EN. De oude Uniform gevende f 0.57 - 5.50 - 2.07 - 6.70 ngelsche tend met Gemeentebestuur. Feuilleton. fraaie collectie backen isje, - 0.62 No. 249 47e Jaargang. 1909. elstraat, _a_- en uitsluitend uit EERS, Bergen- li 2 WIEMEl. methode om in nsch en En„ spreken en maand. JYK—Gasille. verschillende WOENSDAG URG. i)ep bieden pioca-Julienne, ssingen. en kindje van met mazen en ervoegen na 4 irielt - 6 VLISSIINGSCHE COURAINT. Zaterdag Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. 23 Oei ober. ADVERTENT1ËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. LANDWEER. De Burgemeester van Vlissingen brengt andermaal ter kennis van de verlofgangers die op 1 Augustus jl, naar de Landweer zijn overge gaan, dat hunne nieuwe Land weerzakboekjes aan de Ge= meente-Secretarie, Bureau Militie, kunnen worden afgehaald. Bij het afhalen moet het juist adres (straat en nummer) van den betrokken verlofganger worden op gegeven en zal deze zich Rebben te overtuigen dat de in het-zakboekje gehechte verlofpas voor „gezien" is geteekend. Vlissingen, 22 October 1909. De Burgemeester voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKEN bTnnbnland. Gouv.-Gen. Idenburg vertrokken. Het vertrek van den gouverneur- generaal Idenburg ter aanvaarding van de reis naar Ned. Indië ken merkte zich gisterenochtend aan het Hol!. Spoorstation te 's Gravenhage door een grooten toevloed van auto riteiten, vrienden en kennissen, die den benoemden opperlandvoogd een afscheidsgroet wilden brengen. De heer en mevrouw idenburg bevonden zich reeds even 9 uur op het perron, alwaar de minister van koloniën, de heer De Waal Malefijt, reeds aanwezig was. Onder hen, die persoonlijk afscheid kwamen nemen, werden opgemerkt de minister van buitenl. zaken, deze vergezeld van graSf van Limburg Stirum, gezant en chef van 's minis ters kabinetde ministers van justi tie, binnenl. zaken, marine, oorlog, waterstaat, landbouw en koloniën, laaistgemelde vergezeld door den heer v. d. Houwen van Oordt, secre taris-generaal van zijn departement; verder graaf Van Bylandt, voorzitter der Tweede Kameren verder ver schillende Kamerleden en onder scheidene dienende en oud-Indische hoofdambtenaren, opper- en verdere officieren, zoomede de chefs der af- deeiingen aan het departement van koloniën. De heer Idenburg bedankte ieder voor de betoonde vriendelijkheid en belangstelling. Dames, onder wie mej. Kuyper, boden mevrouw Idenburg bloemen aan. Een talrijke menigte op het perron was getuige van het hartelijk afscheid. Nadat de trein zich in beweging had gesteld, wuifde men de vertrekkenden met handen en hoeden toe. Den heer Idenburg was het aan te 4.) Schijnbaar onverschillig antwoord de Wenz „Onze paarden zullen die rust wel noodig hebben, als ze ons morgen naar Beurenhof moeten bren gen. Het is maar te hopen, dat we haver genoeg vinden om onze paar den flink te voederen." „Hoe heet de plaats, waar we nu aankomen „Gerolstein. Op den kalen bergtop daar voor ons ziet u reeds het kasteel der graven van Manderscheid, die daar vroeger heerschappij voerden, tegenwoordig is het zeker wel niets anders dan een verblijfplaats van uilen en landloopers. Het is wel te hen, dat de oorlog ook hier zijn sporen heeft achtergelaten." De ander zweeg en de ruiters 'eden weer voort. Na een poos vroeg de kapitein plotseling: „Zeg, Wenz, zien dat hij zeer getroffen was door al deze blijken van sympathie. Verhooging van den gedistilleerd- accijns. De vereeniging Vergunning heeft in een nieuw adres aan de Tweede Kamer verzocht om het wetsvoorstel tot verhooging van den accijns op het gedistilleerd niet aan te nemen. De Vereeniging betoogt, dat de ver hooging van den accijns op het ge distilleerd onevenredige lasten zal leggen op de bevolking, aan de mo raliteit groote schade zal doen, het goede product en de goede verkoop- wijze zal verdringen en aan een na tionale industrie en welvaart ernstig nadeel zal berokkenen, zonder dat eenig voordeel, hoegenaamd, daar tegenover zal komen te staan. Nationale Tentoonstelling van Huisvlijt. Het is niet onwaarschijnlijk dat de Nationale Huisvlijttentoonstelling van den Volksbond, welke in 1910 te 's Gravenhage zal worden gehou den, eenigen invloed zal hebben op de