sem
De oude Uniform
tien
IBG",
27 November.
JZIEK
I1EUW
:ker.
Gemeentebestuur»
Feuilleton.
No. 279
47e Jaargang.
1909.
Ruyfer',
iven.
MLOP.
Zaterdag
B1NNENL A N D~
Land- en Tuinbouw.
m m
studeerende,
ambtenaar,
ord voor ieder
van vreemde
ten, is „HET
ÏE WOOR-
inde vertaling
10,000 vreem-
ïkkingen. Een
op goed
Die duidelijke
franco thuis
postwissel of
EXCELSIOR,
Amsterdam
lect.
/eelt zich aan
ASSURAN-
Ite Rotterdam,
oopmansgoe-
Rivier- gn
jskenstraat.
2.
Bi ct.
75 ct.
90.
f 16.40
1.05
19.-
1.25
19—
125
1.10
2.20
1.80
170
1.45
1.10
loederen.
strekt.
VLISSINGSCHE COURANT.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
BEKENDMAKING.
Stremming Verkeer.
De Burgemeester van Vlissingen
brengt ter algemeene kennis
dat in verband met bestratings
werkzaamheden vanaf Maandag 29
dezer het Droogdok en de Steenen-
beer voor rijtuigverkeer zal zijn ge
sloten, doch dat dit verkeer kan plaats
hebben door de Palingstraat.
Vlissingen, 26 November 1909.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
Tweede Kamer.
In de gisteren gehouden zitting
werd het algemeen begrootingsdebat
voortgezet.
Minister Kolkman verdedigde het
voorstel tot verhooging van den
drankaccijns, dat z. i. wel degelijk
zal leiden tot vermindering van het
drankgebruik. Daarna vingen de re
plieken aan. De heer Drucker hand
haafde zijn standpunt in de Kuyper-
zaak en hield vol dat de christelijke
leuzen op politiek gebied niet van
practisch nut zijn en leiden tot con
servatisme.
De heer Troelstra, den aanval van
den heer Borgesius bestrijdend, hield
vol dat de onbetrouwbare houding
der Liberale Unie van invloed is ge
weest op den uitslag der verkiezin
gen. Nadrukkelijk kwam hij op tegen
de verdachtmaking van den heer
Lohman, als zouden de sociaal-de
mocraten slechts het evangelie van
den haat prediken en dat vorsten
moord hun monopolie is. Wat de
Kuyper-zaak aangaat, keurde spre
ker af dat dr. Kuyper's vrienden, nog
voordat een instructie heeft plaats
gehad, hem vrijspreken.
De algemeene beschouwingen over
buitenlandsche zaken, welke gisteren
in de avondzitting aanvingen waren,
naar het „Hbl." meldt, een afspiege
ling van de algemeene tevredenheid,
die thans heerscht over ons buiten-
landsch beleid zelf.
De heer Hugenholtz kwam mee
zingen in het huidekoor ten aanzien
van de publicatie van het Oranje-
boek en meende ook, dat de Vene-
zuela-quaestie en de zaak der Rijn
tollen bij dezen minister in goede
handen waren. Het algemeene debat
was dan ook slechts een allegaartje
van heterogene redevoeringen.
De heer Patijn drong nogmaals
aan op compensatie van Frankrijk
voor ons terugnemen van het ver
hoogde wijnrecht en vond daarbij
steun bij den heer Van den Bergh van
Heemstede, die bovendien wenschte
dat „ons volk zich zou wennen aan
—O—
34.)
Hans Gorgel kon een man van ruim
vijftig jaar zijn. Zijn ware ouderdom
was echter moeilijk te schatten, want
hij kon zich voordoen naar verkiezing
als stokoud of als zeer jeugdig. Zijn
verweerde bruine trekken waren bui
tengewoon beweeglijk evenals zijn
verstandige, heldere oogen. Hij be
hoefde slechts zijn gelaat te vertrek
ken om de toeschouwers voor of in
zijn tent in lachen te doen uitbarsten.
Op het oogenblik was hij goed
geluimd, immers, hij had goede zaken
gemaakt, en het geld, dat hij aan
schipper Göbels betaald had, dacht
hij op den terugweg met overwinst
I terug te verdienen.
