:oon
ntoor
I
De oude Uniform
- 1910 -
I
A A D,
Dinsdag
J Januari.
'sch
AK
Feuilleton.
jkerij.
>hui$.
ïek
LAK
48e Jaargang.
1910.
BINNENLAND.
t wij vanaf
TAPIJTEN-
1
ii hebben
ïDDEN en
jrrenfle aan
DAMAST
CHAPEN-
telefoon 165.
dt door het ge
laakt op onze
Chocolaad
t, kracht
bels voor
lectrische
ddelburg.
alen ge-
rden zoo
verstrekt.
R.
Goeder».
te geven.
16 Woonhuizen,
aat, b. n. o.
b. n. o.
/alstraat.
g-
g voor werkplaats,
vertrekken gelijk-
tjes. Ie verdieping
ertje.
m., bev. 2 kamers
300 M2. tuingrond.
Wolffsplein.
kens.
verkoop aan het
ar).
eigenaren zeiven
helft van boven-
zijn verkrijgbaar
SSIINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. ftbonnements-flduertentiën op zeer ooordeelige voorwaarden
Hofberichten.
Op Nieuwjaarsdag hebben vele au
toriteiten hun naam geschreven in de
felicitatieboeken, die ten Koninklijken
paleize en in het paleis van H. M.
de Koningin-Moeder nedergelegd wa
ren. De Amerikaansche generaal
Woodford, die nog tot het laatst dezer
week in de residentie blijft, behoorde
tot de velen, die op deze wijze aan
de vorstelijke familie hun felicitatiën
aanboden.
H. M. de Koningin en Z. K. H. de
Prins gebruikten op Nieuwjaarsdag
het middagmaal bij H. M. de Konin
gin-Moeder.
Toen Vrijdagavond het rijtuig van
den Prins achter dat der Koningin-
Moeder van de Groote Kerk terug
keerde, gleed een der schimmels op
de gladde rails achter het Stadhuis
uit, en stortte het paard neer. In zijn
val trok het dier, hoewel de koetsier
uit alle macht tegenwerkte, het an
dere paard mede.
Een onderofficier der grenadiers,
die snel toesprong, greep het eerst-
gevallen trappelende paard bij het
hoofd, en voor andere personen hulp
konden bieden, trok hij het overeind,
terwijl het andere paard daardoor
mede opstond. Een groote menigte
was natuurlijk toegestroomd. De ser
geant maakte doodbedaard front en
salueerde.
Kamerverkiezing Wijk-bij-Duurstede.
Naar aanleiding van den uitslag
der Kamerverkiezing in het district
Wijk bij Duurstede schrijft „de Tijd"
Het aantal uitgebrachte stemmen
Jrechts en links stond in getalsterkte
ongeveer tegenover elkaar als 65 en
35. Het werd nu36 en 30.
Wanneer wij verder de cijfers van
de laatste en die van de periodieke
verkiezing met elkaar vergelijken,
dringt zich als spontaan een onaan
genaam gevoel aan ons op. De anti
revolutionair behaalde dezen zomer
omstreeks driemaal meer stemmen
dan zijn vrijzinnige tegenstander, ter
wijl de katholiek, eveneens tegenover
een vrij liberaal geplaatst,thans slechts
met 600 of met 1/5 van het stem-
mental boven de tegenpartij uitkomt.
De eerste indruk is hier evenwel
niet in alle opzichten de juiste. Voor
eerst was mr. De Ridder een aftredend
lid en een oud-bekende in het dis
trict, dat hij jarenlang vertegenwoor
digde. Dat gaf hem natuurlijk een
zekeren voorsprong. Nog meer ge-
t
- 64.)
In deze verwachting was zij zeer
teleurgesteld, maar ze had daar iets
afgeluisterd, dat zeker gewichtig was.
XXIVe HOOFDSTUK.
Het werd Vrijdag. Hubert had
daags te voren flink gewerkt om zoo
noodig ook den Zaterdag aan het
avontuur te kunnen wijden.
Hij gebruikte zijn middagmaal,
ordende de papieren, omkranste het
portret van Ammi met frissche bloe
men en zette dit midden op de
tafel, zoodat het volle licht op haar
hef gelaat viel. Vervolgens nam hij
een pistool, onderzocht den lading en
schot, en stak het toen in zijn borst-
Met een stok in de hand stond
h'l gereed om te vertrekken. Nog
sen laatsten blik op Ammi's portret
wicht legt misschien de persoon van
den tegencandidaat in de schaal. Mr.