beoefening van de Huisvlijt in het Leger, waar die tot nu toe niet dan sporadisch voorkwam, gelijk een onderzoek heeft geleerd. Door de welwillende beschikkingen toch zoo wel van den minister Sabron als van den minister Cool, is het aan het tentoonsteliingsbestuur vergund ge worden op ruime schaal in militaire kringen daarvoor propaganda te ma ken. Aanplakbiljetten, uitgevoerd in de nationale kleuren, komen in alle kazernes en inrichtingen en hospitalen van die tentoonstelling en hare bij zonderheden vermelden, en op de bureaux zullen programma's en in schrijvingsbiljetten verkrijgbaar zijn voor allen, die wenschen in te zen den. Bovendien heeft de minister den commandanten vergund zich over dit onderwerp in directe verbinding met het bestuur te stellen, dat na tuurlijk van zijn kant alle gevraagde hulp en voorlichting gaarne zal ver strekken. De militaire chefs, die sympathie gevoelen voor de Huis vlijt, kunnen dus wel een en ander ten goede doen. Misschien geeft de tentoonstelling zoodoende wel eenig karakteristiek militair huisvlijtwerk te zien, zooals dat te Breda op de plaatselijke tentoonstelling in den vorm van miniatuur geniearbeid zoo bijzonder mooi aanwezig was. Dat de Huisvlijt ook in het leger in den vrijen tijd veel nut kan stich ten en een uitnemend wapen is tegen verveling en alles wat daaruit voort vloeit, het is niet te ontkennen. Te hopen is het dus, dat deze eerste poging succes met zich zal brengen. hoe ben je toch aan dien brief van mijn vader gekomen, dien je me te Maastricht gebracht hebt Wenz ant woordde, dat de oude graaf von Beu ren een vertrouwden bode naar zijn zoon had gezonden met een verzegel den brief. Die bode was bij vergis sing als spion doodgeschoten, en daarom was aan hem opgedragen dien brief te bezorgen. „Het was een brief van mijn dood zieken vader; hij veroorloofde mi; weer het ouderlijke huis te betreden." „Juist", zei Wenz, „dat zei u me al vroeger." „Ik wil nu een ander leven begin nen. Van het woeste krijgsmansleven heb ik genoeg. Voortaan wil ik me geheel wijden aan mijn vrouw en kind." Deze mededeeling maakte op Wenz stellig een buitengewonen indruk, want hij verbleekte en zijn gelaat toonde de grootste verbazing. Einde lijk bracht hij met moeite uit „Wat? Bestaat ereen mevronw von Beuren „Ja, Wenz, daar kijk je verwon derd van op, hé Het slot Beuren hof zal niet alleen een nieuwen heer, J. G. van Hattum van Ellewoutsdijk. f ln den ouderdom van 72 jaren is te 's Gravenhage overleden de heer j. C. van Hattum van Ellewoutsdijk, die tot voor eenige jaren een waardige plaats bekleedde in den gemeenteraad en ook zitting had in de Staten van Zuid-Holland. Als groot-industrieel gold de heer Van Hattum vooral op het gebied der publieke werken als man van gezag. Wegens gezondheidsredenen, welke hem o. a. noopten ontslag als raads lid te nemen, kon hij zich in den laatsten tijd echter niet meer in die mate aan de publieke zaak wijden, als vroeger het geval was. De thans ontslapene stond ook bekend als groot kunstliefhebber en -bevorderaar. Destijds stond hij in bruikleen aan de gemeente af de kostbare schilderijen-verzameling, wel ke langen tijd de gangen van het raadhuis sierde. flbonnements-flduertentiën op zeer uoordeelige uoorwaarden. Bedrukte briefkaarten en omslagen. De directeur generaal der poste rijen en telegraphie vestigt nader de aandacht van het publiek op de be staande gelegenheid om, zonder ver hooging van kosten, rijksbriefkaart- formulieren en briefomslagen te ver krijgen, voorzien van den naam en het adres van den afzender, in een voudiger! letterdruk en in de kleur van den op die formulieren omslagen voorkomenden zegelstempel, onder mededeeling, dat voortaan mede zal worden voldaan aan aanvragen om 500 stuks van elke waarde of veel vouden daarvan. Nadere inlichtingen ter zake kunnen aan de kantoren der posterijen wor den verkregen. Legaten. De heer H. Kollaart, onlangs te Rotterdam overleden, heeft de na volgende legaten bemaakthet Ne- derlandsch Zendelinggenootschap te Rotterdam, opgericht in 1797, f 5000 de Nederlandsche Zendelingvereeni- ging te Rotterdam f 5000 het Zeister Zendelinggenootschap, Zeist, f 1000 het Gereformeerd Burger Weeshuis aan de Goudsche