ITT, tó.
R'S
AO
Qeld of Liefde,
ESTIGÜ
1RS
6 M
N:
THnnenlandT
Donderdag"
No. 106
47e Jaargang.
1909.
de fabriek
morden en
iruikers be-
trborg van
tit.
bussen
;n der ver-
jkenis zijn.
)nd) f 1.50
>nd) Oei©
»nd) n @.421
>riek f 0.57
- 5 50
- 0 62
- 6
gekl. - 2.0?
- 6.70
Feuilleton.
hittegevende
beste Engelsche
uitsluitend uaet
Van Week tof Week.
tegen transpireeren i
der voeten en voch-
tige handen.
60 ct. per doos.
ijgbaar bij
IAAT, Oude Markt 2.
fSENSSTRAAT 1,
uitsluitend te consul-
heelkunde en vrouwen
van 12Vür/>-
'SENSSTRAAT 1,
819 en 1V.-21,.
is) 0.18
VL1SS1NGSCHE COURANT
tegen transpireer®"
der voeten en voch
tige handen.
60 ct. per doos.
rijgbaar bij
StING, Aagje Dekenstraat.
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIËN van 14 pegels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, werdt de prijs slechts fiveemaal berekend. Groote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
ftbonnemenfs-Fidoerientiën op zeer uoordeelige uooriuaarden.
O
Bij al de vreugde, die ons, Neder
landers, vervult, is het inderdaad
vermakelijk, te zien hoe hier en daar
in het buitenland de geboorte van
ons Prinsesje besproken wordt.
Aan de Engelsche pers is een pak
van het hart genomen want de over
weldiging van Nederland door het
Duitsche rijk, wanneer het Huis van
Oranje eens mocht uitsterven, is het
spook, dat die pers dag en nacht
vervolgde en de „Times" wijdt aan
de gebeurtenis dan ook een zeer
warm artikel en acht het een bijzon
der gunstigen samenloop van om
standigheden, dat juist in het ge
boortejaar van Neerlands hoop, de
Hollanders en Britten in Zuid-Afrika
elkander de broederhand reiken. Men
zal moeten erkennen, dat het verband
tamelijk ver te zoeken is
In Duitschland vergeet men na
tuurlijk niet dat het Prinsesje een
Duitsche grootmoeder en een Duit-
schen vader heeft en is men vol
geestdrift.
Over 't algemeen is de blijde ge
beurtenis het onderwerp waarover
voor het tegenwoordige in de pers
het meest gesproken wordt. Andere
onderwerpen zijn er tijdelijk door naar
den achtergrond gedrongen.
De belangstelling in de zooge
naamde Mei-betooging, ten bate van
het stelsel van den achturigen werk
dag, begint hoe langer hoe meer te
verflauwen. Voor de twintigste maal
is dit Meifeest nu reeds gevierd en
over 't algemeen kan men zeggen,
dat de werklieden er een rustigen,
vrijen dag van maken. Het is bijna
alom kalm toegegaan. Zelfs in Frank
rijk. De post- en teiegraafbeambten
waren nog het rumoerigst en protes
teerden heftig tegen het voornemen
der regeering om een zevental belha
mels te ontslaan. Het was overal zeer
slecht weer, behalve misschien in
Zuid-Amerika, waar het minder goed
is afgeloopen. In Argentinië is het
zoogenaamde proletariaat nog maar
in zijn opkomst en daar is het dan
ook in de hoofdstad, Buenos Ayres,
nog ai warm toegegaan, zoodat een
aantal menschen gedood of gekwetst
werden.
Wanneer de normale arbeidsdag
nog niet is ingetreden, zal de Meidag,
die er den weg toe bereiden moet, wel
reeds tot de geschiedenis behooren.
In hoofdzaak op grond dat hij de
heilige boeken heeft vernield, zich
staatsgelden heeft toegeëigend, zijne
onderdanen gedood of gevangen gezet,
zijn eed geschonden en burgeroorlog
verwekt heeft, is Sultan Abdul Hamid
40.)
