Gild of Liefde.
Donderdag
29 April.
Feuilleton.
No. 100.
47e Jaargang.
1909,
Van Week tof Week.
BINNENLAND.
VLISSINGSCHE COURANT
Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58.
ADVERTENTIÊNvan 1—4 regels ƒ0.40. Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
advertentie, wordt de prijs slechts twee maal berekend. Oroote
letters en clichés naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen.
TELEFOONNUMMER 10.
flbonnements-flduertentiën op zeer uoordeelige uooruiaarden.
—O—
Te San Stefano, die beroemde
plaats waar indertijd de voorloopige
vrede gesloten werd na den Bul-
gaarschen bevrijdingsoorlog, kwamen
de Turksche Kamers in vereenigde
vergadering bijeen, onder de hoede
van het constitutioneele leger, of dat
der Jong-Turksche partij, en naar
men zegt zou daar tot afzetting van
den Sultan besloten zijnmaar de
verdere feiten schijnen daarmede niet
in overeenstemming en hoogstwaar
schijnlijk is dat daarvan een gevolg,
dat de militaire en civiele gezagvoer
ders het op dit punt niet eens zijn
althans niet eens waren. De mili
taire overheden vreesden dat het ver
keerd was om den Sultan tot het
uiterste te drijven, om de zeer een
voudige reden dat hij in zijn paleis
aan den voet van den Jildiz-heuvel
goed verschanst zat.
is deze lezing de juiste, dan hebben
de heeren militairen het toch mis ge
had, want gevochten moest er worden
hetgeen vermoedelijk daarvan een ge
volg is geweest, dat de snel opruk
kende parlementaire troepen hun
marsch vertraagden en dar men, voor
bloedvergieten bevreesd, het eerst
eens wilde probeeren met het aan-
knoopen van onderhandelingen en
het verspreiden van proclamaties tot
de bevolking der hoofdstad. Dat gaf
den Sultan en de reactionnaire ele
menten weer moed en zij trachtten
zich nog eens aan den nieuwen staat
van zaken te onttrekkendoch te
vergeefs.
Men had het op een akkoord wil
len gooien. De leiders van den aan
val op het parlement zouden gestraft
worden. De bezetting van Constanti-
nopel zou worden verplaatst. Daarop
zou het leger der Jong-Turken de
stad binnenrukken, instaande voor de
handhaving van orde en tucht. Van
troonsafstand was daarbij echter geen
sprake. Van dat akkoord is echter
niets gekomen en daarop trok de
linkervleugel van het parlementaire
leger in de richting van den Bospo
rus op, met het versterkte Jildiz-
paleis als doel. Het centrum zou
Constantinopel bezetten. Al wat aan
militaire macht in de stad aanwezig
was, werd toen naar Jildiz opontbo
den, Vrijdagnacht kon het parlemen
taire leger dientengevolge reeds de
ledige kazernegebouwen van een bij
de hoofdstad gelegen vlek bezetten.
Daar werden zij wel aangevallen,
maar de aanvallers werden terugge
slagen en op den voet gevolgd tot
in de hoofdstad, waar nog wel ge
vochten is, maar de parlementaire
troepen toch spoedig baas waren.
De rechtervleugel, ook opgerukt,
bezette daarna het spoorwegstation,
maar het zwaarste werk was natuur-
O—O
34.)
«Spreek, LasmanWat hebt ge
Hij te zeggen vroeg hij, en zijn
'oon klonk, onder de inwerking van
dat gevoel zachter en vriendelijker
dan tevoren. „Het is eene goede ge
dachte, dat gij gekomen zijt, gij, dien
'k als een mijner vlijtigste en ver-
trouwste arbeiders ken en waardeer".
„Ik dank u, mijnheer, er voor dat gij
dit zegt antwoordde de man diep
ademhalend. „Maar mijn .vlijt heeft
Hij niets geholpen, mijnheer. Sedert
Haanden leid ik een ellendig leven
het ontbreekt aan alles, en toch
"eb ik, zooals gij zelf zegt, altijd
vliitig gearbeid".
