1 «IS Kill
30 Juli.
Zaterdag
Feuilleton.
¥AM iir.lt 1M OP OEI 1M.
No. 177
1910.
binnenland.
48e J aar $rang.
VLISSINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
flbonnements-Hduertentiën op zeer uoordeeiige uoortuaarden
President Faiilières in Nederland.
Van 3 tot 6 Augustus komt te Rot
terdam het Fransche opleidingsschip
der marine „Bougainville", terwijl
alsdan per eigen stoomjacht eve»eens
verwacht wordt de president der
Fransche republiek, de heer Faiilières.
Met de salonboot „W. F. Leemans"
van de maatschappij Fop Smit en Co.
zal door president Faiilières en de of
ficieren der „Bougainville" een water
tochtje worden gemaakt naar den
Moerdijk.
Ziekteverzekering.
De Haagsche briefschrijver van de
„Zaanlandsche Ct.", hoewel ingeno
men met het ontwerp-arbeiders-
ziekteverzekering, noemt eenige be
zwaren er tegen.
De verplichte deelneming wordt
door het regeeringsvoorstel niet al
gemeen talrijke categorieën zijn uit
gesloten; daaronder werklieden, die
een loon genieten, lager dan het bij
de wet bepaalde minimum en voor
deze iaatsten iijkt een voorziening in
de eerste plaats noodig. De voor
dracht gaat wel uit van het beginsel
der verplichte verzekering, maar hinkt
toch op twee gedachten, ook waar
zij de ziekteverzekering beperkt tot
een geldelijke uitkeering en niet te
vens de geneeskundige behandeling
laat omvatten. Deze blijft, zoo de
verzekerde dit wil, geheel overgelaten
aan de bestaande of nieuwe zieken
fondsen. Een goede, algemeene rijks
verzekering behoort in de plaats te
treden van den arbeid der zgn. zie
kenbussen, begrafenisfondsen en der
gelijke. Geen samengaan van dwang
en vrijwillige verzekering.
Een andere ernstige leemte is deze.
Wat de minister ziekteverzekering
noemt is inderdaad niets anders dan
een tijdelijke uitkeering van zieken
geld, d. i. van het vermoedelijk te
kort aan ontvangen loon, door ziekte
berokkend. De regeling, die noch
geneeskundige behandeling, noch
begrafenisgeld omvat, lijkt waarlijk
geheel onvoldoende. Een goede ziek
teverzekering, waarbij de arbeidende
stand wezenlijk baat vindt, zal on
afwijsbaar moeten voldoen aan den
eisch van afdoende en voor 't geheel
te voorzien in de nooden, die door
ziekte in het gezin van den werkman
ontstaan: genees-, heel- en verlos
kundige hulp, verpleging in of buiten
't gezin en aan eenigszins met de be
hoeften overeenkomende eischen van
levensonderhoud dergenen, die door
de ziekte werden versloken van hun
inkomsten. En daar heeft 't ontwerp
van minister Talma niets van. Het
geeft eenigen bijslag voor 't derven
van loon, maar behalve dat zieken
36.)
Als ware hij zoo licht als een jong
kind tilde Philip den blowlenden
Chung op, en door Percy geholpen,
oroeg hij hem naar het rijtuig, waar
hij hem zacht op de achterbank legde.
Dm niet hinderlijk te zijn, was Percy
sen paar schreden teruggegaan. Van
deze gelegenheid maakte de bandiet
jj" de mijndistricfen gebruik om, over
fen Chinees gebogen, hem toe te
fluisteren :john Chinaman, ik behoor
tot de schurken, die u vervolgden,
maar ik was opgehitst door den ver-
toeilijksten leugenaar, die ooit de
waarheid verkrachtte. Wel heb ik tot
de vervolging meegewerkt, maar ik
heb u met geen vinger aangeraakt,
om u leed Ie doen. En toch is het
mij als had ik op een braaf mensch
een moord gepleegdik heb u immei
als een rechtschapen, eerlijk man
geld laat het den armen of behoefti-
gen kranke en de zijnen aan hun lot
over. Het is een schijnvoorziening.
