UIS,
age
m
10 October
No. 238
1910.
apijten,
0,50
K.
Maandag
Feuilleton,
48e Jaargang.
BS.
ende
^elsehe
d met
s.
iünumsnerbestsst nit2 bladas.
Brieven uit de flofsïad.
iek
5»
0,55
5,50
1,80
O,
jazijn
LAT 94.
^andaard-
Jidcr remb.
igenten
lENSINO.
yordt ge-
Sogelijk in
l
jlen.
opleiding
'erkkring,
iet over
schotten,
Q. K.
;eligste
van alle
knot is
gedepo-
Ve'rkrijg-
ks.
VUSSINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÉN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
Iets ouer
Ziekfe-fezekersiig
naar aanleiding van de ingediende
wetsontwerpen.
II. (Slot).
Zooals reeds in ons eerste artikel
werd opgemerkt, is de ziekteverzeke
ring een verplichte verzekering, ten
gevolge van welke degenen op wie
de wet van toepassing is, recht hebben
op de uitkeering van ziekengeld bij
ongeschiktheid tot het verrichten van
arbeid wegens ziekte.
Zij echter, wier dagloon minder dan
veertig cents bedraagt en daarom ge
acht kunnen worden niet te behooren
tot die klassen van personen, voor
wie de wet eigenlijk gemaakt is, kun
nen op hun verzoek van de verzeke
ring worden vrijgesteld en eveneens
zij die door een sleepende ziekte af en
toe ongeschikt tot werken zijn. Deze
toch moeten een hooge premie»beta-
len, waarvan de werkgever zijn deel
betaalt en daarom zou de verplichte
verzekering voor deze personen wei-
licht een bezwaar opleveren om aan
werk te komen.
De uitkeering bij ziekte bedraagt de
helft van het gemiddelde der loon-
klasse, waartoe de verzekerde behoort
op het oogenblik dat hij ongeschikt
wordt tot werken. De uitkeering be
gint met den vijfden dag en duurt
hoogstens zes maanden. Voor den
Zondag en de daarmede gelijk ge
stelde dagen heeft de uitkeering niet
plaats.
Dit is de regel, waarop uitzonde
ringen echter bestaanbaar zijn want
de raad van arbeid kan het bedrag
van het ziekengeld hooger stellen,
zelfs tot aan het dubbele van boven
gemeld bedrag, en kan ook de uit
keering bij ongeschiktheid tot werken
dadelijk doen intreden en zelfs doen
plaats hebben over den Zondag en de
daarmede gelijk gestelde dagen. Ook
kan hij de uitkeering doen plaats heb
ben gedurende een langeren tijd, tot
hoogstens twaalf maanden maar als
de zieke een gedeelte van zijn werk
of ander passend werk kan verrichten,
dan is de raad ook bevoegd om slechts
een deel van het ziekengeld uit te
keeren, in verhouding tot de verloren
arbeidskracht.
Er zijn echter ook we' gevallen,
waarin den verzekerde geen ziekengeld
toekomtdaaronder is er een, dat wel
eenigszins zonderling klinkthet is
dat, waarin de ziekte door opzet is
o
57.)
«Neem me niet kwalijk, mijnheer
Beerman," sprak hem iemand aan.
Hendrik keek op, ah, de paarden
handelaar, aan wien hij zijn oud
paard verkocht had.
„Wat wilt gij, Schorsmeier?"
„Het deed mij leed, u zoo neer
slachtig te zien." Hij zette zich te
genover Hendrik. „Hem ontbreekt
slechts één, Schorsmeier," zeide ik
bii mij zelf: „een lieve vrouw."
„Die heb ik niet noodig, laat mij
met rust!"
„Ho, ho, gij hebt uw vrijen wil.
