De oude Uniform
ie of Pfioiograaf
Woensdag*
5 Januari.
1910.
Feuilleton,
No. 3
48e Jaargang.
BIJ BLEEK ERIJ
500M".
ier De Zoom.
op-Zoom.
DANE WASSCHEM
stbode
ïm dienst.
i Walcheren
Havendienst.
;er-Schelde.
BINNENLAND.
rtrofïen.
enz., worden op
i s verstrekt bij
3ELBEBGS Co.
JOOP gevraagd.
"RSE, Hobeinstr. 79.
terstond een nette
AdresMevr. VAN
it No. 84.
jea-MIddslbuiy r.v.
4 40-f 5.50+ 7.55
2.30 1.15 2.— 2.45
.50 6.55 7.50 8.50
n de Remise, de eti-
t Padhuis.
5.15f 6.251 8.40
1.15 2.— 2.45 3 3Q
7.50 8.50 9.40 10.25
rder dan tot de Re.
einen gaan naar hét
(Station1 9.20, 12.15.
Het vertrek vau de
Krugersfcraat en het
10 en 13 minuten later.
6.25, 9.23, 12.18,
naar Domburg6.45,
en 8.40.
sar Vliesingen en Mid-
40, 1.35, 4.15, 6.55
(naar Vliaaiugen en
1.30, 11.29, 2.24, 5.04,
v.m. 6.—, 6.20, 6.45,
0, 10.—, 10.20, 10.40,
1.—. 12.30,1.—, 1.30*,
3.55, 4.30, 4.50, 5.20,
1, 7.40, 8,20.
luis: vm. 6.10, 6.30,
5, 9.50, 10.10, 10.30,
i N.m. 12.10, 12.45.
3.10*, 3.40,4.10,4.40,
D, 7.10,7.30,8.—,8,30,
vallen dea Zondaga uit.
ïairi 1910.
43 b) en 6,35 o) d)
4,10 b) en 7,05 o)
!,15 g) en 5,05 o)
I 3,43 en 5.45 e) l) h)
en na het vertrek van
rkan.Neuien vm.8,50
Breakena, Boraaeleen
Ireaken* hoogite 15
oot dea Zondags ten
an ten hoogste wach*
VLISSINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1,50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ÊNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
flbonnements-fldoertentiën op zeer uoordeelige voorwaarden.
I.
Voor ons, die sinds vele jaren, van
week tot week, onzen lezers een be
redeneerd overzicht aanbieden van de
geschiedenis der voorafgaande dagen,
is het een dankbaar werk, aan het
einde van den jaarkring, in eenigszins
anderen vorm datzelfde te doen met
betrekking tot de laatstverloopen
twaalf maanden. Op zulk een oogen-
blik kan men meer op wezenlijke
resultaten en verkregen uitkomsten of
voldongen feiten wijzenen is in
werkelijkheid weer een bladzijde aan
de wereldgeschiedenis toegevoegd en
wij kunnen over de jongste historie
beter oordeelen en er betere bouw
stoffen voor het toekomende uit
putten.
Blijft de uitspraak van een schrij
ver altijd waar, die een volk geluk
kig prees dat geen geschiedenis had,
met het oog hierop kunnen wij ons
eigen lieve vaderland in hetafgeloo-
pen jaar gelukkig noemen. Trouwens,
in onzen tijd rekenen wij niet .uit
sluitend meer tot de geschiedenis,
de feiten van den oorlog en de
staatkundige verwikkelingen. Wij hech
ten meer aan beschaving en volks
welvaart en aan gebeurtenissen die
het meer intieme volksleven betreffen.
In dat opzicht was het afgeloopen
jaar zeker zeer gelukkig, want het
bevestigde den band tusschen Ne
derland en zijn Vorstenhuis, door de
heugelijke geboorte van Prinses ju-
liana. Voor hen, en zij vormen zeker
de overg roote meerderheid onzer
landgenooten, die den tegenwoordigen
regeeringsvorm, met het tegenwoordig
regeerende Vorstenhuis, beschouwen
ais afdoenden en eenig wezenlijken
waarborg voor het voortdurend en
ongestoord bezit van die voorrechten,
die door alie weidenkenden steeds
op den hoogsten prijs werden ge
steld, is die gebeurtenis een ware
blijde boodschap geweest.
