PIJ. i@ koop. Dinsdag 25 October PENS, 'bank Woensdag-, Don- jToenewoud. Voorhanden kworst en Rookspek. r. HAKKER, KURK. tnde en sluitende er zuiuer en ge er stuk 175 cent. ïand Beniest. J. JANSSEN, »de Meid No. 25 L 48e Jaargang. 1910 Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. BINNENLAND. F-euIllleton» ïoed. De huis- or iedereen schen iederen sommen zal er na- en op solide, maar je en gemakkelijke derhalve te bepalen eischen, als daar ■de rentevergoe* }kelijKheid van stipte geheim- hoofdvoorwaarden aehmss behoeven e aanprijzing, erzoeksn slechts lettendat ze et juiste adres sooht worden. nes, die, hoewel den naam „Sin- den aangeboden I vlag te zeilen. i onderhouden, altijd geldbelegging eene in ruim 9 °;0. Brieven luis" aan het bureau Kleine Markt 62. ie soorten. LEPELSTRAAT. heden Verkrijgbaar: rst, Frankfurter Knak- oijtspek, Ham, Rook- se de Boulogne, Zwaar- okte Worst, enz. Aanbevelend, 43. Bellamypark 44. ind Versch VEE" JGGEBR.OOD vraagd op een Buit®11" hem, een nette uige voorzien. BELLEMYPARK 28. VLISSINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÈN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. H.M. de Koningin Wiiheimina zond ten zeer hartelijk gesteld telegram aan den koning en de koningin van Bel gië, waarin H. M. Hoogstderzelver dank betuigt voor de onderscheiding, Haar gemaal gedurende zijn bezoek door het Belgische hof betoond. De Koningin zegt ook den inwoners van Brussel dank voor de sympathieke ontvangst. Z, M. koning Albert van België leekende het besluit, waarbij de com missaris-generaal van Holland, jhr. mr. H. W. van Asch van Wijck, be noemd is tot groot-officier in de orde van Leopold 11, mr. E. R. H. Regout, oud-commissaris-generaal van Hol land voor den tentoonstelling, tot grootkruis in de Kroonorde van België, jhr. Ch. F. van de Poll tot comman deur in de Kroonorde van België, mr. O, Fabius tot commandeur in de orde van Leopold II en de heer De Vos tot ridder in de orde van Leo pold ii. Het geheim der kustverdediging. Er zijn redelijke gronden, schrijft de „Avp." om te verwachten, dat de regeering, nu de linkerzijde der Kamer maatregelen van obstructie niet onduidelijk in uitzicht heeft ge steld, voor de drang zwichten zal en alsnog een nota naar aanleiding nn het slag der Commissie voor samenwerking tusschen land- en zee macht zal overleggen. Reeds toen het eerste verzoek van de Kamer inkwam, was minister Heemskerk wel geneigd om daaraan eenigermate tegemoet te komen, doch de heer Wentholt wist hem daarop in den ministerraad te beduiden, dat het onthullen der ge heimen staatsgevaarlijk zou zijn. O 70.) Wat een jaar vol gebeurtenissen W zij doorleefd Wat een goedheid, ïiat een vreugde had zij genoten En nu wist zij ook wat de liefde een man beteekende, die het wt van een vrouw geheel weet in 'e nemen. Een heerlijk voorgevoel, "a' in haar lot verandering zou ko- ®en, en de toekomst haar helder toelachte als een heerlijk morgen- jood, deed haar hart sneller kloppen, nel leek wel, of zij den zwaren 'as'i die haar als een nachtmerrie ukte, kon afschudden. En nu reisde zij, dezelfde persoon en toch weer een andere, vreezend en ook weer hopend, naar het S'oote, drukke Berlijn. Oom Hans ontving haar aan het station met open armen. Zij wierp 't™ snikkend aan zijn borst en Al is het voor het prestige der regeering moeilijk om op het eens genomen besluit terug te komen, toch deelt men aan het blad van bevoegde zijde mede, dat het zoo goed als zeker is, dat dit zal geschieden, al worden dan in de tot publicatie bestemde nota welke reeds in gereedheid werd gebracht niet veel meer dan theoretische alge meenheden gezegd. De vice-admiraal Van den Bosch. De vice-admiraal J. van den Bosch te Nieuwediep heeft zijn ontslag aan gevraagd. Thans wordt gemeld dat in afwachting der beschikking den admiraal verlof is verleend. In „Het Volk" lezen we over deze quaestie het volgendeDe vice-ad miraal heeft plotseling ontslag geno men a!s directeur en commandant der marine te Nieuwediep. Als reden voor deze. opzienbarende ontslag-aanvraag gaat aldaar het volgend gerucht, dat ik onder