De oude Uniform
Woensdag
12 Januari.
No. 9.
48e Jaargang.
1910.
Fëuillleton.
BINNENLAND.
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
Begrafenis Generaal Thiange.
De deelneming in het leger en
daarbuiten verwekt door het overlijden
van den luit-generaal F. N. Thiange,
chet van den Qeneralen Staf, open
baarde zich gisteren bij de teraarde
bestelling van het stoffelijk overschot
van dezen opperofficier op de meest
duidelijke wijze. Wel was de rouwstoet
eenvoudig, dekten geen bloemen de
lijkbaar en werden aan de groeve
geen woorden gesproken ter huldiging
van de nagedachtenis van den afge
storvene, ter eerbiediging van den
wensch van den doode bij wien een
voud steeds had voorgezeten, maar
groot was daarentegen de uiting van
deelneming, blijkend uit de aanwezig
heid van de velen die naar Oud Eik
en Duinen te 's Oravenhage waren
gekomen om generaal Thiange een
laatste saluut te brengen. Bij dit
eerbetoon ging vooraan de Prins,
door zijn aanwezigheid ter plaatse
tevens getuigenis afleggende van
(je belangstelling van de Koningin,
zoomede de vertegenwoordiger van
de Koningin-Moeder, de oud-luit.-
kolonel der cavalerie jhr. Van Tets.
In lange rij werd voorts de lijkbaar
grafwaarts gevolgd door den minister
van oorlog, den secretaris-generaal
en onderscheidene burgerlijke en mi
litaire hoofdambtenaren van dat de
partement, generaal Sabron, den com
mandant van het veldleger, den ma
rinestaf, den souschef van den gene-
ralen staf, inspecteurs van onder
scheidene wapens en dienstvakken,
divisie-commandanten, den kolonel
hoofdintendant, de commandanten en
onderscheidene officieren van de te
's Gravenhage in garnizoen zijnde
regimenten,zoomede van 't 3e regiment
huzaren en deputatiën van de overige
huzaren-regimenten, de officieren en
het verdere personeel van den Gene-
ralen §taf, zoomede deputatiën van
alle korpsen, militaire inrichtingen,
marchaussée enz.
Voorts gaven tal van oud-officieren
van alle rangen van hunne belang
stelling blijk. O. m. toch waren ter
begraafplaats aanwezig de gep. ge
neraals Thomese, Kool, Staal, Van
Ermel Scherer, De Waal, Koolemans
Beynen, Wüppermann, Van Moock,
oud-gouverneur-generaal Rooseboom
en tal van andere militaire autoriteiten,
zoomede de onder-voorzitter van de
permanente militaire spoorwegcom
missie, de heer Kits van Heijningen.
Ook het kader der verschillende wa
pens was vertegenwoordigd.
Nadat de kist in de groeve was
neergedaald, richtte de zoon van den
ontslapene allereerst woorden van
dank tot den Prins en tot den ver
tegenwoordiger van de Koningin-
71.)
Ook vond hij een brief, dien hij
bijna onbewust bij zich nam. Wat
Hubert nu bij dit kaarslicht zag, was
met bemoedigend, niets dan vaste
steenen zag hij rondom. Ten gevolge
van het licht opende de heer Von
Beuren nu ook de oogen en keek
Hubert een poosje strak aan. Toen
stond hij op en zeide ruw „Voor
den drommelWeg met die oude
geschiedenisIk wil er niet meer
aan denkenOnze redding, dat is
het voornaamste 1" Doch in gepeins
bleef hij staan, een geruimen tijd.
En toen tot zich zelf sprekende zeide
"ij„Een hoogere Rechter zal den
moord berechten, wij zullen spoedig
genoeg voorHem moeten verschijnen."
Alsof zijn gedachten plotseling
van richting waren veranderd, vroeg
hij opeens aan Hubert„Heb je den
Moeder en vervolgens tot den minister
van oorlog en de overige militaire
autoriteiten en verdere belangstel
lenden.
