Vrijdag
22 Juli.
1910.
Feuilleton
No. 110
48e Jaargang.
BINNENLAND.
VAN DEN HAK OP DEN TAK.
COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
Ziekteverzekering.
Het wetsontwerp betreffende de
ziekteverzekering is bij de Tweede
Kamer ingekomen.
Tweede Kamer.
Op vragen van den heer Duymaer
van Twist omtrent Zondagsrust op de
spoorwegen (ingezonden 18 Juni 1910)
luidende
Heeft de laatstelijk, door de regee
ring goedgekeurde dienstregeling voor
de spoorwegen er toe geleid, dat naar
meerdere beperking van den dienst
op Zondag is gestreefd geworden en
heeft het aantal rustdagen op Zon
dag voor de beambten en bedienden
dit jaar, vergeleken bij het aantal vrije
Zondagen, dat het personeel in vorige
jaren werd verleend, uitbreiding ont
vangen
Moeten beide vragen in ontkennen-
den zin beantwoord worden, is den
minister dan bereid, voortaan bij goed
keuring der dienstregeling er toe mede
te werken dat in de richting van
meerdere Zondagsrust op de spoor
wegen gestuurd worde
heeft de heer Regout, minister van
waterstaat, geantwoord (ingezonden
19 Juli 1910)
Door de regeering wordt er naar
gestreefd om uitbreiding te bevorde
ren van het aantal op Zondag vallende
rustdagen ten bate van de beambten
en bedienden der spoorwegdiensten,
voor zooverre dit zonder overwegend
bezwaar kan geschieden. In hoeverre
het aantal rustdagen op Zondag dit
jaar, vergeleken bij het aantal vrije
Zondagen, dat aan het personeel in
vorige jaren werd verleend, uitbreiding
heeft ontvangen, zou zonder vooraf
gaand omvangrijk onderzoek bezwaar
lijk uitgemaakt kunnen worden, In
verband met de Zondagsrust is sedert
eenigen tijd een onderzoek aanhangig
naar de bezetting van de treinen des
Zondags, ten einde gegevens te er
langen om op grond daarvan tot op
heffing van meerdere treinen op Zon
dagen te kunnen overgaan, voor zoo
verre dit met de belangen van het
publiek vereenigbaar is.
Middenstandscongres.
Het zevende middenstandscongres
werd gisteren te Arnhem geopend
door mr. dr. De Visscher, voorzitter
van de Arnhemsche vereeniging voor
handel en nijverheid.
Daarna hield de heer J. S. Meuwsen,
voorzitter van den Middenstandsbond,
de openingsrede, waarin hij de be-
teekenis van de middenstandsbewe
ging uiteenzette.
Vervolgens werd een telegram van
hulde aan H. M. de Koningin gezon
den.
30.)
Zelfs wanneer andere gedachten mij
bezighouden, als ik aan de vreugde
denk, die mijn overige kinderen mij
veroorzaken, aan den troost, die hun
aanblik mij schenkt, kan ik de her
innering aan mijn dood engeltje niet
van mij weren, en dit kan ik nog
minder doen, wanneer zij door op
rechte deelneming is opgewekt. Ge-
'oof mij, er ligt een, zij het ook
weemoedig, genot in, mij de verlo
rene met al haar voortreffelijkheden,
mij mijn Lotje met de donkere
oogen en het zwart haar voor den
geest te roepen. Iedereen bewonderde
mijn schoon kind. Ik beminde het te
veeimijn liefde ontaardde in hoog
moed. Ik geloofde dat er geen liever,
bevalliger wezen op den aardbol
Was; en daarom werd zij mij op
zulk een noodlottige wijze ontrukt.
De verschillende verslagen werden
goedgekeurd. Uit het jaarverslag
bleek, dat twee vereenigingen hadden
opgehouden te bestaan, terwijl 32
nieuwe vereenigingen zich hadden
aangesloten, zoodat de bond in het
geheel 123 vereenigingen telt.