„Spreek oprecht, Lasmanzei
Wax ernstig, doch niet onvriendelijk,
«kunt ge uw noodlot werkelijk wij
'eu aan het te lage loon, dat ik zoo-
lijk voor den linkervleugel bewaard.
Twee kazernes en een tuighuis waren
door de troepen van den Sultan sterk
•bezetzij vormden een bolwerk voor
het paleis. Na een kloekmoedigen
tegenstand werden deze sterkten ge
nomen en dit was van groot belang,
want van daaruit kon men Pera be
veiligen, waar de gezantschappen der
vreemde mogendheden gevestigd zijn.
Een sterke colonne werd nu daarheen
gezonden.
Toen moest het paleis zelf geno
men worden maar daarin waren zes
duizend man ondergebrachtmen
bereidde zich op een uiterste verde
diging voor, maar het liep goed al.
Alle heuvelen om het paleis werden
sterk bezet en het geschut daarop in
stelling gebracht; tegelijkertijd ver
schenen de oorlogsvaartuigen om van
hun kant mee te werken, en toen
schijnt men begrepen te hebben dat
er niets meer aan te doen wasmen
eindigde dus met zich over te geven.
En toen bleek het dat de prinsen en
prinsessen gevlucht waren en de
Sultan zelf nergens te vinden was. Wij
zullen omtrent den persoon van zijne
Hoogheid dus nadere berichten die
nen af te wachten en wagen ons
liever niet aan gissingen, nu wij
onzen lezers een zoo getrouw mo
gelijk beeld van het gebeurde heb
ben gegeven.
Ook het lot des Sultans is thans
onzekerder dan ooitmaar het komt
ons zeer onwaarschijnlijk voor, dat
men hem onder de tegenwoordige
omstandigheden op den troon zal
handhaven.
Rusland is nu oficiee! in Perzië
tusschenbeide gekomen en heeft dit
den mogenheden doen weten. De
jongste gebeurtenissen hadden ons
daarop voorbereid. De maatregel
wordt noodzakelijk genoemd om de
vreemdelingen en de niet strijdende
bevolking van Tabris te beveiligen
voor het gevaar van hongersnood
want de bevelhebber der troepen
van den Sjah heeft, ondanks den be
loofden wapenstilstand, geen aanvoer
van levensmiddelen willen toelaten.
Waarvoor komen de Russen nu
eigenlijk? De constitutioneelen mee-
nen dat zij komen om het gezag van
den Sjah te herstellen en verzetten zich
dan ook tegen de expeditie, wat na
tuurlijk zeer weinig baten zal. Wij
zijn er innig van overtuigd dat de
Russische regeering voor de Per
zische constitutie niets hoegenaamd
gevoelt, maar ook tamelijk onver
schillig is voor het absolute gezag
van den heerscher van Perzië, en dat
het eenige, ware doei is vasten voet
in het land te krijgen. Wij zullen
wel zien waar het op uitloopt.
Tusschen Oostenrijk en Hongarije
als gij beweert, betaal
Op deze vraag volgde een oogen-
blik van stilzwijgen. De beantwoor
ding scheen den man niet gemak
kelijk te vallen want een eenvoudig
ja zou een spoedig aan te toonen
onwaarheid zijn geweest, en tegen
het neen verzette zich de wensch bij
hem, om uit het onderhoud met Max
het grootst mogelijke voordeel te
trekken. Terwijl hij nog besluiteloos
en aarzelend voor zich zag, nam een
zijner makkers, een der brutaalste
knapen, het woord.
„Een man, die vlijtig werkt", zei
hij met heesche, onaangename stem,
„moet als het eerlijk in de wereld
toegaat, zooveel verdienen, als hij
en zijne familie noodig heeft".
„Ik heb u niet uitgenoodigd te
spreken, Charlin", zei Max scherp.