„Neen, hartje, dat is het niet, dat
js het althans niet alleen. Wel acht
ik het voordeel niet gering, rijk te
zijn. Integendeel nog nooit in
mijn leven is mijn vermogen mij
zooveel waard geweest, nog nooit
heb ik mij zoo over mijn bezit ver
heugd, dan juist thans. Maar mijn
"ertrouwen komt voort uit eene an
dere bronuit mijne groote, innige,
opofferende liefde. Als men met
hlijder harte zich zelve en alles, wat
won bezit, geeft men aan hem dien
lnen lief heeftwanneer men oprecht
2e?t„Gij zijt mijn koning, en als
cen koning zult ge beschikken over
Mos, wat thans het uwe is. Gij en
do uwe zullen geene zorgen kennen,
v?°r mij echter begeer ik verder
hi'ts, dan door u bemind te worden
dan afgezet en met voldoend vrou
welijk gezelschap in een villa te Sa-
loniki, onder dak gebracht. Hij zit er
dus heel knusjes.
Wat die heilige boeken betreft, dit
ziet op eenige documenten, waarin
aanhalingen vervat waren uit den
koran, over de afzetting van een Sul
tan. Deze documenten, zich in zeker
hospitaal bevindende, werden een
jaar of tien geleden op last van den
Sultan in beslag genomen en ver
nietigd.
Ofschoon in zeker opzicht van zijn
vrijheid beroofd, is Abdul Hamid er
totnogtoe goed afgekomen. Vermoe
delijk zal men hem in de beurs straf
fen, door hem te noodzaken tot te
ruggave van de waarde der te zijnen
bate verbeurd verklaarde goederen
van vele gedoode of verbannen on
derdanen. Zijn vermogen wordt op
bijna honderd millioen gulden ge
schat en hij kan er dus iets van
missen.
Overigens hebben de krijgsraden
in Constantinopel handen vol werk.
Dagelijks worden er muitelingen ter
dood of tot dwangarbeid veroordeeld.
Ook priesters, ambtenaren en journa
listen worden vervolgd en zelfs leden
van de zoogenaamde Liberale Unie,
die zich van het Jong-Turksche Co
mité afscheidden, moeten het ont
gelden.
Mohammed V, die dertig jaar lang
een rustig leven heeft gehad in de
zoogenaamde prinsenkooi, een zachte
gevangenis, maar dan toch een ge
vangenis, zal aan de werkelijkheid
wel een beetje vreemd zijn geworden,
en men is dan ook vrij algemeen
van gevoelen, dat hij ongeveer dienst
zal doen ais de gekroonde president
van een republiek. Missch ien zal het
nog wel minder wezen en zal een
voudig het Jong-Turksche Comité in
werkelijkheid over Turkije regeeren.
De nieuwe regeering mag zich in-
tusschen wel beijveren om in Klein-
Azië orde te scheppenwant het
gaat er daar verschrikkelijk naartoe.
Men brandt en moordt naar hartelust.
Overal breken ongeregeldheden uit.
Zendelingen worden op den brand
stapel gezet en het is volstrekt on
mogelijk om die zaak op zijn beloop
te laten. De tusschenkomst van bui-
tenlandsche mogendheden zou anders
het noodzakelijk einde zijn.
Wat Perzië betreft, meende men
vrij algemeen, dat zoowei de Sjah
als zijn vijanden, het optreden der
Russen als een groot gevaar voor het
Rijk zouden beschouwen en dat zij
op grond daarvan tot eene toenade
ring zouden komen. Toen de Russen
noordelijk Perzië binnentrokken, wer
den zij eerst beschoten doch tevens
werd medegedeeld, dat men geen
oorlogszuchtige bedoelingen koester
gij dierbare menschen, verder niets,
dan u te mogen beminnen met alle
kracht, die in mij woont" wat
dunkt u, Hanna, mag iemand die zoo
denkt en spreekt, ook met eenig ver
trouwen op wederliefde hopen
Er lag iets in Paula's woorden,
wat Hanna tot bewonderen hoopte,
en toch wilde de stem niet zwijgen,
die haar toefluisterde, dat eene on
vrouwelijke koenheid ten grondslag
lag bij Paula's houding in deze
zaak. ja wanneer zij reeds zeker was
geweest van wederliefde, dan had
zij zoo mogen spreken; maar den
hartstochtelijken gloed schilderen
van een gevoel, waarvan zij wel wist,
dat het niet werd beantwoord, maar
te spreken van haar onvermoeid
streven naar de liefde van een man,
in wiens blikken, zooals zij zelve
erkende, zij vaak afkeuring had ge
lezen Hanna vond het onbegrij
pelijk. En toch miste Paula's vurige,
groothartige natuur hare uitwerking
niet op het meisje. Eene ingeving
volgend die sterker was dan rede
neering sloeg zij de armen om hare
vriendin, die met schitterende oogen
en een donkere blos op de wangen
de, maar alleen den doortocht wilde
beletten. Desniettegenstaande zetten
de Russen door en bereikten de bui
tenwijken van Tabris.
