.0 *G. Vrijdag 2 Juli, No. 152 47e Jaargang. 1909. G. f 0.57 - 5 50 - 6 70 ^binnenland. egevende - 0 02 Engelsche uitend met H Ct. '2'A ÏS n H 5 10 «7»/, «6 LBURG. - 6 L - 207 VLISSINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENT1ËN van 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. De beschuldiging tegen dr. Kuyper. Mej, Westmeyer moet zich, volgens „Het Volk", eens aldus tot een on bekend betrouwbaar persoon hebben uitgelaten „Ik deed altijd zaken voor Kuyper". Het blad bevat ook nog het volgend briefje, aan genoemde juffrouw ge richt en geschreven op „officeel" papier Departem. van Binnenl. Zaken. 's-Cravenhage, 6-7-1905. Mejuffrouw. Alleen voor Utrecht zou noodig zijn f 43,500. Er kan alzoo geen sprake van zijn, zelfs voor één Univ. is die som veel te hoog. Ik zal bij W, dan wel (volgt een onleesbaar woord). Hoogachtend, Uw. dw. dn. K. Na vermelding van het antwoord van dr. Kuyper schrijft „De Tijd" Het spijt ons te moeten verklaren, dat wij de gegeven ophelderingen niet voldoende kunnen achten. Indien men zegt, dat het verband tusschen de toekenning van de be geerde decoratie aan den heer Leh- mann en de uitbetaling van verschil lende geldelijke bedragen door den zelfden heer Lehmann, voor ver kiezingsdoeleinden aan dr. Kuyper en om niet vermelde redenen aan me juffrouw Westmeijer, niet is bewezen dan zegt men hetgeen op dit oogen- blik de volkomen waarheid uitdrukt mits daarbij de volle nadruk worde gelegd op het woord bewezen. De door dr. Kuyper erkende feiten geven echter in hun onderlingen sa menhang beschouwd, den onpartij- digen beoordeelaar zóóveel stof tot vragen en gissingen, dat een nader onderzoek in deze, om verschillende redenen, voor ons pijnlijke zaak niet mag uitblijven. En dit te minder, wijl in de ver strekte ophelderingen van dr. Kuyper ten minste op één punt, zooals de „N. Rott. Ct," terecht opmerkte, een klaarblijkelijke tegenspraak voorkomt, terwijl zijn verklaringen op een ander punt doen denken aan woordenspel. Na medegedeeld te hebben, wat de „N. R. Ct." daarover schrijft, gaat „De Tijd" voort Over de hier aangeduide punten en meer andere behoort noodzalijk meer licht op te gaan. Niets zal ons natuurlijk liever zijn, dan dat de tegen dr. Kuyper, het hoofd van het bevriende rechtsche kabinet van 1901 ingebrachte be schuldiging volkomen worde weer legd. Maar daartoe is meer noodig, dan het door „De Standaard" gepu bliceerde stuk. Ook de daarin voorkomende ver wijzing naar Engelsche en Ameri- 29.) Ook over Eduard kon de jonge mevrouw Von Reinsberg iets mede- deelen. Hij had kort geleden uit Ma dras aan zijn gevolmachtigde te Ham burg geschreven, dat hij in de eerste maand dan zeker niet zou terugkee- renmisschien bleef hij wel voor altijd in het warme Oosten, waar zijne gezondheid aanmerkelijk ver beterd was. Op zijn last was de villa, welke mevrouw Brinken be woonde, aangekocht en haar ten geschenke gegeven daarbij had de jonge heer Römer een zeer vriende- lijken brief gevoegd. Dit alles ver haalde de jonge mevrouw aan Hil- degard, die met gespannen aandacht luisterde. Gravin Orlowsky nam zich voor lR0gittaals aan haar broeder te schrij kaansche verkiezingspraktijken dunkt ons weinig geschikt, om de gemoe deren gerust te stellen. Een van de zaken, waarop ons vaderland tot he den mag groot gaan, is de ongerept heid onzer politieke zeden, in zóó verre omkooperij van regeeringsper- sonen, lintjeshandei en onbehoorlijke bemoeiing van een zittingnemend kabinet met politieke verkiezingen hier te lande tot de onbekende zaken behoordeevenzóó het optreden van zekere, elders voorkomende klasse van betaalde personen, welke ten bate óf van de regeering óf van par ticulieren in de binnenlandsche po litiek geheime diensten verrichten. Van het eene zoowel als het an dere hopen wij voor altijd verschoond te blijven. Maar ook indien voor zoo iets geen vrees behoeft te bestaan, dan nog zou het kunnen wezen, dat door grove onvoorzichtigheid in den om gang met personen, welke een minis ter van de Kroon, zoolang hij zijn ambt bekleedt, op afstand behoort te