„Wacht tot ge gevraagd wordtDe
beurt zal ook aan u komen. Overi
gens is „noodig hebben" een zeer
betrekkelijk begrip. Waar de man
geen drinker, de vrouw geen lieder-
rijke leegloopster is en de kinderen
behoorlijk worden opgevoed, daar
zal altijd zooveel verdiend worden,
als voor het leven noodzakelijk is.
is het weer eens mis. De samenkomst
der Oostenrijksche en Hongaarsche
ministers te Weenen, om te beraad
slagen over den wensch van Honga
rije tot oprichting van een eigen,
nationale Bank, is op niets uitgeloo-
pen. Men zal nu nog eens aan den
koning direct voorstellen om een zelf
standige Bank op té richten, met
bevoegdheid tot uitgifte van eigen
banknoten maar dat zal niets baten
en dan zal het kabinet moeten heen
gaan, want het had zich verbonden
om die zaak door te zetten.
Toen in 1907 eindelijk de staats
rechtelijke verhouding tusschen de
beide deelen der monarchie weer eens
geregeld werd, liet men de bank-
quaestie blauw blauw, om ze in 1907
definitief te beslissenmaar daar
kwam in Hongarije ai heel spoedig
verzet tegen. Het verzet groeide tot
een beweging aan en alleen de drei
gende Oostersche quaestie was oor
zaak dat men de zaak liet rusten.
De Oostenrijksch Hongaarsche bank
te Weenen heeft een hoofdkantoor te
Budapest en de meerderheid van het
kabinet Wekerle streeft niet naar vol
komen afscheiding, maar wel naar een
meer zelfstandige inrichting, met een
eigen directeur, een eigen raad van
beheer en het recht om zelf bank
noten uit te geven. Beide instellingen
zouden echter in belangrijke punten
samenwerken en ieder zou verplicht
zijn de banknoten van de andere in
betaling aan te nemen.
Feitelijk is er dus maar van een
gedeeltelijke scheiding sprakemaar
ook daarvan wil Oostenrijk niets
weten en men zal dus even wijs blij
ven als te voren hetgeen niet weg
neemt dat de onderlinge verhouding,
die toch al zooveel te wenschen over
laat, er niet beter door worden zal
De Duitsche regeering heeft de
quaestie der financieele hervorming
weer met kracht ter hand genomen.
Prins Bülow ontvangt deputatiën, die
hem wijzen op de noodzakelijkheid
van onverwijld maatregelen te nemen
Zooals wij weten wordt vijf honderd
millioen mark vereischtafgezien van
25 millioen, door hoogere bijdragen
van de bondsstaten van het Rijk te
verkrijgen, moeten die gelden door
rechtstreeksche rijksinkomsten wor
den opgebracht en wel, indien de
belasting op de spoorkaartjes in ver
beterden vorm behouden blijft, door
middel van 350 millioen aan ver
bruiksbelastingen en 100 millioen aan
belasting op het bezit. Door de ver
bruiksbelastingen zullen sterke dran
ken, bier en tabak getroffen worden
maar dan is men er nog niet en moet
nog zoeken naar andere voorwerpen
zoogenaamde aanvullende heffingen,
doch waarvoor dan toch nog 80 mil
lioen noodig zijn.
In het tegengestelde geval echter
ge behoeft niet ver naar zulk
eene huishouding te zoeken zal
de geheele familie in ellende en
armoede omkomen, zonder dat men
de schuld mag geven aan het ge
ringe loon".
Hij had op zijne gewone wijze
snel, kort en scherp gesproken. Zijn
blik, koud en scherp als staal, rustte
op het gelaat van den arbeider, dien
hij met den naam Charlin had aan
gesproken, en die zich onder dezen
blik blijkbaar niet op zijn gemak
gevoelde. Toch vond hij spoedig
zijne gewone onbeschaamdheid te
rug, en terwijl de anderen besluite
loos voor zfch zagen, trad hij plot
seling eenige schreden op Max toe
en plaatste zich uitdagend tegenover
hem.
