Donderdag
No.217
47e Jaargang.
1909.
16 September.
jemeentebestuufc
FeuillleioiL
Van Wedf fof Week.
BINNENLAND.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
COURANT
ADVERTENT1ËNvan 1—4 regels ƒ0.40. Vf >r eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plartsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Qroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
flbonnements-flduertentiën op zeer ooordeelige uooruiaarden.
BRANDWEER.
Ter inzage liggen van het inschrij
vingsregister voor de Brandweer.
Burg. en Weth. van Viissitigen
geiet op art. 408 der algemeene
verordening van politie voor deze
gemeente maken bekend
dat liet inschrijvingsregister voor
de mannelijke ingezetenen, die op
den eersten januari van het loopende
jaar hun 36ste levensjaar zijn inge
treden, en zij die sedert de laatstge
houden inschrijving in de gemeente
zijn komen wonen en hun 35ste
levensjaar hebben volbracht, doch
hun 56ste nog niet hebben bereikt,
ler secretarie dezer gemeente (bu
reau bevolking) ter inzage ligt van
af den 16en tot en met 30en dezer
maand, (Zondagen uitgezonderd)
dat zij die beweren, dat hun leef
tijd niet overeenkomt met dien op
het register vermeld, verplicht zijn
gedurende de ter visie ligging daarvan
bewijs over te ieggen, terwijl bij niet
voldoening daaraan ter beoordeeling
van Burgemeester en Wethouders, de
inschrijving voor geldig zal worden
gehouden en gehandhaafd
dat het register den laatsten dag
van deze maand wordt gesloten en
daarna geen reclames meer worden
aangenomen.
Vlissingen, 15 September 1909.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
J, H. DOMMISSE, L. S.
BEKENDMAKING.
Aangifte van leerlingen voor de
Herhalingscursussen.
Burg. en Weth. van Vlissingen
brengen ter kennis van belangheb
bende ouders of voogden, die hunne
kinderen of pupillen wenschen toe
gelaten te zien tot een der beide her
halingscursussen in deze gemeente
dat vanaf Maandag 13 tot en met
Donderdag 23 September a. s.
uitsluitend ter gemeente-secretarie
(griffie) iederen werkdag van des
voormiddags 9 tot 12 uren gelegen
heid tot aangifte van leerlingen voor
die cursussen gegeven wordt
dat ingeschreven kunnen worden
zij, die het gewoon lager onderwijs
genoten hebben
en dat de cursussen zullen aan
vangen den len October a. s.
Het onderwijs wordt gegeven
a. aan den cursus voor jongens
op Maandag, Dinsdag, Donderdag
en Vrijdag, des avonds van 6 tot 8
uur;
b. aan den cursus voor meisjes
op Woensdag- en Zaterdagnamiddag
van 2 tot 5 uur.
N.B. Zij, die in het bezit van een
trouwboekje zijn worden verzocht dit
mede te brengen.
Vlissingen, 10 Sept. 1909.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
J. H. DOMMISSE, L. S.
Het is nu ongeveer twee maanden,
dat de Spaansche troepen in het
Westen van Marokko, in den strijd
tegen de Rif-Kabylen vorderingen
trachten te maken, terwijl zij zelf fei
telijk belegerden zijn, die door uit
vallen zich meerdere ruimte trachten
te verschaffen.Na liet herhaaldelijk be
komen van versterkingen, die evenwel
niet voldoen aan de wenschen van
geperaal Marina, den opperbevelheb
ber, zijn er nu ongeveer dertien dui
zend man bijeen, die goed toegerust
moeten zijn en waarmede de generaal
Maandag 8 dezer aanving met zijn
poging om de Mooren uit hun berg-
stellingen te verdrijven en zich mees
ter te maken van zekere plaats, ge
naamd Selosan, waar de Roghi, de
welbekende en thans gevangen pre
tendent-Sultan, zich had gevestigd.
