ANK pi f Woensdag 15 Juni. §1 ia£ft)detthof. Gemeentebestuur. Feuilleton. No. 138 48e Jaargang. 1910. Lijfrente, Vederl. Le- IVIij. diemet bedrijf is jn het toe- ilróle der |nS- I4.ll lelburg. alcheren. i e n s t. BINNENLAND. Land- en Tuinbouw. HST. - f 1000.ver- jaarpremie ver Let 3 van de s vermindering ;arandeerd. feehiedt na [25 30 «Jaren jaren loverlijden. 14.38 Ï5.25 f6.83 19.15 |2.73 38.09 38.56 39.71 41.68 44.59 lelsdrukkeri] |E Ir., Vlissingen 1): 6.22*, 9.20, |n 11.17*. Het de Paul Kru is reep. 5, 10 1.23, lO.lSf, 38, 7.—8.18 domburg 6.45, 3.20, 4.32fj, idelburg 5.05*, "44§, 4.15, 5.51§, eaingen5.0ö*, p5 en 9.37, loopen alleen 15 Mei toten loopen alleen lli en Augnatua. jopen alleen op |«rg- ielburgv.v. If 6.50| 7.55 |.15 2.— 2.45 55 7.50 8.50 Lemise, de an- luia. 5+ 6.25t 8 40 2.45 3.30 .50 9.40 10.25 lan tot de Re- man naar het a s. 10.34 I) c* 5. 10.47 I? 11.35 11 4« Pra via Boxtel, en ran 11.20 VLISSINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIÉNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Oroote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. VERKIEZINGEN. Opmaken der lijst van Kiesge rechtigden voor de Kamer van Koop handel en Fabrieken. De Burgemeester van Vlissingen noodigt hen, die niet op de in het jaar 1908 vastgestelde Kiezerslijst voor de KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN voorkomen, maar aanspraak kunnen maken om op de Kiezerslijst te worden geplaatst, uit, daarvan vóór 1 Juli a. s. ter ge meente-secretarie (griffie) aangifte te doen volgens het daarvoor vastge stelde formulier, waarvan aldaar exem plaren kosteloos verkrijgbaar zijn. Art. 6 van het reglement bepaalt, dat men om kiezer van leden eener Kamer te zijn moet voldoen aan de beide volgende voorwaarden A. Kiezer zijn van leden van den raad der Gemeente waar de Kamer ge vestigd is; B. aldaar bestuurder of medebe stuurder zijn en gedurende ten min ste twaalf achtereenvolgende maan den zijn geweest, van een bedrijf van handel of nijverheid. Vlissingen, 14 Juni 1910. De Burgemeester voornoemd,- VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. Bezoek van president Fallières aan ons land. Naar de „Tel." verneemt, zal de president der Fransche Republiek in het aanstaande najaar een officieel bezoek brengen aan ons land. Hoawel het program nog niet in allen deele is vastgesteld en er ook nog geen beslissing is genomen om trent den juisten datum en den duur van dit bezoek, mag evenwel met zekerheid aangenomen worden, dat president Fallières eind September of begin October a. s. hier zal komen. Verder deelt het blad mede, dat de heer Fallières de reis met een Fransch oorlogschip naar IJmuiden zal ondernemen,daar door het Noord zeekanaal naar Amsterdam zal op- stoomen, om door de Koningin ten paleize aldaar te worden ontvangen. Door de mindere geschiktheid van het paleis te 's Gravenhage, is afge zien van een ontvangst in de Resi dentie. De terugreis van den president zal per spoor over België plaats hebben. Medisch onderzoek machinisten, stuurlieden enz. In de „St. Ct." no. 136 worden vermeld de namen, en adressen en zittingsuren van de geneeskundigen, door den min. van landbouw, met 6.1S f6.03 7.15 8.01 830 8.34 8.47 I 9.40 $10.84 22.) Menschen, zeide hij, het kan geen uur meer duren, of Johan is hier. Hij leeft wel, maar is nog niet sterk. Als jelui nu zooveel geweld maakt, vrees