Donderdag
21 Juli.
—v
BLOOKER'S
DAALDERS
CACAO
No. 169.
48e Jaargang.
1910.
Bij deze taan! behoort een Bijvoegsel
"(jemeeiitebestimr,
Van Week tof Week.
Feuilleioth
BINNENLAND.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÈNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
fibonnements-flduertentiën op zeer ooórdeelige uooriuaarden
BEKENDMAKING.
Aangifte van nieuwe leerlingen voor
de openbare lagere scholen.
Burgemeester en Wethouders van
Vlissingen
brengen ter kennis van belangheb-
t bende ouders of voogden, die hunne
kinderen of pupillen met den nieuwen
cursus (aanvangende 15 Aug. e.k.)
wenschen toegelaten te zien tot eene
der openbare lagere scholen in deze
ïPcmGcntCj
dat van af Maandag 18 Juli tot en
met Maandag 1 Augustus e.k., uitslui
tend ter gemeente-secretarie (griffie)
iederen werkdag van des voormiddags
9 tot 12 uren, gelegenheid tot aangifte
van nieuwe leerlingen voor die scho
len gegeven wordt
en dat ingeschreven kunnen worden
alle kinderen, die op het tijdstip der
„toelating den zesjarigen leeftijd zullen
hebben bereikt en bovendien voor de
scholen C (Groenewoud), D (Groote
Markt) en E (Wagenaarstraat), zij die
vóór 15 Februari 1911 zes jaar worden.
Hun, die in het bezit van een trouw-
boekje zijn, wordt verzocht dit bij de
aangifte mede te brengen.
Vlissingen, den 15 Juli 1910.
Burg. en Weth, voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De secretaris,
W1TTEVEEN.
Men kan zoo letterlijk aan alles
bespeuren dat wij in den komkom
mertijd geraken. De politiek wil ook
wel eens vacantie nemen en men
kan zich nu wel eens een aardigheid
veroorloven, om .de ledigheid, door
gebrek aan nieuws veroorzaakt, een
weinig aan te vullen.
Waarschijnlijk denkt vorst Nico-
laas van Montenegro er ook zoo
over. De man der zwarte bergen,
indertijd de eenige vriend van den
Russischen tsaar, hoopt ir. Augustus
zijn veertigjarig regeeringsjubilé te
vieren en dan zal er een merkwaar
dig ei worden uitgebroed. De hen zit
al lang te broeden, om Europa met
een nieuw koninkrijkje te verblijden.
Men zou anders zeggen de tijd om
nieuwe koninkrijken op te richten is
voorbij; maar zoo'n onschuldig ding
als het hier geldt, kan er nog wel
bij. We hopen van harte dat de
schoonvader van den Italiaanschen
koning niet aangetast moge wezen
door grootheidswaanzinniaar een
beetje lijkt het er toch wel op. Met
algemeens instemming zal het vor-
29.)
Iets zoo treurigs dat hoe lang
net ook reeds geleden is, de herin
nering er aan noch door onze gunstige
uiterlijke omstandigheden, noch door
den bloeienden toestand onzer over
gebleven kinderen kan uitgewischt
worden.
Als vreesde zij door haar aandoe
ning overweldigd te zullen worden,
gmg zij zich weder met de instru
menten bezighouden, toen Percy's
gevoelvolle stem het treurend moe
derhart tot nieuwe uitstorting harer
smart aandreef.
r ~Z 5*e hebt dus een geliefcl kind
in hartverscheurende omstandigheden
verloren? vroeg hij deelnemend.
ik verloor het inden volsten
zin van 't woord, antwoordde de juf
rouw, als onwillekeurig gedrongen
2esprek te vervolgen. Ik heb mijn
MEN MOGE U NAMAAK
OPDRINGEN,
HOUDT VAST AAN
GE WEET DAT DIE
UITSTEKEND IS.
Adv.)
stendom Montenegro worden geme-
tamorphoseerd in het koninkrijk Zeta,
zooals dit kleine dee! der wereld
voorheen heette, en dan zal de aan
staande koning, die het er van ne
men kan, een nieuwe orde stichten,
wat een lintjesregen zal veroorzaken,
die wei velen met den nieuwen staat
van zaken verzoenen zal of vele an
deren beloonen voor hetgeen ze ge
daan hebben ter voorbereiding der
geboorte van het nieuwe koninkrijk.
Het hof te Cettinje zal tegelijkertijd
worden georganiseerd in den geest
van het hof te Weenen, dat er nog
wel wezen mag.
Aan liefhebbers van aardrijkskunde
kunnen wij mededeeien dat dit kleinste
koninkrijkje in zielental ongeveer
gelijk zou staan met onze provincie
Noord-Brabant.