Die tocht heeft een achterdeurtje.
Wordt het doef van den legeraan
voerder bereikt, dan wil de Spaansche
regeering, als de mogendheden geen
bezwaar maken tegen de uitbreiding
van Spanjes macht in Marokko, tene
geheele linie van forten en redoutes
om genoemde plaats aanleggen, ten
einde eene betere positie te verkrij
gen dan men tot dusver te Melilla
had.
Intusschen, het is nog niet zoover.
Met een geduchte artillerie trekken
de Spanjaarden in twee colonnes op,
zoowel in 't gebergte als langs de
kust, zeker met het doel om zich
ergens te vereenigen. Tot dusver
moet alles goed gaanhetgeen trou
wens heel natuurlijk is, omdat er
bijna geen tegenstand geboden wordt,
wat ons onmiddellijk doet denken
aan den muizenval, waarvoor het
oorlogslot den Castiliaan genadiglijk
moge bewaren. Eerlijk gezegd zijn
wij niet zonder vrees, dat zij in het
spek zullen bijten.
De nieuwe belastingen hebben in
Duitschiand zoo maar een soort van
oorlogstoestand in het leven geroepen.
De brouwers, door de zware belas
ting getroffen, eischen van de slijters
een bedrag van f 2.60 per hectoliter
bier meermaar de afnemers zijn
natuurlijk bevreesd dat het met het
bierdrinken gedaan raakt en weigeren
dat meerdere te voldoen, waarbij
evenwel, precies als bij ons, een hoop
slijters, die eenvoudig onder de
brouwers zitten, niets te zeggen heb
36.)
Daarom sprak zij op zekeren dag
W haar manBeste Willy, gij
aebt me dikwijls beschuldigd, dat ik
te veel geld noodig had. Ik zie in,
aat onze levenswijze veel geld vor-
?ert> maar als wij daar verandering
ln brachten, zouden wij ons niet meer
JJP ons gemak gevoelen. Wij-moeten
"as uitzien naar nieuwe hulpbron-
"en> en ik geloof, dat ik die gevon
den heb.
Verrast keek Willy zijn vrouw aan.
De tijd, dien wij beleven, wordt
oeheerscht door de nijverheid, ver-
Vo'gde Rogalla. Wij moeten ons ook
"(eer op de nijverheid toeleggen. Ik
je bij voorbeeld welke groote win-
en de beetwortelsuikerfabrieken af-
?erPen. Waarom richt ge ook niet
00 n fabriek op, even als andere
groote landheeren?
Dat plan beviel Willyhij zou er
Feldner over raadplegen. De oude
inspector verklaarde echter brom
mend, dat hij van suikerfabrieken
geen verstand hadals men zoo'n
fabriek wilde oprichten, moest men
naar een geschikt persoon omzien.
En zoo gebeurde het. Rogalla hield
voet bij stuk, totdat op Neuenbrak
een groote beetwortelsuikerfabriek
stond, die van de nieuwste machines
was voorzien. Een directeur werd
benoemd, en deze man wist in de
eerste jaren de grootst mogelijke
voordeelen te behalen. Langzamer
hand werd echter de concurrentie
te groot en de fabriek te Neuenbrak
kon slechts met moeite blijven be
staan, daar het geld ontbrak om met
andere fabrieken gelijken tred te
houden in het aanschaffen van nieuwe
en betere machines. Nu moest op
andere wijze bezuinigd worden de
loonen "van het werkvolk werden
aanmerkelijk verlaagd en daar de
arme werklieden meest allen op de
uitgestrekte bezittingen van het slot
Altenbrak woonden, schikien zij zich
in dezen maatregel, waarvan zij de
ben en eenvoudig zich hebben te
schikken. Nu wil men de koffiehuis
houders, die van de brouwers af
hankelijk zijn, vrij koopen en daartoe
worden reeds fabelachtige sommen
bijeengebracht. De vrijgekochten zul-
en echter hun vrijheid niet present
krijgen, zooals te denken isdaar
voor toch brengt men geen kapitalen
van driemaal honderd duizend mark
bijeen Zij zullen in ruil voor die
vrijheid eenvoudig hun biertje te
betrekken hebben van een reusachtige
brouwerij, die tegen den ouden prijs
leveren zal.