Tideman bezit een zeer eigenaardige
reputatie en velen zal het evenzeer
moeite gekost hebben aan den ernst
en de hoogheid zijner parlementaire
aspiraties te 'gelooven, als zijn per
soonlijkheid voor lief te nemen. De
heer Dresselhuys daarentegen is niet
alleen een zeer achtenswaardig, niaar
ook een verdienstelijk man, die in
alle kringen en bij alle gezindten
goed staat aangeschreven. Ook dat
maakt een groot verschil. Tenslotte
moet men bedenken, dat de stem
men, den vorigen keer op den so
ciaal-democraat uitgebracht, nu al
thans ten deele den liberaal ten goede
kwamen.
Als men ons evenwel vraagt, of
wij tevreden zijn, of de trouw der
antirev. en christ.-hist. kiezers ons is
meegevallen en glansrijk de vuur
proef heeft doorstaan, dan moeten
wij, willen wij aan de oprechtheid
tegenover onze bondgenooten niet
tekort schieten, beslist neen antwoor
den. De door" ons in rekening ge
brachte factoren mogen niet onbe
langrijk zijn, zij kunnen het enorme
verschil niet verklaren van de cijfers
der laatste en der vorige verkiezing.
Dit te minder, omdat baron de Wij-
ckerslooth in het algemeen en voor
bet district Wijk bij Duurstede in het
bijzonder een zoo uitnemend geschikt
man was.
Met den besten wil van de wereld
kunnen wij dan ook de gedachte niet
van ons afzetten, dat onze bondge
nooten zich bij deze verkiezing minder
door het zuivere beginsel en oprechte
trouw, dan door een onbewust anti
papisme en een revanche-idee lieten
leiden. Dat betreuren wij. Zóó iets
verdienen de katholieken niet, die
keer op keer hun fijngevoeligheid het
zwijgen oplegden, die ook in distric
ten, waar zij hun aanspraken op den
zetel konden doen gelden, telkens
weer met vuur voor den anti-rev.
den strijd aanbonden.
Waren wij niet volstrekt zeker van
de beginselvastheid en trouw der
katholieke kiezers, wij zouden, voor
zichtigheidshalve, wellicht meer ge
reserveerd moeten zijn in onze critiek
op de houding der bondgenooten
thans kunnen wij ons de weelde van
een volkomen oprechtheid veroorlo
ven. Hulde intusschen aan de anti
rev. en chr.-hisf. leiders en bladen,
die deden wat zij konden om hun
geestverwanten van gezondere en
betere politieke beginselen te door
dringen.
werpende, bemerkte hij op de tafel
een stuk brood, dat van zijn maal
was overgebleven. „Misschien heb
ik het noodig", dacht hij en stak
het in zijn jaszak. Nu opende hij de
deur, ging naar de oude Marie en
zeide haar, dat hij een kleine reis
ging maken en den volgenden dag
zou terugkeeren. Zij behoefde zich
dus niet ongerust te maken over
zijn uitblijven.
Hij sloeg den weg in naar de
bouwvallen van den burcht Zettingen
en toen hij daar was aangekomen,
zocht hij een plekje, waar hij onbe
merkt den weg kon overzien. Hij
wist dat Ammi daar langs moest
komennu zou hij haar nog eens
zién, al mocht hij niet met haar
spreken. Na uren wachtens naderde
een rijtuig met Nickel als koetsier.
Het paard draafde lustig voort, maar
het opgejaagde stof van den weg
verhinderde hem, Ammi te zien. Dat
was een teleurstelling Echter wachtte
ook haar een teleurstelling. Stellig
hoopte zij te Zeltingen den geliefde
te zien, maar hij zou er niet zijn.
Met een zucht keerde hij zich om. Eén
gedachte troostte hemwat hij ging
Bevriende critiek.
In de „Stand." komt de volgende
driestar over „Onze ministers" voor
Zonder uitzondering mogen alle
onze ministers met zelfvoldaanheid
op de begrootingsdiscussies terug
zien. Zonder onderscheid hebben ze
hun begrooting met talent, met rijke
zaakkennis, met het vlugge en vlotte
woord op degelijke wijze verdedigd.
En ook mag en moet gezegd, dat
de president-minister, als het er op
aankwam, nimmer in gebreke bleef,
voor zijn beginsel uit te komen, en
dit beginsel te accentueeren. Van de
ministerstafel te zeggen, dat de vrije
school regel moet worden, getuigde
van hoogen moed.
De vraag bleef alleen, of het mi
nisterie, als geheel genomen, genoeg
zaam door een leidende gedachte in
zijn gang beheerscht wordt. Niet na
tuurlijk, alsof de individualiteit der
ministers niet tot haar recht zou mo
gen komen, maar toch. moeten de
ministers ook samen een homogeen
ministerie vormen. En nooit mogen
we terugkeeren tot de dagen, die
Groen van Prinsterer qualificeerde
als gekenmerkt door het gevaar, dat
er wel een homo zijn zou, maar geen
ministerie.
