Vrijdag
binnenland.
47e Jaargang.
1909.
17 Sept ember 6
gemeentebestuur»
Feuil eton.
No. 218
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENT1ËNvan 1—4 regels 0.40. Voo^ eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzéTfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen, j TELEFOONNUMMER 10. j, fibonnements-flduertentiën op zeer uoordeelige uoorwaarden.
SCHIETOEFENINGEN.
Onveiligheid vaarwater.
De Burg. van Vlissingen
brengt ter kennis van zeevarenden,
die daarbij belang kunnen hebben
dat op 24 en zoo noodig op 25
Sept. schietoefeningen zullen gehou
den worden van het fort IJmuiden,
dat omtrent de regeling dier schiet
oefeningen inlichtingen zijn te be
komen ter gemeente-secretarie op
eiken werkdag van des .morgens 9
lot des namiddags 4 uur. -
Vlissingen, 15 September 1909.
De Burgemeester voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
Voorzitter Tweede Kamer.
Het schijnt op dit oogenblik nog
niet vast te staan, uit welke fractie
der rechterzijde de Voorzitter der
Tweede Kamer zal gekozen worden.
Mocht nog te plegen overleg leiden
tot het resultaat, dat zulks de katho
lieke fractie wezen zal, dan zoude,
naar „Het Ctr." verneemt, het meest
voor genoemde functie in aanmerking
komen de afgevaardigde voor Nij
megen, jhr. mr. O. van Nispen tot
Sevenaar.
De Rijksmiddelen.
Blijkens opgave in de „Staatscou
rant" van gisteravond hebben de
Rijksmiddelen over de maand Aug.
1908 opgebracht f 11.971.892,535
tegen f 11.167.237,05 in de overeen
komstige maand van 1908.
Deze vermeerdering van f804.655,48»
is in de eerste plaats een gevolg van
de meerdere opbrengst der successie
rechten van dit jaar, vergeleken bij
1908. Toen werd in Augustus ont
vangen f 1.005.190,64, terwijl Augus
tus 1909 opbracht f 1.316.654,065,
dus f 311.463.425 meer. Toch is die
meerdere ontvangst zeer begrijpelijk,
wanneer men bedenkt dat in Augustus
1908 wel 6!/s ton minder was ont
vangen dan in dezelfde maand van
1907. Trouwens, de geheele maand
Augustus van het vorig jaar was
slecht. Zij bracht niet minder dan
ruim 17 ton minder in de schatkist
dan haar naamgenoot van het vorig
jaar. Daarom is een vergelijking van
de opbrengst der Rijksmiddelen over
de afgeloopen maand met die van
Augustus 1908 niet geheel zuiver.
Kan de meerdere opbrengst van 8
ton dus alvast met 3 ton worden ver
minderd, onder de zegelrechten die
slechts f 84.000 meer opbrachten dan
verleden jaar is vermoedelijk een ton
aan verhoogd zegelrecht op effecten,
terwijl zich onder vermogens-en be
O—
37.)
Hij werd bepaald onbeleefd is
dat niet komiek
De baron haalde de schouders op
Hoe heet die jonkman dan
Hij heet Eduard Montelü.
De baron verbleekte en spande
Zlch blijkbaar in om zich te beheer-
scnen. Hij keek schuw naar zijn
vrouw, die daar trotsch en stijf neer-
zat en zeide met moeite Ge neemt
niet kwalijk, Rogalla, als ik me
verwijder, lk gevoel me een beetje
onwel in mijn kamer is het koeler
n hier, daar zal het wel spoedig
weer beter zijn.
Wil ik meegaan vader, vroeg
G«da bezorgd.
Neen, kind, blijf maar bij je
M 'k Kom alleen wel terecht.
et de hand streek hij over de
drijfsbelasting een kleine halve ton aan
opcenten bevindt,welke beide midde
len er verleden jaar nog niet waren.Dit
maakt tezamen een bedrag van ruim
473 ton als gevolg van buitengewone
omstandigheden, zoodat de overblij
vende 37, ton meerdere ontvangst
werkelijk niet zoo heel groot is, als
men dit cijfer plaatst bij de zoo hoogst
ongunstige maand Augustus 1908, die
17 ton beneden 1.907 bleef.