Wagenstraat f 2000 de Diaconie der Nederl. Herv. Gem. te Rotterdam, voor en ten behoeve van het Lidmatenhuis dier gemeente, f 1000den Algemeenen Kerkeraad der Nederd. Herv. Gemeente te Rot terdam, voor en ten behoeve van het Kinderhuis dier gemeente, f 1000 de Diaconie der Nederd. Herv. Ge meente te Rotterdam ten behoeve van hare armen f 5000; de groote en kleine Diaconiescholen der Ne derd. Herv. Gemeente te Rotterdam f 1000; de Werkinrichting voor Hulp- beh. Blinden aan de van der Duyn- straat te Rotterdam f 1000; de In richting voor Doofstommenonderw. maar ook een meesteres en een toe- komstigen heer krijgen, want mijn jongen is al vier jaar en moet een mooie knaap geworden zijn Dat hoop ik", vervolgde hij langzaam en ernstig, „want het is ai lang.geleden, dat ik hem en zijn moeder gezien heb En daarbij is mijn vrouw nog jong en schoonSedert mijn huwe lijk zijn reeds zes jaren vervlogen en zij telde toen negentien jaar. Zij was bijzonder mooi, en ik beminde haar harstochtelijk, anders "had ik niet om een burgêrmeisje een nieuwe dwaasheid begaan mijn adellijken naam afgelegd en haar getrouwd 1" Nu deed Wenz een langgerekt „Ah" hooren, liet zijn paard wat dichter bij dat van den kapitein loopen - en zeide zacht„Maar na het huwelijk zal de jonge vrouw wel te weten ge komen zijn, met welk een voornaam heer zij getrouwd is." De heer von Beuren loosde een zucht en sprak toen„Neen, Wenz, ik bezat niet de middelen om vol gens mijn stand met mijn vróuw te leven. Ik had mijn vader boos ge maakt, ja, ik had hem diep beleedigd, en na dit huwelijk kon ik heele- te Rotterdam f 500de Inrichting voor havelooze kinderen aan den Boezemsingel te Rotterdam f 500; de Weesinrichting te Neerbosch f 1000; de Prins Hendrik Stichting te Egmond a/Zee f 500het Leger des Heils, voor reddingshuizen enz., f 250; de Vereen. Stads Evangelisa tie Jeruel te Rotterdam f 250, alles vrij van successierechten. VAN DEN HAK OF DEN TAK. Door alle tijden heen is het den menschen uit den mond der wijzen toegeroepen„Weest matig, indien gij lang en gezond wilt leven Ook in onzen tijd vernemen we zulke stemmen, en ouden van dagen, die 80, 90, zelfs 100 jaar zijn geworden, vertellen het ons, dat zij hun hoogen leeftijd hoofdzakelijk aan hun matig heid te danken hebben. Sommigen gaan nog verder en zeggen, dat nu en dan vasten noodzakelijk is voor het behoud van een goede gezond heid. En in de laatste kwart-eeuw zijn er onderscheidene vasters geweest, die het menschdom wilden overtuigen, dat men weken achtereen zondervoed- sel kan leven. Dat dit niet later uit humaniteit of ter wille der wetenschap gebeurde, en meermalen ook bedrog in 't spel was, is genoegzaam bekend. Den laatsten tijd echter wordt het vasten ook van geneeskundige zijde als geneeswijze voorgeschreven. Zoo is er op 't oogenblik te Cleveland een handelsreiziger, W. H. Maire, die het 5'/s dag zonder voedsel heeft uitge houden en daarmee hei wereldrecord in het vasten heeft gemaakt. Deze vastkuur geschiedde ook bij wijze van medische behandeling. Maire was nl. lijdende aan chronische gebrekkige spijsverteringal jaren lang is hij ziek. In en door zijn vasten is het gewicht van den man afgenomen van 145 tot 95 Engelsche ponden. Hij wordt verpleegd in een sanatorium of zijn toestand door het vasten is verbeterd, d. w. z. zijn maag beter dan te voren voedsel kan verdragen, melden de berichten niet. Een record van heel anderen aard. is geslagen door een Amërikaanschen teekenaar, die de eerzucht had, om op de achterzijde eener eenvoudige briefkaart de meest mogelijke woorden te schrijven. Ook een eerzucht, die den man geen rust liet. Hij had me dedingers, die hij na langdurige oefe ning tot een „kamp" uitdaagde. Daar bij gelukte het hem dan, na een paar weken gepeuter en na tal van brief kaarten verknoeid te hebben, om in 223 regels niet minder dan 13170 woorden te schrijven, 't Schrift moet, hoewel uiterst klein, met een goede loupe zeer goed leesbaar wezen. De man heeft dan zijn levensdoel bereikt, dat lang niet allen kunnen maal niet op zijn hulp rekenen. Waar om zou ik dan mijn waren naam en stand bekend maken Nadat ik twee jaar getrouwd was, begon mijn liefde te verkoelen. De geboorte van mijn zoon deed ze