En dan nog een van zoo beperk
ten aard, dat alleen de verzekerde
arbeider persoonlijk voor ondersteu
ning in aanmerking komt bij ziekte,
niet ook, wanneer vrouw of kind
aan 't ziekbed gekluisterd wordt en
de uitgaven van liet gezin daardoor
evenzeer toenemen in een inate,
waartegen zijn inkomsten niet zijn
opgewassen. Deze beperking van de
ziekteverzekering is misschien wel
haar allerzwakste zijde.
Ned. Onderw. Genootschap.
Te Arnhem wordt de jaarverga
dering van het Ned. Onderwijzers
Genootschap gehouden. Om 11 uur
werd gisteren het hoofdbestuur met
de gasten op het raadhuis ontvangen,
waar de burgemeester hen hartelijk
welkom heette in Gelderland's
hoofdstad. Volgens begaf men zich
naar „Musis", waar een tentoonstelling
van leermiddelen werd bezichtigd, en
om haiftwee kwamen de afgevaardig
den bijeen in de „Nieuwe Gdffee'rt-
zaal", waar de voorzitter van de afd.
„Arnhem" het welkom uitsprak en
vervolgens de hger Th. Tancée,
voorzitter van het: „N. O. G.", de
openingsrede hiëïch-?
Spreker stond uitvoerig stil bij de
ergernis, in vele kringen gewekt door
de bekende redevoering, in de Kerst
week in de vergadering van den
Bond van Ned. Onderwijzers uitge
sproken. Spr. keurde met nadruk deze
woorden af, die vooral den tegen
standers van het Op. Onderwijs een
scherp wapen in de handen gaf, en
ook de verwijdering tusschen „N. O.
G.," en „B. v. N. O." des te grooter
maakte. De voorzitter kwam dan ook
op tegen de redeneering van den
Bond (vooral de socialisten daarin)
alsof men tegenover het koningspaar
even neutraal (leesonverschillig)
moest zijn als bijv. tegenover een re-
publikeinschen regeeringsvorm, wel
ken wij niet hebben. En het ge
volg is geweestaan banden leggen
van den Ned. onderwijzer; getuige
Amsterdam en Rotterdam, welk op
treden spr. afkeurde.
Spreker wees verder nog op eenige
gelukkige verschijnselen in de onder
wijzerswereld het werk van den
Ned. Bond voor Lich. Opvoeding e.a.
en vestigde vervolgens de aandacht
op het thans verschenen „Ineenscha-
lingsrapport." Met een opwekkend
woord verklaarde hij daarop de ver
gadering geopend.
Aangenomen werd een voorstel
van 't hoofdbestuur, in het reglement
van het weersfandsforids, waarbij be
paald werd, dat een der leden van
het hoofdbestuur uit zijn midden
wordt benoemd. De vier andere leden
leeren kennen, John Chinaman 1
Ach ik moet mij verwijderen Gauw,
John Chinaman geef me de hand
en zeg dat je mij vergeeft. Gauw,
gauw Dokterriep hij Percy toe,
de arme man ligt nog niet gemakkelijk.
De dokter snelde naar de andere
zijde van het rijtuig en opende het
portierhij zag dat Fo Chungs hand
in die van den forschen man rustte,
die kort tevoren hem den uitgang
door het venster belet had en hoorde
Fo Chung met moeite stamelen
- Alles is nu goed Om der wille
van het meisje had ik nog meer
willen lijden. Allen vergeef ik. Mijn
Lucile is niet langer stom.
Zijn hand zonk langs zijne zijde
neer. Philip verwijderde zich van
het rijtug, en met de teederste zorg
waakte Percy voor den gewonde.
Waarheen vroeg de koetsier,
toen ook Lucile en haar ouders in
het rijtuig hadden plaats genomen.