Maar er is er eenvijftig duizend
thaler bruidschat en zwaar ver
liefd op u
„Ik wil geen geld, ik heb ge
noeg
«Dat is prachtigriep de vee
handelaar verbaasd. „Maar ai is er
veroorzaakt. Het wil ons echter voor
komen dat iemand zich nooit opzet
telijk ziek maakt. Bedoeld is dan ook
waarschijnlijk het geval dat de ziekte
een gevolg is van iemands gedragin
gen want op eene andere plaats van
het ontwerp staat, dat de raad van
arbeid bevoegd is om het ziekengeld
geheel of gedeeltelijk te weigeren,
wanneer de ziekte is veroorzaakt door
het onzedelijk gedrag van den verze
kerde of wanneer deze, gedurende de
ongeschiktheid tot werken, zich schul
dig maakt aan gedragingen, waardoor
zijne genezing wordt belemmerd.
Een zeer goede bepaling is dat, in
dien de verzekerde misbruik van ster
ken 'drank pleegt te maken, de raad
bevoegd i-s om, in plaats van zieken
geld, eene andere uitkeering te doen,
in waarde overeenkomende met het
bedrag van het ziekengeld, of wel hei-
ziekengeld op andere wijze te doen
aanwenden ten behoeve van den ver
zekerde of van personen wier kost
winner hij is.
Ook bij deze verzekering worden
de verzekerden bij loonklassen inge
deeld. Er zijn zes zulke klassen en
de premie bedraagt zekere percenten
van de gemiddelden der loonklassen.
Van die premie dragen werkman en
werkgever dan ieder de helft, maar
in den regel wordt zij door den werk
gever betaald en mag deze dan de
helft van het loon van den werkman
afhouden.
En wat nu de vrijwillige verzekering
betreft, daarin mogen allen deelnemen,
die krachtens de ongevallenwet ver
zekerd zijn maar de raad van arbeid
kan ook anderen tot die verzekering
toelaten en wanneer iemands ver
plichte verzekering ophoudt, dan kan
hij toch verzekerd blijven, door de
verschuldigde premie voortdurend te
blijven betalen.
Dat de vrijwillig verzekerde zelf
zijn premie moet betalen, volgt uit
den aard der zaak; maar wanneer
hij tevens verzekerd is krachtens de
ongevallenwet en dus in dienst is
bij de een of andere onderneming,
dan is hij gerechtigd om van zijn
werkgever de helft der premie terug
te vorderen, over den tijd gedurende
welken hij bij hem in dienst is ge
weest.
Het behoeft geen betoog, dat de
verzekering belang heeft bij het be
vorderen der volksgezondheid, welke
overigens langs een omweg ook meer
in het belang der verzekerden is.
Daarom is aan den verzekeringsraad
opgedragen het bevorderen van
maatregelen, welke strekken om ziekte
der verzekerden te voorkomen, of
welke ten goede komen aan de ge
neeskundige behandeling.
Tot het nemen en bevorderen van
overvloed van geld op den Beer
manshof, het moet toch onder de
broers en zusters verdeeld worden.
Zij is een rijke landbouwersdochter
uit Fallingsbostel. Waarom zou ik
het niet openlijk zeggen Stine
Flintje heet ze. Gij kent haar ook
wel. Zij is daar in de zaal, je kunt
met haar dansen, zij is een flinke
dikkerd, en bekwaam voor het
werk."
„Mijn werk doen ntijn moeder en
mijn zuster."
„Nu ja, maar uw moeder gaat later
stil leven, en de meisjes huwen.
Men zegt, dat de oudste dochter een
beetje kieskeurig is. Maar voor de
heeren broeders zou ik ook wel wat
weten."
„Ga die dan maar bepraten, doch
laat mij met rust met je huwelijks
makelarij." Hij stond wrevelig op
„Wanneer het toch nog wat wordt
met Stine Flintje, vergeet mij dan
niet 1"
Gekweld liep Hendrik weg, en
ging weer naar de zaal. Zou zij nog
steeds naast Fedor zitten Reeds
dadelijk bij haar komst op den Kru-
senhul was zij mil ecus met Fedor,
TELEFOONNUMMER 10.
zulke maatregelen is trouwens ook
de raad van arbeid bevoegd, onder
goedkeuring van den verzekerings
raad, wanneer die maatregelen gel
delijke verplichtingen opleggen.