Als dat nu geen belangrijk nieuws
is, dan weten we het niet meer.
Maar er is nog meer goed nieuws.
Immers, uit Constantinopel kwam het
bericht, dat de Porte zich voorloopig
van verdere stappen in de Kre'enzer
quaestie zal onthouden, in afwachting
eener definitieve regeling, is zij te
vreden met de verzekering der be
schermende mogendheden, dat hare
souvereine rechten op het eiland
zullen worden geëerbiedigd.
Nu zullen de mogendheden tot de
definitieve regeling dus eerlang die
nen over te gaan. Niet alleen de
leden van den raad van voogdij zul
len aan dat werkje helpen. Duitsch-
land en Oostenrijk, medeonderteeke-
naars van het verdrag van Berlijn,
zullen ook een steentje bijdragen.
Het is op Kreta nu zoo rustig, dat
Frankrijk alweer een van zijn oor
logschepen heeft laten terugstoomen.
De overeenkomst, tusschen Rusland
en Japan gesloten inzake Mantschou-
rije, is nu ook officieel ter kennis
oudste dochtertje verloren, en niet op
een wijze, die vefgund zou hebben
haar gebroken oogen toe te drukken
hoewel de dood niet lang gedraald
zal hebben, zijn kille hand op het
arme, kleine hart te leggen maar
ik verloor haar van mijn zijde, in een
verwijderd land, waar teedere, jeug
dige wezens bij elke schrede met een
noodlottig einde worden bedreigd.
Doch ook in een minder gevaarlijke
omgeving zou de schrik, aan de borst
der ouders ontrukt te zijn, haar ge
dood hebben.
Waar gebeurde dat
Bij onze afreis, nu veertien jaar
geleden, van de landengte van Pa
nama naar hier.
Hebt ge nooit iets omtrent de
betreurde vernomen
Neen, nooit, zuchtte de juffrouw,
met moeite haar tranen bedwingende.
En zijn de noodige nasporingen
gedaan
We deden wat in ons vermogen
was. Maar doordien het schip waarop
we ons bevonden strandde, werden
onze nasporingen vertraagd. De per
sonen, op wier hulp en medewerking
Wij daarbij meenden te mogen reke
gebracht van de Duitsche en Oosten-
rijksche regeeringen en men heeft daar
geen bedenking, als werkelijk het
beginsel van den vrijen hande! in het
oosten eerlijk wordt toegepast.
In China is men natuurlijk geweldig
boos. Wij hadden dat zien komen.
Hei is toch een feit dat Rusland en
Japan onder elkander over een deel
van het Chineesche rijk beschikt heb
ben. Men ziet heel goed, dat het met
Mantschourije ongeveer zal gaan als
met Corea en het is hard, wanneer
men op zijn eigen gebied de rol van
lijdelijk toeschouwer moet vervullen.
In de conventie wordt van Corea's
inlijving niet gesproken. Integendeel
hebben beide mogendheden zich ver
bonden om den bestaanden toestand
te handhaven maar Rusland en Japan
staan nu met elkander op den besten
voet, en beschouwen het waarschijn
lijk zóó, dat de inlijving reeds heeft
plaats gehad. Daar is ook veei voor
te zeggen, daar Japan sedert de vorige
maand zich ook het bestuur en de
inrichting van de politie daar te lande
heeft toegeëigend. De keizer van Co
rea en zijn ministers bestaan nog wel,
maar het zijn speelpoppen geworden
en ze hebben in het verlangen van
Japan grif toegestemd en zelfs het
besluit geteekend, waarbij de regeling
der politiemacht aan de Japansche
regeering wordt overgedragen. Wat
men ai niet doet om zijn fatsoen te
bewaren.
Over de bekende rede, door minis
ter-president Botha te Johannesburg
uitgesproken, is de Engelsche partij
in Zuid-Afrika niet ai t.; best te spre
ken, omdat de spreker gezegd heeft,
dat de regeering geen druk wilde
oefenen op den Vrijstaat (dit is de
oude en thans weer nieuwe naam van
de Oranjerivier-kolonie) tot wijziging
van de schoolwet van Hertzog, daar
te lande. Volgens de constitutie van
het Vereenigd Zuid-Afrika blijft het
lager en middelbaar onderwijs, ten
minste gedurende de eerste vijf jaren,
eene zaak van elke provincie afzon
derlijk, en nu heeft minister Hertzog
in den Vrijstaat voor een onderwijswet
gezorgd, waarbij de rechten van het
Hollandsch zoo krachtig gehandhaafd
zijn, dat het Engelsch er zich feitelijk
met een tweede plaats moet verge
noegen. De Engelsche partij ergert
zich daar zeer aan en had verwacht
dat Botha die wet niet zóo zou hebben
iaten voortbestaanmaar dat valt
tegen. Men gaat nu geld bijeenbrengen
voor Engelsche scholen in den Vrij
staat en moet dan maar zien wie het
wint.