Te betreuren blijft het, dat wij
voortdurend verkeeren in een tijd
perk van wetgevend onvermogen.
In den laatsten tijd kwam op dit ge
bied zeer weinig tot stand. Er kwam
een verandering in de samenstelling
der Tweede Kamer. Het clericale
hoewel zeer gematigde ministerie-
Heemskerk heett thans een meerder
heid in de beide Kamers der Staten-
Generaal en daarom bestaat de mo
gelijkheid dat althans gedurende de
eerstvolgende jaren eenige meerdere
vruchten het gevolg van den parle
mentairen arbeid zullen zijn.
Heftig werden de gemoederen be
wogen door de bekende „Lintjes
zaak", die tot dusver niet volkomen
is opgehelderd en ten aanzien waar
aan wij slechts kunnen wenschen dat
65.)
De slotheer nam nu eenige werk
tuigen en een lantaarn uit een tasch,
die hij bij zich had, en sprak tot
zijn jongen metgezel„We zijn nu,
waar wij moeten wezen. Neem het
houweel gij zijt jonger en sterker
dan ik ik zal met de schop mee
helpen, als het noodig mocht zijn.
En nu vooruit
Verder ging het nu de puinhoopen
in. Weldra stonden zij op de plek,
waar de half ingestorte kelder moest
zijn. Lang zocht de oude naar den
ingang en Hubert eveneens. Doch
beider moeite was vergeefs, de
ingang was niet meer te vinden. Er
moest een nieuwe instorting hebben
plaats gehad, diep in de aarde, de
bovenste steenlagen waren nagerold
en van hier uit was dan een bin
nendringen in het keldergewelf on-
zij ten slotte niet mógen schaden
aan de reputatie van een man, wiens
bekwaamheden en verdiensten op
verschillend gebied door niemand
worden ontkend, al achtten velen hem
niet gematigd genoeg om andermaal
aan het hoofd der zaken te staan.
Wij voor ons, die minder op de
personen letten en die slechts zaken
en belangen te bespreken hebben,
wij zien in die geruchtmakende zaak
twee voordeelen. In de eerste plaats
houden wij ons overtuigd, dat in het
vervolg scherper zal worden gewaakt
dat alleen ware, persoonlijke ver
dienste den grondslag vormt van het
verleenen van Koninklijke onder
scheidingen. Jn de tweede plaats
heett het de oogen geopend voor de
waarheid dat niet alleen in het
buitenland, maar ook wel degelijk bij
ons tegen verderf der politieke zeden
behoort te worden gewaakt en geen
staatsman voor een aanslag op zijn
politieke zeden veilig is.
Na een tijdperk van buitengewone
woeling, mochten wij in het afgeloo
pen jaar eene aanzienlijke verbetering
van den toestand in de verschillende
deelen van Nederlandsch Oost-Indië
constateeren. Aan de krachtige hand
van den thans afgetreden gouverneur-
generaal Van Heutsz is dit voor een
aanzienlijk deel te danken, maar op
het gebied der staatkundige en eco
nomische ontwikkeling van. den thans
zoo rustigen archipel is veel te doen,
wat minder op den weg van Van
Heutsz lag en waarschijnlijk beter
aan de handen van zijn bekwamen
opvolger, den heer Idenburg, zal zijn
toëvertrouwd.
Gaan onze schoone bezittingen al-
zoo naar alle waarschijnlijkheid eene
betere toekomst tegemoet, hetzelfde
kan gezegd worden van de zoo na
met ons verwante Zuid-Afrikaansche
gewesten. Al de afzonderlijke kolo
niën van Engeland, ook de veroverde
Hollandsche republieken, waren nu
in het bezit gesteld van een betame
lijk zelfbestuur en daarop hebben zij
zich, onder de opperhoogheid van
Engeland, tot een machtigen Staten
bond vereenigd, waarin vermoedelijk
aan het Holiandsch element na ver
loop van tijd het evenwicht verzekerd
zal wezen.
Het is zeker een verblijdend teeken,
dat de wereld over 't algemeen veel
belang steit in de veroveringen der
wetenschap, in verband met de schit
terende resultaten der industrie. Wel
tracht het monster van den oorlog
zich ook meester te maken van het
geen het boek der ontdekkingen en
uitvindingen aan de menschheid leert,
doch meer en meer komt het leeuwen
aandeel aan de werken des vredes
toe. Het jaar dat achter ons ligt was
in dit opzicht zeker een zeer merk-
mogelijk geworden. Maar Hubert gaf
het nog niet op. Op de plek, waar
de heer Von Beuren het ijverigst
had gezocht begon hij met het hou
weel in de steenen te werken en de
losgewerkte steenen uit den weg te
ruimen. Vermoeid zette de oude heer
zich op een steenblok neer en moe
digde Hubert aan bij dien arbeid.