Alzoo, oorlog in kikkerlandwant
maar wij dachten waarlijk niet
dat het Duitsche publiek tot zulk een
ontzettende opoffering in staat was,
in verschillende plaatsen besloot
het publiek te eindigen met drinken,
zoolang de prijs opgeslagen blijft.
Ook de duurder geworden brandewijn
zou men boycotten en op die manier
krijgen wij een natie van geheel
onthouders tot buur, waardoor al de
plannen van den fiscus jammerlijk
zouden mislukken.
Duitschiand mocht wel willen dat
het waar wasmaar, ach ze houden
het niet uit!
In de tabaksindustrie ziet het er
nog ieeiijker uit. Een Duitscher zon
der zijn masz is eigenlijk geen wezen,
maar het rooken kan hij best laten
en de arbeiders beginnen nu al hun
brood te verliezen, daar de sigaren
fabrikanten hun bedrijf moeten in
krimpen.
Aan zulke verstrekkende gevolgen
zullen de handige Duitsche belasting
hervormers toch zeker wel niet ge
dacht hebben
Mohammed-Ali heeft zijn rol in
Perzië afgespeeld en is uit het Rus
sische gezantschapsverblijf te Tehe
ran naar Rusland vertrokken. Alweer
een koning in ballingschap De zaak
heeft vrij wat voeten in de aarde ge
had en de Russische en Engelsche
gezanten hebben een handje moeten
helpen in de quaestie der kroonju-
weelen, welker uitlevering van den
ex-Sjah gevorderd werd. Deze heeft
ten slotte van de kostbaarheden af
stand gedaan tegen genot van een
jaargeld, dat evenwel zal worden
ingehouden, wanneer hij zich in het
buitenland kuiperijen tegen de nieuwe
regeering mocht veroorloven.
Het is er den Perzischen macht
hebbers heelemaa! niet om te doen,
de juweelen voor de kroon te be
houden. integendeel is men zoo plat
zak, dat ze ten spoedigste verzilverd
zuilen worden en men hoopt er een
millioen roebels van te zullen maken.
in Engeland schijnt het nu wel te
zullen komen tot eene botsing tus-
onrechtvaardigheid echter zeer goed
gevoelden. Reeds meermalen waren
oneenigheden en werkstakingen op
kleine schaal voorgekomen en zoo
veroorzaakte Neuenbrak met zijn fa
briek ten laatste den baron de
zwaarste zorgen. Rogalla hoopte
echter nog steeds op groote winsten
van de fabriek, die zij onder haar
bijzondere hoede genomen had.
Heden heerschte aan den maaltijd
een ontevreden zwijgen. Daar er
geen gasten waren, bestond het ge
zelschap aan tafel alleen uit den
baron en zijn ecbtgenoote, verder
barones Gerda, de juffrouw van ge
zelschap, juffrouw Harder en den
ouden inspector. De directeur der
fabriek op Neuenbrak, mijnheer Gutt-
mann, was dien morgen wel op het
slot geweest om verslag te geven,
doch hij had niet kunnen blijven,
wegens dringende zaken in de fa
briek. Zijn verslag was zeker niet
gunstig geweestaan het ernstige,
bezorgde gelaat van den baron kon
men wel zien, dat hij geen goede
berichten had gekregen.
