- 5,-;
- 6,-
ÏLLING
COUPONS,
JE3,
CHANGE.
Offie®.
S C H a f T.
ferschijnt dagelijks^ uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
Poorten.
ïf. Jacobsfr. H,
iiNNBNLAND,
esevende
if Sinour'eP hij half ongedul-
h.da idend. „Rust maar eens
LVullen wij weer opnieuw be-
AVE.
pio 237.
et Militair Hospi.
daartoe gemach-
>ng van hei De.
og, 26 September
3, maakt bij deze
October 1910,
twaalf ure i„
taal te Vlissin-
48e Jaargang.
1910.
Jden voor het
parfumerieën
Aanbevelend.
tstekend op de
aall Business,
en als chef. Die
n voorzien zijn,
ur.
tngd salaris en
der stipte geheim-
Bureau dezer
ERS.
"elefoon 125.
GELD.
Zaterdag
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts f weemaal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
in Wollen Dekens
Kledingstukken,
:t Militair Hospi-
edurende het tijd-
■i 1911 tot en met
45.
en omtrent voor
aantal der goede-
■alis worden ver-
pitaal voornoemd
den Chef.
voornoemd,
P. ZIEGELER,
gst van de nieuw-
Ia, Sierspelden
étalage.
strengen.
uw haar met Dr.
poopoeder, 15
Verhooging oorlogsbegrooting,
lij ontleenen aan de memorie van
Lord op het voorloopig verslag
ijtveede Kamer, dat de minister
L afdoend gunstig antwoord kan
Lop de vraag, of de fanfarecorp-
'die bij het 9e, het 10e en het 11e
jent infanterie bestaan, voldoen,
jinochthans het voornemen bestaat
ja korpsen voorloopig ongewijzigd
tijndhaven, vindt zijn oorzaak in
kosten, welke met hun ver
ging tot harmoniekorpsen gepaard
An gaan.
aanleiding van het geopperd
ld om de verbintenis der mi
jt muzikanten zoo in te richten,
bun de vrijheid zou worden ge
il bun medewerking te weigeren
concerten, welke op Zondag wor-
i gegeven, verklaart de minis^s,
|i ioo iemand verstandig zal dm^jj
rich niet aan een militaifc of een
cl orkest aan te sluiten. Hét gaat
san, ter wille van een enkele,^ die
tori gemoedsbezwaren te hebben
die daarenboven door niets ge-
ingen wordt om zijn overtuiging
ild aan te doen, een regeling te
en, welke feitelijk zou neerkomen
den ondergang der militaire mu-
Militaire berichten.
De tweede luitenant C. de Ruijter
u het 3e 'reg. inf. te Middelburg,
uil morgen ontheven van zijn
lacheering bij het regiment genie-
spen te Utrecht.
De ie luitenant J. F. Wichman is
wnd tol adjudant van het le
1.3e reg. inf. te Bergen op Zoom.
Statenverkiezingen Den Haag.
gisteren te 's Gravenhage
[talen verkiezing voor de Provin-
ÜiStaten (vacature dr. Lely) wer-
W-
1
BURG.
VRIJDAG van 1
pa-k'30, V lis-
t O,50
- 0,55
- 5'6Ü
:1. - 1,80
Engels^ -
uitend
—O—
I ^kaamde zich, het deed haar
i zoo ongeschikt te zijn. „Ik ver-
li J,' 'e' laat m'j 'k kan het
ljn bekende klopte hem op den
Cr' vr°eg, lachte en trok hem
Jij zat alleen, zijvoelde zich
Icti ,L e.n dachtwaren wij nu maar
t( !s' Naast haar in den hoek
Hdew" boerin, d'e ste,'k naar
'j11 r°ok, de stoel aan haar
tónt,was lees-
hlliil Marie," zeide een
kii mannenstem, en Fedor
dat je hier alleen was, en
TELEFOONNUMMER 10.
den uitgebracht 13,920 geldige stem
men. De volstrekte meerderheid was
dus 6961 stemmen. De heerS. J. van
den Bergh (nat. hist.) verkreeg 3461
stemmen, de heer E. Deen (v.-d.) 7499
stemmen, de heer K. ter Laan (S. D.