Vergissen we ons niet, dan is het
kabinet, wat dit punt betreft, nog niet
genoeg ineengegroeid. Hominus heb
ben we, krachtige figuren zelfs. Man
nen die hun man staan. Maar in
eenheid van leidende gedachte kan
het kabinet nog iets winnen.
Ook vocalen zijn onmisbaar, maar
zonder den consonnant, die de vo
calen saam bindt, komt men niet tot
de welsluitende eenheid.
De decoratiezaak.
Het bericht der samenstelling van
een raad van eer in zake de lintjes-
quaestie werd van bevoegde zijde
onjuist verklaard, met de mededeeling,
dat de zaak nog niet zoover gevor
derd is.
De „Tel." zegt, naar aanleiding van
deze tegenspraak van het door haar
gelanceerd bericht
Zonderling verschijnsel in de Ne-
derlandsche journalistiek. Als „De
Telegraaf" uit goede bron een en
ander uit Den Haag verneemt, dan
komt steevast den volgenden dag het
Nederl. Correspondentie-Bureau van
dagbladen, levende in den zoeten
waan, het monopolie van Haagsch
nieuws te hebben, en spreekt het be
richt „van bevoegde zijde" tegen. Een
poos later lanceert het Bureau het
ondernemen, deed hij ter wille van
Ammi. Na een poosje stond hij op
en vervolgde zijn tocht naar Beuren-
hof, waar hij tegen den avond aan
kwam. Hij was er wat vroeg, hij
moest nog een geruimen tijd op den
slotheer wachten. Hij zocht dus de
plaats van ontmoeting op en ging
daar liggen peinzen. Nu en dan
kwam bij hem een gevoel van vrees
op, dat hij niet kon verklaren. Zou
hem gevaar dreigen bij den nachte
lijken tocht? Maar neen, het moest
het vreemde van de onderneming
zijn, de onzekerheid van de gebeurte
nissen, die hij zou meemaken, dat was
alles 1 Met deze gedachten vervuld,
verliepen er nog eenige uren, en de
maan stond reeds hoog aan den
hemel, maar de slotheer kwam niet.
Hubert werd reeds ongeduldig. Ein
delijk hoorde hij den hoefslag van
een paard en opkijkende zag hij den
heer Von Beuren naderen.
Na een korte begroeting aanvaard
den zij den tocht. De slotheer reed
stapvoets, Hubert liep naast hem.
Een paar uren gingen zij voort, tot
zij in de nabijheid van het dorpje
Kevenig gekomen waren. Van daar
„Telegraaf'-nieuwtje en geeft het met
een stalen gezicht als eigen bericht.
Een onschuldige liefhebberij, waar
alle kranten invliegen.
Nu spreekt het weer ons bericht
over den „Eereraad" in de lintjes-zaak
tegen, „van bevoegde zijde" natuurlijk,
onder mededeeling, dat de zaak nog
niet zoover gevorderd is. Wij zijn zoo
vrij, vol te houden, dat de zaak wèl
zoover gevorderd is. Dat „bevoegde
zijde" nog geen publicatie vereischte,
maakt ons bericht natuurlijk niet on-
iuist-
Minister Heemskerk.
De „Tel." wist te vertellen, dat
„in den kring van hen, die geregeld
met minister Heemskerk in aanraking
komen, het gerucht liep, dat de mi
nister van plan zou zijn, binnenkort
zijn ambt neder te leggen."
De „Avondpost" heeft bij den mi
nister zelf geïnformeerd, die lachend
verzekerde, dat hij het een vermake
lijk bericht vond, maar niet er aan
dacht zijn ambt neer te leggen.
De brug over de Eendracht.
Na daaromtrent geruimen tijd niets
te hebben vernomen, kan thans aan
gaande de plannen tot het bouwen
van een brug over de Eendracht
bericht worden dat door de Noord-
Brabantsche Commissie de volgende
punten vastgesteld zijn: le. Door
particulieren kan die overbrugging
niet tot stand gebracht worden2e.
Die overbrugging is het meest ge-
wenscht en heeft het grootste belang
niet voor Brabant, maar voor Tholen
3e. Het zou het meest gewenscht zijn
dat de plannen tot overbrugging van
het stadje Tholen uitgingen4e.
Daartoe zal die gemeente echter niet
spodig overgaan uit financieele over
wegingen 5e. Daarom moet hulp
gezocht worden bij de regeering, de
provincie en belanghebbende ge
meenten 6e. Alvorens daartoe te
kunnen overgaan, moet er een kos
tenberekening gemaakt worden7e.
Om daartoe te geraken drage de
voorloopige commissie haar taak over
aan een definitieve commissie en
roepe ter verkiezing daarvan ten
spoedigste een vergadering bijeen.
Lips' fabrieken.