ik dat het hem kwaad zal doen. Drommels, ik schiet nog liever drie groenrokken voor den kop, dan nog eens zoo'n zwaar kar wei op mij te nemen. Maar spreek dan, Sepp, spreekt Hoe is dat alles toegegaan drong Lind. Ja, dat kan ik zoo goed niet zeggen, luidde het antwoord. Ik haal hem liever zeil. Bij die woorden snelde Sepp de deur uit en verdween in de duis ternis. Ooede God, zou het waar zijn? riep Lize uit. O, als ik het geluk mocht heb ben hem nog eens in mijn armen ie intrekking van zijn beschikking van 2 October 1909, aangewezen als des kundigen voor het onderzoek naar het gezichts- en het gehoororgaan van schippers, stuurlieden, machi nisten, machinist-stokers en uitkijken. De centrale -commissie voor Ne derland der tentoonstelling te Brus sel zal den minister van justitie, nir. Regout op 2 Juli in het Palace hotel te Scheveningen, een gastmaal aan bieden tot afscheid aan den wegens zijn ministerschap afgetreden com missaris-generaal en als waardeering van hetgeen mr. Regout in laatstge- melde betrekking heeft verricht. Een veelbesproken zaak. De commissie tot het geven van ad vies bij het opleggen van straffen aan dienaren der politie te 's Gravenhage heeft in de zaak van den journalist Van Raalte tegen den inspecteur van politie Van Rossum geconcludeerd, dat ge melde inspecteur bij de vervulling zijner taak in zijn verplichting niet te kort is geschoten. Zij heeft den hoofd commissaris van politie in overwe ging gegeven hem geen straf op te leggen. „Onze Vloot." Door de Ned. vereeniging „Onze Vloot" werd, ten gerieve van in Oost- en West-Indië vertoevende schepelingen der Koninklijke Marine wederom eene kostelooze pakjeszen ding georganiseerd. Door bloedver wanten en kennissen van in de ko loniën op de vloot dienende sche pelingen, voor wie het anders wegens de daaraan verbonden vrij hooge kosten moeilijk is pakjes te verzen den, werd van deze gelegenheid ook nu weder een ruim gebruik gemaakt. Verzonden zijn op 10 Juni jl. per s.s. „Prins Willem 1" naar West- Indië 105, en op 11 Juni jl. per s.s. „Oranje" naar Oost-lndië 346, alzoo te zanten 451 pakketten. De waarde van den inhoud der pakketten, die door de vereeniging zijn verzekerd bedroeg totaal ruim f2200. De vo rige zending, die in Novemder j. i. plaats had, bedroeg in het geheel 340 pakketten. Onkruidbestrijding. Wij wezen er onlangs op hoe groot de schade, door het onkruid veroor zaakt, kan zijn, zoodat bij niet vol doende bestrijding geregeld ieder jaar een zeer belangrijk deei van den oogst verloren gaat. Vaak staat de landbouwer met al zijn ijver en goeden wil goeddeels machteloos tegenover dien onkruidvijand, omdat van de akkers en erven zijner buren, ook van openbare wegen en spoorlij- drukken, zuchtte haar vader. Laten we bedaard zijn, ver maande vrouw Resi. De vreugde zou ons allen kwaad kunnen doen laten wij gaan zitten en afwachten. Ja, laten we kalm zijn, meende de oude Lind. Walburga, die beurtelings had zit ten lachen en schreien, wierp zich aan den hals van Lize, alsof ze steun bij haar zocht. Daar hoor ik iets, zeide Frans, stond op en ging naar buiten. En werkelijk, daar klonken stem men en een oogenblik later trad Johan, geleund op Frans en een eerwaardigen grijsaard, over den drempel van de vaderlijke woning. Twee snelden hem tegemoet: zijn oude vader en Walburga. Beiden omhelsden hem onder vreugde tranen. Eindelijk zei de