Dinsdag 19 October. II IS' 1909. Feuilleton. No, 245 47e Jaargang, BINNENLAND. VUSSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Qroote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen, jj TELEFOONNUMMER 10. jj flbonnements-flduertentiën op zeer ooordeelige voorwaarden. De brochure van mr. J. A. de Wilde. De „Ned." zegt het volgende van de brochure van mr. J. A. de Wilde, waarin deze zijn partijgenooten aan vuurt „trouw aan den leider" (dr. Kuyper) te betoonen De warmte, die uit dit geschrift spreekt, doet weldadig aan. Maar verder gaat onze sympathie voor dit geschriftje dan ook niet. Indien de auteur van oordeel is, dat de trouw dergenen, die in dr. Kuyper hun leider zien, door de beschuldiging van mr. Tideman en van „Het Volk" is verzwakt, dan zijn er betere ar gumenten noodig dan de hier gebo- dene, om de dwalende broederen te brengen tot het inzicht hunner ver keerdheden. De verschijning dezer brochure is een ontijdige. Eerst, wan neer dr. Kuyper zelf gesproken heeft, wanneer de beschuldiging af doende is weerlegd, en nochtans de campagne tegen dr. Kuyper zou wor den voortgezet, kon er o.i. van zulk een oproep, van zulk een leuze sprake zijn. Bovendien is de wijze waarop de heer De Wilde argumen teert (de juistheid zijner beschouwin gen over den heer Lohman bespreken wij maar niet eens), niet zeer over tuigend. Als aanhangsel n.l. bevat het boekske een „Standaard"-asterisk uit 1908, waarin de schrijver (dr. K.) met nobelen zin spreekt over zijn pofi- iieken tegenstander, mr. Troelstra, die ziek was. „Hier is (zegt de heer De Wilde) iemand aan het woord, die gelijk het den Christen past, waar het beginselen geldt geen par don geeft, maar den eerbied voor den persoon van den tegenstander en van den leider van een politieke .groep niet alleen in eigen hart bewaart, maar hem zelfs bij zijn volgelingen aankweekt," tegenover dit doen stelt de heer De Wilde dan „de houding der iinksche pers". Het gebrekkige der vergelijking (immers dr. K. is volstrekt niet 'lichamelijk buiten staat om zich te verweren) valt terstond in het oog en doet het betreuren dat de schrij ver haar bezigde. Wij gelooven dan ook niet dat dr. Kuyper veel redenen heeft om zijn paranymph dankbaar te zijn. Tenzij dan voor de goede bedoeling. De „Tijd" merkt op Uit het ge schrift „Den Leider Getrouw" (valt) voor buitenstaanders niet veel anders of veel meer te leeren, dan dat er antirevolutionnairen zijn, die vast besloten zijn, om, wat er ook ge 62.) XXIVe HOOFDSTUK. Twee weken waren verloopen sedert den brand van het slot. In rouwgewaad stond barones Rogalla aan het venster van de eenvoudige ka mer die zij na de ramp in hetambtshuis bewoonde en staarde somber voor zich heen. Toen keerde zij zich naar haar zoon, die bij de tafel midden in de kamer stond en het testament zijns vaders in de hand hield. Daarin had zijn vader neergeschreven wat twintig jaar geleden was gebeurd hij erkende het huwelijk van zijn broeder Eduard als wettig en ver zweeg alleen, dat hij de bewijzen daarvan op aanstoken van zijn vrouw had verduisterd. Ik begrijp die sentimenteele dwaasheden niet, klonk het nu hard van de lippen der barones. Ik heb mijn leven lang gestreden voor mijn recht, want het zou een onrecht ge weest zijn, het erf van je voorvade beuren moge, dr. Kuyper onvoor waardelijk te volgen. De beteekenis van het geschrift stijgt door de me- dedeeüng dat de schrijver niet de Haagsche wethouder De Wiide, doch diens zoon is, niet. Salarissen. Steeds sterker zegt de „Stand aard" wordt de drang om de sa larissen van het in dienst van het rijk zijnde personeel te verhoogen. Aan dien eisch kan zekere billijk heid niet worden ontzegd. Het valt toch niet te loochenen, dat de levens standaard in de laatste 50 jaren een aanmerkelijke wijziging onderging. Wat omstreeks 1850 met f 500 te doen was, doet men thans ternauwer nood voor f 650. Het leven is stellig een derde duurder geworden. Voor zoover men derhalve thans nog de salarissen van 1850 handhaaft, be loont het rijk zijn personeel schrieler en schraler dan voorheen. Dit heeft men dan ook