„Hola, juffrouw Marieriep hij,
toen schipper Göbels vertrokken was,
„een beste maat zes en zestiger
en uit het beste vaatje 1"
het drinken van goede Bordeaux".
De heeren Hugenholtz, Van Kar-
nebeek, Van Lijnden Van Sanden-
burg en Van Idsinga wezen op een
bedenkelijk stukje praktijk van ons
vestigingsverdrag met Duitschland,
waarbij laatstgenoemde arbitrage be
pleitte van de zijde van Pruisen. De
heer Van Nispen (uit Rheden, zijn
naamgenoot presideerde weer), had
het over melkmoeilijkheden aan de
grens. De heeren Van Asch van
Wijck en De Kanter, over Neder-
landsche scholen in het buitenland.
De heer Van Wijck bovendien nog
over zijn bijzondere liefhebberij, het
pacifisme en de heer Tydeman over
de onwelwillende houding, die de
Belgische regeering en de Belgische
Staatsspoorweg-Administratie plotse
ling aannemen in zake vrijstelling
van invoerrechten en vrachtreductie
voor bouwmateriaal van onze ten
toonstellingsgebouwen te Brussel. Ein
delijk vroeg de heer Hugenholtz nog,
of er niet nog andere redenen voor
het ontslag van den heer Van Heec-
keren waren geweest dan alleen ge
zondheidsredenen. Het eenige onder
werp dat iets of wat debat uitlokte,
was het Noordzeetractaat. Behalve
dat de heeren Patijn en Van Asch
van Wijck wenschen te weten of in
derdaad onze gezant te Berlijn in
structie had om neutraliteitsreserve
te vorderen, werd vooral gesproken
over de beteekenis van de entente.
Voornamelijk over de vraag of dit
verdrag ons nieuwe militaire veplich-
tingen oplegt. Vooral de uitlegging
die de Deensche minister van bui
tenlandsche zaken aan het ver
drag heeft gegeven bleek ongerust
heid te hebben gewekt. Men
drong aan op een tegenoverge
stelde verklaring van onzen minister.
Ten slotte willen wij niet nalaten
met voldoening er op te wijzen, dat
's ministers voornemen om een pers
bureau op te richten, door den heer
Van Asch van Wijck met veel reserve
en door den heer Van Vuuren zelfs
met een uitstekend gemotiveerde
waarschuwing daartegen werd ont
vangen. Jammer, dat dit laatste moest
geschieden vooreen middernachtelijk
leege zaai.
De „N. Ct." maakt melding van
een gerucht, volgens hetwelk hoogst
achtenswaardige en aanzienlijke vrien
den van dr. Kuyper de nieuwe
landvoogd van Nederlandsch-Indië
onder meer bij hem zeer sterk op
de benoeming van een eereraad in
zake de decoratiekwestie hebben aan
gedrongen. Doch dr. Kuyper zou ge
weigerd hebben.
De doodstraf.
Minister Nelissen verklaart in de
memorie van antwoord op het Voor-
„Je smijt het geld over den balk 1"
vermaande een der boeren. „Eerst de
mooie kroondaalders aan Göbels, en
nu nog een maat van den duursten
wijn
„Dat is juist het verschil tusschen
jou en mij, Rochusantwoordde
Hans Gorgel slagvaardig, terwijl hij
zijn gezicht in een komische plooi
zette. „Ik maak gebruik van het geld,
zooals een hond van de braadworst,
maar jij ligt erop, dag en nacht, als
een ezel op het hooi." Deze bijtende
spotwoorden werden met luid gelach
begroetde afgemaakte boer zweeg
en greep naar zijn wijnkroes om achter
in een langen teug zijn verlegenheid
te verbergen.
