De oude Uniform
I
rdig
ieraad
nderen
'chniek
miek
Portret van K. M. de Koningin
met Prinses Juliana.
I
I
I
I
I
I
I
I
I
3 December.
londen
1909.
rijdag
25 Cmt,
feuilleton.
luiskamer.
No. 284
47 e Jaargang.
BINNENLAND.
D0<
O O
=5 O
- l/l -5
SS en 2- 2
Kant m „a-
Cia>
Q-C_3
o. ai
BIJER. 2>
'onderlamp,
van Duime-
ander en z'n
net 50 platen,
an Reinaard
aten.
;ltje de we*
ant Allen, met
daand St. Nico-
deze 7 mooie
jeugd aan, te
anco thuis, op
of -zegels,
|or 7 boeken",
Fred. Hen-
lam.
LGSCHE
10
Inha&e.
ran Kapitalen
(frente, Wedu-
rzorging enz.,
iiiën.
igen worden
en Agent
LEK Jzn.
SPANJE.
tlwissel van 1.75
j franco en goed
Ivens afgebeelde
eikenhouten éta-
kchtwerk
ichtige lederen
|en uw geheele
nut en pleizier
3e gelieele pers
an lóf over de
uitvoering en
lernemingsgeest
Ik tot stand is
|n boeken van
(aatste bladzijde
end in hooge
Ser grepen uit
Tien, in liet bé-
overal is het
ii der fechnlek'
-n bergh
l.w1llekens,
eer
les.
öreidheid, vcel-
der behandelde j
zich van hunne I
Sg te schrijven, I
van de fraaie I
fre van bevver- J
zeer gemakke-
vermeld. Deze I
pegezonden en f
te zenden aan
te Amsterdam.
INGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
f. VAN de velde Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
Als premie voor de lezers en
medelezers vau ons blad wordt
vanaf 3 December verkrijgbaar
gesteld een in alle opzichten
keurig afgewerkt portret van
H. M. PE KONINGIN met
PRINSES 3UL!ftNft.
Dit portret is vervaardigd vol
gens de officieele opname van de
firma GUY DE CORAL Co. en
is in lichtdruk uitgevoerd op zwaai
plaatpapier, formaat 35 X 45 c.M.
Wij zijn er vast van overtuigd
dat velen dit portret, dat om zijn
artistieke uitvoering ieders bewon
dering zal wekken, in bezit zullen
willen hebben.
Het is een sieraad voor de huis
kamer en al bijzonder geschikt
voor St. Nicolaas-cadeau.
Teneinde het mogelijk te maken
dat dit portret onder ieders bereik
kan komen, is de prijs zoo billijk
mogelij k gesteld en bedraagt slechts
afgehaald aan ons Bureau.
Daar de voorraad slechts be
perkt ia, raden wij ieder, die dit
portret van H. M. de Koningin en
van II. K. H. Prinses Juliana zou
willen aanschaffen aan, zoo spoe
dig mogelijk achterstaande Bon
aan ons Bureau in te zenden.
Dit portret zal vanaf Vrijdag
middag 12 uur verkrijgbaar wor
den gesteld.
DE UITGEVER.
Eerste Kamer.
In de gisterenavond gehouden ver
gadering werd medegedeeld dat was
ingekomen het bericht van overiijden
van mr. te. baron Mackay, minister
van Staat en lid van den Raad
van State.
De voorzitter zeide, dat de Kamer,
evenels hij, zeer getroffen zal zijn
door het bericht van het spoedig af
sterven van mr. JE. baron Mackay.
Zich aansluitende bij hetgeen in de
Tweede Kamer en elders is gesproken
39.)
Terzelfdertijd liet de heer von
Beuren zijn kind door Nickel naar
den geestelijke brengen, opdat deze
haar zou onderwijzen, niet alleen
in de kerkleer maar ook in de kun
digheden, die andere kinderen in de
school leerden. Het kind leerde met
den grootsten ijver, binnen een jaar
kon zij al aardig lezen, en nu ver
slond zij de sprookjes en andere
verhalen, die haar leeraar haar mee
gaf. Kwam echter de dag, waarop
Katrien haar bezocht, dan had het
mooiste boek geen bekoring meer
voor haar, en zij speelde naar har
telust met haar vriendin.