voorbehoud oververtel. De oorzaak zou dan gelegen zijn in een quaestie, die hij zou gehad hebben met den vloot-predikant, ds. Warner. Deze zou nl. bij een bezoek aan de provoost-arrestanten hebben opgemerkt, dat een der arrestanten een der boeken las, die naar het schijnt, tegenwoordig uit een speci aal daarvoor bestaande bibiotheek worden verstrekt. De marine-dominee was van mee- ning dat alleen godsdienstige lectuur verstrekt moest worden en schijnt daarop bij den heer Van den Bosch te hebben aangedrongen. Deze heeft echter geantwoord, dat de boeken die in de cellen worden gelezen, door hem zijn goedgekeurd en dat hij daar geen verandering in brengt. Daarmee moet ds. Warner minister Wentholt in kennis hebben gesteld en deze zou den vice-admiraal in het ongelijk hebben gesteld, waarna deze direct zijn ontslag heeft genomen. Omtrent de aanleiding tot de ont slag-aanvrage zegt de „Avp." De vlootpredikant hc-eft aanmerking ge maakt op het lezen van een der boe ken van het boekenfonds door de matrozen. Naar men zegt, was het een werk van Therèse Hoven, dat de predikant ongeschikt vond voor het zieleheii der Nederlandsche Jan tjes. Met dit bezwaar is hij bij den admiraal gekomen, en deze heeft natuurlijk gezegd dat het boek vol gens zijne meening niets kwaads in hield en dus als lectuur voor den schepeling gehandhaafd blijft. Daarna heeft de vlootpredikant zich mei zijn bezwaren tot den minister ge wend, waarvan het gevolg geweest is een schrijven van Zijne Excellen tie, waarbij den admiraal bevolen werd om te handelen volgens de wenschen van den vlootpredikant. stamelde„Hoe gaat het met mijn armen vader „Wij zuilen het beste hopen, kind," zeide de kleine man vriende lijk. Toen hielp hij haar in een rij tuig en reed met haar naar de Leipzigerstraat. Met angstig kloppend hart ging Marie het huis binnen. O, als zij maar niemand ontmoette, als zij den gevreesden man maar niet weer zag. Schuw snelde zij door de gang de trappen op. Het was haar gelukt boven te komen zonder een bekend gezicht te zien zij loosde een zucht van verlichting en nu waren al haar gedachten bij den zieke. Zij liep snel door het kamertje van Asset, naar de ruime slaapkamer van haar ouders, waar haar vader te bed lag. Zij schrok er van, zoo was hij veranderd. Zijn hondje kwam blaffend van onder de dekens, toen herkende hij haar en lekte haar de handen. „Stil, mijn beestje," fluisterde de zieke met zwakke stem, „zij is het, mijn Dora! Ben je daar eindelijk om mij te roepen Met een gelukkige uitdrukking op TELEFOONNTJMMEK 10. Abonnemenfs-Adt/erfenfiën op zeer uoordeelige wooru/aarden Dit gaf den heer Van den Bosch aanleiding om zijn ontslag te vragen. Uitgezonderd onder de officieren die behooren tot de „Christelijke Officierenvereeniging", onder wier onmiddellijk toezicht de marine-do- ninee gesteld is heeft de maatre gel groote ontstemming teweeg ge bracht, bericht onze zegsman ons, terwijl de opinie is ten gunste van den admiraal, wiens heengaan om het zeerst wordt betreurd. Voor hen die verwonderd zouden zijn dat een werk van Therèse Ho ven de censuur niet passeeren kon, brengen wij in herinnering dat in dertijd in een der kazernes het boek van Quak over socialisten werd ge confisqueerd als zijnde van opruien- den aard. De Zeven Provinciën. Aan boord van Hr. Ms. pantserschip „De Zeven Provinciën," dat nog ligt aan de Marinewerf- te Amsterdam, heeft Zaterdagmorgen de afdeeling Amsterdam van de vereeniging „Onze Vloot" een door prof. C. L. Dake geëtste koperen naamplaat als blijk van belangstelling in onze marine aangeboden. De commandant van den nieuwen oorlogsbodem, de état-major en de geheele bemanning hadden zich op gesteld op het halfdek. De heer Kamerlingh Onnes, voor zitter van „Onze Voot" wees op de beteekenis van het feit en nam daarna het houten omhulsel van de plaat die opgehangen is aan het halfdek, tegen de midscheeps. De plaat is gevat in een breeden, dof-zwart ge schilderden, koperen rand. Om de verschillende etsen is een rand in mat-gotisch ornament, motieven aan gebracht. In den linkerbovenhoek bevindt zich bet portret van de Ruijter, gevat