Marie, de waardin, een dikke be
jaarde vrouw met vriendelijk gelaat,
bracht spoedig het verlangde. Terwijl
zij den kroes vóór Hans Gorgel neer
zette, legde de grappenmaker zijn arm
om haar middel en rijmelde voor de
vuist
„Mij kosten geld en rust
Uw blik, uw wijn zoo zoet
Verdrink ik nu de schoen,
Zoo houd ik 'och den voet
TELEFOONNUMMER 10.
loopig Verslag der Tweede Kamer,
dat van hem geen voorstellen tot
wederinvoering der doodstraf zijn te
verwachten, daar de noodzakelijkheid
hem nog niet is gebleken.
DeKamerzete! vanWijk-bij-Duurstede
De Haagsche correspondent van
de „Tijd" verneemt uit betrouwbare
bron, dat in toonaangevende politieke
kringen der rechterzijde, het denk
beeld, om den opengevallen zetel
van Wijk-bij-Duurstede nu aan de
katholieken over te laten, niet on
sympathiek ontvangen is. Officieele
besprekingen zijn er echter nog niet
over gevoerd.
De „Tijd" kan hieraan toevoegen
dat reeds bij gevoerde besprekingen
betreffende Breukeler. voor eenige
maanden, bepaaldelijk het district
Wijk-bij-Duurstede door de bevoegde
autoriteiten is aangewezen om in de
toekomst, als eventueel de zetel van
dat district zou openkomen, over te
gaan aan de katholieken, voorname
lijk uit overweging, dat voor Wijk
bij-Duurstede reeds vro'eger een katho
liek heeft -zitting gehad.
Vandaar dat het advies door de
katholieke kiesvereeniging van Breu-
kelen onlangs gevraagd aan den
voorzitter van het bestuur van den
„bond van r.-k. kiesvereenigingen",
toen niet gunstig is geweest voor het
plan der kiesvereeniging.
Met Wijk-bij-Duurstede zou in de
toekomst nog misschien een enkel
ander district, waar ook vroeger een
katholieke zetel door een anti-revo-
tutionnair verovetd werd, voor de
zelfde transactie in r. nmerking ko-
Begrafenis van mr. N. de Ridder.
Gisterenmiddag had de teraarde
bestelling plaats van het stoffelijk
overschot van wijlen mr. N. de Ridder,
in leven burgemeester van Leiden en
lid der Tweede Kamer voor het dis
trict Wijk bij Duurstede.
Vooraf had een lijkdienst plaats ten
sterfhuize, waarbij ds. W. L. Weiter,
predikant bij de Ned. Herv. Gem.
te 's Gravenhage, voorging.
Een groot aantal deelnemende
belangstellenden had zich reeds op
de begraafplaats van het landelijk
groene kerkje onder de naburige ge
meente Oegstgeest verzameld, toen
de lijkstoet te halféen daar aankwam.
Onder de aanwezigen werden op
gemerkt deputaties van curatoren en
van den senaat der universiteit, en
kele leden der Tweede Kamer, vele
hoogleeraren, het collegium van het
Leidsche Studentencorps, ambtgenoo-
ten van den overledene, onder wie
mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden,
burgemeester van Haarlem, en de
heer D. F. J. van Walsem, burge-
Ailen lachten, en de vroolijke oude
lachte hartelijk mee; toch gaf zij den
overmoedigen Hans een flinken tik
op de vingers en zei,: „Je bent een
schelm, baas HansMaar met den
wijn heb je gelijk het andere had
je me dertig jaar vroeger moeten
zeggen
„Dat zou ik meenenToen Kiaas
haar trouwde, was Marie de mooiste
vrouw uit den geheelen omtrek", riep
nu een van de boeren, terwijl hij met
glinsterende oogen de wegsnellende
vrouw nakeek.
Het gesprek werd voortgezet en
daar de grappen van Gorgel evenmin
ophielden als het gelach der boeren,
bemerkten zij nauwelijks den nieuwen
gast, die intusschen aan een naburige
tafel was gaan zitten.
Toen Marie uit de gelagkamer in
de keuken terugkeerde, trof zij daar
een jongen man aan, die als stedeling
gekleed was en tijdens haar afwezig
heid was binnengetreden. Dadelijk
vermoedde zij, dat die heer de nieuwe
rechter was, wiens aankomst elk
oogenblik werd verwacht. Toch bleef
zij verbaasd staan. De vreemdeling
scheen haar voor een magistraatsper-
flbonnements-ftduertentiëri op zeer uoordeelige uooriuaarden
meester van Wijk bij Duurstede.