ingezien, en bij een zeer groot deel van het dienend per soneel zijn de salarissen reeds opge zet. In verhouding tot het totaal van onze rijksmiddelen wordt intusschen nog altoos een veel kleiner percen tage aan salarissen uitgekeerd dan eertijds. Want wel is het aantal bij dit personeel op reusachtige wijze geklommen, maar het budget zelf werd verviervoudigd en liep van een 50 tot bijna 200 millioen op. Toch wane men niet, dat met kwistige hand tot verhooging van oalarioocii lr«»* ïrwiU^n i'vprorp(Yp3n zonder 't budget in gevaar te brengen. Het cijfer der personen, voor wie de eisch van verhooging aan de orde komt, is daarvoor te groot, en dit te meer, daar steeds sterker aandrang opkomt om ook voor weduwen en weezen een pensioen beschikbaar te stellen. Iets waar dan nog bij komt, dat men zeer ten onrechte al leen op de laag-gesalarieerden de aandacht vestigt. Geheel dezelfde kiimming van levensstandaard drukt ook op de hoogergeplaatste ambte naren van den staat. Zelfs een minis ter, die in 1850 zijn f 12000 ontving, had, naar onzen levensstandaard ge rekend, een tractement van f 16000, zoodat een minister thans feitelijk f 4000 minder ontvangt dan eertijds. Evenzoo is het bij den raad van State, bij de Commissarissen van de provinciën, alsmede bij de rechter lijke macht. Naar verhouding zijn al deze ambten thans slechter bezoldigd dan voorheen, En nu ligt het wel in den aard ren over te leveren aan de kinderen van Eduard Von Altenbrak! Val mij niet in de rede! Ik weet wat ge zeggen wilt. Het formeele recht mag aan de zijde van die menschen zijn,het natuurlijke recht is aan onzen kant. Wie weet hoe het gerecht, hoe de koning zou beslist hebben? Waar schijnlijk ten gunste van ons Het kan zijn, antwoordde Harry somber. Dat huwelijk werd niet ge sloten tusschen lieden van gelijken stand. Maar toch hebt ge eerloos ge handeld, en de eer van mijn geslacht moet rein en onbevlekt zijn. Zelfs gij, moeder, hebt geen recht die te bezoe delen. Rogalla hijgde naar adem. Zij gloei de van toorn, haar oogen schoten vuur, zij balde de vuisten oh, dat zij daar zoo in machtelooze woede tegenover haar eigen zoon moest staan. In haar oogen weerspiegelde zich haar duivelachtige inborst haat, verachting alle hartstochten van het inwendige leven dreigden haar te verstikken. Doe dan, wat ge niet laten kunt, dwaze knaap riep zij uit. Maar ik wil niets met je te doen hebben 1 Moeder! Hoor mijn laatste woord Wan neer je naar verzoening met die men schen tracht, dan zie je me hier voor het laatst der zaak, dat men het eerst zich opmaakt om de lagere salarissen te verbeteren, maar eisch blijft het toch, dat geheel dit vraagstuk in samen hang wordt overzien. Te lage trac- tementen op de hoogere sporten van de ambtenaarsladder brengen toch het gevaar met zich, dai alleen ge fortuneerde personen hiervoor in aanmerking kunnen komen en dat de knapste elementen zich aan den Staats dienst onttrekken; om in den handel zich een betere positie te verwerven. Directeur-Generaal van den Landbouw. We vernemen, dat de berichten, volgens welke het ambt van den di recteur-generaal zou worden opge heven bij het vertrek van den heer Lovink, beslist onjuist zijn. Er is althans in de laatste weken aan en kele in landbouwkringen bekende personen gevraagd of ze een even- tueele benoeming zouden aannemen. Waarschijnlijk is binnen zeer kor ten tijd reeds de benoeming te wach ten van den heer E. H. Krelage, hoofd der bekende Haarlemsche bloembol- lenkweekersfirma. („U, D.") Verhooging van den jenever-accijns. Aan een lezer die bezwaren had tegen de onlangs door haar geuite beschouwingen antwoordt de „Ned." Het is waar, dat de dronkaard zal blijven drinken. Een dronkaard komt nooit tot bezinning en geeft uit tot den laatsten cent. Maar bij een hoo- ïflfe £fn aïtlTiïj iëH lagen. Alleen de welgestelde dronk aard, die over een groot kapitaal beschikt, laat zich door geen drank belasting remmen. Maar jn het alge meen is waar, dat wat duur is, weinig aftrek heeft, en hoe duurder hoe minder. Aan dien regel ontkomt ook de drankhandel niet. Het is daarom dat wij in een