Dat stilzwijgen drukte loodzwaar
op alle aanwezigen, zelfs de vroolijk
schen de beide takken der volks
vertegenwoordiging. De belastingont-
ffgrpen van minister Lioyd George
zijn door de liberale meerderheid van
he£ Lagerhuis goedgekeurd, maar het
fitjogerhuis wil er niets van weten
en, even als in Duitschiand, blijven
de agrariërs gekant tegen aanzien
lijke bijdragen van het groot grond
bezit in de kosten der staatshuishou
ding. Van weerskanten zet men zich
schrap en de regeering voorpelt dat
het op eene besnoeiing der macht
van het Hoogerhuis zal uitloopen.
In het Lagerhuis is men aange
vangen met de behandeling der De
velopment-bill. Deze wet heeft ten
doel de wegen en bosschen te ver
beteren en bijzondere banen aan te
leggen voor automobielen. Door het
geheele land zouden, een prachtig
idee, strooken grond* worden aange
kocht, ter breedte vanliefst 400 meters
waarvoor de staat een ieening van
vier millioen pond sterling zou moe
ten aangaan. In de automobielwereld
zelf is men met het plan niet inge
nomen, met het oog op de verwachte
zeer hooge belasting, en zou men er
de voorkeur aan geven, zich tot ver
betering der bestaande wegen te
beperken.
Wat de begrooting betreft, hebben
de unionisten of conservatieven, thans
een min of meer onverwachte hulp
zien opdagen in den persoon van
den invloedrijken lord Roseberry,
ons van vroeger als liberaal staatsman
uit de school van Gladstone wel be
kend. Langzamerhand is hij echter
zoo'n beetje afgebrokkeld, en of
schoon hij zich nog voor een vrij
handelaar uitgeeft, zijn de financieele
plannen van het tegenwoordig mi
nisterie hem toch te bar en heeft
hij zich geschaard onderhen die van
mggning zijn, dat het Hoogerhuis de
begrooting verwerpen moet, wat na
tuurlijk de beweging in den lande
heeft aangewakkerd. Vooral heeft hij
zich schrap gezet tegen de landbe-
lasting, als vijandig tegenover eiken
vorm van eigendom, dien de Staat
moet waarborgen.
De belasting op de waardever
meerdering van grond, op het zoo
genaamde slapende rijk worden, die
een der biilijkste heffingen is en al
veel eerder had moeten worden toe
gepast, is bezwaarlijk anders te be
strijden, dan door de vele drogredenen,
waarvan lord Roseberry en de zijnen
een kwistig gebruik maken.
Intusschen,'zooals gezegd, de door
hem openlijk aan de unionisten ver
leende ondersteuning, doet den strijd
feller ontbranden. Dat is gebleken op
het congres der ambachtsvereenigin-
gen, dat in de vorige week te Ipswich
gehouden is, en waar 500 afgevaar
digden van de 1.700.000 leden der
vakvereenigingen, het aanzienlijkste
geluimde barones Gerda kon dat
drukkende gevoel niet afschudden.
Eindelijk kon de jonge dame 't stil
zwijgen niet langer verdragen, met
een vriendelijken glimlach op het
gelaat zei ze
Weet u reeds, vader, dat ik dezen
morgen met iemand heb kennis ge
maakt en dat die kennismaking me
vooral om u belangstelling heeft in
geboezemd
Het was den baron zeer welkom,
dat hij met zijn dochter een onschul
dig gesprek kon voeren, en daarom
antwoordde hij met een verlicht hart
Hoe zou ik dat weten, kind
Was het een heer of een dame
Een heer, en nog wel een
knappe, flinke jonkman.
Maar Gerda! sprak haar moeder
vermanend.
Nu, wees maar niet boos, er is
volstrekt geen gevaar bij, zei het
meisje lachend. Op mijn morgenrit
trof ik den heer aan, terwijl hij aan
den zoom van het Neuroder bosch
uitrustte. Hij moest naar Neurode,
het was de nieuwbenoemde ingenieur
van de fabriek aldaar.