Van de bovenbedoelde toenadering
zou dus nu sprake kunnen wezen, en
dan zou tegelijkertijd blijken welke
de ware bedoelingen der Russen zijn.
De tijdingen uit Turkije, waar de
constitutie zegevierde, zullen echter
die toenadering nu wel weer beletten.
De constitutioneelen in Perzië zullen
er zich ongetwijfeld zeer bemoedigd
door gevoelen.
Dat deze constitutioneelen of nati
onalisten nog meer beducht zijn voor
de Russen dan voor hunnen hen
vervolgenden Sjah, schijnt wel waar
te wezen. Het zal dus nu de vraag
wezen, welke strooming het wint en
of de Perzen iets van Turkije, dat
waarlijk de handen al vol genoeg
heeft, verwachten kan.
s
Engeland krijgt nu ook zijn finan-
cieele zorgen, maar zal er vermoedelijk
gemakkelijker uitkomen dan Duitsch
land. De pensionneering der ouden
van dagen en de vlootuitbreiding
kosten ontzettend veel. De begrooting
sluit ongeveer met een tekort van 180
a 190 millioen gulden; een te kort
waarvan wij ons nauwelijks een voor
stelling kunnen maken. En het zal er
niet beter op worden, want nieuwe
verzekeringswetten zijn reeds aange
kondigd. Men zal daarom alvast be
ginnen met minder schuld te delgen
maar op zich zelf baat dat niets en
de belastingen zullen het gat moeten
stoppen. Wel kan men vermeerderde
opbrengsten verwachten van reeds
ingevoerde or verrioogde belastingen,
terwijl men nu ook de auto's zal
aanspreken maar de hoofdschotel van
liet financieele menu is stellig de
inkomstenbelasting.
Zooals wij opmerkten, de Engel-
schen zullen dat zaakje wel opknap
pen maar wij leeren er toch weer
uit, dat aan alles een einde komt. De
gewapende vrede kan het rijkste land
der wereld uitputten en de sociale
hervormingen, hoe nuttig ook, zullen
de krachten van menigen staat te
boven gaan, wanneer zij niet met
radicale financieele hervorming ge
paard gaan.
De geboorte van Prinses Juliana.
Het ons hedenmorgen uit 's Gra-
venhage geseinde officieele bulletin
luidt
„De toestand van H. M. de Ko
ningin en van H. K. H. Prinses Ju
liana is in alle opzichten gunstig."
In de gisterenavond onder voor
zitterschap van baron J. E. N. Schim-
melpenninck van der Oye gehouden
voor haar stond.
„Ja, lieve Paula", zei zij met be
wogen stem, „ja, ik ben er van over
tuigd gij zult worden bemind,
gelijk gij het verdient. Welke man
kan blind zijn voor de hooge waar
de van hetgeen gij hem biedt En
niemand, die u goed kent, zal het
kunnen ontkennen, dat de grootste
schat, dien ge hem geeft met uwe
hand, niet in uwen rijkdom bestaat".