In Marokko spant het weer. Algerië
is bezig zich uit te breiden en vas
ten voet te krijgen in het noordoos
nen, lieten niets van zich hooren.en
toen de omstandigheden eindelijk
toelieten dat mijn man zich naar
Panama begaf, was een geheel jaar
verstreken. Hij verkreeg slechts de
bevestiging van 't geen mensch-
lievende reizigers, die van Panama
kwamen, ons verhaalden. Waar mijn
man ook onderzoek deed, niemand
herinnerde zich, daar ooit een ver
loren kind gezien of er van gehoord
te hebben. Zou mijn engeltje in den
droom door den dood zijn verrast
geworden Vruchteloos poogde ik
mij te overreden dat de goddelijke
barmhartigheid het lijden van mijn
kind verzachtte. De vreeselijkste ge
dachten folteren mij onverpoosd en
vervolgen mij dag en nacht.
Zij w'schte de tranen van haar
ingevallen wangen en wilde weer
een paar instrumenten bergen, toen
Percy haar de hand reikte. Maar hij
waagde het niet haar aan te zien,
want hij, de ervaren arts, die zoo
vaak geleerd had zijn aandoening te
verbergen, vreesde door zijn blik de
levendige hoop te verraden, die zijn
hart zoo snel deed kloppen.
Hoe wonderlijk handelt soms
ten van het aangrenzende gebied der
Marokkanen. De Franschen hebben
daar veel last van de altijd roovende
Marokkaansche stammen en de ge
zeten bevolking niet minder want
van eenige bescherming van over
heidswege is natuurlijk geen sprake.
De Franschen doen dus een goed
werk, wanneer zij trachten daar wat
orde te brengenmaar om die orde
te handhaven moeten zij vaste punten
voortdurend blijven bezetten. Het een
is zonder het ander ondenkbaar.
In zulk een toestand kan een tref
fen nu en dan niet uitblijven. Van
daar dat er nu pas weer eens flink
gevochten is, waarbij de verliezen
van weerskanten zelfs vrij beduidend
moeten geweest zijn.
Zoowel in Fransche als als in an
dere bladen wordt dit voortdringen
der Franschen in Marokko niet gun
stig beoordeeld. De Fransche bladen
zullen dat wel niet ernstig meenen.
Trouwens, de minister van buiten-
landsche zaken in Frankrijk houdt
zich ook of hij het niet met de zaak
eens ismaar er zal wel een beetje
comedie achter zitten. Vroeg of laat
krijgen de Franschen dat stuk van
de wereld toch en de Spanjaarden,
die er toch geen slag van hebben
om met koloniën om te gaan, mogen
blij wezen als zij een stuk van de
koek overhouden.
Het feminisme heeft in Engeland
een klein voordeel behaald. Zooals
wij weten had de afgevaardigde
Shaekleton, het voorstel gedaan om
stemrecht te verleenen aan vrouwen,
die in belastingbetaling, woning en
beroep, voldeden aan de voorwaarden,
die ook den mannelijken kiezer ge
steld worden. Daardoor sloot hij de
groote meerderheid der gehuwde
vrouwen en der moeders en ook in
het algemeen de vrouwen uit den
werkmansstand uit. Men heeft zich
daarover vroolijk gemaakt, meenende
dat op die manier het kiesrecht ge
geven werd aan de oude vrijsters en
blauwkousen. Toch was er wel een
beginsel in het voorstel. Daarom
heeft het Lagerhuis dan ook in het
algemeen beslist dat aan vrouwen
onder zekere voorwaarden stemrecht
zal worden toegekend. Een aanzien
lijke minderheid was zelfs voor
onmiddellijke behandeling van het
voorstel. Van de zijde der regeering
kwam ook steun en dus kan men
verwachten dat in een volgend zit
tingsjaar de illusie werkelijkheid zal
wordenwaarmede dan wel te ge
lijkertijd aan de buitensporigheden
der zoogenaamde suffragettes een
eind zal komen.
Dat zou misschien nog de beste
uitkomst wezen van dit lastig geval,
waar men anders toch niet afkomt.
het toeval, sprak .hij nadenkend,
't Komt me voor als hoorde ik deze
treurige familiegeschiedenis niet voor
de eerste maal. Ja, ja, ik herinner
me, een reiziger verhaalde ze mij
eens, maar ik hield de ontzettende
gebeurtenis, zooals ze me beschreven
werd voor een dier verhalen, welke
verzonnen worden om de dagbladen
te vullen. Nu zal ik er evenwel na
der onderzoek naar doen, en mocht
ik het een of ander vernemen dat
me toeschijnt eenigen troost te kun
nen schenken aan een treurend
moederhart, dan zal ik het u onver
wijld doen weten.