Na een poos ijverig werken hoorde
hij een gedruisch als van neerstor
tende steenen.
„Zijt ge wel zeker, dat we op de
goede plaats zijn vroeg Hubert.
„ja, heel zeker!" klonk het ant
woord.
„Is er geen andere toegang tot den
kelder?"
„Neen Vroeger was er wel een
aan de zijde naar Riszbach, maar
die is geheel ingestort. Deze ingang
is de eenige", en de oude heer
sprong op, want op de plaats, waar
Hubert gewerkt had, vormde zich
een opening. Het gedruisch van af
rollende steenen duurde nog voort,
en daar gaapte aan hun voeten een
donkere ruimte.
„Ik wist het welriep de oude
verheugd. „Hier moest de ingang
waardig jaar. liet gaf ons het be
stuurbare luchtschip, in verschillende
vormen en gedaanten, en, naast hef
eigenlijke luchtschip, de vliegma
chine. Het is niet bij benadering te
zeggen, welk een omwenteling ook
hierdoor weder in het wereldverkeer
zal worden gebrachtvermoedelijk
zullen wij den reusachtigen omvang
daarvan eerst later beseffen en is dit
voor de eerstvolgende jaren wegge
legd.
Terecht wordt het werk van Zep
pelin en zooveie anderen vrij wat
hooger gewaardeerd dan het feit dat
twee koene reizigers, onafhanke
lijk van elkander, de Noordpool
hebben bereikt, iets waarvan de we
reld nu al sinds eeuwen heeft ge
droomd, doch waarbij zij feitelijk
geen belang meer heeft. Aangenomen
dat Cook en Peary de waarheid vol
komen aan hunne zijde hebben, staat
het toch vast dat de noordelijke door
vaart, eens door Barents en Heems-
kerck gezocht, ons zoo koud iaat als
de koude aan de noordpoolstreken
en dat wij dien weg niet meer zou
den verkiezen, ai iag hij inderdaad
voor ons open. Wij betwijfelen geens
zins, dat eenmaal de tijd komen zal,
waarin de gansche oppervlakte der
aarde den mensch bekend zal zijn.
Men tracht immers nu ook reeds de
Zuidpool te bereiken Maar in ieder
geval blijven dit uitsluitend weten
schappelijke voordeelen, die prac-
tisch verre beneden het doordringen
in de onbekende binnenlanden van
Afrika en andere bewoonbare streken
staan, waaraan in elk geval onmiddel
lijke en blijvende voordeelen ver
bonden zijn.
Staatsbegrooting.
Uit een overzicht van de in de
wetontwerpen tot vaststelling der
Staatsbegrooting voor 1910 gebrachte
wijzigingen blijkt, dat de begrooting,
waarvan de raming bij de indiening
was f207,187,206.87, gedurende de
schriftelijke gedachtenwisseling in de
Tweede Kamer werd verhoogd met
f610,804enverminderdmetf190,348.75;
blijft verhoogd met f420,455.26 alzoo
bij den aanvang der beraadslaging
geworden f207,607,662.12; zij werd
gedurende de beraadslaging in de
TweedeKamer verminderd met f26,700
en verhoogd met f 11,850; blijft ver
minderd met f 14,850 zoodat de be
grooting is toegestaan tot een bedrag
van f207,592,812.12.
De raming der middelen voor het
dienstjaar 1910 bedraagt f 188,326,437,
zoodat de begrooting van uitgaven
de raming der middelen overtreft met
f 19,266,339.12.
zijn Nu moeten we naar beneden
Ik zal de lantaarn aansteken
„Het is een gevaarlijke onderne
ming", zeide Hubert bezorgd. „De
geheele steenmassa kan achter ons
instorten en ons dem terugweg ver
sperren. Zie eens hoe zwak alles is
Bedenk wel, of het begraven geld
zulk een waagstuk waard is. Wij
zetten ons leven- op het spel
„Dat hindert niemendalriep de
heer Von Beuren woest. „Ik wil,heb
ben wat daar beneden ligtVooruit
„In Gods naam dan", zei Hubert,
en hij volgde den oude, die zich
reeds half door de nauwe opening
had gewrongen. Het houweel werd
meegenomen.