Het congres behandelde heden een
belangrijk onderwerp„Wettelijke
bestrijding van oneerlijke praktijken
in handel en bedrijf", waarover o. a.
de heeren prof. Josephus jitta, Tu-
tein Nolthenius en Alberse preadvie
zen hadden uitgebracht. Allen kwa
men daarna tot de conclusie, dat
voorziening dringend noodig is, maar
dat men voorzichtig moet zijn met
te bepalen wat onder „oneerlijke
praktijken" moet worden betrokken.
De Arnhemsche Vereeniging die
eveneens een onderzoek heeft inge
steld, komt tot de conclusie dat een
wettelijke bepaling van den volgen
den inhoud gewenscht is
„Het is verboden, verpakte goede
ren te leveren, in een winkel of op
eenige andere voor het publiek toe
gankelijke verkoopplaats voorhanden
te hebben, uit te stallen in het open
baar, rond te brengen, rond te ven
ten, te vervoeren of te doen ver
voeren, in of uit te voeren of ten
vervoer of uitvoer in opslag te heb
ben, indien niet op alle verpakkingen
voorkomt in duidelijke letters en
cijfers de hoeveelheid in maat, ge
wicht of aantal der verpakte artike
len. Die aanduiding moet, indien de
goederen in een winkel of op eenige
andere voor het publiek toegankelijke-
plaats voorhanden zijn, of in het
openbaar worden uitgestald, voor de
Bezoekers of voor het publiek duide
lijk zichtbaar zijn.
Bij het rondbrengen, rondventen of
uitstallen in het openbaar van ver
pakte goederen worden ai de ge
dragen, vervoerde of bij die uitstal
ling aanwezige goederen geacht te
worden rondgebracht, rondgevent of
uitgestald.
Muntverslag.
Aan het verslag van 's Rijks munt
over 1909 ontleent het „Hbl." o. m.
het volgende
's Rijks Munt werkt grootendeels
ten dienste van het rijk (daaronder
mede verstaan koloniën en bezittin
gen), maar niet uitsluitend. Behalve
dat voor particulieren in de muntfa-
briek gewerkt wordt (gouden specie),
geschiedt dit ook in andere afdeelin-
gen van het bedrijf. Gerustelijk kan
worden aangenomen, dat, op het ge
bied van stempels, medailles en gra
veerwerk, de behoeften van hei rijk
en zijn organen hier zonder bezwaar
geleidelijk geheel zullen worden be
vredigd, hetgeen nu reeds voor ver
reweg het grootste deel het geval is.
Levering van zoodanig werk voor
Maar vergeef mij, dat ik u zoo
lang ophoud. En een der voor haar
liggende tooneelkijkers van de toon
bank nemende rijkte zij hem aan
Percy toe. Deze nam hem werktuige
lijk aanhij dacht aan iets anders
dan om de deugdzaamheid er van te
onderzoeken. Allerlei tooneelen kwa
men hem voor den geest, tooneelen
van wederzien en geluk, tooneelen
van scheiding en smart.
Hij zuchtte zwaar.
Ik zal dezen kijker kiezen,
sprak hij eindelijk in gedachten
mocht hij me-niet bevallen, dan zult
ge mij wel toestaan hem te verruilen.
Gaarne, mijnheer, ten allen
tijde, al kwaamt ge na weken, ant
woordde de juffrouw bereidwillig.
Percy betaalde, en met een even
eerbiedigen als belangstellenden groet
verwijderde hij zich.
In de ernstigste gedachten verdiept,
wandelde hij weder langzaam door
de straten. Hij overwoog rijpelijk
alle mogelijkhedende uitwerking
van een plotselinge onverwachte
vreugd; den invloed op het trouwe
moederhart, dat het geluk harer
•kinderen zo0 gaarne voor haar eigen
ftbonnements-ftduertentiën op zeer uoordeelige uooruiaarden
andere lichamen, bijzondere instellin
gen of particulieren, geschiedt reeds
sedert onheugelijke tijden. Het is
goed dat dit zoo blijft, en hierin is
geen onnoodige concurrentie met de
particuliere nijverheid te zien, wan
neer daartoe slechts wordt overge
gaan in die gevallen, waarin om
zakelijke redenen (afgezien van de
prijsquaestie) aan levering door
's Rijks munt de voorkeur wordt ge
geven, of indien zoodoende hier te
lande de vervaardiging geïntrodu
ceerd kan worden, van wat te voren
slechts van buitenaf was te betrek
ken. Het eerste gevai doet zich o. a.