„Dergelijke beschuldigingen uit te
spreken is gemakkelijker, dan ze te
bewijzen" begon hij op ruwen toon.
Doch een gebiedend „Zwijg thans
van zijnen heer en eene krachtige
handbeweging van Kramer, die hem
in de rij zijner makkers terugdreef,
deed hem plotseling verstommen.
Zijne uitdagende houding had blijk
De belasting op de nalatenschappen
zal een gedaantewisseling ondergaan,
door alleen instellingen te treffen.
Ook hiertegen is al aanstonds oppo
sitie gemaakt en de agrariërs willen
er niets van weten. Zij hebben voor
al bezwaar tegen de belasting in de
rechte lijn en tusschen echtgenooten,
die ook in het nieuwe stelsel een
deel der heffing schijnt uit te maken.
Prins Bülow maakt zich echter sterk
om er thans zijn plannen met vlag
en wimpel door te halen.
Het voorbeeld der Fransche amb
tenaren heeft aanstekelijk gewerkt op
de Duitsche confraters, die ook eens
een congres hebben gehouden, waar
niet minder dan tien duizend hunner
bijeen moeten geweest zijn en waar
men ook in vrij forsche taal zijn
grieven luchtte. De zaak is niet uit
gegaan van den bond der Duitsche
ambtenaarsvereenigingenvan wie
dan wel weten wij niet. Er is in
Duitschland een algemeen plan tot
tractementsverhooging ontworpen en
nu schijnt men bevreesd te zijn dat
daar niets van komen zal, wanneer
de hervorming der rijksfinanciën niet
mocht doorgaan. Anders dan in Frank
rijk, schijnt te Berlijn de loonsver-
hooging schering en inslag te zijn
geweest der debatten maar de Duit
sche ambtenaar, al kan hij zich aan
den geest des tijds niet onttrekken,
blijft toch ambtenaar en beschouwt
zich als een deel van het Staatsge
zag, wat hij dan ook inderdaad is.
De regeering houdt zich geheel bui
ten de zaak en kan dat ook. Voor
werkstakingen of andere dergelijke
met het wezen van het ambt onver-
eenigbare aardigheden, zal dan ook
wei geen vrees behoeven te bestaan.
De heer Plate bestreed het ontwerp,
als berustende op een ongezonden
basis, te eenvormig en in strijd met
ons zeerecht.
Tweede Kamer.
In de gisteren gehouden zitting werd
de behandeling voortgezet van de in
terpellatie van den heer Duymaer van
Twist over het Kon. besluit van 26
Maart, betreffende de keuring van voor
uitvoer bestemd vee en vleesch.
Het keuringstarief van minstens f 15
per etmaal is aangenomen ter dekking
van de keuringskosten.
De minister merkte op dat door
het nadere Kon. besluit van 12 April
de mogelijkheid tot dispensatie-ver
leening. is geopend.
Verder verklaarde hij dat hij geen
nadere wijziging van dit besluit kon
toezeggen. Het vooraf bepalen van
de controle is noodig. Verschillende
sprekers uitten de hoop dat de re
geering vooral de kleine exportslach
terijen ter wille zijn zou.
Daarna is aangevangen de behan
deling der schepenwet.
baar de afkeuring zijner beter ge
zinde kameraden gewekt. Want zon
der acht te slaan op zijnen toorn,
dien hij duidelijk genoeg aan den
dag legde, wendde Lasman zich weer
bescheiden tot Max.
„Gij hebt misschien gelijk, mijn
heer", zei hij, „de verdienste is
waarschijnlijk groot genoeg voor-
eene familie, waar ieder een arbeid
gewoon is en alles ordelijk bij el
kaar wordt gehouden. Maar men kan
toch buiten zijne schuld in ellende
geraken. Als schuld
„Daar komt ge op het juiste punt,
Lasman", v-iel Max hem in de rede.