vreemde grijs aard Nu, vrienden, weest kalm en dankt den Goeden God voor den zegen, dien Hij u geschonken heeft Men gaf aan dien raad gehoor en om de tafel geschaard hield men een oogenblik van stille aandacht. ftbonnements-flduertentiën op zeer uoordeelige uooruiaarden nen, de onkruidzaden geregeld worden aangevoerd.Samen werking van belang hebbenden is dus uoodig. En voorts is medewerking, steun van de spoor wegmaatschappijen, van het rijk, de provincie en de gemeente, onmisbaar. Tot heden is dat niet ingezien. Het bestuur der Friesche Mij. van Land bouw komt de eer toe, dat zij het eerst heeft begrepen, dat in die richting moet worden gewerkt. Het heeft zich tot de directiën der spoor wegen gewend met het verzoek, de lijnen te zuiveren van zaadonkruiden, in 't bijzonder van distels. Het ant woord luidde, dat men wel be reid zou zijn den spoorweg door eigen personeel van distels te laten zuiveren, ware het niet, dat dit in Juli en Aug., in den tijd der drukste werkzaamheden, moest geschieden. Om echter aan de bezwaren eenigs- zins tegemoet te komen, zou aan de aangrenzende eigenaren of pachters in de maand Juli of Augustus, als de le grasstiede van den spoorweg was verwijderd, gaarne gelegenheid wor den gegeven de distels en ander on kruid te laten uitroeien. Het komt ons voor, dat belang hebbenden met deze beschikking te vreden kunnen zijn; zij zijn nu al thans in de gelegenheid gesteld het kwaad beter, dan tot dusver mogelijk was, te bestrijden. Werd nu algemeen van deze gelegenheid gebruik ge maakt, dan zou cfit ongetwijfeld een groote verbetering, een belangrijke oogstvermeerdering en een zeer be duidende besparing van arbeid ten slotte tengevolge hebben. Maar wij zouden nog niet zijn, waar wij moe ten wezen. De rijks-, provinciale- en gemeen tegronden zouden dan nog overblij ven a Is bronnen van voortdurende besmetting en vervuiling onzer akkers en weiden. Voor iemand, die zijn oogen gebruikt, zal het wel geen bewijs behoeven, dat die gronden inderdaad de verspreiding van on kruid sterk bevorderen, en het dikwijls aan de bezitters van aangrenzende landerijen onmogelijk maken, deze gronden behoorlijk zuiver te houden of te krijgen. Er moet derhalve meer worden gedaan. Wat dan Moeten wij aandringen op wettelijke voor schriften, opdat vervuilde wegen wor den gezuiverd H. Thymus, die deze zaak in afl. 6 van het Tijdschrift der Ned. Hei demaatschappij bespreekt, meent, dat ook zonder dat het doel kan worden bereikt. Hij acht in deze de Rijks- landbouwleeraren de aangewezen personen, om bij den betrokken in genieur van den waterstaat of de be trokken besturen aan te kloppen, en stelt zich voor dat, indien de door het Rijk aangestelde landbouwkundi gen zich met de zaak bemoeiden, in Daar kwamen de knechts en mei den binnen. Ze hadden het nieuws gehoord en wilden zich nu met eigen oogen overtuigen. Allen waren evenzeer verheugd. Ik zie het en toch kan ik het bijna niet gelooven, verklaarde de oude Lind herhaalde malen. Ja, het is een wonder van Gods goedheid, dat uw zoon hier levend is teruggekeerd, zei de vreemde grijsaard. Maar laat dien man daar niet bij de deur staan. Al heeft hij schuld, hij heeft getracht die uit te wisschen en ailen hebben veel aan hem te danken Kom hier, vriend Deze laatste woorden waren tot Sepp gericht, die verlegen aan de deur was blijven staan. Hij kwam aarzelend nader. Ja, Sepp, ga