veelvuldig voor ten aanzien van het
slaan van medailles naar stempels,
die het eigendom van anderen zijn,
en die men ten allen tijde op vol
komen vertrouwbare wijze wenscht
bewaard te zien.
De omvang van de eigenlijke munt-
werkzaamheden in het afgeloopen
jaar was, betrekkelijkerwijze gespro
ken, weder zeer aanzienlijk.
Van ter beoordeeling toegezonden
verdachte munten bleken 534 stuk
ken valsch te zijn.
Een deel der in Indië aangehouden
valsche munt wordt naar hier ge
zonden. In 1909 werden ontvangen
288 rijksdaalders, 322 guldens, 344
!/s-guldens, 928 '/i-guldens N.-I. en
143 1/10-guldens N.-I. Hierbij kwa
men, als steeds, eenige echte doch
ongangbare stukken voor.
De geregelde zuivering der Neder-
landsche metaalcirculatie is weder,
als in voorafgaande jaren, door te
rughouden of uitzoeken 'der meest
gesleten of beschadigde stukken, èn
door de Neder'andsche Bank èn door
de betaalmeesters voortgezetbijna
uitsluitend is zij op 25- en 1 O-cent
stukken toegepast. Overbrenging der
verzamelde bedragen had, afgezien
van kleine tusschentijdsche partijtjes,
weder in het begin van het jaar
plaats. Daarnaast zijn opnieuw rijks
daalders aan den omloop onttrokken,
om te dienen voor vervaardiging van
nieuwe zilveren specie, zoowel voor
het moederland als voor Indië.
Totaal is ingetrokken in 1909 een
bedrag van f 5,034,154,82, alsmede
f 101,35 aan door brand beschadigde
specie.
De vermindering van den voorraad
rijksdaalders, nu reeds ruim 51
millioen gulden, afgezien van onbe
kende bedragen, die vóór 1874 door
de industrie zijn versmolten, blijft
voortgaan.
Wij hebben onlangs kunnen lezen
van den reclame-strijd tusschen de
geheelonthouders in Friesland en Lu
cas Bols' genever, een strijd, die voor
het publiek vrij vermakelijk was. Een
leven koopt.
Ten lnatsie scheen een vast be
sluit bij hem tot rijpheid gekomen
te zijn. Met haastige schreden begaf
hij zich naar het hotel, waar Lucile
gelogeerd was. Spoedig daarna was
hij in een afzonderlijke kamer in
levendig gesprek met Fo Chung, die
hij had doen roepen. De oude Chi
naman scheen zijn oogen niet te
kunnen gelooven, toen hij Percy voor
zich zag. Op zijn lippen zweefden
zelfs woorden van berisping die
slechts weerhouden werden door
Percy's dringend verzoek om, zoo
hem, Fo Chung, het welzijn zijner
beschermelinge ter harte ging, hem
bedaard aan te hooren.
Langer dan een half uur zaten
beide mannen met fluisterende stem
te raadplegen. En hoe langer het
onderhoud aanhield, des te helder
der fonkelden de kleine oogen van
den Chinees, des te levendiger
werden de bewegingen van het ronde
gestaarte hoofd, terwijl een goed
keurend lachje bewees dat hij de
voorstellen van zijn vriend goed
keurde.
Kort nadat Percy het logement
goeie reclame is toch maar de ziel
van de zaak en van den omzet, maar
't is niet gemakkelijk steeds zulk een
reclame te vinden.
Te Parijs wordt van een handigen
winkelier het volgende verhaald.
