eischen. De stakers zijn dus in opstand tegen het wettig gezag, omdat zij den opzeggingstermijn niet in acht hebben genomen. De regeering zou wel gaarne flin ker optreden, maar zij schijnt niet al te best op het leger te kunnen re kenen. Men verhaalt althans dat sol daten en arbeiders hier en daar te zamen luidruchtige betoogingen hou den om verhooging van soldij en loon. Kunnen de maatschappijen het met de stakers niet eens worden, dan za! de regeering in ieder gevai iets moeten doen maar hoe zij, plat gezegd, dat varken zal wasschen, is een raadsel. Totnogtoe hebben de maatschappijen alle eischen afgesla gen. Alleen werd den ambtenaren een algemeene loonsverhooging van 25 centimos aangebodenalsmede een toeslag van tien percent boven den algemeenen ioonstandaard doch met deze concessie zijn de stakers niet tevreden en zij wezen dan ook den eisch der regeering af, om den Zuid-express te iaten vertrekken. De stations zijn nu veriaten en het verkeer tusschen de groote steden wordt zeer gebrekkig per as en te water onderhouden. Daarmede wor den alleen levensmiddelen vervoerd. Gister werd een hervatting van den dienst bericht, maar zonder nadere bijzonderheden. De spoorwegvereenigingen zijn door de regeering voor ontbonden verklaard, waaraan men zich waarschijnlijk wel niet veel zai storen. Na de revolutie werkten deze vereenigingen juist mede om tot orde aan te sporen thans schijnt men er niet meer van gediend. Het is in alle opzichten een allerzonderlingste toestand. In Engeiand schijnt het er nu op los te zullen gaan. De unionssten- 43.) Wat de assurantie-maatschappij zou betalen voor de gebouwen en den inboedel, moest ik aan mijne schuldeischers geven, en er bleef mij dan niets over. Maar zij had toen een prijs be taald van duizend mud tarwe, waar om zou zij ditmaal niet voor 1500 betalen ik was toch voor tweeduizend verzekerd Mijn knecht wist intus- schen, dat ik geen schepel koren in den molen had. ik dacht nog over dat alles na, toen mijn blik op Hen drik viel, die op een zak lag te luieren en misschien wel overpeins de, wat hij doen zou, ais de molen zijn eigendom was. Ik wierp mij op hem, wij worstelden met elkander, eer ik er om dacht, was het ge beurd en h?d ik van den knecht leiders hebben eene bijeenkomst gehouden en daarin het veldtoch'plan voor de conservatieven vastgesteld. In het Lagerhuis wil men trachten het parlements-wetsontwerp te wij zigen, waarbij de regeering zich dan wel zal nederieggen, voor zoover de beginselen niet worden aangetast. In het Hoogerhuis wil de partij een wetsontwerp indienen tot her vorming van het Huis in den geest der bekende denkbeelden van Rose- berry en Lansdowne. Nog niet be slist is iniusschen, wat het Hoogerhuis zal doen met het Pariements-wets ontwerp der regeering, wanneer het uit het Lagerhuis komt. Sommigen zijn van meening, dat, als de regeering de door de unionisten gewenschte wijzigingen mocht verwerpen, het Hoogerhuis de regeering moet dwin gen om de vijf honderd liberale pairs te benoemen, door het ontwerp te verwerpen of er de bedoelde wijzi gingen weer in te brengen. Hoe de lords zelf er over denken is nog twijfelachtig.1 Als het paarde- middel toegepast wordt, dan wordt het wetsontwerp later toch aangeno men. Intusschen wordt er aan ge twijfeld of men die vijf honderd nieuwbakken pairs bij elkander zal krijgen anders schijnt het nu toch wel vast te staan, dat de regeering de benoeming wel onaangenaam zai vinden, maar er toch stellig toe zal overgaan, wanneer het noodig blijkt, om het Hoogerhuis te doen buigen. Wat het getal van 500 pairs be treft, dit is intusschen maar een globale opgaaf en hoogst waarschijn lijk zal men het met minder af