De firma J. Lips Bzn. te Dordrecht,
welke haar 40 jarig beetaan herdenkt,
heeft voor deze gelegenheid een in
alle opzichten artistieke album uitge
geven, dat rijk geïllustreerd is en een
s
moesten zij de hoogten van den
Mont Royal zien te bereiken. On
danks zijn veeljarig atzondering moest
de oude slotheer toch nog goed met
deze plaats bekend zijn, want hij
vond tusschen puin en struikgewas
een pad, dat naar boven voerde. In
een goed halfuur kwamen zij boven,
de slotheer vooraan loopend, en Hu-
bert volgend met het paard van den
ouden heer aan den teugel.
Door en over de in puin gevallen
muren baanden zij zich nu een weg
en weldra bevonden zij zich te mid
den der bouwvallen. Het werd den
heer Von Beuren wel wat bang om
het hart. De bouwvallen lagen weer
voor hem in het maanlicht zooals
twintig jaar geleden. Toen was het
ook doodstil, alleen hoorde hij den
hoefslag van zijn paard. Steeds na
derde hij de plek, waar hij de ont
zettende misdaad had gepleegd,
waarvan hij nu de laatste sporen
kwam vernietigen. Met koortsachtige
haast liep hij voort, zwijgend gevolgd
door Hubert, die zich in den nacht
bij maanlicht op deze griezelige
plaats volstrekt niet op zijn gemak
gevoelde.
aanschouwelijk beeld geeft van de
omvangrijke werkzaamheden van deze
fabriek.
Uit den tekst blijkt voldoende hoe
deze fabriek in deze 40 jaren in bloei
is toegenomen en hoe het debiet steeds
grooter werd. Thans werken daar
niet minder dan een kleine 400 ar
beiders.
Dr. J. Zaaijer Azn.
Dr. Zaaijer heeft op oudejaarsdag
afscheid genomen van de „Nieuwe
Rott. Ct." waaraan hij zeventien jaren
als hoofdredacteur verbonden is
geweest.
De „N. R Ct." verhaalt hoe een
zestigtal personen, het geheele per
soneel der courarrtvertegenwoordigend,
aanwezig waren bij deze plechtigheid.
Eerst werd dr. Zaaijer toegesproken
door den directeur, den heer H. Nijgh
|Czn., die er nadruk op legde dat
aan de toewijding en rusteloozen
ijver van den aftredenden hoofdre
dacteur een groot deel van den
bloei van het blad toegeschreven
moet worden, en die hem een ge
schenk aanbood namens allen die
aan de courant verbonden zijn. Ver
volgens voerde de president-commis
saris, de heer H. de Jong, het woord;
(ook commissarissen wilden een blij
vend huldebewijs schenken) en
daarna sprak de heer J. de Meester
namens de redactie. In hartelijke
woorden bracht hij dr. Zaaijer hulde
voor diens leiding en samenwerking,
en voor zijn streven om het werk
van den journalist te laten beschou
wen als nog iets méér en hoogers
dan loondienst. Ook mr. G. G. van
der Hoeve, de nieuwe hoofdredacteur,
voerde het woord, en ten slotte hield
dr. Zaaijer een uitvoerige rede, waarbij
hij in het bijzonder zijne samenwer
king met wijlen den heer J. C. Nijgh
herdacht en achtereenvolgens de com
missarissen, den directeur, de leden
der redactie en de verdere medewer
kers toesprak.
Rijkstelegraafkantoor Amsterdam.
Verkeer in 1909. Hoofdkantoor aan
geboden 675,830, besteld 878 876,
opgenomen en verder 5,541,890 ge
seind, rechtstreeks gewisseld tusschen
Duitschland en Engeland (over Ne
derland) 348,448, totaal 7,445,044
telegrammen.
Rijkstelefoondienst. Amsterdam :van
en naar plaatsen in Nederland
1,350,835, van en naar plaatsen in
België 25,612 en van en naar plaatsen
in Duitschland 41,742 gesprekken.
Schoenwerk.
Eindelijk was de plaats bereikt.
Voor hen lag de verwoeste ingang
van de vesting, waardoor twintig
jaar geleden de werkelijke heer Von
Beuren reed, ginds was de plek,
waar zijn moordenaar op hem loerde
hier had de kogel den argeloozen
kapitein getroffen hier werd den
volgenden dag zijn lijk gevonden.
Een eindje verder kwamen zij aan
de plek, waar de dragonder Wenz
zijn paard had verborgen. Evenals
in dien nacht bracht hij nu het paard
tusschen de puinhoopen en maakte
den teugel vast aan een groot stuk
hardsteen. „Alles nog als toen",
momijelde de oude. „De ingang
naar den kelder zal ook nog wel in
denzelfden toestand zijn."
Verwonderd had Hubert het eigen
aardige doen van den oude gadege
slagen. De heer Von Beuren scheen
in deze eenzaam gelegen puinhoopen
even goed den weg te weten als
in zijn eigen huis.
(Wordt vervolgd).