in een vlaggen en wapentrophee, waaronder een zwevende vrouwefi guur, voorstellende de „Faam", wijst in de richting van zijn admiraalschip, midden in de stralen der opgaande zon. Daaronder is de volgende inscriptie te lezenDe „VII Provinciën" ge naamd naar het beroemde admiraal schip van Michie! Adriaenszoon de Ruyter, te Delfsiiaven gebouwd voor de admiraliteit voor de Maze in 1665 voltooid en naar zee vertrokken. Was 163 voet lang, 43 voet wijd en 15 voel hol, telde 80 metalen stukken. Wapenfeiten: 11 14 Juli 1666 vier- daagsche zeeslag 15 Aug. 1666 mees terlijke terugtocht van de Ruijter; 10—29 juni 1667 tocht naar Chattnm 7 juni 1672 zeeslag bij Solebay7 juni 1673 zeeslag bij Schooneveld 14Juni 1673 zeeslag in de Noordzee en 1 Aug. 1673 zeeslag bij Kijkduin, 19 Juli 1679 mislukte de aanval op Martinique; 29 Mei 1672 zeeslag oij zijn gelaat strekte hij zijn armen naar haar uit. Zij omvatte hem en kuste hem. „Ik ben het, uw kind, uw Marie." Zij ging op den rand van het bed zitten en steunde zijn kus sen, zoodat de zieke rechtop kon blijven. „Kijk eens, papa, hier ben ikik kom om u te verplegen." „Verplegen waarom?" „Opdat ge weer spoedig beter wordt." „Niet noodig," zeide hij het hoofd schuddend. „Waar ben je toch zoo lang geweest?" Zij vertelde hem \an Haiddorf, van grootvader, die niet meer boos was en haar arme moeder vergeven had. Hii knikte bevredigend en verzonk in gepeins. Nu eens geloofde hij zijn Dora met haar spinnewiel over het erf te zien gaan, dan leidde zij hem door het ruime oude boeren huis, dat Marie nu zoo goed kende. Dan weer stond hij met zijn bemin de in den maneschijn achter het tuinhek, en vroeg, of zij niet de ra deren van den molen hoorde rui- schen, en meende den hond, dien Barfleur; werd in 1694 voor sleet verkocht. Onder hef Ned. wapen sfaat op de dof-zwarte lijst de opdracht gegra veerd. Ghristelijk-Historische Unie. Bij gelegenheid van den partijdag, welke de Christ. Hist. Unie te Zeist hield, traden als sprekers op de heeren jhr. mr. D. J. de Geer en dr. J. Th. de Visser. De heer De Geer behandelde het onderwerp „Politieke samenwer king". Spr. wees er op, hoe men met ons hedendaagsch kiesstelsel steeds genoodzaakt is uit twee partijen één keus te doen bij herstemming. Spre ker stelde dan de vraag of voor de Chr. Hist, partij de huidige coalitie bedenkelijk is en gaat dan na hoe die partij te kiezen had tusschen twee stroomingen. Het was de schoolstrijd die haar deed kiezen. Maar er zijn meer punten, die haar tot de Roomsch-Katholieke partij brachten. Spr. noemt als zoodanig de opvatting van gezag, vakorgani satie, huwelijk, strafrecht, publieke zedelijkheid. Dat samenwerking met de R.-Ka- tholieken aan die partij te veel invloed zou geven, vreest spr. niet. Immers de macht der R.-K. partij wint alleen in dat, wat niet specifiek Katholiek is. Waar echter de Chr. Hist, partij voor heeft te waken is hare begin selvastheid ook daar waar zij zich coaliseert. In zooverre aanvaardt spi. dankbaar de critiek, omdat deze leidt tot meerdere waakzaamheid voor de handhaving dier beginselen. Spr.'s conclusie is, dat de R.-K. partij in een Protestantsch land is een con- serveerende macht, welke als zoo danig moet worden gewaardeerd. Dr. de Visser behandelde hierop het onderwerp „Godsdienst en po litiek". Spr. zet uiteen welke betee kenis hij aan het begrip Godsdienst hecht en vecht dan de stelling aan Godsdienst heett met politiek niets te maken. Was deze stelling waar, dan zou de consequentie zijn dat de Staat zich had te beperken tot de behartiging der materieele belangen en dit moet leiden tot revolutie. Spr. wekte krachtig op, ons volk daar voor te helpen behoeden. Een herinnering aan dr. Wagenaar. Men schrijft aan „de Neü." Het moge uwe lezers niet onwel kom zijn, een aardige herinnering uit het leven van den pas ontslapen dr. Wagenaar te hooren. Eens te Haarlem vertoevende, bezocht hij de Bavokerk ten tijde van een orgelconcerten thusiast ais steeds, was hij een en al bewondering voor 't heerlijk orgel spel. Toen 't concert beëindigd was, zij bij haar had, te streelen. De voorstellingen