kunnen. Voor 't oogenblik staat de wereld bepaald weer in het teeken van de staking. Ook in het Luiksche mijn- district is men weer bezig en heeft eischen gesteld, die de regeering voor niet onredelijk houdt, zoodat zij ais bemiddelaarster wi! optreden. De betooging van Donderdag j!. moet bijzonder indrukwekkend zijn ge weest. Sedert 1893, toen de arbeiders van plan waren met geweld het stemrecht te veroveren, heeft Luik zulk een optocht niet gezien. Ongeveer veertig duizend menschen liepen in den stoet mede, borden dragende, waarop de nieuwe eischen te lezen stonden. En nu schijnt zoo waar de moge lijkheid te bestaan, dat over eenige maanden een zeer uitgebreide staking van zeeiiieden en bootwerkers afge kondigd zai worden. Mocht hiervan iets komen bijzonderheden daar- niets meer te vreezen". „Hebt gij hem vermoord riep de herder ontsteld. Hagen knikte. Hij wierp een uit- vorscheriden blik op zijne vrouw. Zij hield de handen voor het gelaat, en alleen de onstuimige beweging- van haar boezem deed zien, welk een vreeselijken strijd zij streed. „Toen het gebeurd was, dacht ik, dat, wanneer de overblijfselen van den knecht gevonden werden, nie mand er aan zou twijfelen, dat hij de brandstichter was", vervolgde hij. ,Het is anders uitgekomen. God heeft mij opgeëisc'nt, om mij mijn loon te geven. Doortje, ik smeek u mij het leed te vergeven, dat ik u heb aangedaande liefde voor u heeft mij tot een misdadiger ge maakt". „De liefde voor mij sprak de jonge vrouw, het hoofd oprichtende. „Zeg dat niet, het is de waarheid nietDe hebzucht had u verblind. Gij hebt rijk willen worden en hebt gemeend door brandstichting en be drog meer te kunnen winnen dan door eerlijken arbeid". De molenaar zonk kreunend ach- TELEEÜOKNUMMEK 10. omtrent zijn nog niet bekend dan zouden aan deze staking deelnemen de zeelieden van Duitschland,Zweden, Noorwegen, Nederland, België, Dene marken en de Vereenigde S'aten. Er bestaat een bond van zeelieden, maar deze laat daaromtrent voor het tegenwoordige niets los. Van verschillende zijden is de juistheid van het medegedeelde om trent eene overeenkomst tusschen Rusland en Duitschland, betreffende Perzië, tegengesproken. Het blijkt dat de onderhandelingen nog worden voortgezet en dus nog geen resultaat is bereikt. De openbare meening in Duitschland schijnt zich te verzetten tegen elke toenadering tusschen beide landen. Ook Frankrijk en Engeiand moeten in kennis zijn gesteld van de door Rusland geformuleerde voorstellen. Bij de Fransche diplomatie moeten zij een gunstig onthaal hebben gevonden en men gelooft dat ook te Londen geen bezwaren zullen worden ge maakt. De oorspronkelijke berichten om trent den inhoud der vroeger door ons geschetste Russische nota, zijn ver moedelijk dicht bij de waarheid, ai is dan ook op het oogenblik nog alleen maar sprake van een niet definitief goedgekeurd ontwerp. In Elzas-Lotharingen worden nog herhaaldelijk betoogingen gehouden tegen de voorgestelde grondwet voor het tegenwoordige Rijksland, dat ech ter door die grondwet geenszins een zelfstandige Duitsché bondsstaat wordt. Het fraaie stuk wordt onom wonden reactionair knoeiwerk ge noemd, waarmede men hoopt den staatkundigen en economischen voor uitgang van Elzas-Lotharingen tegen te houden en dat iand, na een knecht schap van veertig jaren, volledig te verpruisen. In Metz hebben die betoogingen tot oproerige tooneelen aanleiding gegeven, waarbij het aan inhechte nisnemingen en charges niet ont breekt. 