Iemand zette voor zijn raam „Goed
koopste bazar van Parijs", waarop
een concurrent een reclamebord aan
bracht met het opschrift: „Goedkoop
ste bazar van Frankrijk". „Dat kan
sterker", dacht no. 3 en hij tooverde
voor zijn winkelruit„Goedkoopste
bazar van Europa", 't Was kras, maar
't eind was er nog niet, want ook no. 3
werd overtroefd door een, die aan
kondigde, dat hij „de goedkoopste
bazar van de wereld" had. Doch ook
no. 4's glorie duurde kort, want zie,
te onzaliger ure werd in dezelfde
straat als waar de andere winkels zich
bevinden, een vijfde winkel geopend,
waar men op het winkelglas de een
voudige, maar verbluffende mededee-
ling las„Goedkoopste bazar van
deze straat". Weg waren Parijs, Frank
rijk, Europa en de wereld 1
Een winkelier te Deventer heeft ook
een aardige reclame bedacht. Hij ad
verteerde „HendrikKeer tot Uw
diepbedroefde ouders wederWat mij
betreft, is U alles vergeven, en 'kweet
zeker, wanneer ge voor uw vader een
kistje van die 2'/a cent Ires sigaren
meebrengt, uitsigarenmagazijn
(die hij zoo gaarne rookt) dat hij U
met open armen zal ontvangen.
Uwe U liefhebbende Moeder.
Niet alle'reclame, hoe goed overi
gens ook, treft doel. Dames en heeren
van de vredesbeweging deelden onder
schoolkinderen dubbele briefkaarten
uitop de eene helft een kiekje van
een scheidsgerecht, waar alles kalm
en waardig toeging, op de andere een
tooneel van woest over 't slagveld
rennende paarden. Op deze wijze
dacht men de harten van 't opkomend
geslacht te winnen voor de vreedzame
oplossing van geschillen, maar wat
deden de schooljongens Ze vonden
den veldslag zóó mooi afgebeeld, dat
ze deze helft van de kaart afscheurden
en bewaarden, en de andere helft
wegwierpen. Die propagandahaast
werkte dus averechts.
En even averechts werkte „Pietje",
een te Helmond bekende straatfiguur,
die op den verkiezingsdag moest rond-
loopen met het reclamebord „Kiest
Swane" en strooibiljetten ten voor-
deele der candidatuur Swane moest
verspreiden. Maar „Pietje" lustte
graag snaps, wat bekend was. En zoo
kwam het, dat hij in een kroeg werd
binnengelokt en daar royaal getrak
teerd werd, zoodat Pietje, toen hij een
heele poos later er uit kwam, nog wel
een bord over den schouder had en
ook wel hetzelfde bord, maar met een
ander opschrift, dat luidde: „Kiest
Fleskens". Doch Pietje merkte dit niet,
verlaten had, ging Fo Chung de
straat op. Hij had een brief voor de
vrouw van den werktuigkundige in
de hand.
Zooveel in mijn vermogen is
luidde de brief, voldoe ik aan mijn
belofte. De persoon over wien ik
gesproken heb, weet inderdaad veel,
wat misschien op uw verloren doch
ter betrekking heeft. Doch vreezende
misverstand te veroorzaken, en ver
onderstellende dat gij gaarne in de
gelegenheid gesteld zult zijn zélve
den persoon vragen te doen, neem
ik de vrijheid u en uw echtgenoot
een samenkomst met hem voor te
stellen, en verzoek u, u precies te
twaalf uren, naar het achtergebouw
van den schouwburg te begeven.
Wandel daar zoolang heen en weer
totdat de repetitie van het hedenavond
te geven ballet is afgeloopen en de
tooneelspelers den schouwburg ver
laten. Het overige is mijn zaak. Wees
nauwkeurig op den bepaalden tijd,
ook ik zal het geschikte oogenblik
niet verzuimen. Met den oprechten
wensch dat mijn geringe bemoeiingen
een goed resultaat mogen hebben
en evenmin had hij er eenig besef
van, dat de biljetten, die hij uitreikte,
andere waren dan de eerste, en dat
daarin niet de heer Swane, maar diens
tegenstander werd aanbevolen. Pietje
kon 's avonds maar niet begrijpen,
dat hij niet naar den zin zijner last
gevers was werkzaam geweest.