„Dat is het Hanna, dat is het,
waarnaar ik heb gesmacht, zoolang
ik denken kan bemind te worden
ter wille van mij zelve!" riep Paula,
de liefkoozingen harer vriendin storm
achtig beantwoordend. „O, als ge
wist, hoe weinig liefde ik heb lee
ren kennen! Men heeft mij omgeven
met weeldemen heeft mij verwend
en zich gebogen voor mijn heersch-
zuchtigen wilmen heeft mij ge
vleid. Maar bemind heeft mij nie
mand sedert mijn zesde jaar, toen
ik vader en moeder verloor. Niet
eenmaalmijne tantes hebben het
kind van hunnen broeder nooit om
zijns zelfs wil liefde en goedheid
bewezen. Alles was lage gewinzucht
en vuile berekening. Nooit hebben
vergadering van de Eerste Kamer werd
door den griffier een missive voor
gelezen van den minister van binnen-
landsche zaken, waarbij mededeeling
wordt gedaan dat Hare Majesteit de
Koningin den 30en April voorspoedig
bevallen is van een Prinses.
De Voorzitter verhief zich van zijn
zetel en hield de volgende toespraak
Mijne Heeren
De vraag is haast overbodig of het
in overeenstemming met uw intentie
is om deze mededeeling met een adres
van gelukwensch te beantwoorden.
Deze heuglijke gebeurtenis, zoo
lang betwijfeld, met angst verbeid, zoo
jubelend ontvangen en door Gods
goedheid op zoo voorspoedige wijze
verwezenlijkt, is het alsof een last is
afgenomen van de schouders van het
Nederlandscha volk.
Dan is er nog iets, dat mij en U
allen zeker bij deze gelegenheid heeft
getroffen. Wat den vreemdeling bij
Ons verwondert, dat is hetgeen hij
niet begrijpt, dat hij ons benijdt, dat
is den hartelijken,degelijken,nationalen
band die bestaat tusschen Nederland
en zijn Vorstenhuis, een band, Mijne
Heeren, welke door onze gansche ge
schiedenis heengaat, die in donkere
oogenblikken soms niet te bespeuren
is, maar die zich in gewichtige levens
momenten in ons volk onweerstaan
baar, spontaan krachtig openbaart,
een band, ik aarzel niet het te zeggen,
die een der beste waarborgen is van
ons nationaal volksbestaan.
tk stel U voor, Mijne Heeren in
dien geest de Koningin te antwoorden.
Met een krachtig bravo betuigde de
Kamer haar instemming met dit voor
stel. De Kamer begaf zich daarna in
de afdeeiingen tot het kiezen eener
commissie van redactie om een adres
van gelukwensch te ontwerpen, dat
morgenochtend te 11 uur in openbare
behandeling zal worden gebracht.
Het ontwerp-adres van gelukwen-
sching der Tweede Kamer aan H. M.
de Koningin, dat in de zitting van
heden werd behandeld, luidt aldus
Mevrouw
Met onuitsprekelijke vreugde ver-
Mam de Tweede Kamer der Staten-
Generaal het heuglijke feit van de
geboorte eener Prinses.
De geestdrift door deze zoo vurig
verbeide gebeurtenis alom in den lan
de gewekt toont opnieuw, hoe hecht
de trouw is, welke het Nederlandsche
Volk aan Uwe Majesteit verbindt.
Ook wij beschouwen de geboorte
der Prinses ais een zegen des Aller-
hoogsten voor Uwe Majesteiten Haren
Doorluchtigen Gemaal, doch niet min
der voor het Vaderland.
Die geboorte bevestigt en versterkt
'de eenheid van den Staat. Zij verze
kert het voortbestaan van de innige
verhouding tusschen Vorstenhuis en
mijne bloedverwanten gedacht aan
mijn geluk, altijd slechts aan hun
eigen voordeel. Zij zouden mij zon
der aarzelen ellendig maken voor
mijn gansche leven, zoo zij er slechts
baat bij vonden".
„Pas op, Pasila", zei Hanna waar
schuwend, „dat ge uwe bloedver
wanten geen onrecht doet! Tegen
over uwe tante Sidonie dat weet
ik zeker is uw wantrouwen mis
plaatst".
„Tante Sidonie!" riep Paula met
een verachtelijk gebaar. „Ge vergist
li, Hanna, wanneer ge meent, dat
tante Siddy mij lief heeft ter wille
van mij zelve. Hare aanhankelijkheid
geldt mijn huis, en het gemakkelijke,
genotvolle leven, dat ze daarin kan
leiden".
„Niet alleen, zeker niet alleen
Verlang toch niets onmogelijks, Pau
la Mejuffrouw de Contagne heeft u
zeker hartelijk lief; dat legt haar
echter niet de verplichting op, blind
te zijn voor de voordeelen, die het
verblijf in uw huis haar biedt.