houden, ernstige belangen waren ge schaad. Het zij daarom herhaald, dat o. i. zoowel ter wiile van den ongerepten naam van minister Kuyper, welke naam naar wij hopen, ongedeerd uit het onderzoek zal te voorschijn ko men, alsook ter wille van het alge meen belang, dringend nadere ophel dering geëischt wordt. „Land en Volk", dat eerst zonder nadere gegevens mr. Tideman meer geblameerd achtte dan dr. Kuyper, wijzigde zijn oordeel en schrijft Thans echter weten wij meer. Vooreerst is dr. Kuyder zelf mr. Tideman te hulp gekomen. Hij heeft aan een redacteur van „Het Vader land" verklaard, dat de heer Lehman vóór deze historie hem niet bekend was. Dit maakt de zaak bedenkelijk. Wij wisten, dat de heer Lehmann, van joodsche afkomst, langen tijd ge leden was gedoopt. Wij achtten der halve aannemelijk, dat hij sedert een reeks van jaren de strijdkas der an tirevolutionaire partij met belangrijke bedragen steunde. Dit echter is blijk baar niet het geval geweest. Dan zou stellig dr. Kuyper reeds vóór 1902 hebben geweten, wie de heer Leh mann was. De band der vriendschap tusschen den minister Kuyper en den heer Lehmann is derhalve door middel van de bijdrage aan de antirevolutionaire strijdkas gelegd. In de tweede plaats blijkt uit den brief van dr. Kuyper aan mejuffrouw Westmeyer, gisteren door „Het Volk" gepubliceerd, dat dr. Kuyper met de verhouding van den heer Lehmann tot mejuffrouw Westmeyer wel be kend was. Deze brief echter is van 2 ven. Zij kon niet verdragen, dat zij zoo geheel van hem gescheiden waszij hield zich overtuigd, dat hij haar zou antwoorden, zoodra haar brief hem in handen zou komen. Doch wij verlaten nu graaf Or lowsky en zijn vrouw, om naar den ongelukkigen Eduard Römer terug te keeren. HOOFDSTUK IX. De mailboot „Wellington" nader de de kust van Coromandel en dus ook het doel van hare reis, de ha venstad Madras. De lange zeereis was niet altijd door goed weer en wind begunstigd gewordenmen had ook storm gehad en soms ondragelijke hitte. Eduard zoo noemen wij immers Karei Brinken had zich weinig of niet met zijn reisgezelschap be moeid en slechts oppervlakkige ge sprekken met de overige passagiers gevoerd. Daarbij had hij zorgvuldig vermeden over zijn verleden en zijne plannen voor de toekomst te spre ken. Men wist niet eens, dat hij uit Hamburg afkomstig was, en even min, met welk doel hij naar Madras TELEFOONNUMMER 10. Augustus 1906, dus geschreven een jaar nadat de geschiedenis was afge- loopen, maar ook in 1909 werd nog geld van deze dame aanvaard. Uit het verband van een en ander is duidelijk, dat dr. Kuyper wist, én ten aanzien van den heer Lehman, èn ten aanzien van mejuffrouw West meyer, welk vleesch hij in de kuip had. Er zal nog wel meer loskomen. Mr. Tideman, eenmaal over den kop geloopen, moet ook over den staart. Het is ook zijn zaak, die op het spel staat. Een paar cijfers. Het is al eenigen tijd geleden, dat men van de zijde dèr voorstanders van de openbare school aanmerkingen maakte op de bewering, door voor standers der bijzondere geuit, dat de oprichting hunner scholen volstrekt niet méér aan het land kostte dan de openbare school. Wij konden ons toen niet verdiepen in het legio cijfers, dat uit verschil lende bescheiden zou moeten worden opgezocht, om die aanmerkingen met de stukken te weerleggen. Een onzer vrienden zendt ons thans echter in een paar cijfers het resultaat zijner vergelijkingen. Zij mogen hier een plaats vinden Het aantal kinderen op de openbare scholen was op 15 Januari 1907 564,445. Door de gemeenten werd betaald 19 millioen, - 267 duizend gulden. Aan schoolgelden werd ont vangen 2 millioen 191 duizend gul den, zoodat elk kind f 30.25 kostte. Natuurlijk komt bij dit alles nog het stichtingskapitaal etc. Aantal kinderen op de bijzondere scholen (15 Jan. 1907) 302.305. Door het Rijk betaald 4 millioen 880 dui zend gulden, 't Bedrag der Rijksbij drage per kind f 17.4472. Aan de schatkist alzoo bespaard door de voorstanders van bijz. onder wijs in één jaar tijds 3 millioen 869 duizend gulden plus de kosten van schoolbouw. In 1907 steeg het