Beter effect heeft het optreden van
den man met de roode pet in het
dorp Eist bij Nijmegen. Die roode-
pet-drager is aangesteld, om wanbe
talers aan het voldoen hunner reke
ningen te herinneren. Naar men meldt,
heeft zijn komst overal het gewenschte_
succes. Een groot succes heeft ook
de wedstrijd van dikke heeren, uit
geschreven door een Londensch
weekblad, gehad meer dan 100 ko
lossen kwamen bij wijze van
spreken toegesneld. De eerste
prijs werd behaald door Lovatt uit
Brierley-Hill, die maar eventjes 214
kilo en 200 gram woog. Daarna
kwamen „Jolly Jumbo", anders gezegd
„de lollige olifant" met 209,7 K.G.,
en M. J. Walker uit Leeds met 208,8
K.G. „De lollige olifant" verklaarde
aan een krantenman „Het is maar een
geluk, dat alle vette mannen de vroo-
lijkste lui ter wereld zijn, anders konden
we ons wel ophangen". En toen
vertelde hij van zijn verdrietelijkheden,
hoe hij b.v. onmogelijk in een om
nibus kan reizennooit gebruik kan
maken van een rijtuig, omdat hij bang
is door den vloer te zakken; in den
schouwburg voor twee plaatsen moet
betalen, omdat hij twee stoelen noo
dig heeft, waarop een kussen wordt
gelegd de schrik is van de vrouw
des huizes, waar hij als gast binnen
treedt, omdat zij zenuwachtig wordt,
als zij hem ziet zoeken naar iets,
waarop hij zonder gevaar kan gaan
zitten bij iedere familie door heel de
kinderschaar wordt omringd, welke
kleinen hem dan honderd uit vragen:
hoe hij toch zoo dik is geworden,
'tls te begrijpen, dat zelfs „de lollige
olifant" onder zulke omstandigheden
weieens minder lollig wordt. Hieruit
blijkt alweer, dat aan den grootsten
roem een bitteren bijsmaak is.
Ik geloof niet, dat een dier dik
kerds, zoo'n lollige olifant b.v., hoe
lollig ook, zal beantwoorden aan het
ideaal, dat een meisje zich van haar
toekomsiigen echtgenoot stelt. De
directrice van een middelbare meis
jesschool jte New-York vroeg laatst
bij gebrek aan onderwerpen wel
licht aan haar leerlingen een op
stel te maken over de vraag
aan welke eischen een man moest
voldoen om haar te behagen, 't Ma
ken van het voorstel ging vlotter dan
ooit. De meeste jonge dames steid-n
als eisch bruin haar cn bruine oogen,
zes voel lang, van athletiscben bouw
en lenig. Bruin van kleur moesten
ook zijn pakken in hoofdzaak zijn.
De eigenaar van den in uw magazijn
gekochten tooneelkijker.
John Chinaman bracht den brief
behoorlijk over.
Hij draaide een poosje om de
juffrouw en haar man, dien zij ge
roepen had, opmerkzaam en met
belangstelling te beschouwen en zich
heimelijk in de opgewondenheid van
beiden te verlustigen. Vervolgens
trippelde hij de deur uit, om blij
moedig te lachen en naar zijn lie
veling terug te snellen. Maar hoe
opgewonden de gestaarte oude heer
ook was, zelfs Lucile, die hem kende,
bespeurde niets bijzonders aan hem,
zoo ernstig en deftig waren zijn
bewegingen, zoo afgemeten luidden
zijn antwoorden op de hem schrifte
lijke gedane vragen.
HOOFDSTUK VII.
't Was nog eenige minuten vóór het
middaguur toen Waldbeck en zijn
vrouw voor de deur van het achter
gebouw van den schouwburg stonden
en op en neer begonnen te wandelen.
(Wordt vervolgd.)