De tocht naar beneden ging vrij
gemakkelijk, daar de neergestorte
steenbrokken een schuin oploopend
vlak vormden. Nu en dan gleed het
puin wel onder de voeten weg, ook
moest het oog gewend raken aan
het zwakke iantaarnlicht in deze
donkere diepte, maar eindelijk be
reikten zij toch den bodem. Toen
was de kracht van den oude uitge
put, hij liet zich op den grond neer
en uitte een rauwen, akelig klinken-
De eereraad.
Wij lezen in de „Tel." Naar aan
leiding van het bericht over de sa
menstelling van den „eereraad" heeft
de „N. Ct." zich rechtstreeks tot dr.
Kuyper gewend. Deze verklaarde, dat
wel van hem het verzoek tot samen-
stlelling van een eereraad was uitge
gaan, doch dat hem nog geen bericht
gezonden was, wie in dezen eereraad
benoemd zijn, of zullen worden.
Een eenigszins duistere uitlating,
waaruit zou zijn op te maken, dat
een of andere organisatie of parti
culier zich met de samenstelling van
den eereraad belast heeft en dr.
Kuyper van de eindelijke samenstel
ling bericht zou zenden. Nu is van
een opdracht, voor zoover wij weten,
nooit sprake geweest. Het centraal-
comité van antirevolutionaire kies-
vereenigingen is buiten de zaak ge
houden en alles wat tot dusver in
deze is geschied, is uitgegaan van
dr. Kuyper zelf. Wie hem dus moet
mededeelen, wie in dezen eereraad
benoemd zijn of zullen worden, is
ons een raadsel, tenzij, a la manière
van minister Heemskerk, dr. Kuyper
die den raad samenstelde, aan dr.
Kuyper die er voor ie verschijnen
zal hebben, plechtig per missive van
de samenstelling kond moet doen.
Van de vier personen, die in ons
bericht genoemd werden, heeft alleen
mr. J. C. de Marez Oyens verklaard
niet te zijn aangezocht. De drie
overige heeren, mr. P. W. A. Cort
van der Linden, mr. S. van Houten
en dr. C. Leiy ontkenden alleen dat
zij benoemd zouden zijn. Over het
aangezocht zijn hebben zij zich
niet geuit.
Ten slotte de verklaring van onzen
berichtgever, dat hij een schrijven
van dr. Kuyper onder de oogen heeft
gehad, waarin woordelijk stond „de
eereraad is thans samengesteld."
Accijnsverhooging Gedistilleerd.
De Kamer van Koophandel te
Sneek protesteert in een adres aan
de Tweede Kamer tegen de behan
deling en de uitvoering der wet van
4 December 1909 (Staatsblad no. 375)
om de volgende redenen
Den 29en November door de Twee
de Kamer aangenomen, zonder hoof
delijke stemming, stond deze wet
reeds den lOden in de Staatscourant
en was zij tegelijkertijd in werking
getreden.
De gevolgen van deze overhaasting
bleven niet uit. Nadat onder de be
langhebbenden de opvatting was ge
vestigd, dat onder „gedistilleerd" te
verstaan was gedistilleerd van 50
pet. sterkte, en dat, indien men meer
dan 25 liters voorraad had, slechts
van dat meerdere aangifte behoefde
gedaan te worden, wordt, bij minis-
den kreet van vreugde.
Hubert wenschte het zonderlinge
verblijf wel wat nader te leeren
kennen. Hij nam de lantaarn en hield
deze flink in de hoogte, terwijl hij
rondkeek.