A. P.) 2960 stemmen. Gekozen is dus
de heer E. Deen (v. d.).
Aan de „Asser Ct." wordt gemeld,
dat er thans ook opgave wordt ge
vraagd van de kerkelijke gezindte
der hulpbestellers en hulppostboden.
Vervoer van rijwielen.
In verschillende bladen wordt
medegedeeld, dat na 1 Januari de
bepalingen omtrent het vervoer van
rijwielen per spoor in dier voege
gewijzigd zullen worden, dat de
reizigers zelf hun rijwielen naar en
van de bagagewagens zullen moeten
vervoeren, een systeem dms, zooals
in België en gedeeltelijk* ook jn
Duitsctilapd bestaat, tot groot on
gerief van het rpizend publiek.
^"-•JA/ij kunnen gelukkig mededeelen,
(3% dit bericht onjuist is, wat de
Hollandsche Spoor betreft. Deze
maatschappij zal het uniform-tarief
van f 0,20 handhaven zonder eenige
bezwarende bepaling.
Wat de Staatsspoor zal doen, is
nog niet met zekerheid bepaald. Zeker
bestaat het v»ornemenf de thans
geldende bepaling&n te wijzigen. Wij
meenen echter reden te hebben, om
te verwachten, dat het niet zoo erg
zal zijn als men uit de couranten-
berichtèn zou opmaken. Het Bonds-
bestuur blijft in dezen diligent.
Het Leger des Heils.
Van het hoofdkwartier van het Leger
des Heiis te Amsterdam ontvingen wij
een brochure, getiteld „Uit de Diepte",
waarin een uitvoerige beschrijving
gegeven wordt van den arbeid van
het Leger. Deze brochure is uitgege
ven in verband met de nationale aan
vrage, die dit jaar zal gehouden wor
den van 22 October tot 5 November,
welke tot doel heeft het bijeenbrengen
van de noodige gelden voor de in
standhouding en uitbreiding van het
werk van het Leger ues Heils.
Een handschrift van De Ruyter.
De heer J. F. L. de Balbian Verster
heeft het geluk gehad, de hand te
leggen op een oorspronkeüjken brief
van Michiel Adriaanszoon de Ruyter,
waarvan het facsimile is opgenomen
in het tijdschrift .Buiten."
Ongetwijfeld heeft men hier een
geheel eigenhandig schrijven van den
grooten admiraal. De schrijver heeft
tiet met een der authentieke brieven
kunnen vergelijken. Alleen de eerste
regel met grootere letter is van an
daar ik
„Kijk eens, ben jij daar ook,
neef?" riep Hendrik toeloopend. „Je
danst toch niet. Marie behoort ook
aan mij. Kom I"
„Je hebt gezien, Hendrik, dat ik
niet dansen kan."
„Dan moet je het juist ieeren."
„Maat dat gaat niet."
„Ach, komhij greep haar bij
den pols en wiide haar meetrekken.
„Laat mij laat mijje weet
toch, ik wil niet
Fedor kwam er tusschen en zei
„Wees niet ruw, Hendrik."
„Wat heb jij daar mee noodig, zij
is de mijne
„Oh, ho nog lang nietriep
zij verschrokken.
„Ben ik je misschien niet knap
genoeg Heb je een afkeer van
me?" knarste hij.
„Ja," zeide zij trotsch, zonder na
te denken. Hij draaide zich op de
hielen om en snelde wegmet de
ellebogen baande hij zich een weg
door de menigte.
„Je hebt hem diep gekrenkt,
Marie."
„Dat kan wel ik hoe durfde
Abonnemenis-Aduerfenfiën op zeer ooordeeiige uoorioaarden
dere hand. Vermoedelijk lagen der
gelijke stukken gereed, zoodat De
Ruyter zelf den eigenlijken tekst kon
schrijven, na dien eersten gecaliigra-
pheerden regel.
Op het cachet in den linker be
nedenhoek is het wapenschildje met
den ruiter en de kapitale ietter M nog
duidelijk te onderscheiden.