Na deze korte opmerking plaatsen
wij enkele cijfers naast elkander en
zien, dat Augustus 1909 meer op
bracht aan personeele belasting
f 172.000, bedrijfsbelasting f 132.000,
vermogensbelasting f 78.000, invoer
rechten f 64.000, accijns op het ge
distilleerd f 3000, bieraccijns f 9000,
accijns op het geslacht t 12.000,
gouden en zilveren werken f 3000,
zegelrechten f 84.000, registratierech
ten f 19.000, hypotheekbanken f 2000,
successierechten f 311.000, domeinen
146.000, posterijen f 32.000, rijks
telegraaf f 36.000, jacht- en visch-
akten f 3000 en loodsgelden f 19.000.
Minder werd ontvangen uit de
grondbelasting f 70.000, den suiker
accijns f 244.000 en den zoutaccijns
f 6000.
De mindere ontvangst van f 244.000
uit den suikeraccijns is geen tegen
slag, omdat Augustus 1909 een Zater
dag minder had dan Augustus 1908.
Gelijk bekend is, wordt bijna de
geheele suikeraccijns op Zaterdag
gestort, zoodat zelfs een mindere
ontvangst van 4 ton geen teleurstellend
cijfer zou wezen.
De geheele opbrengst over de
eerste 8 maanden van 1909 was
f 104.742.531,27s, tegen in dat tijdvak
in 1908 f 101.520.954,21, zoodat we
thans op verleden jaar f3.221.607,065
vooruit zijn, een cijfer dat niet zoo
heel schitterend is, wanneer men de
belastingverhoogingen in aanmerking
neemt. („N. Ct.")
Het departement van oorlog
en de cholera.
De Haagsche correspondent van
de „Tel." schrijft:
Ten einde op sommige punten be
treffende de houding van het depar
tement van oorlog in verband met
het choiera-gevaar nog enkele inlich
tingen te verkrijgen heb ik getracht
den minister te spreken. Generaal
Cool bleek echter gisteren afwezig,
wegens verblijf le Zeist, doch de
waarnemend secretaris-generaal, hoofd
der afdeeling militie en landweer, was
zoo welwillend mij eenigen tijd te
woord te staan. Aan een gesprek met
hem is het volgende ontleend.
De minister van oorlog heeft het
noodig gevonden in verband met het
choiera-gevaar een order uit te vaar
digen, waarbij den regiments-com-
inandanten wordt gelast, het gebruik
bruine lokken van zijn dochter en
verliet de zaal. Gerda keek hem
medelijdend na. Wat scheelde haar
vader? Zoo vervallen, zoo gebrekkig
als heden had zij hem nog nooit te
voren gezien.
Rogalla stond van tafel op en zei
Gerda kom eens mee in den tuin,
ik moet eens met je spreken.
Juffrouw Harder, wees zoo goed de
koffie op de veranda te laten brengen.
Zeer goed, mevrouw.
In zijn kamer gekomen, zonk
Willy Von Altenbrak in den armstoel
voor zijn schrijftafel neer, en verborg
het gelaat in zijn vermagerde han
den. Langen tijd zat hij zoo, zonder
zich te verroeren. Nu en dan beefde
hij over het geheele lichaam en liet
hij een kermend geluid hooren, alsof
hij door diepe smart gekweld werd.