'tEen en ander schijnt een gevolg te zijn geweest van het on verstandig verhinderen eener vereeni- gings-vergadering. Aan den voor avond der behandeling van de grond wet in den Rijksdag is zoodanig op treden in het Rijksland te betreuren. Een Duiisch blad merkt op dat de Engeischen in Zuid-Atrika dit heel wat beter hebben ingezien en daarom in een paar jaar veel betere resulta ten hebben verkregen dan Duitsch ftbonsienignis-aduertenfiën op zeer uoordeeüge uoorwaarden terover, maar zijn blik bleef smee- kend op haar gericht. „Wat gij mij aangedaan hebt, wii ik u vergevenik wii voor u bid den dat de goede God niet al te streng met u in den gerichte trede en ik wil ook Kasper vragen of hij u vergiffenis wil schenken". Diep geschokt waren de twee mannen van het bed weggegaan. „Verlaat mij niet, voor het voor bij is", smeekte de stervende „iaat geene vreemde hand mij de oogen toedrukken". „Wat ik voor het altaar beloofd heb, zai ik houden". „Ik Iaat u niets na Doortje, gij hebt alieen nog het huisje uwer moeder". „En twee gezonde armen. Maak u daaromtrent niet bezorgd, ik zal mijn brood wel verdienen. Denk aan u zeiven. Wil ik den pastoor halen „Neen, gij niet", riep Hagen haas tig, „laat een ander gaan! Ja, ik wil met hem spreken, maar gij moogt niet heengaan". De herder bood aan het te doen en verliet de kamer. „Als ik het geld gekregen had, zouden wij naar Amerika zijn ge land in veertig jaren in het Rijksland en in Sleeswij k-Holstein. Maar men vergete niet dat de En- gelschen in Zuid-Afrika ook iets anders hebben gewild dan de Duit- schers in den Ezas willen. Kustverdediging. De Haagsche correspondent van de „Tel." meldt Hand aan hand wint hier ter stede de meening veld, dat het ontwerp kustverdediging op de een of andere manier za! verdwijnen. Hei is natuur lijk onmogelijk, dat met absolute ze kerheid te zeggen, te meer, daar de regeering aan de vertegenwoordigers der pers positief elk interview en elke inlichting weigert en zich van het middel der ofiicteele communi qués zai bedienen, om te pubiiceeren wat zij noodig acht. Zoo zal hoogst waarschijnlijk spoedig een regeerings- communiqué veischijnen in verband met de Uitlatingen van minister Pi- chon in net Fransche parlement. Het is echter een feit, dat in politieke en parlementaire kringen de totstand koming van het ontwerp kustverdedi ging in zijn tegenwoordigen vorm zoo goed als buitengesloten wordt ge acht. Verschillende Kamerleden, met wie wij spraken, uitten zich in dien geest. Aan den anderen kant wordt ecther evenmin verwacht, dat de regeering het ontwerp zonder meer zal intrek ken, omdat dit een al te krasse ver- oordeeiing van haar eigen beleid zou zijn. Wat er dus gebeuren zal valt nog niet te voorzien, maar een feit is het, dat aan de ongewijzigde hand having en aanneming van het ontwerp bijna niemand meer gelooft. De re- geering bevindt zich door de toene mende buiienlandsche oppositie in niet geringe moeilijkheid. De „Temps" is slechts kort inhei weergeven van de verklaringen van Pichon. Het blad schrijft dat de mi- nisier in een paar woorden aan De- lafose had geantwoord, dat hij niets liever wenschte dan met Nederland en de mogendheden welke de neu traliteit van België hebben gewaar borgd, besprekingen te beginnen over Vlissingen. De „indépendance" geeft de vol gende, volgens het Belgische blad, aan het analytisch verslag ontleende bijzonderheden van Pichons antwoord: In werkelijkheid dagieekent de quaeslie, door den heer Deiafoss op geworpen, reeds van 1904. Toen werd. een commissie van onderzoek geiast de verdediging der Nederlanden na te gaan en er werd besloten dat nieuwefortenzouden gebouwd worden. Onlangs werd een ontwerp inge diend dat ten doel heeft te Vlissingen forten die in puin vallen te herbou wen. Dit ontwerp ontmoette een nog ai groot verzet, bijzonder in Belgë, waar men staande houdt dat de Schelde een internationale