De oude Uniform
Dinsdag
18 Januari.
Feuilleton.
1910.
No. 14
48e Jaargang.
Gemeentebestuur*
BINNENLAND.
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks,, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
BEKENDMAKING.
Aangifte van nieuwe leerlingen voor
de Openbare lagere scholen.
Burg. en Weth. van Vlissingen
brengen ter kennis van belangheb
benden, dat op Maandag 14 Fe=
bruari a. s. als leerlingen tot de
scholen A (Coosje Buskenstraat), B
(Hendrikstraat) en F (Joost de Moor
straat), kunnen worden toegelaten
kinderen van on- en minvermogen
den, die op het tijdstip der toelating
zes jaren oud zijn.
De aangifte der nieuwe leerlingen
kan geschieden van Maandag 17
Januari tot en met Zaterdag 29
Januari e. k., des voorin, van 9—12
uren,ter Gemeente-Secretarie (Griffie).
Bij de aangifte wordt men verzocht
een Trouwboekje mede te
brengen.
Vlissingen, 15 Januari 1910.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
W1TTEVEEN.
Toen Zaterdagmiddag, omstreeks
half één, het regiment grenadiers en
jagers, met de kapel aan het hoofd,
na de beëediging van reserve-2e-
luitenants naar de kazerneterugkeerde,
na een rondwandeling door de stad,
passeerde de troep het koninklijk
paleis, in het Noordeinde, te 's Gra-
venhage, juist op het oogenblik, dat
H. M. de Koningin het paleis verliet,
voor het maken van een korte wan
deling. De troep bracht de Koningin
het gewone militaire eerbewijs, waar-
voor H, M. met een vriendelijke
buiging dankte,
De openbare onderwijzer en de
liefde voor het Vorstenhuis.
Aan het veelbesproken onderwerp
van de „absolute neutraliteit" der
I lagere school ten aanzien van monar-
chale gezindheid en liefde voor
het Oranjehuis, wijdt de „Nieuwe Ct."
een opstel, hetwelk het aldus besluit
En wat nu betreft de vrijheid van
den onderwijzer, ons wil het toeschij-
nen, alsof in heel dit debat de rede
voerende onderwijzers het gewicht
van hun persoon bedenkelijk over-
schatten. Die persoon is ongetwijfeld
invloedrijk, maar op de kinderen.
3 En de natuurlijke vrijheid, op welker
I eerbiediging de onderwijzer, ook van
de zijde der overheid in wier dienst
hij staat, aanspraak heeft, legt het
kind, om wie en voor wie de volks
school is ingesteld en bestaat, aan
banden.
Dat de openbare onderwijzers zich
76.)
-o—
Hij moet echter snel handelen,
elk oogenblik kon de muur doorge
broken worden. Dan zou het te laat
zijn
Reeds loopt hij naar de plaats,
waar het wapen ligtdaar klinkt
van buiten een stem.
«MoedHoudt moedDe redding
is nabij!"
Wenz hoort die woorden en meent
die stem te herkennen. Hij heeft ze
vroeger gehoord, dikwijls 1
Jubelend roept Hubert: „Grates!"
Dat is de naam van den herder,
die Joost verdedigde. Nu, wat kan
die herder mij schelen dacht Wenz,
ik zal toch mijn plan uitvoeren.
Plotseling valt een helle lichtstraal
naar binnen, de muur is doorge
broken. Van beide zijden klinkt ge
juich, maar er valt nog veel te doen,
hoeden voor overdrijving, dat zij wa
ken tegen ontaarding van edele, na
tionale gevoelens en het koninklijke
gezin niet tot voorwerp van slaafsch-
heid en aanbidding maken, waarlijk,
dat wenschen ook wij. Aan hen blijft
de keus der middelen een liedje is
nog niet geschikt, omdat het een
Oranjeliedje is er zijn er heel nare
bij. En ook is eerbied voor het gezag
niet de „deugd", die zij bij uitsluiting
in de kinderen hebben aan te kweeken
het is één van de deugden voor
welker verbreiding zij de hooge ver
antwoordelijkheid dragen. Mogen zij
echter begrijpen, dat die deugd aan
kinderen niet als een abstractum in
te prenten is, niet zonder opwekking
van het nationaal bewustzijn, niet
zonder geschiedenis, en dus aan Ne-
derlandsche kinderen niet zonder
Oranje. Of lievermogen zij dat blijven
begrijpen. Want wij zijn er van over
tuigd, dat Ossendorps beruchte rede
van de practijk van ons Nederlandsch
volksschool-onderwijs een slecht ge
lijkend beeld te zien gaf.