Gij moet u in 't algemeen ver
trouwd maken met de gedachte, lieve
Paula, dat ieder bewijs van sympa-
Volk, welke hare diepe wortelen
heeft in 's Lands geschiedenis.
In het heden en in het verleden ligt
de waarborg, dat de Prinses, onder
de wijze en liefderijke zorgen Harer
Ouders opgevoed, op de trouwe aan
hankelijkheid des Volks zal kunnen
rekenen.
Uwe Majesteit veroorlove ons Haar
eerbiedig onze diepgevoelde geluk-
wenschen aan te bieden."
Grootscher, zeldzamer betooging
dan gisterenavond is, het kan zonder
overdrijving worden gezegd, nimmer
in de residentie gehouden. Juichend
en joelend, dansend en zingend, zijn
ze opgegaan de Hagenaars, bij
duizenden, ja tienduizenden, naar het
oude Paleis van wijlen Prins Willem
van Oranje op den Kneuterdijk, de
verzamelplaats voor de muziekuit
voering ter eere van de geboorte
van Neerlands Vorstenhuis, georga
niseerd door het Haagsche comité
van volksfeesten. Daar was tegen 8
■uur al geen doorkomen meer aan.
Er heerschte een drukte en be
drijvigheid, een vroolijke opgewon
denheid, die toenam naar mate het
uur naderde, waarop de betooging
zou beginnen.
Ze wilden niet gaan staan, de
duizenden, maar ze moesten, want
reeds kort na achten begon de menigte
zich in alle richtingen te zetten. De
politie, bereden en onbereden, begon
met kracht en macht de ruimte vrij
te houden voor de zangers en muzi
kanten en voor de genoodigden,
maar het scheen niet mogelijk en het
is ook niet gelukt. Van „lijnen" van
geleidelijkheid geen sprake op dezen
avond. Opgepakt en nog eens opge
pakt stond de massa, die van terug
dringen niet wilde weten en die ook
niet terug kon, omdat het ruimi
Voorhout en de even ruime Kneuter
dijk geen plaats meer liet voor allen,
die er een plaats wilden vinden.
Bovendien, de Prins zou komen.
Dat wist men en aan Hem wilde
men een ovatie bereiden, spontaan
en hartelijk, overweldigend als het
kon. Welnu, het is overweldigend
geweestZulk een enthousiasme, zulk
een gejubel, zulk een gejuich, het
moge dan banaal klinken, is eenvoudig
onbeschrijflijk.
Salvo's van gejuich klonken den
Prins tegemoet, toen hij door de opge
pakte menigte uit de Heulstraat kwam
voorbijrijden, 't „Leve de Prins" don
derde en het hield aaner kwam
geen einde, terwijl de Prins daar
stond, de menigte toewuivende en
dankend met den steek. Maar er
moest stilte komen.
Luitenant Bouwman had, wat van
den directeur der koninklijke militaire
kapel niet anders te wachten was,
militairemeMt zijn troepen rond zich
verzameld. Hij beklom het gestoelte
thie, hetwelk u ten deel valt, eenigs-
zins wordt geïnfluenceerd door uw
groot vermogen, ieder, die in de
wereld leeft, ook gij zelve, Paula
weet welk een gnoote macht er ligt
in geld. Niemand, ook de edelst ge
zinde messch niet, kan zich tegen
woordig geheel aan den invloed ont
trekken".
Paula had aanvankelijk met een
ongeduldig glimlachje op de lippen
naar Hanna's woorden geluisterd.
Langzamerhand echter veranderde
de uitdrukking van haar gelaat. Het
ongeduldige lachje verdween en
maakte plaats voor een vriendelij
ken, teederen glimlach en toen haar
gastvrouw eindelijk zweeg boog zij
zich tot haar neer om hare wang te
kussen.
„Gij zijt het grootmoedigste, liefe
lijkste schepsel dat ik ken", zei ze.
„Meent ge dat ik het niet merk, hoe
ge hem reeds veronschuldigt eer nog
eene aanklacht gehoord wordt
(Wordt vervolgd.).