Hij bevond zich in een hoog ge
welf, waarvan hij wel de breedte,
maar niet de lengte kon schatten,
daar de beide einden zich in- het
duister verloren. De wanden beston
den voor een gedeelte uit metsel
werk en voor een gedeelte uit be
houwen rotsgesteente. De bodem be
stond grootendeels ook uit rotsge
steente, een gedeelte was vrij van
puin. Met de lantaarn in de hand
liep de jonge man de duisternis te
gemoet en ontdekte weldra, dat de
lengteeinden van den kelder waren
ingestort. De vernielers van de ves
ting, de boeren van het jaar 1698,
hadden goed werk geleverd! Slechts
puinhoopen verhieven zich aan
weerszijden van het keldergewelf, dat
zij stellig niet hadden kunnen ver
nietigen De buitenlucht moest zeker
ergens toegang hebben, want de
atmosfeer in deze ruimte was wel
vochtig en bedompt, maar niet ver-
terieele aanschrijving, den ambtena
ren medegedeeld, dat voor de aan
gifte het gehalte niet in aanmerking
komt en dat, bij hoeveelheden, boven
25 liters, de navordering over den
ganschen voorraad moet plaats hebben.
Eerst Woensdag 8 December lekt
deze resolutie uitte laat voor ver-,
schillende handelaren om de advie
zen omtrent hoeveelheid en gehalte
aan hunne afnemers gegeven nog te
kunnen wijzigen.
De Kamer van Koophandel ver
zoekt te bepalen, dat de handelaren
welke aangifte doen, restitutie ont
vangen over de eerste 25 liter en
spreekt de hoop uit, dat eventueele
volgende wetten, den handel betref
fende, tijdiger zullen worden bekend
gemaakt, ter voorkoming van misver
standen en onaangenaamheden.
Sterfte-statistiek.
Het Centraal Bureau voor de sta
tistiek publiceert in No. CXXIU
zijner Bijdragen de Statistiek van de
sterfte naar den leeftijd en naar de
oorzaken van den dood over 1908.
Hieraan is het volgende ontleend
Per 1000 zielen van ieder geslacht
stierven in 1908 15.42 mannen en
14.64 vrouwen, totaal 15.03 personen.
De hoogste verhoudingscijfers wer
den waargenomen in de provinciën
Noord-Brabant en Limburg, resp.
20.33 en 18.25 per 1000, de laagste
in Friesland, Noord-Holiand, Gro
ningen en Zuid-Holland resp. 13.07,
13.18, 13.21 en 13.95 per 1000. In
de groepen van gemeenten naar de
grootte der bevolking is de relatieve
sterfte in de laatste jaren, met uit
zondering der jaren 1907 en 1908,
grooter naarmate de bevolkingscijfers
kleiner worden.
In den loop van de totale sterfte-
verhoudingen is, hoewel voor de
jaren 1905 en 1908 in mindere mate,
sedert vele jaren een geregelde da
ling waar te nemenvan 29.56 ge
middeld in de jaren 1840—1849 per
1000 inwoners, daalden deze in 1908
op 15.02, vermindering van dus van
100 op 57. De vermindering is (al
thans in de jaren na 1889) bij de man
nen grooter dan bij de vrouwen.
Indeeling van lotelingen bij
fanfarecorpsen.
Lotelingen uit de provincie Zeeland,
die bestemd zijn om in Maart of
September te worden ingelijfd, en
een blaasinstrument bespelen, kunnen
wanneer zij zulks wenschen, vooraf,
zich met een schriftelijk verzoek
wenden tot den Provincialen Adju
dant in Zeeland (te Middelburg), om
zoo mogelijk voor eene plaatsing bij
het muziekkorps van het 9de of van
het iOde Regiment Infanterie in aan
merking te mogen komen.
stikkend.
Van zijn onderzoekingstocht terug
gekeerd, vond Hubert den heer Von
Beuren reeds aan het werk.
„Hier moet het liggen", sprak de
oude, terwijl hij de steenen weg
ruimde, juist op de plaats, waar zij
den bodem van het gewelf bereikt
hadden. Hij scheen vreeselijk opge
wonden en hij was zoo koortsachtig
gejaagd, dat Hubert hem verbaasd
aankeek. Peinzend sloeg de jonkman
eenige oogenblikken dat woelen
gade en zeide toen „Als het goud
hier ligt, kunnen wij het onmogelijk
te voorschijn halen. Als we het puin
wegnemen, dat het gewelf nog on
dersteunt, zal alles instorten en dan
worden wij onder de instortende
brokken begraven. Ik bezweer u,
laat af van uw plan, het kan tot
niets goeds leiden."
„Neen, neenwegriep de
heer Von Beuren. „Het werk is nu
spoedig afgeloopenHier is al een
stuk riem het overige moet ik
ook hebben
De verbazing van Hubert werd
steeds grooter.
(Wordt vervolgd).