Daartoe staat de raad dan ook in
nauwe betrekking tot de erkende
ziekenfondsen. Hiermede worden be
doeld, fondsen welke geneeskundige
hulp aan hunne verzekerden ver
strekken, en op eene bijzondere wijze
door de regeering zijn erkend, door
goedkeuring van de statuten, voor
den tijd van ten hoogste vijftien jaren.
Om zulk eene erkenning te beko
men, moet het fonds dan echter vol
doen aan bepaalde eischen, maar
daar staan dan ook weer voorrech
ten tegenover. De raad van arbeid
toch is bevoegd om te bepalen, dat de
aan een erkend ziekenfonds ver
schuldigde premiën voor hen, die
tevens bij zijn ziekenkas verzekerd
zijn, en voor hunne gezinnen dit
laatste met het oog op gezinsverze
kering bij sommige ziekenfondsen
door de werkgevers dier verzekerden
zullen worden betaald en zich met
de inning dier premiën te belasten
met dien verstande dat de bedoelde
werkgevers ook gerechtigd zijn om
de premie van het loon af te houden.
Tevens heeft het bestuur van den
raad van arbeid de bevoegdheid om
zich tot wederopzeggings toe te be
iasten met de betaling van prémie
aan een erkend ziekenfonds, voor een
bij zijn ziekenkas verzekerde, die dit
verzoekt omdat hij niet in staat is
de premie zelf te betalen.
De hier bedoelde erkenning is geene
erkenning ais rechtspersoon volgens
de wet op het recht van vereeniging
en vergadering. Een aantal zieken
fondsen zijn niet als rechtspersoon
erkend. Komt de wet tot stand
en wenschen zij zich te laten erken
nen volgens de ziektewet, dan zal
de erkenning als rechtspersoon toch
wel vooraf dienen te gaan, daar zij
anders geen genoegzame zelfstandig
heid zouden bezitten. Voor de fondsen
welke thans nog geen rechtspersoon
lijkheid bezitten, kan dit een wenk
zijn om die nu reeds aan te 'vragen.
De eischen, welke aan de zieken
fondsen worden opgelegd, om als
erkende fondsen op te treden, ko
men ons voor vrij zwaar te wezen
maar het betreft dan ook zeer ge
wichtige belangen en de voordeelen,
welke de wet aan de erkende fondsen
biedt, zijn ook niet licht te tellen.
Wij hebben hiermede op de voor
naamste punten de aandacht geves
tigd en kunnen dus veilig hiermede
onze beschouwingen eindigen. Be
houdens enkele bezwaren, komt het
ontwerp ziektewet ons voor, een der
best geslaagde ontwerpen te zijn, die
wij tot dusver van het tegenwoordig
kabinet ontvingen.
fibonnemsnts-flduertentiën op zeer uoordeelige uooriuaarden
die was ook veel meer een heer dan
hij. Hij voelde, dat de sterke grog hem
naar het hoofd steeg, want toen hij
in de benauwde lucht onder de dan
senden ging, draaide alles met hem
in het rond.
Daar kwam hem Stine Flintje in den
weg en bleef bij hem staan, „is u daar
ook, mijnheer Beerman
„Zoo zoo gij ziet. Willen wij
samen eens een dansje doen
„Gaarne, mijnheer Beerman."
Toen hij haar omvatte, dacht hij
„Misschien wordt Marie jaloersch."
en hij ging met zijn dikke danseres,
waarop hij zoo noodig flink steunen
kon, in het dichte gewoel.
En Marie bemerkte hem en tegen
wil en dank volgde zij hem met de
oogen. Wat zag het plompe oude
meisje er onbehaaglijk uit
Dat gezicht deed haar leed zeer
veel leed, het was het akeligste van
alles, wat zij vandaag beleefd had.