Hiermede was de plechtigheid ge
ëindigd.
De Johanniter-Orde.
Naar verluidt schrijft het „Vad."
zullen deze maand niet minder
dan vijf en twintig nieuwe leden in
de Nederlandsche afdeeling der Jo
hanniter-Orde worden opgenomen.
Dank zij de breedere opvattingen van
den Prins commandator, en der sinds
een paar jaren te Berlijn veranderde
bepaling, welke slechts vijftigjarigen
adeldom tot de aanneming vereischt,
laat het zich aanzien dat de Johanni-
ters hier te lande tot een zeer tal
rijke vereeniging zullen aangroeien,
in staat, om aan de Protestantsche
ziekenverpleging een veel vermogen
den steun te bieden. Er zullen dus
weldra een vijftigtal adellijke protes
tanten tot dat doel in de hier her
stelde orde samenwerken.
^Tevens verneemt het blad, dat er
geen sprake kan zijn van een werk
zaamheid der orde in onze koloniën,
wat aan Islamiten allicht reden tot
ontstemming had kunnen geven. Ook
de geest der instellingen dient zich
naar den vooruitgang der beschaving
te wijzigen, en nagenoeg al onze
protestantsche Johanniters hebben
daarvan een prijzenswaardig bewijs
geleverd.
Het vervaardigen der keurige kleedij
van zooveel ridders, die ongetwijfeld
ook den glans van galafeesten nog
zal verhoogen, zal onze inheemsche
nijverheid ten goede komen.
J. B. Van Heutsz.
Heden wordt te Genua verwacht
het stoomschip aan boord waarvan
de afgetreden gouv.-generaal van
Ned.-Indië, generaal van Heutsz, de
terugreis naar Europa ondernam. De
voormalige opperlandvoogd gaat te
Genua aan wal, om van daar recht
streeks naar Parijs door te reizen,
werwaarts zijn hier te lande wonen
de familieleden zijn vertrokken, ten
einde aldaar hun bloedverwant te
verwelkomen.
De heer Van Heutsz is voornemens
eerst nog eenigen tijd in Frankrijk
te blijven alvorens naar het moeder
land terug te keeren.
Adresboek werklieden-organisatie.
De directeur-generaal van den ar
beid heeft aan werklieden-vakveree-
ningen,bestuurdersbonden en arbeids
secretariaten in Nederland een circu
laire verzonden met een vragenlijst,
waarin inlichtingen kunnen worden
verzameld, teneinde daaruit een adres
boek van de werkliedenvakorga-
uitgang gevonden
„Neen."
„je had flink moeten voortwerken
We kunnen toch niet hier blijven
verhongeren sterven?"
„Dat zal wel ons lot zijn."
„Onmogelijk 1 Laat me zien, waar
je hebt gehakt en gewoeldHij
liep naar de plaats, waar Hubert
gewerkt had, deze volgde hem met
de lantaarn.
„Vervloekt", mompelde Wenz en
luid vervolgde hij„De opening zou
groot genoeg geweest zijn om ons
door te laten, maar de moeite is
vergeefsch geweest. Hier aan dezen
kant is geen uitweg te vinden. Wij
moeten het op de oude plek daar
achter ons beproeven. Kom, laten
wij aan het werk gaan Hij greep
de lantaarn en liep naar den ande
ren kant van het gewelf, door Hubert
op den voet gevolgd. Toen zij hun
vroegere zitplaats voorbijkwamen,
nam Hubert weer het houweel op,
en zijn lotgenoot, zijn voorbeeld
volgend, nam de schop. Daarna
gingen zij verder. Aan de plek ge
komen, begon Hubert met nieuwe
kracht in het puin te houwen, terwijl
Abonnements-Aduertentiën op zeer uoordeelige voorwaarden
nisaties in Nederland samen te stellen.