De heer von Beuren scheen zich
wel te verheugen over het kind,
maar hij liet er niets van blijken.
Somber en stil schreed hij door huis
en hofdikwijls bleef hij geheele
en geschreven, wenschte spr. ook
in deze zaal, waar wijlen Mackay ge
durende 3 jaren als minister van
binneniandsche zaken en van kolo
niën met doorzicht en vroed beleid
's lands zaken heeft behartigd, hulde
aan zijn nagedachtenis te brengen.
In baron Mackay is een staatsman
heengegaan, bezield met oprechte
toewijding bij de behartiging van de
belangen van Koningin en Vaderland
Begaafd met scherp verstand en
groote werkkracht vereenigde baron
Mackay in zich karaktereigenschappen
die hem waardig maakten voor de
hooge plaats, welke hij heeft be
kleed.
In dezen geest is aan de familie
een brief van rouwbeklag gezonden.
Ingekomen was ook het bericht
van overiijden van den heer Th. E.
F. Heerkens, lid der Kamer.
De voorzitter zegt, dat de Kamer,
evenals hij, ook door deze tijding
zeer getroffen zal zijn.
Oogenschijnlijk was de gezond
heidstoestand van den heer Heerkens
toen hij de laatste vergadering bij
woonde, goed, zoodat de doodstij
ding voor allen onverwachts kwam
Gedurende de 5 jaren, dat de heer
Heerkens lid der Kamer was, nam
hij met opgewektheid aan hare werk
zaamheden deel en zijn vriendschap
pelijke omgang en aangename vor
men, deden hem aller hoogachting
verwerven.
Zijn nagedachtenis zal bij de Ka
mer in eere blijven.
Besloten wordt, een brief van rouw
beklag aan de familie te zenden.
Tweeds Kamer
Bij de behandeling van de begroo
ting voor justitie gaf de heer Van
Hamel te kennen, dat hij het eeds-
vraagstuk wenschte opgelost te zien
in de richting van volkomen faculta-
tiefstelling van den eed en bepleitte
uitvaardiging van een verbod aan
subalterne ambtenaren die geen hulp
officier van justitie zijn om aan ver
dachten verhooren af te nemen.
De heer Duys betoogde dat ver
betering van de zedelijkheid en cri
minaliteit in de eerste plaats dient
gezocht te worden in de verbetering
van de maatschappelijke en oecono-
mische toestanden en niet door re
clame met een moraliteitsschijnver-
toon, zooals de rechterzijde doet uit
politieke overwegingen.
De heer Drucker bepleitte spoedige
herziening van het geheel verouderde
procesrecht.
De heer Van Lynden vroeg spoe
dige regeling van den rechtstoestand
ook der gemeente-ambtenaren.
De heer Aalberse gaf wenken ter
bestrijding van oneerlijke concurrentie.
De heer Roessingh wenschte op
heffing van den eedsdwang.
dagen in zijn kamer, dan liet hij
het kind en de beide gedienstige
geesten maar aan hun lot over. Geen
vreemde voet betrad ooit het slot,
met niemand ging hij om. Eenzaam
heid en stilte heerschten allerwegen,
verlaten en gesloten waren de meeste
kamers, en de tuin verwilderde steeds,
daar de krachten van éen man niet
toereikend waren om de planten en
paden goed te verzorgen.
Dit was de oorzaak, waardoor men
aan het kasteel Beurenhof en zijn
bewoners slechts dacht met gemeng
de gevoelens van nieuwsgierigheid
en vrees, terwijl men verder het
land in zich nauwelijks het bestaan
ervan herinnerde. Niemand had sedert
twee jaar den slotheer gezien en
niemand verlangde ernaar, hem te
ontmoeten. Zijn eenige dienaar Nic
kel en zijn dochter Ammi zwegen
steeds over hem, en zoo was de rijke
heer Von Beuren voor de buiten
wereld zoo goed als dood en be
graven. Maar het zou nog stiller
worden op Beurenhof.