Wat den inhoud van den brief
aangaat, doelt deze op een krijgsge-
beurtenis uit 1654, in welk jaar de
vrede met Engeland te Westminster
gesloten werd.
In her voorjaar van hetzelfde jaar
zeilde De Ruyter met vijf oorlogs
schepen uit Texel, met last om 14
koopvaarders naar de Middeüandsche
Zee te geleiden, of, zooals het in den
stijl dier dagen heette, „te convoy
eeren naar de Straet". De Ruyter
voldeed aan zijn opdracht en maakte
een kruistocht, waarop hij ongeveer
een maand voor Livorno bleef liggen,
om daarop de verschillende andere
havens aan te doen. Toen verzeilde
hij ook naai Salee, het bekende
roofnest der Barbarysche piraten.
Herhaaldelijk trad hij krachtig op
tegen deze en ook tegen Fransche
kapers, die Hollandsche koopvaarders
bedreigden of reeds, hadden vermees-
terd. In November is hij toen, met
zijn vijf schepen en 11 koopvaarders
in Texel teruggekeerd.
Het testimonium zelve luidt dan
lek Michiel De Ruytter, Vice-Ad-
miraal in dienste van de Eed. Groot
mogende Heeren Staeten van Hol
land! en Westvriesiandt etc., onder
resort van de Eed. Mo. Heeren, de
Gecommitteerde Raeden ter Admira-
liteyt van Amstelredam, Verciaere bij
desen, dat den Eerw. ende welge
leerden Nicolaes Muleiius in quali-
teijt als Predicant op mijn schip en
onder hebbende esquadre van Vyff
Schepen, op den laatsten toght en
Convoije vande Schepen inde Straat,
offensive er.de defensive gevairen,
sich indeselve quaiiteijt gansch wel
heeft gecontpo teertondert Volek.
aant een Schip naet onder varende,
goede Predicatien, Stichtingen ende
onderwijsingen gedaen, leerende, ver-
menende en troostende nae tijts ge-
legentheijt den gesonden ende siecken
seer naarsteiijck, met goeden ijver en
genegentheijt betrachtende sijnen
dienst, met modest en eerbaar leven.
Immers sich sulex gequeten, dat ick
sijner en sijn doen, alsnoch niet
alleen bedancke, maar van t' selve
sijn roembaeren dienst endebvoirdit
getuijgenisse geve. En in oirconde
vandien dese met mijn eijgen Handt
onderteekenct, en met mijn cachet
bekrachtight, desen 20 January Ao
MVIc vijffenvijftich.
In Amsteiredam. Michiel Adr. Ruyter.
Het schrijven is echter ook merk
waardig omdat het een bijzonder
hij zoo spreken, alsof hij mijn heer
en meester was ik gaf hem daar
geen recht toe
Zij zwegen, beiden in gedachten
verzonken. Fedor sloeg Liesbet gade,
die, in Ohikes armen aan niets scheen
te denken dan aan dansen en haar
danser.
„Vergeef mij," zei hij plotseling,
„ik moet even naar Lieze gaan, en
haar waarschuwen voor den losbol,
waarmee zij onophoudelijk danst."
Marie knikte, en hij drong door d.:
menigte naar het paar.
„Jij hebt de schoone Marie," ant
woordde Liesbet. „Je maakt haar zeifs
van onzen Hendrik afkeerig
„Lieze, denk beter na
„Ach wat ik weet het wel
iaat mij dansen I"
Terneergeslagen keerde de hulp
prediker terug.