Verzocht wordt de vragenlijsten zoo
goed en volledig mogelijk ingevuld
terug te zenden. Vereenigingen of
organisaties, die geen circulaire ont
vingen, wordt in het belang eener
goede samenstelling van het adres
boek verzocht, die alsnog aan te
vragen aan den directeur-generaal
van den arbeid.
Volkstelling.
Een liefhebber van statistieken heeft,
zoo meldt de „L. K.", uitgerekend,
dat het gezamenlijk gewicht der
kaarten, verzamelkaarten en registers
benoodigd voor de plaats gehad heb
bende volkstelling bedraagt 126,230
kilogram. Hierbij was Nederland ge
schat op 51/3 millioen inwoners en is
bijgerekend '/2 millioen kaarten voor
tijdelijk ergens verblijvende personen,
die dus twee kaarten hebben inge
vuld. Dit vrachtje zou dus in dertien
waggons van ieder ongeveer 10,000
kilogram vervoerd kunnen worden.
Het tegenwoordige en het
vroegere geslacht.
In „Het Kind" komt voor deze
vergelijking omtrent de deugden en
ondeugden van het tegenwoordige en
het vroegere geslacht.
De doctoren G. Heymans en E.
Wiersma, te Groningen/houden zich
reeds sedert eenigen tijd bezig met
verschillende psychologische vraag
stukken, betrekking hebbende op het
leven der tnenschen, te onderzoeken
langs statistischen weg, door inlichtin
gen op groote schaal in te winnen
omtrent het voorkomen van geeste
lijke eigenschappen bij verschillende
personen.
Zoo hebben zij uit ruim 400 fami
lie-berichten de ouders en kinderen
met elkander vergeleken, ten einde
daaruit het verschil op te maken tus-
schen de tegenwoordige generatie met
de onmiddellijk voorgaande.
Als eerste resultaat van hun onder
zoek vermelden deze schrijvers een
grootere bedaardheid en rustigheid
der oudere tegenover meerdere be
weeglijkheid en onstuimigheid in
bewegingen en handelingen der jongere
generatie verder meerdere bedacht
zaamheid en beginselvastheid daar,
meer impulsiviteit hier en ten derde
iets grootere besluiteloosheid bij de
ouderen, resoluutheid bij de jongeren.
Meer ijver bij den dagelijkschen arbeid,
sterker neiging om bezig te zijn, meer
aandrift om iets aan te pakken en uit
te voeren bij de oudere, meer gemak
zucht bij de jongere generatie bij
welke op den voorgrond treden lui
heid, neiging om verplicht werk te
veronachtzamen voor niet-verplichte
bezigheden en als gevolg daarvan
meer moedeloosheid en stijfhoofdig-
zijn lotgenoot met de schop de los-
gehouwen steenen verder op zij
werkte.
Een poosje waren zij zoo aan den
gang, toen hubert den slotheer hoorde
uitroepen„Ik heb zoo'n dorst, ik
kan niet meer."
Hubert keerde zich om en zag, dat
zijn lotgenoot zich nauwelijks kon
staande houden, al leunde hij op
zijn schop. De kracht zijner over
spannen zenuwen was uitgeput, en
nu hij zich afgemat gevoelde, over
meesterde hem een groote vrees.
Wenz zag het verschrikkelijke van
hun toestand in, en begreep dat al
hun pogingen tot bevrijding vergeefsch
waren.
„Eet een stuk brood!" zei Hubert.
„Ik heb niets meer, maar dat hin
dert me weinig. Het is de dorst die
mij kwelt", luidde het zachte, kla
gende antwoord.
Hubert legde zijn houweel neer
en bracht den dorstige naar den
vochtigen rotswandmet begeerige
haast lekte Wenz de weinige drop
pels op, die daar aan den wand te
vinden waren.