hooge belasting op het gedistilleerd èn voor de schatkist èn voor de drankbestrijding voordeelen zien, zoolang de volksopinie nog niet rijp is voor maatregelen, d(e in andere landen zegenrijk werken. Werkloosheid. De „Werkmansbode" brengt het rapport, uitgebracht door de com missie, benoemd door het centraal- bestuur van het Alg. Ned. Werklieden- Verbond, inzake voorlichting hoe de afdeelingen hebben te handelen bij de propaganda voor de verzekering tegen de geldelijke gevolgen der werkloos heid. Leden der commissie waren J. Moeder, bedenk, wat ge doetVer scheur den laatsten band niet tusschen u en uw kinderen Een oogenblik scheen Rogalla te wankelen, toen richtte zij haar hoofd trotsch op en zeideGe hebt mijn besluit gehoord. Ik zal afwachten wat ge doet en daarnaar zal ik mijn handelingen richten. Met deze woorden verliet zij in trotsche houding de kamer. o— Er zijn twee jaren verloopen sedert dien verschrikkelijken nacht van den brand. De sporen der verwoesting door het verterende element zijn reeds lang verdwenen. Ter plaatse van het oude slot staat een vroolijk nieuwer wetsch gebouw met fraaie kroonlijs ten, torentjes en vriendelijke veranda's. Alleen de oude toren staat nog in het park, omgeven door dicht struik gewas en eeuwenoude boomen als een herinnering aan den ouden tijd. Maar het nieuwe slot heeft het som bere karakter van den ouden tijd afgelegd, het loont een kind van den nieuweren tijd te zijn. En met den nieuwen tijd zijn ook nieuwe menschen in het slot geko men. De jonge gebiedster wiegt haar eerstgeborene in haar armen en de jonge slotheer staat naast haar met een gelukkigen glimlach op het gelaat. Hij slaat zijn 'arm om de F. van Emmerik, C. H. Kouw en J. Mussert. Zij komt tot de volgende conclusies 1. De verzekering tegen de gelde lijke gevolgen van de werkloosheid behoort te zijn een tak van staatsbe moeiing, om de arbeiders te vrijwaren tegen de gevolgen van een maatschap pelijk kwaad, hetwelk zij niet in het leven riepen en waarvan zij het slechte risico dragen. Die plicht van den staat spruit voort uit zijne roeping de zwakken te beschermen. Wijders is die verzekering mede een tak van staatsbemoeiing, omdat hij alleen kan zorgen, dat in alle ge meenten die bemoeiing tot uitvoering komt, door kleine gemeenten niet van zich kan worden afgeschoven. 2. De staat'erkent het vereenigings- Ieven der werklieden als het instru ment, waardoor hij zich van zijn verzekeringsplicht kwijt. 3. Ten opzichte van het toelaten van werklieden-vereenigingen tot de verzekeringsfondsen door den staat of de gemeenten in het leven te roepen, worden alleen die toelatingsvoor waarden gesteld, dat hun taak zal zijn bestrijding van de werkloosheid en verzekering tegen de geldelijke ge volgen daarvan. 4. Dat de afdeelingen van het Al gemeen Nederlandsch Werklieden- Verbond tot taak hebben mede te werken aan de in sub 3 genoemde voorwaarden. 5. Dat alleen gebleken onmacht van die bepaling ontheft, maar daarvoor in de plaats doet treden. drermied'eh Fe""s1 fcTifeil'die'" zi cli' t o t taak stellen, naast de verzekering tegen de gelde- ke gevolgen, ook de bestrijding der werkloosheid ter hand te nemen. Militaire berichten. De hoofdcursus te Kampen zal zijn veertigjarig bestaan op 1 November met een tweedaagsch huishoudelijk feest vieren. Op het programma staat: voor 1 November een matinee in het hoofdcursusgebouw, een soirée in de Buitensocieteit, uitvoering door de leeringen gevolgd door balvoor 2 Novembersportfeest op den Zand berg matinée in de buitensocieteit feestmaaltijd voor de leerlingen en een voor directeur en leeraren, oud directeuren en oud-leeraren. Verder nog een gezellig samenzijn. De officier-machinist 2de kl. N. C. van der Leeuw wordt 1 Nov. geplaatst in de directie der marine te Willems oord, en belast met de leiding der technische werkzaamheden in het torpedo-atelier, ter vervanging van schouders van zijn beminde vrouw en fluistert haar in 't oorZiet ge wel Greta, datik niet zoo'n slechte, lichtzinnige knaap ben als ge toen dacht Ik heb mijn dwaling reeds tang ingezien, Harry, antwoordde de