Kamers van Arbeid.
Thans zijn verschenen de verslagen
van de Kamers van arbeid over 1908.
In dezen bundel zijn de opgaven en
mededeelingen verwerkt, vervat in de
door 81 Kamers van arbeid uitge
brachte verslagen.
In 1908 werden geen Kamers van
arbeid opgericht en 1 Kamer opge
heven. De Kamer van arbeid voor de
bouwbedrijven te Nijmegen bleef in
gebreke, haar verslag tijdig in te
zenden.
Blijkens de verslagen der Kamers
werden door verscheidene dezer aan
den minister van waterstaat vertrou
welijke inlichtingen verstrekt omtrent
loonen. Advies werd o. a. uitgebracht
aan den minister van landbouw, nij
verheid en handel, betreffende de
meest geschikte uren op den dag
voor de inlevering der stembriefjes
bij de verkiezingen voor de verschil
lende Kamers van Arbeid en over
het voorontwerp tot afschaffing van
den nachtarbeid in het bakkersbedrijf.
Verschillende Kamers hebben model
len van arbeids-contracten vastgesteld,
loonregelingen ontworpen, of getracht
collectieve arbeidscontracten tot stand
te brengen. Tal van geschillen over
arbeidsaangelegenheden gaven weder
aanleiding tot het inroepen van de
tusschenkomst der Kamers, met meer
of minder succes. Blijkens de mede
deelingen van verschillenden aard
(Hoofdstuk 1) meende de Kamer van
arbeid voor de winkel- en de gros-
siersbedrijven als publiekrechtelijk
lic'naarii zich te moeten onthouden
van aansluiting aan het Nationaal
Comité voor vervroegde winkelslui
ting, terwijl de Kamer van arbeid
voor den kleinhandel te Rotterdam
voordat de opening groot genoeg
is om een mensch door te laten.
Bii den aanblik van het daglicht
kan Wenz zich niet meer houden,
ademt op en de zekerheid zijner
redding geeft hem nieuwe kracht.
Gelukkig, het is nog niet te laat
om zijn plan te volvoeren. Een paar
schreden verder ligt het moordtuig,
doch ontsteld blijft hij staan, het
pistool ligt op de roode jas van den
man, dien hij twintig jaar geleden
doodde. Hij wankelt en aarzelt.
Weer valt steen op steen. De
opening is nu zoo groot, dat Grates
en Hubert elkaar de hand kunnen
reiken. Nog een weinig inspanning
en het groote werkt is volbracht, de
redding gelukt.
„Te laat", mompelde Wenz, en
het hoofd zinkt hem op de borst.
Als verdoofd staat hij daar, steeds
meer in verwarring, niet in staat om
helder te denken. Eén ding weet hij
het daglicht beteekent vrijheid, leven
Hubert heeft zich intusschen door
de opening gewerkt en valt den her
der oin den hals. De oude man
weent, maar het zijn vreugdetranen.
„Voorzichtig!" vermaant hij. Nu
adhaesie met de actie voor dit doel
betuigde.
De verslagen gewagen voorts van
verschillende enquêtes, door sommige
Kamers ingesteld, van bemoeiingen
van verschillende Kamers op het ge
bied der werkloozen-verzekering, ge
meentelijke arbeidsbeurzen, arbeids
voorwaarden in bestekken van pu
blieke lichamen, enz.
De bundel beslaat 632 bladzijden
druks en is voorzien van een alpha-
betisch register der behandelde on
derwerpen.
Ranglijst officieren.