Vol medelijden rustte Huberts blik
heid. Onder andere eigenschappen en
neigingen verdient nog vermelding,
dat onder de jongeren minder drank
zuchtigen en regelmatige drinkers
voorkomen, iets minder geldgierigen
ook, heerschzuchtigen, diplomaten en
intriganten zij zijn echter meer ge
steld op goed eten en drinken, hun
aard is minder medelijdend en hulp
vaardig en meer egoïstischerook
zijn de jongeren in geringer aantal
absoluut vertrouwbaar, zoeken meer
genot en genoegen en zijn zeldzamer
huiselijk van aard.
Wat de eigenlijke neigingen van
het intellect aangaat, zoo wordt meer
dan vroeger gelezen meer knutsel
werk verricht en meer verzameld er
wordt daarentegen minder aan ver-
standspelen, meer aan geluksspelen
gedaan de belangstelling in familie-
en vermogensverhoudingen is afge
nomen en er wordt minder over per
sonen, meer over zaken en meer over
den eigen persoon gesproken.
Over nog andere psychische uitin
gen wordt door de genoemde onder
zoekers het volgende medegedeeld.
Er bestaat bij de jongeren mindere
neiging tot complimenten maken, meer
frequente verstrooidheid, verminde
ring van den zin voor orde en net
heid en mindere punctualiteit, tege
lijk met grootere neiging tot ironie
in de conversatie. Ten slotte mag als
zeker, onderscheid tusschen de vroe
gere en de tegenwoordige generatie,
althans wat betreft het mannelijk ge
slacht, worden geboekteen duidelijk
uitgesproken neiging tot vermindering
der'activiteit en tot zedelijken achter
uitgang de laatste wordt bij de te
genwoordige jonge vrouwen gecom
penseerd door eenigen vooruitgang
hoofdzakelijk op intellectueel gebied
deze compensatie ontbreekt echter bij
de mannen.
Het staat nu vast, dat het 50jarige
bestaan der opleiding voor marine-
machinist te Heilevoetsluis feestelijk
zal worden herdacht. De minister van
marine heeft reeds zijn toestemming
verleend. Er is een vergadering te
Utrecht gehouden en tweehonderd
leden van het marine-machinistencorps
hebben hunne medewerking toege
zegd. Er moet nu eerst beslist worden
of het feest met het oog op den
dienst in Februari of Maart a.s.,
dan wel in dezen zomer te Hellevoet-
sluis zal gevierd worden.
Aangemunt en ingetrokken.
De minister van financiën brengt
ter kennis van het algemeen, dat ge
durende het jaar 1909:
A. is aangemunt: 1. voor rekening
van bijzondere personen 136.203 du
katen 2. voor rekening van het
Rijk2.000.000 guldens 4.000.000
5-centstukkenö.OOO.OOQ'/j-centstuk-
op den ouden, gebroken man, die
na een lange poos eenigszins ver
kwikt was, en nu begon te spreken.
„Ik heb juist de derde waskaars
aangestoken, het moet weer nacht
zijn."
„Nacht! Altijd nacht! Hoe lang
zouden we hier nog moeten blijven
„Dat weet God alleen."
„Alle hoop is toch niet vervlogen,
wel? Meen je werkelijk.,, dat...
we hier."
„Ik heb weinig hoop", antwoordde
Hubert. „Maar ik wil al het moge
lijke doen en verder werken."
„Ik kan niet meermijn krach
ten zijn uitgeput."
„Ga dan maar zitten", sprak Hu
bert vol medelijden. „Bid, opdat de
goede God ons genadig zij 1 Intus-
schen zal ik werken."