In dezen vervallen man, had zeker
geen van zijn vroegere vrienden den
vroolijken officier van weleer her
kend, tien jaren geleden nog de trots
van het garde-regiment huzaren
Vijftig jaar oud, was Willy Von
Altenbrak een grijsaard met versleten
lichaam en door angst gekwelde ziet.
van drinkwater door den troep zoo
veel mogelijk tegen te gaan. Verbieden
kan men het natuurlijk niet. Zeer vele
soldaten zijn gewoon, des morgens,
als ze uitrukken, hun veldflesch met
drinkwater te vullen, ook wanneer
er koffie wordt verstre1;* De minister
heeft thans gelast L-ai koine en thee
zoo ruim mogelijk wordt verstrekt,
niet alleen vóór 't uitrukken, maar
ook tijdens de rust. Niet altijd toch
bestaat de zekerheid, dat de soldaten
goed drinkwater bij zich hebben. Deze
maatregel strekt zich ook uit tot de
ophanden zijnde divisie- en Ieger-
manoeuvres ook hier zullen maat
regelen worden genomen, dat koffie
en thee zooveel mogelijk kunnen wor
den gedronken. De waterwagens, die
anders bij manoeuvres den troep ver
gezellen, zullen dan ook'ditmaal niet
aanwezig zijn.
Zooals men weet, moesten in ver
schillende plaatsen waar cholera
heerschte, de militairen, die voor her
halingsoefeningen onder de wapenen
zouden komen, thuis blijven. Op het
laatste oogenblik werden \oor velen
de oefeningen afgelast. Voor de in
fanterie betrof dit, met uitzondering
van het 3e en 6e regiment, hoofdza
kelijk de lichtingen 1904 en 1906;
voor enkele andere wapens ook 1902.
Op onze vraag, of deze miliciens nu
nog zullen worden opgeroepen, werd
ons geantwoord, dat dit wel degelijk
de bedoeling van den minister is. De
wet eischt nu eenmaal ook een mi
nimum-tijd voor herhalingsoefeningen
en absolute vrijstelling van één der
oefeningen zou alleen kunnen worden
verleend, indien de cholera epidemisch
had geheerscht. Dit is echter absoluut
niet het geval geweest, ook niet in
Rotterdam. Uit deze mededeelingen
blijkt, dat de miliciens, die dezer da
gen moesten thuisblijven,'er dus wel
op kunnen rekenen, dat ze hun tijd
moeten inhalen. Wanneer ze zullen
worden opgeroepen, staat nog niet
vast. Er zijn echter twee mogelijkhe
den: óf dat voor de hier bedoelde
soldaten de volgende herhalingsoefe
ning of oefeningen worden verlengd,
èf dat ze toch in den loop van dit jaar
nog onder de wapenen moeten
komen. Hieromtrent is nog niets beslist.
Men zal uit de verschillende mede
deelingen, vooral ook. die betreffende
het drinkwater, zien, dat de minister
van oorlog zijn maatregelen neemt,
en men kan dus met gerustheid de
militairen op manoeuvre laten gaan.
Er zijn menschen geweest, zoo zeide
de hooggeplaatste ambtenaar, met
wien wij spraken, die niet hebben
nagelaten te zeggen, dat zij de geno
men maatregelen, vooral ook die be
treffende het niet-opkomen van boven
bedoelde miliciens, overdreven von
den, in verband met de weinige cho
leragevallen. Maar, zoo voegde hij er
Niet zonder inspanning stond hij
van zijn zetel op, richtte de oogen
angstig naar het portret zijner moe
der aan den muur boven de schrijf
tafel en fluisterdeDe schaduwen
van het verleden treden op als le
vende wezens. Te laat te laat
het kan niet meer goed gemaakt
worden, wat ik misdaan heb te
laat
Hij zonk weer op zijn stoel nem
en bedekte het gelaat met de han
den. Plotseling schrikte hij op hij
voelde een hand op zijn schouder
leggen. Zijn vrouw stond vóór hem.
Schuw, bijna bevreesd blikte hij in
haar groote, somber op hem neer
ziende oogen.