Blijkens de nieuw verschenen naam-
en ranglijst der officieren van het
Nederlandsche leger en van dat in
Nederi. Oost-Indië, alsmede van de
landmacht in West-Indië, telt ons
leger het volgend aantal officieren
Z. K. H. de Prins luit.-generaal
a la suite van de landmacht en van
het leger in Ned.-Indië.
Wapen der infanterie h. t. I.2
luit.-generaais, 6 generaal-majoors,
17 kolonels, 42 luit.-kolonels, 35
majoors, 315 kapiteins, 461 le-luit.,
190 2e-luit., 1 reserve-maj., 6 idem
kap., 136 id. Ie luit., 87 idem 2e luit.,
46 militie le luit. en 156 militie 2e luit.
Biervan waren op nonactiviteit 1
gen.-maj., 1 kol., 1 iuit.-kol., 3 kapt.,
10 le-luit. en 1 2e-luit. en gedeta
cheerd bij het leger in Ned. O.-I. 2
kapt. en 17 le-luit., en bij de land
macht in West-Indië' 2 kapt., 4 le-
luit. en bij de Kol. reserve 1 le-luit.
Wapen der cavalerie h. t. 1.2
gen.-maj., 4 kol., 6 maj,, 31 ritm.,
56 le-luit., 17 2e-luit., 5 reserve-
ritm., 15 idem le-luit., 18 id. 2e luit.
Op nonactiviteit waren 1 luit-kol.,
1 le-luit., en gedetacheerd bij het
leger m Ned.-Indië 2 ritm. en 1 le-luit.
Wapen der artillerie h. t. 1.5
generaal-majoors, 11 kolonels, 14
luit-kolonels, 17 majoors, 133 kapt.,
203 le-luit., 70 2e-luit., 9 reserve-
kapt., 21 idem le en 5 idem 2e-luit.
21 militie-le en 8 militie-2e-luit.
voorts 1 luit.-kol.-magazijnmeester,
5 maj. idem. 6 kapt., idem, 5 le
luit. idem en 1 2e-luit. idem.
Daarvan waren op non-activiteit,
1 gen.-rnaj., 1 maj., 1 kapt. en 3 le
luit. en gedetacheerd bij het leger in
N.-I. 4 le luit.
Wapen der genie h. t. 1.3 gen.-
majoors, 2 kolonels, 7 luit.-kolonels,
8 majoors, 36 kapt., 34 le en 18 2e
luit., 3 reserve-kapt., 3 idem leen 10
idem 2e-luit.
Daarvan waren op non-activiteit 2
majoors en 1 le-luit. en gedetacheerd
bij het leger in N.-I. 3 le-luitenants.
Wapen der kon. marechaussee 2
luit.-kolonels, 3 majoors, 9 kapiteins
en 5 le-luitenants.
Militaire administratie: intendanten,
1 kolonel-hoofdintendant, 1 kolonel,
ziet Hubert rond hij schrikt, nu hij
ziet, hoe gevaarlijk de plaats is,
waar zij staan. Hij duizelt ervan,
maar Joost grijpt hem stevig vast en
laat hem nederzitten op het puin.
„Help klinkt het uit het gewelf
en in de opening worden hoofd en
schouders van den tweeden levend
begravene zichtbaar. Joost steekt
hem de hand toe en helpt hem door
de opening.
Wat nu gebeurde is moeilijk te
beschrijven.
Op het kleine muuruitsteeksel staat
Wenz. Onbeweeglijk ziet hij zijn be
vrijder aan. Joost kijkt hem ook aan
met vlammende blikkenbij den
eersten oogopslag heeft hij zijn broer
herkend. Hij roept
„Wenz
Dit enkele woord brengt leven in
de onbeweeglijke gestalte. Hij snakt
naar adem, hij zwaait de armen,
alsof hij een dreigend schrikbeeld
wil verjagen. Hij doet een stap ach
terwaarts en roept„Joost! Joost!"
In dat geroep klonk schrik, maar
ook een bede om ontferming. Joost
ziet hem aan met een blik vol toorn
en afgrijzen. Weer zet Wenz een
ftbonnements-Eduerfentiën op zeer uoordeelige uooruiaardert
4 luit.-kolonels, 4 majoors, 8 kapit.