Naar mijn huis riep Waidbeck
dringend, ik wil de beschermer mijner
dochter zelf verplegen.
Percy nam naast den koetsier op
den bok plaats, en het rijtuig ver
wijderde zich langzaam.
worden verkozen voor den tijd van
8 jaar; om de twee jaar treedt een
lid af, dat niet herkiesbaar is.
Een bedrag van f 100 werd toe
gestaan voor het compleleeren en in
goeden staat houden van boeken en
het aanschaffen van nieuwe werken
voor de Peadagogische Bibliotheek.
Waalwijk stelde voor, dat de ver
gadering het hoofdbestuur opdraagt
een zooveel mogelijk volledig onder
zoek in te stellen naar de werking
van de wet-Kuyper. Het hoofdbestuur
is reeds in deze richting werkzaam
geweest en aanvaardt deze opdracht,
waarmee de vergadering haar instem
ming betuigt.
Hilversum stelt voor, dat het
hoofdbestuur er bij de regeering op
aandringe in de wet op te nemen
de volgende bepalingwanneer aan
een school met niet meer leerkrach
ten dan de wet eischt, door vermin
dering van 't aantal leerlingen, één
of meer leerkrachten op wachtgeld
kunnen worden gesteld, betaalt het
rijk bij de handhaving van één of
meer dier leerkrachten ais subsidie
60 pCt. van het salaris van een dier
leerkrachten.
Amsterdam stelt voorHet rijk
keert 60 pCt. uit van het salaris der
onderwijzers, welke boven het bij
de wet verplichte aantal aan een
school werkzaam zijn.
Het hoofdbestuur stelt voor te
lezen Het rijk vergoedt 60 pCt. van
het salaris der onderwijzers, waar
voor het nu f 260 uitkeert.
Na eenige discussie neemt Hil
versum het amendement-Amsterdam
over, waarna Amsterdam het amen
dement van het hoofdbestuur over
neemt, dat daarna wordt aangenomen.
Aangenomen werd een voorstel-
Hoogeveen, bij de regeering aan te
dringen op het openen van cursussen
in verschillende deelen van ons land,
om de onderwijzers bekend te maken
met bewegingsspelen.
Eveneens aangenomen werd een
voorstel-Waalwijk, waarbij de ver
gadering het hoofdbestuur opdraagt,
een commissie te benoemen, die een
onderzoek zal instellen naar de
mogelijkheid van toepassing van het
Mannheimer stelsel in de Neder-
iandsche scholen, geamendeerd door
Amsterdam, dat dit onderzoek zal
geschieden in samenwerking met
zustervereenigingen.
Opgedragen werd aan het hoofd
bestuur, een commissie samen te
stellen, belast met het onderzoek
naar hetgeen hier te lande wordt
gedaan aan het onderwijs van zwak
zinnige kinderen, voor wie meer per
soonlijke leiding noodig is; eveneens
een commissie te benoemen, die de
regeling der personen in studie zal
nemen en voor de volgende alge
meene vergadering
doen.
voorstellen zal
HOOFDSTUK VIII.
Om de rust van den gewonde
niet te storen en niet op nieuw zijn
geleiders te verschrikken, onthielden
de omstanders zich van alle luid
ruchtige betuigingen en oogden
zwijgend het rijtuig na. Maar nauwe
lijks was het uit hun oogen verdwe
nen, toen een dof gedruisch onder de
volksmenigte werd vernomen en lang
zamerhand tot een nieuwen storm
aangroeide. Men onderzocht en vroeg
naar de aanieggers der schandelijke
daad, naar de personen die met
allerlei listen en lasterlijke aantijgin
gen de volkswoede tegen een niet
alleen onschuldig, maar zelfs braaf
en rechtschapen man hadden opge
wekt. Men hield het oog op ver
scheidene personen, die zich uit het
gedrang trachtten te verwijderen. De
een meende dezen als den opruier
te herkennen, een andere wilde genen
er voor houden. Nog stond alleen
het beeld van de door doodsangst
gefolterde schoone danseres voor den
geestnog scheen in aller oor de
doordringende kreet te weergalmen,
die het duidelijkste bewijs was, dat
Middenstand.