Toen Ammi ongeveer veertien jaar
oud en een beeldschoon meisje ge
worden was, kwam er een groote
De ridderorden-zaak.
De „Standaard" van gistereravond
bevat de volgende driestar
„Onder de vele onjuiste berichten,
die rakende de bekende zaak, door
enkele organen der pers verspeid wer
den, behoort ook het zeggen, dat dr.
Kuyper bet denkbeeld om zijn zaak
in handen van vroede mannen te ge
ven, zou hebben gewezen van de hand.
„Het tegendeel hiervan is waar. Niet
eens, maar herhaaldelijk, is door hem
aan meerderen verklaard, dat hij van
voornemen was dit te doen, maar
het uitstelde tot na afloop van de
begrootingsdiscussiën. Zelfs was het
zijn plan geweest, zich in de Kamer
van alle verklaring te onthouden, en
zich geheel tot het uitlokken van zulk
een uitspraak van derden te bepalen.
„Maar al ging hij thans, op het
advies van vrienden, tot het afleggen
van een korte verklaring in de Kamer
over, hieruit volgt in het minst niet,
dat zijn oorspronkelijk voornemen zou
zijn opgegeven. Veeleer hebben reeds
besprekingen plaats gehad over de
beste wijze, om tot de uitvoering er
van te kunnen geraken.
Telegram aan Dr. Kuyper.
In een gehouden vergadering van
het Werkliedenverbond „Patrimoni
um", afd. Weesp, werd de volgende
motie, voorgesteld door een der leden,
bij acclamatie aangenomen en aan dr.
Kuyper overgeseind
„De atdeelihg Weesp van het Ne-
derlandsch werkliedenverbond „Patri
monium", in vergadering van leden
en genoodigden bijeen op Dinsdag 30
November 1909, 's avonds 8 uur,
mnt heftige verontw ardigingkeonis
genomen hebbende van de socialis
tische campagne, die den duidelijken
opzet heeft een politieken moordaan
slag te plegen op den man, die in
1903 hunne misdadige woelingen heeft
bezworen, waarvan Dr. Kuyper meer
malen openlijk heeft betuigd, dat de
mannen van „Patrimonium" in die
ernstige dagen hem tot krachtigen
steun is geweest,
diep gegriefd door den toeleg ons
afvallig te maken van onzen grooten
Christen-Staatsman-Leider Dr. Kuyper,
innig overtuigd, dat Dr. Kuyper op
zijn eerewoord van niet schuldig te
zijn aan het hem ten laste gelegde
dient geloofd te worden,
spreekt haar vast en onverzwakt
vertrouwen uit in het Eerelid van
„Patrimonium", Dr. Kuyper, die zoo
vele jaren lang voor ons op de bres
heeft gestaan, daarvoor de hitte des
daags en de koude des nachts heeft
verdragen, ja, de voor ons bestemde
slagen des vijands steeds op zijn rug
heeft ontvangen en
bidt hem Gods zegen toe in de
jaren des ouderdoms, inzonderheid
in deze dagen."
verandering. De stille vrouw, die tot
dusver bij Ammi was geweest, ver
liet het slot. Niemand kwam te we
ten, waarheen zij was gegaan en
Ammi zag haar nooit weer; de be
zoeken van de vroolijke Katrien
hielden op en het Ieeren bij den
geestelijke was voor Ammi ook af-
geloopen. Op zekeren dag bracht
haar vader haar in een groot ver
trek, dat steeds gesloten was ge
bleven. Op mooi ge-verfde en ver
gulde rekken langs de wanden prijk
ten prachtig ingebonden boeken van
verschillend formaat. Dat alles was
voor haar.