Kwartiermeesters 4 luit.-kolonels,
5 majoors, 36 kapiteins, 51 le-luit.
(overcompleet 13 le-luïtenants), 28
2e-luitenants.
Non-actief: 1 majoor en 1 le-luit-
tenant. Gedetacheerd in West-Indië
1 le-luit. kwartierm. en bij de kolo-
niale-reserve 1 kaptein en 1 le-luit.
kwartierm.
Burgemeester Van Leeuwen.
Ten stadhuize te Amsterdam, in
de burgemeesterskamer, werd Zater
dag door mr. Van Leeuwen de com
missie ontvangen, welke zich uit het
politiekorps heeft gevormd om hem
bij zijn scheiden als burgemeester,
en dus ook als hoofd van dit korps,
een huldeblijk aan te bieden.
Het souvenir, dat den scheidenden
burgemeester werd aangeboden, be
stond uit een rijk gebeeldhouwde
eiken bank, een daarbij behoorend
kussen en een tegel-tableau uit de
plateelbakkerij Roozenburgh, voor
stellende de Spinhuissteeg met den
ingang van het hoofdbureau van
politie.
Hierbij was gevoegd een oorkonde.
Deaanbiedinggeschiedde bij monde
van den hoofdcommissaris, den heer
H. S. Hordijk, die in zijn toespraak
o. m. zeide, dat schier heel het per
soneel der politie behoefte heeft ge
voeld aan mr. Van Leeuwen te doen
blijken, dat het dankbaar is voor veel
wat hij voor dat korps heeft gedaan-
In zijn antwoord op deze toespraak
zeide de burgemeester o. m., dat het
geschenk van het politiekorps steeds
een eereplaats in zijn woning zal in
nemen.
Daarna drukte hij alle heeren met
warmte de hand, verzekerende dat
hij allen leden van het politiekorps
veel goeds toewenschte.
In de laatste dagorder, door bur
gemeester Van Leeuwen tot het po
litiekorps gericht, brengt hij ook in
ruimeren kring aan 't gansche korps
zijn oprechten dank.
Tevens geeft hij aan het korps de
verzekering, dat de opgewekte, ijve
rige en tactvolle wijze, waarop het
korps in de jaren dat het onderzijn
leiding stond, zijn taak heeft vervuld,
door hem steeds hoogelijk is gewaar
deerd, terwijl hij ook met blijdschap
opmerkte hoe het korps zich meer
en meer algemeen in het vertrouwen
der burgerij en in een gunstige re
putatie mag verheugen.
Des middags te 3 uur maakten de
heeren mrs. R. van de Werk, presi
dent van het gerechtshof te Amster
dam, J. C. baron Baud, procureur-
generaal, J. G. Vogel, vice-president,
A. M. Pleyte, advocaat-generaal en
M. J. Claasen, subst.-griffier bij dat
college, hun opwachting bij den
scheidenden burgemeester.
voet achterwaarts en het gelaat ver
trokken door angst, stort hij achter
over in de diepte.
Joost ontstelt hevig, maar behoudt
gelukkig zijn vastberadenheidhij
weet, dat hij voorzichtig moet zijn
om niet zelf in de diepte te storten.
Hij blijft dus staan en kijkt omlaag.
De boot, die hij reeds vroeger zag
naderen, was juist aan den voet der
rots aangekomen. De drie mannen
hadden Wenz zien vallen. Onmid
dellijk wendden zij het roer en stuur
den naar den wal. Verpletterd von
den zij daar het lijk van den ellen
dige aan den voet der rots liggen.
Joost wendde zich af en ging naar
Hubert. Deze had het tooneel ook
gezien en keek nu Joost vragend aan.
„Hij is gericht!" sprak Joost. „Het
was Wenz, de moordenaar van den
heer Von Beuren
„Hade moordenaar van mijn va
der De ellendige En gij Gij
zijt Joost 1"
Joost keek Hubert vreemd aan.
„Demoordenaar van mijn vader!"