getal leerlingen der bijz. scholen met 13783 en daalde dat der openbare scholen met 1258. En ten slotte aan het adres dergenen die zoo schrikkelijk, hoewel, zeker niet geheel ten onrechte, afgeven op de kleine schooltjes, door de voorstanders van bijzonder onderwijs in 't leven geroepen er waren openbare scholen met 12, 9, 7 en 5 leerlingen, voor wie hoofden van f 950 tot f 1700 salaris betaald werd. Commentaar is hier verder over bodig. („Ned.") Eedsdwang. Naar het „Hbld." verneemt, is de officier van justitie te Amsterdam voornemens, tegen den getuige Kriller, ging en of hij daar lang zou vertoe ven. Hij was zoo terughoudend, bij na inenschenschuw, dat men hem algemeen als een zondeling beschouw de en hem uit den weg ging nu, het was hem juist naar den zin. Alleen éen passagier was er, waar in Eduard Römer belang stilde; dat was een beeldschoon meisje in die pen rouw. Ook zij hield zich van het overige gezelschap tamelijk af gezonderd. Als zij op het dek zat, schijnbaar verdiept in hare lectuur, had hij meermalen opgemerkt hoe onder de lange wimpels haar don kere oogen treurig over de zee staarden, hoe zij soms een diepen zucht loosde en steelsgewijze hare tranen afwischte. Welk verdriet kon het zijn, dat dit jonge meisje zoo zwaar drukte, en haar zoo alleen en onbeschermd de wijde wereld in joeg? Deze vraag had de heer Rö mer verscheidene malen aan zichzel- ven voorgelegd; zijne belangstelling voor de opbekende nam meer en meer toe, ja, die vraag alleen ont trok hem soms aan kwellende over peinzingen, aan welke hij anders niet kon ontkomen. flbormements-flduertentiën op zeer uoordeelige uooruiaarden. bekend uit het onlangs voor de Am- sterdamsche rechtbank gevoerde anti militaristenproces, een strafvervolging wegens eedsweigering in te stellen. Het blad verneemt dit met genoe gen, omdat dit wellicht het begin kan zijn van een oplossing der aloude vraag „eedsdwang of mee- ningsvrijheid". Er zal, zoo zegt het „Hbld., een nieuwe „testcase" kunnen worden gevormd de jurisprudentie zal gelegenheid hebben, den tijdgeest in te halen en de heer Kriller smaakt van zijn betreurenswaardige gijzelings- dagen wellicht eerlang nog het ge noegen, dat zij mede gewerkt hebben tot de victorie van meeningsvrijheid over „eedsdwang." Verder merkt het blad nog op, dat een wetswijziging niet strikt van noode is. „Indien de Hooge Raad slechts zijn jurisprudentie op dit punt, reeds afgekeurd door mannen als De Bosch Kemper, De Pinto en Buys, kon herzien en aan de persoonlijke overtuiging de beslissing liet over het al of met afleggen van den ge- tuigeneed Een gedwongen interpre tatie van de woorden der wet zou daartoe niet eens gevorderd zijn De Brusselsche tentoonstelling. De minister van landbouw instal leerde gisteren het hoofdcomité voor de internationale tentoonstelling te Brussel met eene rede, waarin hij er op wees dat de Staten-Generaal niet zonder aarzeling de gelden heb ben toegestaan voor de deelneming van Nederland. Twijfel is er geop perd aan het nut eener tentoonstelling van dit type, doch Nederland dient daar waardig vertegenwoordigd te worden, want wij hebben op de buitenlandsche markt eene positie te handhaven en te veroveren en wij wenschen daartoe eene welverzorgde tentoonstelling. Eene mooie Neder- landsche afdeeling moge tegenstan ders hiervan overtuigen en voor standers aanmoedigen. De commis saris-generaal voor Nederland mr. E. R. H. Regout beantwoordde deze ministerieele toespraak, waarna het comité de werkzaamheden aanving. Behoud van loon in vacantietijd. De vereeniging van armbesturen te Amsterdam richt zich tot de Am- sterdamsche burgerij met de volgen circulaire Nu de vacantietijd aanbreekt, zul len weldra honderden stadgenooten dien geheel of ten deele elders gaan doorbrengen, om na maandenlangen ingespannen arbeid eenige rust te genieten, is voor deze allen die va cantietijd een genoegen, er zijn an deren, die ook vacantie krijgen zon der het te verlangen. Het zijn uw schoonmaaksters, naaisters, enz. enz. Eindelijk kon hij het niet langer verdragenhij greep de eerste ge