Verder bijna alle leden van den ge
meenteraad en tal van ambtenaren
der gemeente.
Voor de kist, waarop geen bloemen,
in de groeve was neergelaten, verza
melden zich de aanwezigen in de
voorhal der kerk, waar allereerst het
woord werd genomen door den
waarnemenden burgemeester, mr. L.
M. J. H. Kerstens, en vervolgens
door den rector-magnificus der Uui -
versiteit, prof. dr. J. C. Kluyver, die
beiden het verlies dat de stad Leiden
heeft geleden, schetsten.
Verder werd nog gesproken door
het Kamerlid den heer Duymaar van
Twist.
Ds. Briest besloot de plechtigheid
met dankgebed.
Het benutten van minderwaardig ooft.
leder jaar, althans wanneer de
fruitoogst vrij aanzienlijk is, wordt
ook steeds minderwaardig ooft ge
oogst, waarvoor moeilijk een directe
afzetting te vinden is. Dit jaar is dit
in bijzondere mate het geval, daar
vele boomen sterk door de luis wa
ren geteisterd, zoodat de vruchten
zeer klein, voor een goed deel on
verkoopbaar zijn gebleven, veel er
van zelfs niet geoogst werd. Toch
kan ook dit minderwaardig ooft zeer
wel in de huishouding worden be
nut, zoowel het afgevallen ooft, als
de geplukte of geschudde, maar
kleine, minder goed gevormde vruch
ten.
Beginnen wij met ue appels, uan
kunnen deze op verschillende wijzen
tot voedsel worden bereid, en wel
tot gelei, marmelade, moes (groente)
en ook appelstukken tot compote. De
aldus toebereide voorraad kan in den
winter aan de tafel een aangename
en goedkoope afwisseling bieden.
Om gelei en appelgroente of -moes
te verkrijgen, worden de appels in
stukken gesneden en de slechte en
wormstekige plaatsen uitgesneden
geschild mogen zij in geen geval
worden, daar de stof in den appel,
die het gelei-worden bewerkt, direct
onder de schil en in het klokhuis
ligt. Daarop worden de appelstukken
in een ketel of heel wijd vat te vuur
gezet met slechts zooveel water, dat
ze juist hierdoor bedekt zijn. Zijn de
appelstukken zacht (week) gekookt,
dan moet de massa op een overeen
vat (kuip, pot, enz.) gespannen doek
gegoten worden en dan moet het
sap afloopen uitdrukken moet echter
vermeden worden, omdat daardoor
het sap licht troebel zou worden.
Het aldus gewonnen sap wordt an
dermaal op het vuur gezet, nadat
daaraan zuivere suiker: 3/i pond op
soon toch wel wat te jong.
Hij keek haar zoo onbevangen en
vriendelijk aan, als de vioegere rechter
nooit had gedaanzij was zoo ver
legen, dat haar geen groet, geen vraag
over de lippen kwam.
Het was inderdaad Hubert Walbot.
Na het verdwijnen van Ammi was hij
in gedachten verzonken den berg af
gegaan om zijn nieuwe woning op te
zoeken. Die verlegenheid der goede
oude bracht hem weer in goeden luim
en vroolijk sprak hij„Ge vergist u
niet, ik ben de nieuwe rechter, die
morgen zijn ambt aanvaardt. Vanavond
ben ik nog Hubert Walbot, ambteloos
burger. Geef me daarom zonder com
plimenten een glas wijn en iets te
eten tenminste als ge hier de mees
teres zijt".