Wat moest dat beduiden Doch op
die woorden „Gij zijt Joostant
woordde hij „|a, ik ben Joost! Nu
Gouverneur-generaal Van Heutsz.
De berichtgever van het „Hbl." te
Parijs seint
Generaal Van Heutsz, die hier
eenigen tijd zal vertoeven, heeft mij
welwillend een onderhoud toegestaan,
waarin hij me een korte karakteris
tiek gaf van zijn werk. De allereerste
taak was, overal het Nederlandsch
gezag te bevestigen, dat de grond
slag van alles is. Daarna kwamen de
decentralisatie en de instelling der
landschapskassen, ook in de niet on
der rechtstreeksch bestuur staande
landstreken, waardoor zij geleidelijk
zullen kunnen bijdragen in de uit
gaven der geheele kolonie. De auto
nomie van Ned. Indië, een der meest
belangrijke quaestiën, is goed op den
weg naar hare verwezenlijking. An
dere quaestiën, welker oplossing
deels- nog in voorbereiding is, deels
reeds verkregen is, zijn die betreffende:
de vreemde Oosterlingen, het lager
onderwijs, het mijnwezen, enz.
De heer Van Heutsz verklaarde, dat
hij steeds de groote industriën, den
aanleg van spoorwegen en de op
richting van stoomvaartlijnen heeft
bevorderd, overtuigd van de nood
zakelijkheid hiervan voor de ont
wikkeling van het land. Hij twijfelde
niet of de groote lijnen van regeerings-
beleid zouden onder zijn opvolger
onveranderd blijven en hij eindigde
met de mededeeling, dat hij terug
keerde om rust te nemen en dat hij
niet de bedoeling heeft in de toe
komst zich bezig te bouden met de
koloniale politiek. Hiervoor zijn
jongere menschen noodig, en de „aan
wijzingen" der ouderen zijn slechts
van weinig beteekenis.
Opvoedingsgesticht Ned. Herv. Kerk.
In verband met de gedeeltelijke
wijziging van de oorspronkelijke plan
nen in zake de oprichting van het
Opvoedingsgesticht voor Regèerings-
jongens der Ned. Herv. kerk, heeft
het bestuur besloten de aanvankelijk
opgemaakte nominatie voor een di
recteur aan een nadere herziening te
onderwerpen. Genoemde wijziging
heeft deze beteekenis dat vermoede
lijk de land- en tuinbouw meer op
den voorgrond zal treden, hoewel de
opleiding tot het ambacht volstrekt
niet losgelaten wordt.
H.H. M.M. de Koningin en Koningin-
Moeder lieten dezer dagen Hoogstder-
zelver dank betuigen voor de aan
bieding van een exemplaar van den
2en druk van „Kunt je nog zingen,
zing dan mee met pianobegeleiding.
De verzamelaars van dezen bundel
van 80 algemeene bekende school
(volks)liederen, bewerkt voor piano
door den heer P. Jonker te 's Gra-
venhage, willen met deze uitgave be-
mijn onschuld gebleken is, wil ik
dat niet langer verbergen."
„De vader van AmmiToe Kom!
Laten we spoedig van hier gaan
Zij is zeker ongerust over ons
Hubert stond op om met zijn red
der omhoog le klauteren, doch daar
viel hem iets in. „Ik moet nog eens
terug om de jas van mijn vader te
halen. Dat aandenken wil ik niet
missen," zeide hij. „Hier, Joost, neem
dezen brief, ik heb hem in de uni
form van 'mijn armen vader gevon
den. Lees hem, dan zullen mijn
woorden je niet raadselachtig meer
voorkomen." Met deze woorden
duwde hij den verbaasden oude
den brief van den kapitein in de
handen en verdween daarop in de
opening van het gewelf.
Joost ging zitten en las. Hij keek
niet op en bemerkte niet, dat Hubert
met de doorschoten, met bloed be
vlekte uniformjas reeds een poosje
voor hem stond, zoo geweldig was
hij aangegrepen door den inhoud van
den brief. „Wonderlijke samenloop",
mompelde hij, peinzend op het pa
pier starende,
(Wordt vervolgd.)