Marie was ondertusschen opnieuw
opgewonden geworden. Aan den in
gang van de zaal leunde de agent
Miiller. Zij bemerkte, dat hij haar
gade sloeg. Koesterde hij verdenking
juist wilde Hendrik hem voorbij
stormen, Miiller hield hem vast, zij
spraken met elkaar, en Marie zag
licht werpt op De Ruyter's opvatting
over het ambt van een vlootprediker,
wat genoemde Nicolaes Mulerius
blijkbaar is geweest. Ten deze schrijft
Gerard Brandt o.a. dit:
„Den dienst en den Dienaaren des
Goddelyken woordts was hy zeer
geneegen, besteedende, gelijk gemeldt
is, twee van zijne dochteren aan
Predikanten, en niet konnende iyden,
dat men hen kleen achtte, of quaaiyk
bejegende. Doch hem mishaaghde
ten hoogsten, als ze zich met andre
zaaken dan hun ampt bemoeiden,
of eenige onbescheidene vrymoedig-
heit gebruikten. Ook meinde hy, dat
de kerkelyke heerschappy, en opper
hoofdigheit onder de kerkelyken,
onder wat tytel die moght zyn, voor
de kerken van Nederlandt schaadeiyk
en verderfflyk was."
In zijn „Geschiedenis van het Ne-
derlandsche Zeewezen", vertelt mr. j.
C. de Jonge, dat volgens den artikel
brief ieder bevelhebber was gehouden
eiken morgen en avond God in het
gebed te doen aanroepen, en op ge
zette tijden het heilige woord te doen
voorlezen, met last om degenen die
zich daarbij oneerbiediglijk gedroegen
strengelijk te doen straffen. Daartoe
en tot het bijstaan der zieken, ge
wonden en stervenden, was op elk
schip een ziekentrooster, gemeenlijk
dominé geheeten, geplaatst en op de
schepen van al de hoofd- of vlagoffi
cieren een predikant of leeraar, die op
den dag des Heeren, gewoonlijk op het
schip dier bevelhebbers,doch ook som
wijlen op dat van een of ander kapitein,
een gepaste leerrede hield. Alvorens
tot het leeraarsambt op de vloot te
worden toegelaten, werden zoodanige
predikanten door de Classis behoorlijk
onderzocht, of, zoo zij proponenten
waren, gelijk meest het geval was,
werd hun eerst door de Classis een
examen afgenomen en zij daarna in
den heiligen dienst bevestigd.
"IaxIhahp mm:'~
De arbeider P. Stienstra aan den
Ringdijk bij Halfweg kan zooals
wij reeds meldden niet klagen
over gemis aan huwelijkszegenin
15 maanden is hij vader geworden
van 5 kinderen. Eerst kreeg hij drie
lingen en nu bracht de ooievaar hem
weer twee welgeschapen zonen.
Zulk een zegen heeft, dunkt me,
het eerste oogenblik wel iets ver
bijsterends. De moeder dier vijf
kleinen heeft er zeker de handen aan
vol. Misschien zou zekere mijnheer
haar van dienst kunnen zijn, die in
een der bladen de volgende adver
tentie plaatste Een heer, ongehuwd,
36 jaar, geheel onafhankelijk, zoekt
tot tijdverdrijf een werkkring.
Waarlijk, in dat gezin kan de man
duidelijk, dat over haar gesproken
werd. Haar hart begon vreeselijk te
kloppen- Groote God, misschien
vroeg hij aan Hendrik, of zijn Ber-
iijner nicht ook de weggeioopen
jonge vrouw zijn kon, die hij moest
vasthouden en weer naar haar man
terug brengen Hoe moest zij steeds
naar" dien gevreesden man kijken, die
steeds haar aankeek en daarbij de
rossige knevels krulde.
Weinig sprekend en innerlijk voi
zorgen zaten Marie en Fedor en ke
ken naar den stroom der voorbij-
gaanden. Dirk en Lodewijk kwamen
aanloopen en wilden met Marie
dansenzij bedankte, zij had reeds
hun oudsten broeder weggestuurd.
Nog andere jonge mannen vroegen
haar ten dans, maar zij wees ze af.
Zij zou graag weggegaan zijn, maar
zij vertrouwde zich niet alleen onder
die menigte, en Fedor scheen een
oogje op Liesbet te willen houden.
De boerin aan den anderen kant
van het meisje knikkebolde en snorkte.