weer wat opvlammen maarvoor korte oogenblikken." In gedachten verzonken hield de kapitein even op. Zijn makker brand de van nieuwsgierigheid, maar hij bedwong zich en vroeg niet verder. Na een poosje ging de heer von Beuren voort „Haar vader was een bemiddelde koopman uit Keulen, mijn vrouw zijn eenige dochter. Onder een bur gerlijken naam was ik zijn huis bin nengeleid, en nadat ik zijn schoonzoon geworden was, moest ik overeen komstig mijn kennis een werkkring zoeken. Ik beloofde hem alles, wat hij verlangde, maar door alle moge lijke uitvluchten trachtte ik de uit voering van mijn beloften steeds te verschuiven. Twee jaar ging dat goed, maar toen kwam er ontzettende ramp. Groote Hollandsche en Engelsche huizen maakten bankroet en sleepten in hun val ook het Keuische handels huis mee. Mijn schoonvader was zeggen. Maar 't is er dan ook een levensdoel naar Men moge over die liefhebberij denken, zoo men wil, toe gegeven zal moeten worden, dat de man die weken en maanden van oefe ning nuttiger arbeid had kunnen le veren. Dan mag, dunkt ons, de heer B. 't Hart te Brielle, die dezer dagen zijn 25'jarig jubiié als schipper van de reddingboot der Zuid-Hollandsche Redding-Mij. herdacht met meer eer op zijn werk terugzien. In die 25 jaar toch werden 39 menschen door zijn hulp gered 't Ontbrak hem natuurlijk niet aan belangstelling gedurende die jaren. Zoo ontving hij van de Neder landsche regeering een bronzen me daille met getuigschrift voor het red den van de opvarenden van de „Little- beck" en in 1886 een zilveren me daille van Frankrijk voor de hulp aan .de bark „Olivier Madelaine". Zulk een man heeft zeker niet te vergeefs geleefd. Wie zulk een nuttig leven achter zich heeft en daarvoor de waardeering zijner medemenschen geniet, behoeft niet „levensmoede" te zijn, zooals men, helaas, tegenwoor dig van zoovelen leest en hoort. Te Amsterdam was dit ook met een ouden man het geva|, waarom hij op den Oudezijds Voorburgwal te water sprong. Al dadelijk waren er velen bijmannen droegen al spoedig lad ders aande drenkeling drijft met het gezicht onder water, alleen zijn witte haar is zichtbaar. Een forsch gebouwde vrouw uit het volk regelt alles„Is er nou geen een van jullie snotneuzen, die er in springt Laten jullie die oude arme man nou maar verzuipe roept ze. Maar de man, die dicht bij de wal is, pakt den lad der. „Nou is 'tniet meer noodig", zegt de vrouw. Vervolgens wordt de oude man, die half bewusteloos en suf is, op den wal getrokken en door twee politieagenten weggeleid. De vrouw er achter aan, met schelle stem „Zoo'n oude sok Mot jij in 'twater springen, leelijke oude kerel! Je most een pak slaag hebben Dat wijfje scheen dus verre van levens moe. 't Is er een, die wel klaar schijnt voor stemrecht. De kiesrechtjuffers in Londen de suffragettes die ook „niet mis" zijn en zich vaak buitensporig heb- ken aangesteld, schijnen dan eindelijk toch eens door den rechter aange pakt te zullen worden. Twee dames, die ter gelegenheid van het optreden van min. Lloyd George zich schuldig maakten aan het inwerpen van ruiten, werden veroordeeld tot een maand dwangarbeid drie andere kiesrecht vrouwen voor gelijke overtreding tot 14 dagen dwangarbeid Twee dames, beschuldigd van onordelijk gedrag, zullen een maand gevange nisstraf ondergaan. plotseling een bedelaar geworden, dat was een vreeselijk slag voor hem en het geheele gezin. Het gebrek kwam onze woning binnen ik moest werken, maar ik had er volstrekt geen lust in. Tot mijn ongeluk ont moette ik toen een ouden bekende 'die dienst genomen had in het leger van den maarschalk van Belle Isle. In datzelfde leger zou mijn vriend mij aan een goeden rang helpen. Dat voorstel beviel mij zeer goed en denzelfden nacht nog verliet ik hei melijk vrouw en kind om bij het Fransche leger in Bohemen dienst te nemen." „Maar, kapitein, hebt u sedert niets meer van uw vrouw gehoord, of haar eenig taal of teeken van leven gege ven vorschte Wenz. „Ik heb dikwijls aan haar gedacht, maar nog nooit aan haar geschreven, Ook heb ik nooit iets van haar ver nomen." De kapitein zuchtte diep. „Dus zij weet nog niet dat zij me vrouw von Beuren is (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1909 | | pagina 1