Ah zoodus daar begint men
deel der ambachtswereld uitmakende,
zich ten gunste der begrooting heeft
uitgesproken. Een bijzonder goeden
indruk heeft liet op dat congres ook
gemaakt, dat ër geld gevraagd wordt
voor de werkloo_zen en de pensioenen
der ouden van dagen. Op die wijze
in den rug gesteund, kan de regee
ring den strijd zonder vrees te gemoet
zien en zal desnoods wel niet tegen
parhmentsontbinding opzien.
Een brief van De Ruyter.
Aan het departement van marine
werd onlangs een uiterst welkome
schenking gedaan.
De heer E. Luden te Amsterdam
kwam eenigen tijd geleden door aan
koop in het bezit van een schrijven
van den luitenant-admiraal Michiel
Adriaanszoon De Ruyter, gedateerd
van 's Lands schip de „Seven Pro
vinciën" 11 Juni 1673 op Schooneveld,
d. i. vier dagen na den aldaar tegen
de vereenigde Engeische en Fransche
vloten geieverden glorierijken zeeslag.
De brief is dus geschreven op een
der meest merkwaardige tijdstippen
van het leven van De Ruyter, terwijl
het schrijven evenzeer een der be
langrijkste zeestrijden betreft waarin
het admiraalschip de „Seven Provin
ciën" is gewikkeld geweest. Het was
o. a. ook op den 7en Juni 1673 tijdens
den zeeslag van Schooneveld, dat De
Ruyter, nadat hij zeven Fransche sche
pen onder den vice-admiraal d'Estrées
uiteen had doen stuiven, de woorden
uitte „De vijanden hebben nog ontzag
voor de „Seven Provinciën"."
De brief, die nog in volkomen ga
ven toestand verkeert, heeft oorspron
kelijk deel uitgemaakt van de verza
meling van den uit de 18e eeuw
bekenden geschiedschrijver Daniël
.Gerdes en draagt de onmiskenbare
bewijzen van echtheid door handtee-
kening en watermerk van het papier.
Hij luidt als volgt
Hooch Edel Gebooren en
Gestrenge Heere
lek ben hoochstens verplicht voor
de woorden, die Uw Ho: Ed: Gestr.
mij belieft te betuigen, met kennisse
te dragen van den uitslach vant ge
vecht daarin dat Godt almachtigh op
den 7dn dezer loopende maendt de
Vloote, en der Wapenen van den
Staet soo goedertierenlijck heeft be
lieven te Zegenen. Wat wij als geringe
Instrumenten daartoe hebben gecon-
tribueert zijn wij eer ende Godtshal-
ven verplicht, Uw Ho: Ed: Gestrenge
weet int district van desselfs Gouver
nement der vijanden oogmerk ende
intentie mede wel te prevenieeren ende
ijdel te maecken, verhoopende daar
van bij vervolch de continuatie ende
occassasie te hebben van Uw Ho: Ed:
nu met het opstellen der nieuwste
machines, antwoordde de baron met
een zucht. Ja, mijn waarde Feidner,
ons zal ook wel niets anders over
blijven dan zoo spoedig mogelijk de
fabriek van nieuwe machines te
voorzien.
Mijnheer de baron kent mijn
gedachten omtrent de fabriek, ant
woordde de inspector tamelijk knor
rig. Mij hadden daar nooit aan moe
ten beginnen, zonder dat zou het
ook wel gegaan zijn.
Dat is zoo, mijn waarde, maar de
fabriek staat er nu eenmaal, wij heb
ben geen keus meer.
Stel u voor, vader, vervolgde
Gerda na een poosje, die jonge in
genieur is een buitenlander, hij
draagt tenminste een vreemden naam.
is die kennismaking reeds zoo
ver, dat hij zijn naam heeft genoemd
Nu jain den loop van het
gesprek vertelde ik hem, dat ik uw
dochter ben en het was opmerkelijk,
hoeveel indruk die mededeeling op
hem maakte.
(Wordt vervolgd.)