Met vele buigingen zeide Marie, dat
zij inderdaad de waardin was, en
vertelde daarop welke maatregelen
en schikkingen zij had getroffen om
den voornamen gast naar behooren
te ontvangen. Zij sprak ervan, hoe zij
zijne kamers in orde gebracht en op
gesierd had, en verzekerde, dat zij ten
spoedigste het beste uit keuken en
kelder voor hem op zijn kamer
één pond sap is toegevoegd, en
bij levendig vuur heel snel, maar
open, ingekookt, terwij! men door
een gelijkmatig roeren aanbranden
voorkomt. Men moet daarbij zorgen,
dat het sap tot het geleiworden niet
van de kook komt, daar het anders
niet dik wordteen te lang koken
verhindert eveneens het gelei-worden
en kleurt het sap slechts donker. Is
het sap iets dikachtig geworden, dan
laat men eenige druppels op een koud
bord vallen trekken deze zich parels-
gewijze samen, dan heeft de gelei
genoeg gekookt en kan dan in kleine
glazen worden gedaan, welke na
vulling worden dichtgemaakt. Aan te
bevelen is, een stuk vloeipapier, ter
grootte van de oppervlakte van de
gelei, in rum gedompeld, er o-ver te
leggen, waardoor schimmelvorming
voorkomen wordt. De massa, welke
in het doek achtergebleven is, wordt
nu door een vergiettest gewreven,
zoodat slechts nog schillen en klok
huis achterblijven daarna, met suiker
naar smaak, weer te vuur gezet en
sterk ingekooktalzoo verkrijgt men
een fruitgerecht, dat voor goed appel
moes volstrekt niet onderdoet. In
glazen gedaan en goed afgesloten,
blijft het ook zeer lang bewaard.
Een verdere aanwending van de
gevallen appels, in 't bijzonder van
de zoete, is de bereiding van appel
groentebij onze Duitsche naburen
Rijnsche groente geheeten. Hiertoe
worden de appels eveneens, net als
boven vermeld, gekookt, en aan in een
doek of fruitpers uitgeperst. Het sap
wordt dan met iets suiker dik inge
kookt dit fabrikaat krijgt dan een
donkere kleur en is eveneens zeer
duurzaam. Heeft men toevallig rijpe
peren, dan kunnen deze goed hierbij
benut worden, waardoor suiker wordt
bespaard. Dikwijls wordt ook voor
een deel roodgele wortelen (penen)
er tusschen gekookt, welke echter
het fijne aroma weliswaar iets weg
nemen.
Is het gevallen ooft reeds tamelijk
groot,dan worden ze geschild,in 4 dee-
len gedeeld, het klokhuis verwijderd,
en üe stukken zorgvuldig in een
suikeroplossing gekookt wie het
aangenaam vindt, kan er wat vanille
of citroensap aan toevoegen. Deze
stukken, in glazen gedaan, goed ge
sloten, geven een mooie compóte
voor den winter.
Waar groote hoeveelheden appels
ten gebruike staan, is de bereiding
van appelwijn aan te bevelen. De
appels worden in een houten tobbe
(kuip) stuk gestampt en dan wordt
het sap uitgeperst. Hierbij moet men
er echter wel op letten, dat zoo min
mogelijk ijzerdeelen inet het sap in
aanraking komen, daar het zuur het
ijzer aantast en daardoor de te fa-
briceeren wijn een donkere kleur
boven zou brengen. Hubert wilde dit
echter volstrekt niethij verzocht
haar, het bestelde in de gelagkamer
te brengen, en zonder zich aan de
tegenwerpingen der goede vrouw te
storen, stapte hij de weinige treden
van een trapje af en de gelagkamer
binnen.
Zeer verwonderd keek Hubert aan
vankelijk in de groote ledige ruimte,
maar zijn gelaat klaarde merkbaar op,
toen hij het vroolijke gelach van de
weinige gasten om de eenige bezette
tafel hoorde. Hij liep op hen toe,
groette hen in het voorbijgaan, zonder
te worden opgemerkt door de ijverige
toehoorders van Görvel, en nam plaats
aan een nabij staande tafel, waar hij
geduldig afwachtte, wat de waardin
hem zou brengen.
Marie liet zich niet lang wachten
weldra prijkte een smakelijk avond
maal op de blank geschuurde tafel.
Een kostelijke dronk ontbrak nietende
jonge man, die den geheelen dag niet
veel genuttigd had, liet zich het maal
goed smaken. Daarbij lette hij weldra
even weinig op zijn vroolijke buren
als zij op hem.
(Wordt vervolgd).