Zij legde haar hand op den arm van
de in gedachten verzonken Fedor en
vroeg„Kom, laten wij weggaan, ik
gevoel me niet wel."
Hij was dadelijk bereid, keek haar
bezorgd aan, drong met haar naar
Wij blijven de beperkte strekking
van de verzekering betreuren, evenals
het feit, dat de invaüditeits- en
ouderdomsverzekering niet in de
eerste plaats is ter hand genomen
maar afgescheiden daarvan hopen
wij dat de Staten-Generaal tot spoe
dige behandeling der besproken ont
werpen zullen besluiten, omdat er
dan geen voorwendsel meer zal be
staan om de verdere sociale wetten,
welke noodig en ten deele ook reeds
in voorbereiding zijn, langer uit te
stellen.
Ongetwijfeld zullen ook die weer
nieuwe lasten leggen op de schou
ders der werkgevers en dit komt ons
voor eene schaduwzijde te wezen
van alle sociale wetten. Die lasten
zullen hoogstvermoedelijk, wanneer
zij een zekere hoogte bereikt hebben,
de loonen drukken. Kon er een mid
del gevonden worden om den Staat
meer voor zijn rekening te doen ne
men, hetzij dan door meerdere be
zuiniging, waar op de staatsuitgaven
inderdaad zooveel te bezuinigen valt,
hetzij door uitbreiding van belastin
gen, waardoor dan toch in ieder ge
val het geheele volk in die kosten
zou bijdagen, die ook in het belang
van het geheele volk worden ge
maakt, al strekken zij ten behoeve
van den stand der werklieden
het ware, dunkt ons, wel zoo ver
kieselijk.
LXXXVII.
Scheveningen heeft zich weder tot
den langen winterslaap neergevlijd.
Het Philhartnonisch orkest, dat zoo
triomfantelijk het seizoen had inge
luid, zooals het nu al zoovele
jaren gedaan heeft het heeft het
seizoen wederom uitgeluid ook. Maar
het was geen treurmuziekTriom
fantelijk klonk ook nu de muziek
van dr. Kunwald's superieure orkest
en de groote concertzaal van het
Kurhaus had iets feestelijks, iets
prettigs door de enorme menschen-
volte en door de benauwende warmte.
Geen zitplaats was op ditatscheids-
concert onbezetmen stond langs de
wanden geschaard, leunde in nissen
en op vensterbanken, zat neergedo-
ken op traptreden, dames en heeren,
in avondkieedij. En men heeft den
daqkbaar buigenden dirigent en zijn
knappe musici geestdriftig gehuldigd
met kransen en davering van applaus,
waaraan geen einde scheen te ko
men. 't Erkentelijke publiek
overwegend Haagsch nu, daar de
vreemde gasten al zoo zoetjes-aan
vertrokken waren tegen 't seizoen
einde klapte zich de klamme
handen onaesthetisch rood om toch
vooral hartelijk afscheid te nemen
de deur, en geleidde haar naar de
straat voor het huis. Hier ademde zij
vrijer, zij gevoelde zich bevrijd en
verlicht. „Het was daar binnen ver
schrikkelijk."
„Ik bleef slechts, om naar Liesbet
te zien."
„Wil je weer naar binnen
„Neen, ik ben machteloos, zij
luistert toch niet naar goeden raad.
Doe gij nog eens uw best."
„Ik zou haar gaarne tot haar best
wil raden, want ik heb haar lief."
Grootvader zat met een paar an
dere mannen voor het huis in de
zon. Zij rookten uit korte pijpen en
spraken genoeglijk over land en
volk. Waar vader Kruse uit Haid
dorf heenging, had hij spoedig het
woord.