en phantasiën, waarin hij leefde, waren van aangenamen aard, en steeds weer hield hij zijn kind voor Dora, zijn geliefde vrouw, die gekomen was, om zich eindelijk weer met hem te vereenigen. Zoo verliepen verscheidene uren van den nacht. Eerst laat verviel de zieke in een onrustige sluimering, terwijl Marie voor zijn bed zat en zijn onregelmatige ademhaling ga desloeg. Den volgenden morgen begon Marie met haar vroegere bezigheden te hervatten. Zij kookte soep voor haar vader, noodigde hem met vrien delijken aandrang uit, om er gebruik van te maken, en ging toen heen om in den verwaarloosden salon den boel wat op te ruimen. Toen zij druk bezig was, stak plotseling |eanne Duvernier haar hoofd door een kier en riep met een schelmsch lachje „Qeef acht Hier komt hoog bezoek." Marie deinsde terug, toen zij Ana- tole Qoldammers welvarende gestalte met rood strak gelaat op den drem pel zag verschijnen. Het meisje moest bleven we nog wat omloopen, en dr. Lützen, 'blijkbaar terugdenkend aan de dagen van 1886, beklom den kansel. Daar stond hij, overweldigd door de herinnering aan 't verleden, en met pathologische warmte richtte hij eenige woorden tot ons. Maar daar kwam de koster, met z'n rinkelenden sleutelbos we moesten weg. Maar dr. Wagenaar kon nog niet schei den van de zooveel zeggende plek en hij smeekte den koster, hem nog even te laten. Maar 't onverbiddelijk bevel wasNeen meneer, ik moet sluiten. En met een zucht daalde dr. Lützen den kansel af, den koster toevoegend: „U hebt gelijk, u doet uw plicht. Ook hier zal ik de mach ten, over mij gesteld, onderdanig wezen." „Wij verlieten het majestueuze kerkgebouw. En de sympathieke Mid- delburgsche prediker sprak nog menig treffend woord over de dagen van 1886, toen hij afscheid had genomen van zooveel, dat hem lief was omdat het moest Het stuivertje. Ten einde verwarring tusschen de .stuivers en de kwartjes onmogelijk te maken, moet het voornemen bestaan den tegenwoordigen ronden nikkelen stuiver te vervangen door een vier kant stuiverstuk, met afgeronde hoe ken, gelijk deze b.v. op Ceylon gebruikt worden. Veiligheid a/b van stoomschepen. Het bestuur der vereeniging van machinisten ter koopvaardij heeft een schrijven gericht aan reeders van stoomschepen en directeuren van stoomvaart-maatschappijen, in zake de uitvoering van art. 141 van het Kon. besluit van 22 Sept. 1909 („Stbl." 315), bij welk artikel is bepaald, dat, behoudens eenige nader omschreven uitzonderingen, op elk stoomschip, behalve de machinist, nog een man op de wacht inde machinekamermoet zijn. De uitwerking van dit voorschrift is, dat gedurende de heele reis de drie machinisten (het meerendeel der Nederlandsche stoomschepen vaart er slechts met drie) gedurende twaalf uur per etmaal wacht doen in de machi- kamer, terwijl een deel van den rusttijd in besiag wordt genomen door het controleeren van de zich aan boord bevindende hulpwerktuigen. Het dunkt ons bijna overbodig, zegt de „Open Brief" die zich hieruit als van zeif aan ons opdringende vraag nog te formuleeren. Wat kan, gedurende een lange zee reis, waarbij van het begin tot het einde van de geheele equipage voort durende oplettendheid moet worden geëischt, noodlottiger gevolg hebben zich vasthouden en steun zoeken aan het schrijftafeltje van haar moe der. Met beide handen achter zich' tastend, hield zij zich aan den rand van het tafeltje vast en keek hevig ontsteld naar den verafschuwden man. Wat had zij in al haar ge dachten en droomen dit oogenblik gevreesd „Daar is dus mijn wegloopster," zeide de kapper, wreef zich de dikke handen en trad op het beven de meisje toe. Zij wilde hem smeeken, haar te sparen, maar zij kon slechts haar lippen bewegen, geen geluid bracht zij voort, zij week zoover zij kon achteruit. „Zij is nog altijd even slecht ge- frizeerd, Anetole," zeide de Fran- ?aise. „Ik zou je door de politie kunnen laten terugbrengen. Dan zou het slecht met je gaan, jou booswicht 1" Jeanne riep „Maar in het hart van dezen man woont edelmoedig heid 1 Spreek dan toch, Anatole." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1910 | | pagina 1