Weder mochten vele uren zijn
voorbijgegaan. Rusteloos had Hubert
gewerkt, maar allengs begon hij den
moed te verliezen. Alle inspanning
scheen vergeefsch. Hoeveel steenen
en puin hij ook loshakte en weg-
schepte, steeds stortten weer steenen
en puin neder,en ten langen leste
was de hoop puin nog grooter dan
kentot een totale nominale waarde
der sub 2 bedoelde specie van
f 2.225.000;
B. van Rijkswege ingetrokken 14
10-guldenstukken1.884.263 Rijks
daalders; 9451 guldens; 8752 halve
guldens; 582.621 25-centstukken
1.615.417 10-centstukken 77 5-cent
stukken 37.998 2'/s centstukken
127.467 1-centstukken ;.2980 '/a-cent
stukken tot een totale nominale
waarde van f 5.034.256,16 (inbegre
pen f 191,35 door brand beschadigde
specie.)
Met het oog op de gewijzigde op
komst der infanterie, zal de leger
plaats bij Harskamp dit jaar reeds
in begin April worden betrokken door
het vaste detachement. De kapitein
voor speciale diensten W. Klap van
hei 11e regiment infanterie is aange
wezen als detachements commandant.
Museumbezoek.
„St.-Ct." no. 8 bevat een opgaaf
van het aantal bezoekers der musea
en monumentenRijksmuseum te
Amsterdam 4e kwartaal van 1909
67.093, jaar 1909 296.594; Kon. Ka
binet van Schilderijen te 's Graven
hage 6680 en 70.308 Museum Moer-
manno Westreeniaum te 's Graven
hage 24 en 143; Kon. Penningkabi
net te 's Gravenhage 70 en 410
Museum H. W. Mesdag te 's Graven
hage 941 en 9046 Rijksmuseum van
Oudheden te Leiden 1286 en 7597
Rijks-Ethnogr. Museum te Leiden
301 en 2221 Museum van Natuur
lijke Historie te Leiden 817 en 5959;
Gevangenpoort te 's Gravenhage-
2541 en 30,425; Historische Zaal van
het Prinsenhof te Delft 925 en 9023
Muiderslot 202 en 4710; Ruïne van
Brederode 977 en 12.485 Monument
van Heiligerlee 469 en 5990.
Vlissingen, 11 Januari.
Het toonkunst-Kwartet uit
Den Haag.
Het departement Vlissingen van de
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen
heeft gisteravond zijn leden en an
dere bezoekers in de gelegenheid ge
steld een paar uren door te brengen,
zooals hier niet vaak worden gesleten.
Er werd een uitvoering gegeven door
een toonkunst-kwartet, bestaande uit
de heerenHenri Hack, le viool;
Herman Voerman, 2e vioolBart
Verhallen, alt en Ch. van Isterdaël,
cello. Zeer velen waren opgegaan om
met deze heeren kennis te maken
zeer weinigen, men kan gerust zeggen
niemand, is heengegaan zonder een
woord van dankbaren lof voor wat
die heeren te genieten hebben ge
geven.
In het geheele program trof het
bij het begin van zijn arbeid.
Wanhopig wierp Hubert het hou
weel neer. Al zijn werk was nutte
loos geweest en als er geen hulp
kwam, waren zij reddeloos verloren.
Mismoedig nam hij de lantaarn op
en keerde terug naar de plek, waar
zijn lotgenoot was gebleven. Vermoeid
ging hij op een steenbrok zitten.
Het licht in de lantaarn is uitge
brand. Hij neemt de laatste kaars en
steekt die aan.
De nieuwe dag de Zondag
moest al lang zijn aangebroken. Tot
den avond zou het licht branden en
dan zou het met hen gedaan zijn.
Een diepe zucht ontsnapt zijn borst.
Nu ziet hij naar zijn lotgenoot. Deze
ligt roerloos op den grond, met het
hoofd op een steen, terwijl deroode
uniformjas hem tot hoofdkussen dient.
„Hij slaapt", mompelde Hubert,
nadat hij een poos naar de adem
haling had geluisterd. Hij liet het
hoofd op de borst zakken en verviel
in gepeins.
Hij dacht aan Ammi, zijn geliefde,
die hij wel nooit zal wederzien.
(Wordt vervolgd).