Hij zette uiteen, hoe jammer het
was, dat van hun schoone heide
nog zooveel onbebouwd lag. „Had
den wij maar hulp van deze regee
ring, dan zou nog menig dorpeling
zich hier kunnen vestigen en een
goëd stuk brood hebben,"
Allen luisterden gaarne naar hem
zij stemden toe, spuwden op den
grond en zeiden„Zoo is het."
van de spil waarom 't fatsoelijke
deel van zomersch Scheveningen
draait. Een afscheid.Maar ook een
„tot weerziens" 1
En nu is 't Kurhaus dicht, als dood,
en de andere groote gebouwen ook,
en de muziekjes in al de lichte café's
zijn gaan zwijgen en Scheveningen
is weer aan de Scheveningers terug
gegeven tijdelijk!
Wie nu, op een mooien dag
een dag van zon en herfctblauwen
hemel of van stormenden wind en
stuwende wolk-gebergten naar
Scheveningen trekt, die moet dat doen
om de zee 1 De zee, die in hef „sei
zoen" niet veel meer is dan een zeer
decoratieve achtergrond voor flanee-
rende en poseerende toiietten-weelde
maar die nu is hersteld in de eer
van haar geweldige majesteitde
zee die in haar met den hemel
saamvloeiende oneindigheid des zo
mers wat glimlacht en wat treurt en
wat zacht bewogen onverschillig is
voor het ijdel en ingebeeld gepraal
van menschelijke nietigheid aan haar
oever, maar nu zichzelve weer gewor
den is, groot en heerlijk.
Doch laat ik het voorbeeld der
badgasten volgen en de zee, althans
voor 't moment, den rug toekeeren.
Tragisch ik deed het al begrijpen
is het afscheid van Scheveningen
niet. Immers, met een variant op net
afgezaagde „le roi est mort, vive le
roizou men kunnen juichen „de
Scheveningsche pret is uit, leve de
Haagsche pret", want nu komt het
Haagje weer in zijn volle fleur van
stad voor uitgaande menschen. Dat
wordt nu weer opera, schouwburg,
concert, variété, bioscope, enz. enz.
Scheveningen rust uit om 't volgend
jaar weer frisch en monter zijn gas
ten uit de Hofstad en van verre te
ontvangen en te verwennen, maar de
Hagenaar weet van geen rust en van
geen uitscheiden. En er zijn in deze
stad helaas 1 had ik daar bijna ge
zegd gelegenheden te over om
zich te vermaken, 't Schijnt wel, dat
de spanningsgrens van 't uitgaan in
de Residentie niet te bereiken is Zie
maar eens aanWe hebben nu in
de Wagenstraat ai twee groote variété
theaters (Scala en Flora) en nu zijn
er alweer er ernstige plannen voor
een derde in dezelfde straat. Arme
Haagsche beurzen Arme Haagsche
magen 1 Kort geleden nog werd er,
ook al in de Wagenstraat een groot
café-concert geopend een biertje-met-
een-strijkje-zaak, die zoowaar ook al
menschen trekt alsof er nog niet ge
noeg muzikale biertjes in de stad
waren, op groote en op kleine
schaal, van deftig, minder deftig,
ondeftig tot zelfs zeer anti-deftig
karakter
In de Zeeheldenwijk of aan den
Scheveningschen weg, in de richting
Toen grootvader de beide jongelui
uit de herberg zag komen, kwam hij
naar hen toe. Zij schudden elkaar
de hand. „Om zeven uur rijden wij
af, Marietje. Ik houd niet van in
den laten avond naar huis te gaan."
„Het is even over zes," zeide
Fedor, op zijn horloge kijkend. „Laten
wij nog een stuk langs de beek
loopen, Marie, dan zal je wel weer
opknappen."
Zij volgde hem gaarne Het was
een mooie lenteavond. De zon stond
nog helder aan den blauwen hemel
en de vogels zongen in het struik
gewas, toen zij tusschen tuinhagen
door naar het pad afdaalden, dat
hier en daar door wilgen begrensd
naar de beek voerde. In beider harten
brandden en woelden pijnlijke ge
voelens.
De jonge hulpprediker was zich
zijn aandoeningen meer bewust dan
het meisje, en was smartelijk be
droefd, nu Liesbet weer zoo licht
zinnig, ijdel en wispelturig bleek.
(Wordt vervolgd.