Houdt ge het voor mogelijk dat
mijn kind nog leeft vroeg de juf
frouw verbleekend, en 't viel haar
moeilijk, die woorden te uiten, zoo
geweldig beefde zij en zoo onstuimig
scheen al haar bloed naar haar hart
terug te vloeien.
Dat is een netelige vraag, ant
woordde Percy peinzend, een vraag,
waarop het antwoord tegenover een
treurend moederhart niet zorgvuldig
genoeg kan overwogen worden, 't Zou
vermetel zijn, van mogelijkheid, zelfs
van waarschijnlijkheid te spreken,
Hofbericht.
Het vertrek van het Koninklijk ge
zin van het Loo naar Soestdijk voor
het tiendaagsch verblijf bij H. M. de
Koningin-Moeder op het lustslot daar
ter plaatse is vastgesteld op 30 Juli a.s.
W. Hovy.
„Een beminnelijke figuur uit onzen
Christelijken kring bereikte gisteren
de leeftijdsgrens der sterken de heer
W. Hovy herdacht zijn 70sten ver
jaardag. Wie den heer Hovy kent, of
ook maar hem te eeniger tijd in een
andere functie ontmoette, heeft van
dezen grijsaard den indruk ontvangen
van eenen zachtmoedigen geest, niet
temin krachtig genoeg om aan allerlei
Chrisieiijken arbeid steun te verlee
nen, zonder zich daarbij te beperken
tot het terrein dat het allernaast lag.
Niet alleen in de politiek heeft hij
zich bewogen thans nog is hij lid
der Eerste Kamer maar allerlei
Christelijk-philanthropische arbeid
zoo in ais buiten de hoofdstad des
land heeft zijn hart. En wie eenmaal
de belangstelling van den heer Hovy
voor zulk een arbeid weet te winnen,
kan altijd op hem rekenen. Reeds
zeer spoedig na het opkomen der
Christelijke arbeidsbeweging was het
de heer Hovy, die haar zijn steun
bood, en de arbeid der Chr.JongeL-
Vereeniging heeft in hem eveneens
een trouwen vriend. Zijn ruimte van
blik, zijn vriendelijk gemoed, de be
scheidenheid van heel zijn optreden,
hebben hem in zeer breeder» kring
vrienden doen verwerven, die hem
ook op zijn 70sten verjaardag niet
hebben vergeten."
„De Nederlander", waaraan wij
deze woorden ontleenen, sluit zich
gaarne aan bij de gelukwenschen den
heer Hovy op dezen dag gebracht.
7e Congres Middenstandsbond.
Aan den vooravond van het 7e
Congres van den Middenstandsbond,
dat Woensdag en Donderdag te Arn
hem gehouden wordt, en gewijd zal zijn
aan de wettelijke bestrijding van on
eerlijke praktijken in handel en be
drijf, werden de deelnemers van het
congres ten stadhuize ontvangen
door het gemeentebestuur van Gelre's
hoofdstad. De burgemeester, baron
Van Heemstra, wees er in zijn wel
komstwoord tot de congressisten op,
dat de Middenstandsbond reeds na
betrekkelijk korten tijd een ontwik
keling heeft bereikt, welke de alge-
meene bewondering afdwingt. Twee
gewichtige factoren hebben daartoe
meegewerkt: lo. de uitstekende or
ganisatie en 2o. de wijze van werken
daar het vermoedelijk slechts betreft
het gehoorde en misleiden wij
ons daaromtrent niet door de
overlevering van mond tot mond
misvormde en veranderde als een
herkenningsteeken, als een soort van
relequie eener dierbare beweende te
beschouwen.
Al ware het slechts de stellige
mededeeling waar ik het graf mijner
lieveling kon vinden, ik zou ze met
de innigste dankbaarheid betoonen,
sprak de juffrouw met een diepen
zucht.
Nogmaals vatte Perc^ haar hand.
Vertrouw op mijn goeden wil,
zeide hij. En wat de uitkomst mijner
navorschingen ook moge zijn, ge
zult alles vernemen. Doch tracht nu
uw droefheid te matigen, ik betreur
het ernstig, die door een onover
dachte vraag te hebben opgewekt.
Mijn droefheid eindigt niet,
viel de juffrouw hem met onbeschrijf
lijk zwaarmoedigen glimlach in de
rede, zij is altijd levendig in mij.
(Wordt vervolgd.)