Ammi was hierover verheugd en
tevens verrast. Geholpen door den
trouwen Nickel ontdeed zij de boe
ken van de dikke laag stof en be
gon met jeugdigen ijver den inhoud
te doorvliegen. Hierdoor gevoelde
zij minder het gemis van de oude
vrouw en van Katrien. AI te spoedig
echter voelde het arme meisje een
leegte in haar bestaan, die niet kon
worden aangevuld door boeken, hoe
boeiend de verhalen daarin ook
mochten wezen. Dikwijls zat ze in
den stillen tuin op haar lieveiings-
flbonnements-fldoertentiën op zeer uoordeelige voorwaarden
De marine-begrooting.
Aan de memorie van antwoord op
het voorloopig verslag der Tweede
Kamer, over de marine-begrooting
voor 1910, ontleenen wij het vol
gende
Het hoogere eindcijfer der begroo
ting moet nagenoeg uitsluitend wor
den toegeschreven aan maatregelen
tol lotsverbetering van het personeel.
De minister wijst er echter met na
druk op, dat het een zeer verkeerde
politiek zou zijn, indien de vermeer
dering van uitgaven voor het perso
neel zou moeten worden opgedwon-
gen door bezuiniging op nieuwen
aanbouw en op de noodzakelijke her
stellingen der schepen.
Het ligt in het voornemen om aan
Hr. Ms. pantserdekschip „Koningin
Wilhelmina der Nederlanden", welke
bodem in het voorjaar van 1910 uit
ndië terugverwacht wordt en aan
zienlijke herstellingen zou moeten
ondergaan, geen kosten meer te ma
ken, doch aan de Koningin het voor
stel te doen het schip uit de sterkte
der zeemacht af te voeren en voor
verkoop in aanmerking te brengen.
Aangaande de Kortenaers deelt de
minister mede, dat het tegen de ver
wachting in mogelijk is gebleken bij
de kanonnen van 21 c.M. het bruine
prismatich buskruit te vervangen door
een lading rookvrij buskruit, welke
aan het projectiel een 42 M. grootere
aanvankelijke snelheid meededeelt,
zoodat niet alleen het voordeel van
afwezigheid van rook, maar ook groo
tere uitwerking is verkregen. Verder
kunnen de beide kanonnen van 15
c.M. no. 1 zonder noemenswaardige
kosten worden vervangen door 2 ka
nonnen van 15 c.M. no. 3 van de
pantserdekschepen en zullen ook in
andere opzichten nog eenige verbe
teringen worden aangebracht, waar
door deze schepen meer geschikt
zullen zijn voor de artiileristische oe
fening van het personeel volgens de
nieuwe beginselen, en ook hun ge-
vechtswaarde eenigszins wordt verbe
terd.
Naar aanleiding van enkele op
merkingen wijst de minister er op,
dat torpedojagers behooren tot een
type van schepen, die nagenoeg bij alle
marines in groot aantal voorkomen.
Voor de thans op stapel staande
jagers zijn zes firma's ter mededinging
uitgenoodigd geworden, die alle op
het gebied van den bouw van dit
soort vaartuigen een gevestigde repu
tatie bezitten, zoodat er allerminst
vrees behoeft te bestaan, dat geen
zeer goede vaartuigen zullen worden
verkregen.
Naar de meening van den minister
behoeft van een opheffing der werf
te Amsterdam geen sprake te zijn,
omdat na afbouw van „De Zeven
Provinciën" op die werf geregeld
plekje in gedachten verzonkeneen
onbestemd verlangen verstoorde de
rust van haar gemoed. Soms besloop
haar een stille weemoed, die slechts
door tranen werd verzacht. De ro
zen op haar wangen verbleekten
meer en meer, en het eenmaal zoo
vroolijke meisje scheen weldra ge
heel veranderd.
Nickel lette voortdurend op haar.
Hij gevoelde innig medelijden met
het lieve, arme kind en besloot haar
te helpen. Eens kwam hij bij Ammi
en geheimzinnig glimlachend ver
zocht hij haar, hem te volgen. Door
den tuin bracht hij haar bij een pa
viljoen, zoodanig achter heggen en
booir.en verscholen, dat Ammi het
bestaan van dit huisje nog niet
kende. Nickel opende de deur en
beiden traden binnen. Het was een
aardig vertrek, rijkelijk van meubelen
voorzien. Op een toilettafel lagen
eenvoudige boerinnekieeren, zooals
ze in deze streek werden gedragen.