Gisteren vergaderde te 's Graven-
hage de Staatscomn.issie voor den
Middenstand iri het geoouw van de
directie van den landbouw. Behandeld
werd een concept-wetsontwerp hou
dende maatregelen ter bevordering
van contante betaling. Aangezien hier
mede de verschillende onderwerpen
welke bij de commissie aanhangig
waren, zijn afgehandeld, besloot de
commissie haar verdere werkzaam
heden op te schorten tot na de ver
schijning van het rapport der enquête
commissie.
Herhalingsoefeningen.
De minister van oorlog heeft, op
grond van het Kon. besluit van 6 dezer,
bepaald, dat de tot de lo en 2o mi-
trailleurafdeelingen behoorende ver
lofgangers der lichtingen van 1905,
1907 en 1909 in 1910 onder de wa
penen moeten komen en met groot
verlof moeten worden gezonden op
„de volgende data
Die der 1ste mitrailleurafdeeling
(lichting 1905) op 5 September en 30
September a.s.die der 1ste mitrail
leurafdeeling (lichting 1909) op 3
October en 28 October; die der 2de
mitrailleurafdeeling (lichting 1908) op
3 October en 28 Octoberdie der 2de
mitrailleurafdeeling (lichting 1909) op
7 November en 2 December.
Huisvlijttentoonstelling.
Gisterenochtend bezochten de mi
nisters van oorlog en van marine, mei
hunne adjudanten, de huisvlijttentoon
stelling te Scheveningen, waar zij
ontvangen werden door den heer Deen,
bij afwezigheid van den voorzitter.
Voorts door de heeren van Haatten,
van der Mandere, secretaris-generaal
der tentoonstelling, en den heer van
Es, president der koloniale afdeeiing.
De ministers bezochten zeer lang
durig de tentoonstelling en toonden
o.a. veel belangstelling voor de mili
taire inzending en de inzending van
de opleidingsschool te Hellevoetsluis,
alsmede voor de buitenlandsche in
zendingen. In de bestuurskamer wer
den de ministers ververschingen aan
geboden.
Voorts bezochten de tentoonstelling
Sir George Buchanan, Engelsch gezant
te Scheveningen, met zijne echtge-
noote en lord Acton, le secretaris
der Britsche legatie, die vooral zeer
veel belangstelling aan den dag leg
den voor.de inzending der „Scottish
home industry."
Opzichter Waterstaat Ned.-lndië.
Ter beschikking van den Gouver
neur-Generaal van Ned.-lndië kunnen
het gemis der spraak volstrekt niet
het gevolg eener gruwelijke vermin
king was en met steeds toenemende
verbittering verlangden de over hun
eigen lage handeling ontstelde ge
moederen zich te wreken op dege
nen die hen er toe hadden aange
vuurd; men wilde hen doen boeten
voor hetgeen men aan den Chinees
en zijn beschermeling misdreven
had, hun bloed moest de schande
uitwisschen, na de smartkreten van
een erbarmelijk vermoorde met af
grijselijke spotternij beantwoord ie
hebben. Opnieuw ontstond een vree-
selijk tumult, een schel gefluit en
gegil galmde door de straten, toen
eensklaps een enkel persoon door
zijn luide en op trillenden toon ge
uite uitroepen de aandacht tot zich
trok en een zekere doffe stilte ver
oorzaakte.
Aller blikken werden op den man
gericht die met over elkander geslagen
armen op de bovenste trede van den
stoep des schouwburgs stond van waar
hij over de dreigend golvende menigte
rondzag.