Wat wil je, Rogalla
Ik wil je waarschuwen, ant
woordde zij scherp. Ge geeft je te
veel over aan de indrukken van het
oogenblik, ge kunt je niet meer be-
heerschen. Waarom deed de naam
van dien man je zoo ontstellen
Wat nadeel kan het verledene je nog
doen Hebt ge me niet gezegd, dat
de papieren, die ge van je broer
ontvingt, vernietigd zijn Of is dat
niet waar?,., bestaan die nog?
volkomen terecht bij, indien die maat
regel eens niet was genomen en er
zou ook maar één enkel cholera-geval
in het leger zijn voorgekomen, wat
zou er een storm van critiek zijn los
gebroken Met zulke dingen moet een
departement rekening houden... vooral
het departement van oorlog.
Maandagmorgen is het rijtuig,
waarin H. M. de Koningin en een
hofdame gezeten waren aan een
groot gevaar ontsnapt. Ter hoogte
van het gedeelte Amersfoorsche weg,
waar dit gelijk loopt met de Konin-
ginnelaan, was een draad van de
telefoon geknapt en hing tusschen
de takken naar beneden over den
weg. De koetsier van H. M. had dit
niet bemerkt, tot hem plotseling de
hoed van het hoofd werd geslagen.
Gelukkig had het rijtuig slechts een
geringe vaart en passeerde men juist
daar waar de draad het hoogst hing.
Was dit niet het geval geweest, een
ernstig ongeluk met koetsier of paar
den zou zeker niet zijn uitgebleven.
(„Ned.")
Een brief van Tromp.
Gisteren deelden wij den brief
mede, geschreven door admiraal De
Ruyter, om te bedanken voor een
gelukwensch bij zijn overwinning in
den (eersten) dag op Schooneveld
tegen de Engelsche op de Fransche
vloten. Die brief was gedateerd 11
Juni 1673, vier dagen na den slag.
Als pendant geven we hier het ka
rakteristieke briefje van Cornells
Tromp aan zijn zuster, geschreven
een dag na denzelfden slag. Men
verwachtte toen een tweede treffen.
Beminde Zuster
Gisteren hebben wij den dans
aangegaan en ik ben God zij ge
looft, gezond hebben ons hart eens
weder opgehaalt als Keuningen. lk
ben op mijn vierde schip, de „Co-
meetstar", en meende vandaag' een
braaven dans te dansen. Wij krijgen
de Fransen soo aan 't loopen, datsij
de bramseile en alles bijsetten, en
soo het vandaag soo voortgaat, so
hopë ick dat aller vrienden en ons
gebed verhoort sai sijn en dat wij
van de tiranny verlost sullen worden.
Adieu. Couragie. 't Sal waerachtig
we! gaen.
Aan boord 's lands schip
de Coomeetstar op Schooneveld,
den 8 Juny 1673.
Onze marine.
Naar men in marine-kringen ver
neemt, zal de vice-admiraal J. Car-
dinaal die, zooals reeds werd gemeld,
eerlang op zijn verzoek zal worden
gepensionneerd, als directeur en com
mandant der marine te Hellevoetsluis
en commandant der stelling van de
Willy Von Altenbrak beefde onder
den somber dreigenden blik van zijn
vrouw. Hij maakte een afwerend ge
baar met zijn hand. Neen, neen, die
zijn reeds lang verbrand.
Wees dan geen lafaard en be-
heersch je.
Met trotsch opgericht hoofd ver
liet de barones de kamer, terwijl
Willy in snikken uitbarstte. Hij had
gelogen. De papieren, hem door zijn
broeder overhandigd, en 't boek, dat
Tirschner van den gewetenloozen
ambtenaar te Frati had gekocht,
waren niet vernietigd. Om het bezit
van die bewijzen had hij zijn eer
en de rust van het geweten opge
offerd, en toch ontbrak hem de
kracht om zijn misdaad te voltooien
door het vernietigen der bewijzen.
Hij dacht, dat zijn euveldaad mis
schien nog kon goed gemaakt wor
den in een niet ver meer verwijder
den tijd, als hij niet meer in het
land der levenden zou zijn. Aan deze
gedachte klemde hij zich in zijn
gewetensangst vastdeze gedachte
hield hem staande in zijn strijd tegen
den boozen geest der wanhoop. Hij
was zwak van karakter, hij was
Monden der Maas en van het Ha
ringvliet, worden vervangen door den
schout bij nacht J. B. Snethlage.