Lachend beduidde Nickel het meisje
zich aan te kleeden, dan zou hij
buiten wachten; hij gaf haar den
sleutel van de deur en verliet het
paviljoen.
Amtpi deed, zooais haar gezegd
was, en weldra kwam zij geheel
van voorkomen veranderd voor den
dag. Nu bracht Nickel haar door
het park naar een poortje in den
muur. De groote bel, die aan de
deur was bevestigd, gaf geen geluid,
Nickel had vooraf den klepel met
een doek omwikkeld en een
oogenblik later waren beiden in het
open veld. Het meisje juichte van
vreugde en dankte den wakkeren
dienaar recht hartelijk voor dit on
verwachte uitstapje.
Op eenigen afstand graasde een
kudde schapen en wat verder weid
den twee paarden. Deze paarden be
hoorden aan den slotheer; Nickel
bracht ze geregeld naar de rivier
om te baden, soms deed hij ook
een ritje om de dieren de noodige
beweging te geven, daar de heef
Von Beuren ze nooit bereed. Een
oude man met bleek gezicht en grij
zen baard hoedde de schapen.
I
zal kunnen worden voortgewerkt,
terwijl afgewacht dient te worden
wat in deze de naaste toekomst ge
ven zal.
Uit door den minister medegedeelde
cijfers blijkt, dat de aanneming over
1909 ongeveer dezelfde gunstige re
sultaten heeft opgeleverd als in 1908
en dat de totaal sterkte wederom be
langrijk is toegenomen.
Het verloop in 1908 en 1909 is
minder dan in de daaraan vooraf
gaande jaren. Voor het getal van
1909 is daarop van invloed het
kleiner cijfer voor bevordering en
overgang in andere qualiteit.
Naar aanleiding van gemaakte op
merkingen schrijft de minister, dat
het aan officieren enz. der Kon. ma
rine verbonden is in dagbladen of
tijdschriften te publiceeren gegevens
rakende de slagvaardigheid van onze
vlooi in haar geheel dan wel van
eenig deel in het bijzonder, in dier
voege, dat geen zaken worden gepu
bliceerd waarvan de geheimhouding
in 's lands belang wenschelijk is te
achten. Mocht daaromtrent twijfel
bestaan,zoo kunnen daarover in
lichtingen worden ingewonnen bij
hun onmiddellijken chet onder over
legging van het manuscript.
In antwoord óp de vraag of het niet
wenschelijk was maatregelen te nemen,
die bevorderen dat de marine ten
allen tijde zou kunnen beschikken
over officieren die ter zake van lucht
scheepvaart ervaring hebben opge
daan, geeft de minister als zijn mee
ning te kennen dat er in de naaste
toekomst aan een zoodanige practi-
sche toepassing van de luchtscheep
vaart, dat de oorlogsmarine daarbij
belang kan hebben, nog niet kan
worden gedacht.
De minister deelt mede, dat zich
verleden jaar geen godsdienstleeraren
hebben aangemeld voor bezoeken aan
het marinepersoneel. Toch acht de
minister het denkbeeld'om de geeste
lijke belangen van het personeel na
het verlaten der opleiding te doen
behartigen door mannen, die daartoe
door vereenigingen werden aangewe
zen, geenszins verwerpelijk. Wanneer
de gevraagde gelden kunnen worden
aangewend op de wijze als wordt aan
gegeven, namelijk door zoodanige ver
eenigingen te subsidieeren, is de mi
nister niet ongeneigd daartoe mede
te werken, mits de noodige waarbor
gen worden verkregen, dat het te ver-
leenen subsidie den schepelingen ten
goede zal komen, in verband hiermede
wordt bij nota van wijziging voor
gesteld de omschrijving van het artikel
te doen luiden „Subsidiën en verdere
kosten in verband met de verzorging
van de geestelijke belangen van het
personeel der zeemacht."
In een der Grafelijke Zalen op het
Binnenhof te 's Gravenhage had gis-
I
H
(Wordt vervolgd).