Velen herkenden in hem dengene
die bij het in het rijtuig plaatsen van
worden gesteld, om benoemd te wor
den tot opzichter bij den waterstaat
en 's lands burgerlijke openbare wer
ken in Ned.-lndië, personen die met
voldoenden uitslag het examen hebben
afgelegd voor opzichter bij den rijks
waterstaat in Nederland en practisch
ontwikkeld zijn.
Zij die voor plaatsing in aanmerking
wenschen te komen, behooren zich,
bij gezegeld adres, te wenden tol het
departement van koloniën.
Nadere bijzonderheden bevat de
„Stct." no. 175.
De Amsterdamsche begrooting.
Op de gemeentebegrooting voor het
jaar 1911 zal geen belastingverhoo-
ging worden voorgesteld.
Bovendien schijnt het dit jaar niet
noodig te zijn, zoozeer te bezuinigen
als het vorige jaar.
Althans voor twee plannen waar
van de uitvoering verleden jaar te
kostbaar werd geacht, nl. den aan
leg van een plantsoen op het Jonas
Daniël Meijerplein en de bijtrekking
van de oude Oosterbegraafplaats
bij het Oosterpark zijn op de nieuwe
begrooting de benoodigde gelden
uitgetrokken.
Regen, regen, alie dagen regen
Althans in mijn buurt, misschien is
het bij U beter, lezers, ik hoop het.
't Is bij ons zoo nat, dat men er
landziekig van zou worden. En dat
hebben we nu, zeggen de menschen,
te danken aan Sinte Margriet, die het
op haar naamdag liet regenen, en als
ze dat doet, dan regent het zes we
ken achtereen, 't Begin is goed, dus
dat belooft wat. Ik wil mij echter
door die „voorteekenen" maar liever
niet uit mijn humeur laten brengen
en het voorlooptg nog maar houden
met den ouden tuinman, van wien
ds. Laurillard vertelde. Dominé vroeg
aan den ouden tuinbaas, die van 't
weer veel ervaring had, of 't praatje
eenige waarheid inhield. „Och do-
miné", was het antwoord, „mijn on
dervinding isregent het op Sinte
Margriet, dan regent het zes weken
heel veel, heel weinig of heele-
maal niet". Mij dunkt, die oude weer
kenner had het nog zoo heel mis
niet. Intusschen, wij zitten nu maar
met en in die nattigheid. Er is al een
poëet opgestaan, die zich gestemd
gevoelde „natte tijden" te bezingen
en uit zijn lied blijkt, dat ook hij zijn
goed humeur nog niet verloren heett;
Niemand zit meer op een droogje
In deez' schoonen zomertijd
Zelfs op straten, wegen, pleinen
Wordt men door een bad verblijd,
'tls alom een waterzoodje,
Dit erkent nu toch wel elk,
Fn proeft het misschien ook Bpoedig
Hier en daar wel aan de ineik.
den doodelijk gewonden Chinees,de
behulpzame hand had geboden, en
enkele stemmen prezen hem voor zijn
menschiievendheid.
Maar Philip lachte spottend.
Ge verklaart dat ik een goede
kerel ben, klonk zijne luide stem.
Een uur geleden zou het mij mis
schien aangenaam geweest zijn, maar
nu verdien ik dat niet, zijn ver
weerd gelaat nam een woeste uit
drukking aan toen hij dit zeide,
want hoort, ge ziet in mij een ver
vloekten avonturier, die zich steeds
tegen de wetten van het land ver
zette, en zoo het jelui plezier kan
doen, me daarvoor op te hangen, doe
het, ik bekommer me even weinig
om mijn leven als om een stroohalm.
Hij is krankzinnig of wil praat
jes maken om zich voor onze billijke
woede te beveiligen, riep een stem,
en toen Philip het oog wendde in
de richting van waar dit kwam;
herkende hij Standby die getracht
had uit het gedrang te komen, maar
nu vreezende zich daardoor bij het
verbitterde volk in verdenking te bren
gen, de vlucht niet durfde voortzetten
(Wordt vervolgd