De paren dwarrelden onophoudelijk
voorbij en gunden de muziek geen
rust. Het stof vloog in wolken om
hoog en verduisterde het daglicht
zijn tijd wel „verdrijven". Zou de
ongelukkige of gelukkige wat moet
ik zeggen die met zijn tijd geen
raad wast, nooit aan trouwen heb
ben gedacht Of is hij misschien
te schuchter om zich te presenteeren
ais huwelijkscandidaat en doet hij
het nu langs een omweg op deze
manier 't Beste is, dat hij maar
aviateur wordt, hij heeft dan wat te
doen, kan veel geld verdienen, als
hij wi! en trekt dan meteen de aan
dacht en de bewondering der dames.
De krachtmensch, die te Rotterdam
zijn leven waagde met vliegen, werd
overladen met billets doux
(minnebriefjes) \an dames.
In de oudheid gladiatoren en wa
penmenners. In Spanje de toreros.
In Amerika de krachtpatsers uit het
worstelstrijdperk. In de Opera Lhérie
zaliger en de Marcoux-taarljes. In het
orchest de violisten-hypnose. Waarom
niet de aviatuur-^x-straatmaker op
zijn beurt
Intusschen blijft bet maar een
gevaarlijk werkje, dat vliegen. Wat
al slachtoffers weer in den laatsten
tijdOok instinct. De verloofde van
Poiilet, den te Chartres verongelukten
vlieger, een 21 jarig meisje, heeft zich
op diens graf te Parijs doodgeschoten,
na te voren voor het laatst bloemen
op den grafsteen gestrooid te hebben.
De luchtvaarders zijn de jonge ver
overende helden van onzen tijd,
zwevend tusschen triomf en drama
en ze zijn bemind als veroverende
helden tot in den dood.
Zij vinden meer waardeering bij
het publiek dan de automobilisten.
Ten opzichte van dezen gedraagt men
zich niet altoos vriendelijk en 't moet
gezegd, dat dezen de „kilomeier-
vreters" onder hen 't ook lang
niet altijd ten opzichte van het publiek
doen. Daaront mag het wel als een
merkwaardigheid vermeld worden,
dat een automobilist, die talrijke
malen door de gemeente Eemnes rijdt
met zijn auto's, aan den burgemeester
t 100 heeft doen toekomen, om hier
voor de schoolkinderen een aange-
namen dag te bezorgen en dat als
blijk zijner waardeering voor de wel
willende houding, welke steeds door
de inwoners, jong zoowel als oud,
jegens automobielrijders wordt in
acht genomen. Die som zal zeker
even dankbaar zijn aanvaard ais aan
geboden. Minder dankbaar toonde
zich de kerkeraad der Gereformeerde
gemeente te Rouveen, gem. Stap
horst. Hem was gelegateerd een sont
van f 1500 door een gemeentelid
voor de aanschaffing van een orgel.
Dit legaat is geweigerd, omdat
de erflater door zelfmoord aan zijn
eind is gekomen. Niet alien nemen
met die beslissing genoegenzij
meenen, dat de kerkeraad tegen een
orgel is, als zijnde te weretdsch, en
juichkreten, gelach, hard geschreeuw
en stampen vervulden de ruimte.
Toen Hendrik in zijn kwaadheid
den agent wilde voorbijsnellen, hield
deze hem vast.
„Zeg eens, mijnheer Beerman. Uw
nicht, dat schoone meisje zeg mij
eens in vertrouwen, heeft zij geld
Ze kijkt verduiveld veel naar me,
dat ziet geAl moet een jonggezel
in dienst ook een ongevoelig hart
hebben, toch wii hij in zijn vrijen
tijd ook zijn deei van het aardsche
geluk smaken. Een politieman is toch
ook een mensch
juffrouw Liebreich is zoo arm ais
een kerkrat," stootte Hendrik uit.
„Ach, dat is jammer voor zoo'n
mooie juffrouw I"
„Wat een gemeene kerel, I" dacht
Hendrik. Om niet grof te worden,
rende hij weg. Daar zat hij nu bij
het raam van de gelagkamer met c,e
hand onder het hoofd bij een hoop
drinkende, spelende en lawaaimaken
de mannen, hij hoorde en zag niets,
maar liet zich grog brengen, die hij
haastig opdronk.
(Wordt vervolgd.)