legenheid de beste aan om de jonge dame een kleinen dienst te bewijzen en op die manie de kennismaking te bevorderen. Mejuffrouw Martha Brockdorf zoo heette zij was zeer beschroomd en teruggetrokken bij het eerste ge sprek, dat Eduard Römer met haar aanknoopte. Stuk voor stuk vernam hij, dat zij ook naar Madras reisde, en wel naar haar oom, den rijken koopman Mr. Wight, den broeder van hare dierbare, onlangs overle den moeder. Haar vader, die pro fessor te Heidelberg was geweest, had ze nauwelijks gekendbij zijn dood was hare moeder met haar driejarig dochtertje in zeer bekrom pen omstandigheden achtergebleven. Toen nu de schoone achttienjarige Martha zonder geld op de wereld alleen stond, bood haar oom te Ma dras haar een tehuis aan hij had zelf ook twee dochters. In deze geheel vreemde omgeving, ver van het vaderland treurende om het verlies van hare goede moeder, zou Martha moeten leeren zich thuis wier diensten gij in uw vacantie niet noodig hebt. Mogen wij u in herin nering brengen, dat die menschen in uw afwezigheid ook moeten leven, dat zij huur moeten betalen, en voor het onderhoud van hunne gezinnen moeten zorgen Het loon, dat zij van u genieten, is daarvoor onmis baar. Indien zij dit gedurende uwe afwezigheid niet krijgen lijden zij ge brek. Daarom besloot onze alge- meene vergadering tot onze stadge nooten het vriendelijk verzoek te richten Vergeet deze trouwe helpers in uw huishouding niet, laat hun ook gedurende uw afwezigheid hun loon behouden. Middenstandstentoonstelling. Het bezoek op de Middenstands- tentoonstelling te Amsterdam is na de komst der panamavlechtsters, die door 't gouvernement van Curagao uit gezonden zijn om op de Middenstands tentoonstelling deze koloniale indus trie uit te oefenen, ruim verdubbeld. Gisteren avond heerschte er een zeer geanimeerde stemming onder het tal rijke publiek, dat zich in de ver schillende zalen der expositie-gebou wen verdrong. Voor de inzending van het gouvernement van Curagao was voortdurend een talrijke menigte be langstellenden aanwezig om het ver vaardigen der Panama's van nabij te zien. De heeren Charlouis, vertegen woordiger van het gouvernement van Curacao, en de heer Meeuwsen, pre sident van het uitvoerend comité, gaven gedurende den middag en avond uiteenzettingen en toelichtingen omtrent de geheele bewerking. Algemeene voorwaarden voor aanbesteding. Het hoofdbestuur van den Volks bond tegen drankmisbruik heeft zich gewend tot den minister van water staat met het verzoek de „algemeene voorwaarden voor de uitvoering van het onderhoud van werken onder het beheer van het departement van wa terstaat" in dien zin te willen wij zigen, dat niet alleen het gebruik maar ook het aanwezig zijn van al- koholische dranken op het werk verboden is, behoudens bijzondere gevallen ter beoordeeling van de di rectie en dat beschonken personen niet op het werk zullen worden ge duld. Vlissingen, 1 Juli. Ter gelegenheid van den verjaardag van H. K. H. Prinses Marie der Nederlanden, zal des middags om 12 uur van den 5en Juli a.s. op den Koningsweg, door de militairen in dit garnizoen, een groote garnizoens parade worden gehouden. te gevoelen. Het was verwonderlijk hoe Eduard Römer zich aangetrokken gevoelde tot dit meisje. In vele opzichten ver keerden zij in denzelfden toestand beiden hadden zich losgemaakt van hun verleden, beiden gingen een on zekere toekomst tegemoet. „En toch welk een verschil tusschen ons," dacht Eduard, terwijl zijne oogen op Martha's gelaat rustten. De vrede der onschuld lag op hare fijne, bleeke trekken en woonde zeker ook in haar hart, terwijl Eduard slechts gedurende enkele oogenblikken de booze geesten kon verbannen, die hem rusteloos vervolgden. Omtrent zijn verleden vernam Martha slechts zooveel als hij goed vond haar te vertellen, en toch gevoelde zij ook zekere deelneming in het lot van den armen jonkman, die zijn vader en zijn besten vriend op zulk een treu rige wijze had verloren. Zij begreep nu ook zijn steeds ernstige, droeve stemming. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1909 | | pagina 1