Bij Koninklijk besluit van 13 dezer
no. 59, is met den 29en September
1909: lo. de kapitein ter zee H. T.
Hoven, eervol ontheven van het be
vel over Hr. Ms. pantserschip „Piet
Hein", en dit bevel overgedragen aan
den kapitein-luitenant ter zee F. Bot
2o. de kapitein ter zee E. E. Dul-
lemond eervol ontheven van het be
vel over Hr. Ms. pantserschip „Evert-
sen", en dit bevel oogedragen aan
den kapitein ter zee J. F. B. van Dijk.
Radiographisch verkeer.
De minister van marine brengt ter
algemeene kennis dat in het belang
van het radiographisch verkeer tus
schen reeders en visschers op de
Noordzee door middel van het draad
loos station aan boord van Hr. Ms.
politieschoener „Zeehond", in den
vervolge van eenigen kruistocht van
dien bodem het tijdstip van vertrek,
de duur en het plan der reis in de
„Nederlandsche Staatscourant" zullen
worden gepubliceerd.
Voorts wordt bekend gesteld dat
art. 7 van de instructie van den
commandant van Hr. Ms. „Zeehond"
gepubliceerd in de Staatscourant van
20 November 1907 wordt gewijzigd
als volgt„In zee is het draadloos
station van Hr. Ms. „Zeehond" da
gelijks ook Zondags van 6 uur 's mor
gens tot 10 uur 's avonds ook be
schikbaar voor de opname en het
overseinen van particuliere berichten
van reeders en visschers met dien
verstande dat diensttelegrammen voor
gaan, en dat voor de bezorging van
telegrammen aan de visschers, in het
plan der bekruising van het terrein
geen wijziging wordt gebracht.
Wenscht een visscher een telegram
te verzenden, dan hijscht hij het ge
wone cominuniecatiesein, 2 Neder
landsche vlaggen onder elkaar. Bij
gunstige weersomstandigheden zendt
hij het duidelijk geschreven telegram
aan boord of geeft het met de sloep
van den politiekruiser mede. Ver
oorloven de weersomstandigheden
het gebruik van een sloep niet, dan
wordt het telegram met duidelijke
letter op een bord of luik geschreven
en aan het nabij gekomen politie-
vaartuig getoond. De kosten van te
legrammen aan maatschappijen, ree
ders of eigenaars worden op dezen
verhaald. Particuliere telegrammen
van schippers en opvarenden worden
tegen dadelijke betaling aangenomen.
Op deze berichten zijn van toepassing
de bepalingen van het tarief, vast
gesteld bij Kon. besluit van 22 De
cember 1905 („Stbl." no. 358) ge
wijzigd bij Kon. besluit van 21 Febr.
1907 („Stbl." no. 55) waarmede de
lafhartig dat wist hij zelf zeer
goed; maar hij was geen gevoeilooze
schurk, hij kon dien laatsten stap
niet doen, hij hoopte nog altijd, dat
het toeval hem te hulp zou komen
om het gepleegde onrecht te kunnen
herstellen.
VEERTIENDE HOOFDSTUK.
Eduard Montelü was spoedig op
zijn gemak in zijn nieuwe betrekking.
De eigenaar der fabriek was zeer
tevreden over den jonkman en had
daarom met Eduard een overeen
komst voor langeren tijd gesloten.
Deze had een kleine villa met scha
duwrijken tuin niet ver van de fa
briek gehuurd en verwachtte binnen
korten tijd zijn moeder en zijn zuster
bij zich. Hij schreef
Het huis, dat ik gehuurd heb, zal
u aan ons verblijf in Friedrichshagen
herinneren, waar ik mijn jeugd heb
doorgebracht, en waarvan u zooveel
hield.
(Wordt vervolgd.)