stroom is, die onzijdig moet blijven en dat Holland, dat het traktaat van 1839 ge- teekend heeft, niets mag doen dat de Belgische onzijdigheid zou krenken. Het is trouwens mogelijk dat er geen gevoig aan gemeld ontwerp gegeven wordt. Wat er ook van zij, ik zal geieedeiijk met de Hollandsche re geering over de zaak spreken. gaan", begon Hagen weder, „ik zou daar aileen voor u gelee'd hebben". „Gelooit ge, dat ge rust zoudt gevonden h ,-bben vroeg Dorothea. „Uw kwaad geweten zou meege gaan zijn en „Laat hem in vrede sterven", viei de kastelein haar zacht in de rede, „hier boven zal hij zijn loon ont vangen". „Mijn kwaad gewetenzei de moienaar op zwakken toon. „Het heeft mij dag noch nacht rust ge laten, het heeft mij ais een spooksel voortdurend gekweld maar ik meen de dat wel te overwinnen. Zie de zon komt op Het is de laatste maal, dat ik haar aanschouw". Een zonnestraal viel door het raam op 'l leger van den stervende. Hagen vroeg om wat water, de kas telein verliet de kamer, om het te halen. „Waar is mijn jas vroeg Hagen op haastigen toon. „Als ik dood ben, neem dan de portefeuille die in den binnenzak zit. Er zijn ruim driedui zend gulden in, behoud die en koop er een stuk land voor. Neem het nu vas', Donrij» i Qiijw voor d;: Hofbericht. Volgens den Haagschen kroniek schrijver van de „N. Gr. Ct." zou H. M. de Koningin ais haar meening over de viering van haar 12l/3 jarig regeerings-jubileum gezegd hebben „ik heb in de 12% jaar van mijn regeering getracht mijn plicht als Ko ningin naar beste weten te vervullen ben ik daarin eenigermate geslaagd, des te beter maar dan dank ik het aan de gelukkige omstandigheden waarin ons vaderland verkeert en aan de heerlijke eigenschappen in ons volk. Ik heo echter weinig ge legenheid gevonden iets te doen, dat mij aanspraak geeft op erkenning en waar op zichzelf 12'/3 jarige dienst in geen staatsburger als eei buitengewone aanleiding tot onderscheiding wordt beschouwd, vond ik dat men ook tegenover mij geen uitzondering moet maken. Ik wil dus gaarne een lied of aubade van de werklieden aannemen maar me dunkt men moest het daarbij laten. Ik waardeer de vriendelijke be- doeiing van hen die een feest willen organiseeren, maar zonder bepaald eenig verzoek voor welk huldeblijk ook af te slaan, zou ik willen zeg gener is geen reden voor een hulde die ik zelf niet gerechtvaardigd re ken." Tweede Kamerverkiezing te Sneek. In de Maandagavond gehouden vergadering heeft de a.-r. kiesver- eeniging „De Vrije Fries" tot can- didaat voor de verkiezing van een lid der Tweede Kamer voor het district Sneek gesteld den heer mr. V. Rutgers te Hilversum. Daar ook andere a.-r. kiesvereni gingen in dit district reeds mr. Rutgers tot candidaat hebben gesteld, bestaat de verwachting, dat de cen trale der a.-r. kiesverenigingen hem definitief candidaat zal stellen. Stamm terugkomtHet is niet noo dig, dat iemand het weet". „Het is uw geld niet", antwoordde Dorothea ernstig. „Toch wel, ik heb het verdiend, het is mijn eigendom". „Dan zal ik het aan uwe schuld eischers geven, hun komt het toe". „Maar bedenk toch, hoe arm gij zijt „Armoede is gemakkelijker te dra gen dan schande. Neen, Peter, ik wil niemand bedriegen. Ais ik geld ge noeg had, zou ik al uw schulden betalen: maar dat kan ik niet". Zij zweeg en stond' op. De pastoor was gekomen, om den stervende de laatste vertroostingen van den gods dienst te brengen. Beneden in de gelagkamer was geen stoei, geene bank meer onbe zet. De boeren waren gekomen, om uit den mond van den kastelein en den herder de verrassende bekente nissen te hooren, welke de molenaar gedaan had. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1911 | | pagina 1