zitten, zei Johan, je hebt het wel verdiend. Deze woorden veranderden de stemming ten gunste van Sepp. Wees welkom, zei de oude Lind, toen hij de woorden van Johan hoorde, en bood Sepp zelf een stoel aan. Toen wendde Lind zich tot den de zuivering van publieke terreinen spoedig een groote vooruitgang op te merken zou zijn. Wij deelen het gevoelen van den schrijver, maar tevens rijst bij ons de vraag zouden de verschillende landbouwmaatschap- pijen zich niet geroepen gevoelen de koe bij de horens te vatten t Geldt een zaak van zeer groot belang, die, nu zij is ter sprake ge bracht. niet moet worden losgel aten Vlissingen, 14 Juni. Het Groene Kruis. De afdeeling van bovengenoemde vereeniging hield gisterenavond een algemeene vergadering in het Con certgebouw, onder voorzitterschap van' den heer jhr. mr. A. A. van Doorn van Koudekerke. Na lezing en goedkeuring der no tulen van de vorige algemeene ver gadering werd door den penning meester, den heer A. J. van Ocken- burg Sr., de rekening en verantwoor ding gedaan over het afgeloopen jaar, waaruit bleek dat de ontvangsten hebben bedragen f 3245,02 en de uitgaven f 2203,50, zoodat de reke ning sluit met een voordeelig saldo van f 1041,52. Deze rekening is nagezien door de heeren Hessing, Buskop en Auer, welke deze hebben accoord bevon den. De rekening werd door de ver gadering goedgekeurd en door den voorzitter aan den penningmeester dank gebracht voor zijn gehouden beheer. Daarna werd door den secretaris, den heer mr. F. S. Witteveen, het jaarverslag uitgebracht, waaraan wij het volgende ontleenen De vereeniging verkeerde in bloeien- den toestand en gaf blijk in ruimen kring nuttig werkzaam te kunnen zijn. liet ledental dat op 1 Januari 1909 1339 bedroeg, verminderde door vertrek en om andere redenen met 70 personen, terwijl daarentegen 170 nieuwe leden toetraden, zoodat het ledental op 31 December tot 1439 was gestegen. De verplegings-artikeler. werden 1716 maal in bruikleen uitgegeven, tegen 1453 maal in 1908. De samenstelling van het bestuur bleef onveranderd. De heer mr. F. S. Witteveen, die aan de beurt van aftreding was, werd als zoodanig herbenoemd. Van de diensten van de wijkver pleegster, Zuster De Wit, die met groote toewijding werkzaam bleef, werd wederom veelvuldig gebruik gemaakt. Het beheer van het magazijn werd door den heer Dommisse tot onze groote tevredenheid gevoerd. Aan schenkingen werd een bedrag van f 20 ontvangen, waarvan wij met vreemden grijsaard en vroeg hem zijn woonplaats, leefwijze enz. Ik heet Leonard, zei deze, maar gewoonlijk word ik vader Leonard genoemd, omdat ik als kluizenaar leef. Mijn hut staat vele, vele uren van hier op een eenzame plaats in het gebergte. Maar hoe kwaamt ge aan mijn zoon vroeg Lind. Op zekeren dag kwam Sepp ademloos bij mij en riep mijn hulp in voor een gekwetste. Ik aarzelde niet met hem mee te gaan, hoewel het geheel geen pad was. Na een langen moeielijken tocht kwamen wi, bij een rotsholte en daar zag ik uw zoon liggen. Gelukkig heb ik eenige kennis van de heelkunde Eenige kennis? riep Sepp. Er is geen dokter zoo knap, dat weet ik bij ondervinding. Met ons beiden konden we den gekwetste niet vervoeren, vervolgde vader Leonard kalm. Ik ging hulp zoeken en ontmoette gelukkig een herder, die eenige verplichting aan mij heeft. Niet zonder moeite brach ten wij met ons drieën uw zoon in mijn kluis. Ik