jonge vrouw met een schelmsch lachje. Maar het heeft toch moeite gekost voor ge wat verstandiger werdt. Met een kus sluit de gelukkige man haar schelmschen mond. Ginds verheffen zich de hooge schoorsteenen van de fabriek te Neu- enbrak. Ook daar heerscht een nieu we heer en een nieuwe geest. Edu ard Montelli, thans Eduard von Al tenbrak zu Neuenbrak is heer en eigenaar van Neuenbrak geworden. De beide neven hebben het landgoed verdeeld, al verloren zij daardoor de rechtén van het majoraat. Maar als degelijke mannen zullen zij ook zonder die voorrechten hun eigen dom wel voor hun kinderen en erf genamen behouden. Behoud gij Altenbrak, slot en goed had Eduard tot Harry gezegd. Ik be kommer mij niet om de rijke erfe nis, nu ik de eer van mijn moeder gered en den naam van mijn vader verkregen heb. Ik ben een kind van den nieuwen tijd, ik pas niet op het adellijke slot; ik wil mij vergenoe gen met de fabriek, die evenals ik een den officier-machinist 2de kl. A. Risseeuw, die alsdan wordt op non activiteit gesteld. Blijkens bij het departement van marine ontvangen bericht is de di visie, bestaande uit Hr. Ms. pantser schepen „De Ruyter", „Tromp" en „Koningin Regentes", onder bevel van kapt. ter zee G. F. Tydeman, 16 dezer te Yokohama aangekomen. Zondagsarbeid. Naar aanleiding van de ministeri- eeie circulaire in zake Zondagsarbeid, welke missive voor 15 October moest zijn beantwoord, heeft de af- deeling Den Haag van den Bond van Handels- en Transport-arbeiders tot den minister van landbouw, nijverheid en handel een adres gericht, waarin wordt te kennen gegeven, dat voor noemde afdeeling zich verplicht ziet de vragen van den minister onbeant woord te laten, daar de tijd van voorbereiding veel te kort was om zulk een belangrijke aangelegenheid naar behooren te behandelen, vooral omdat men oordeelde dat een eenigs- zins uitgebreide enquête zou behooren te worden ingesteld. Het Krupp-monopolie. Op 13 October heeft het Kamerlid Thomson een vijftal vragen gericht tot den minister van oorlog, inzake de bestellingen van het nieuwe aanspan- bare geschut van 10 cM. Deze vragen zijn in hoofdzaak bedoeld, om inge- linFVfeSifinngeirzijr» gescïneu. wp uc eerste en tweede vraagt antwoordt de minister, dat aan de fa. Krupp de bestelling is opgedragen, na genomen vergelijkende beproeving. De overige vragen en antwoorden betreffen meer de bijzonderheden van de kwaliteit, enz. van het geschut. Volkszang. Aan de directeuren en besturen van meer dan 900 Gemengde Zang- vereenigingen in den lande is door de heeren Veldkamp en De Boer het verzoek gericht om het frissche schoollied af en toe uit te voeren. Zij meenen, dat de zangvereni gingen in Nederland de groote zoowel als de kleinere een nati onale taak te vervullen hebben den Volkszang te bevorderen. De schoolliederen met hun be- vattelijken tekst zullen, onder goede leiding uitgevoerd, stellig inslaan bij het publiek. De school en de zangvereenigingen, de laatste niet het minst, kunnen kind van den nieuwen tijd is. Ook Gerda vindt dat goed. Zij trekt met mij uit het oude ridderslot naar het slot van Men arbeid Daar zal voortaan ook onze moeder haar in trek nemen, om hare zorgen tusschen mijn gezin en het uwe te verdeelen, en van ons beider geluk getuige te zijn. In de groeve der oude kleine kerk van Altenbrak rusten de overblijfse len van Willy von Altenbrak, die bij de puinhoopen gevonden werden. De eer van zijn naam is gered. Niemand heeft de ware toedracht der zaak vernomen. En Rogalla Von Altenbrak In onmin met zichzelve en de we reld, heeft ze zich teruggetrokken in een gesticht voor adellijke dames, waar zij door haar strengheid de schrik is van de medebewoonsters als zij door de holklinkende gangen van het gesticht wandelt is zij de type van een soort menschen dat thans uitsterft onder de invloeden van den nieuwen tijd. Dat Hendrik Tiedemann gelukkig was, toen de rechten van Margherita erkend waren, behoeft zeker geen betoog. Menigen zomer nog bezocht hfj Greta en Eduard in hun nieuwe omgeving. EINDE.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1909 | | pagina 1