nam hem in behande- groote erkentelijkheid melding maken, in de hoop dat meerderen dit goede voorbeeld zullen volgen. In de hoop dat de vereeniging in het nieuw begonnen jaar zich verder zal blijven ontwikkelen, eindigen wij dit verslag. Dit verslag werd, eveneens onder dankbetuiging aan den secretaris goedgekeurd. Hierna moest voorzien worden in een vacature als bestuurslid in plaats vanjden heer dr. C. A. Duyvis die aan de beurt van aftreding was. Op voorstel van den voorzitter werd de heer Duyvis bij acclamatie als zoodanig herkozen, die zich be reid verklaarde de benoeming aan te nemen. Vervolgens was aan de orde een voorstel tot wijziging van het regie ment, om het hierdoor mogelijk te maken dat de afdeeling de tubercu- iose-bestrijding ter hand kan nemen. Dit voorstel werd door den secre taris uitvoerig toegelicht en de wen- schelijkheid van deze reglements-her- zing aanbevolen. Hij meende dat deze bestrijding wel op den weg der vereeniging ligt. De kosten daarvoor behoeven niet groot te zijn en bovendien is reeds een fondsje van f 100 bijeen om de eerste stappen in deze richting te doen. Ook het saldo in kas stelt de vereeniging in staat in deze richting werkzaam te zijn en misschien is het wel mogelijk rijks- en provinciale subsidie voor dit doel te verkrijgen. Thans dient eerst evenwel het principe uitgemaakt te worden, dan kan later worden overwogen op welke wijze deze bestrijding verder ter hand zal genomen worden. Er kan dan bijv. een sub-commissie worden benoemd. Eerst dient dus te worden uitge maakt of het op den weg der ver eeniging ligt in deze richting werk zaam te zijn. De heer Van Maanen was van meening dat de werkkring van het Groene Kruis groot genoeg is en deze niet behoort te worden uitgebreid. De tuberculose-bestrijding ligt niet op den weg dezer vereeniging. Wel kan desnoods worden samen gewerkt met een andere vereeniging die zich eventueel deze bestrijding ten doel stelt. Deze en meer andere bezwaten waren voor den heer Van Maanen groot genoeg zich niet voor het principe door den heer Witteveen voorgesteld, uit te spreken. De heer Van de Sande had met het oog op de inkomsten der ver- eenigiging bezwaar den werkkring uit te breiden, daar dit allicht tot nadeel zou strekken van hetgeen het Groene Kruis zich thans ten doel stelt. De heer Staverman zou er voor ling en vreesde langen tijd voor zijn behoud, maar zijn jong en krachtig gestel heeft hem gered. Meermalen spoorde ik Sepp aan om de familie van mijn patiënt tijding te brengen, maar hij durfde niet, omdat hij op den jager geschoten had. Ik dacht, dat Werner aangifte had gedaan en dan had er nog eenige jaren tuchthuisstraf voor ons opgezeten, zeide Sepp. Eindelijk gelukte het uw zoon in zooverre hersteld te krijgen, als ge hem nu ziet. Ik had gaarne zelf de reis gemaakt om u de tijding te brengen, maar ik had mijn voet ver stuikt, die is nog nauwelijks hersteld. Een paar dagen geleden waagde Sepp zich wat verder van mijn kluis, waar hij een schuilplaats had ge vonden. Toevallig ontmoette hij een ouden bekende en vernam, dat de jonge Werner het land verlaten had zonder een aanklacht tegen hem in te leveren. Nu was Sepp niet te houden. Hij drong er op aan dade lijk te vertrekken en gunde mij bijna geen tijd om de noodige voorbereid selen te maken. (Siot volgt,)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1910 | | pagina 1