„Ge hebt het aan u zeiven toe te
schrijven, dat ge deze bittere erva
ring hebt gemaakt. Hadt ge mijnen
raad gevolgd, dan was uwe onder
steuningskas in een toestand, die het
haar mogelijk maakte, u in tijden
van ziekte voldoende hulp te ver
schaffen. Maar toen ge mijn voorstel
verwierpt, dacht ge er niet aan, welke
schade ge u zeiven veroorzaaktet. Ge
wlldet oppositie tegen mij maken
tot eiken prijs, zelfs tot dien van
uw eigen welzijn. Dit bewijs van
I wantrouwen, dat ge mij door uwe
Spoorweg Brouwershaven Burgh.
Bij het afdeelingsonderzoek der
Tweede Kamer van het wetsontwerp
tot toekenning van een renteloos voor
schot voor bovengenoemden spoor
weg, verklaarden sommige leden, dat
zij gaarne eenige meerdere gegevens
zouden ontvangen ter beoordeeling
van het nut, dat van de nieuwe ver
bindingslijn is te verwachten. Men
zou gaarne vernemen hoe groot het
zielental is van de dorpen, die door
de lijn zullen worden aangedaan.
Eenige leden verklaarden met leed
wezen te hebben gezien, dat het aan
vankelijk plan om de lijn door te
trekken tot Burghsluis is opgegeven.
Sommige leden meenden te weten,
dat de plannen waarvoor thans wordt
voorgesteld een renteloos voorschot
te verleenen, niet onbelangrijk ver
schillen van die waarvoor de Pro
vinciale Staten van Zeeland in 1903
een provinciaal subsidie hebben be
schikbaar gesteld en waarvoor ook
de belanghebbende gemeenten en wa
terschappen bijdragen hebben toege
zegd. Zij vroegen dienaangaande in
lichtingen aan de regeering.
Opening en sluiting van telegraaf- en
telephoonkantoren na 1 Mei a. s.
De directeur generaal der posterijen
en" telegraphie maakt in de „Stct." no.
98 bekend, dat in verband met de in
voering van den Amsterdamschen
tijd als wettelijken tijd, op 1 Mei
a. s. de openings- en sluitingstijd
stippen van de Rijkskantoren voor
den telegraaf- en telephoondienst, met
inbegrip van die der locale Rijkste-
lephoonnetten, zoowel op werkdagen
als op Zon-en feestdagen, als regel,
10 minuten later gesteld zullen wor
den. De kantoren met vollen dag
dienst., thans opengesteld van 7.30
v.m.8.30 n.m. (Greenwichtijd),
zullen derhalve als regel, met ingang
van bovengenoemden datum, open
gesteld zijn van 8 v. m.—9 n.m. (Am
sterdamschen tijd).
Militaire berichten.
De luit. kolonel W. A. E. Mans-
feldt van het 3e reg. inf. te Bergen
op Zoom, is benoemd tot hoofdofficier
van speciale diensten aldaar.
De luit. kolonel J. H. N. Bernelot
Moens van het 6e reg. inf. fe Breda,
vroeger als kapitein te Middelburg
in garnizoen, heeft tegen 1 juli pen
sioen aangevraagd.
Te Teteringen is overleden de ge-
pens. luit. kolonel jhr. H. L. A. Bo-
wier, die als kapt. bij het 3e reg. inf.
te Middelburg in garnizoen is geweest.
weigering gaaft, heb ik gemakkelijk
kunnen verdragen, want het was van
uwen kant zeer onrechtvaardig. Op
uw eigen hoofd echter vallen de ge
volgen zwaar genoeg. Nu moet ge
de schuld dragen ik kan u niet
helpen".
„Gij moet ons niet zoo wegzenden,
mijnheer", sprak thans Jürgot, de
tweede der beter gezinde arbeiders.
„Wij behooren niet tot hen, die wei
nig willen werken, en daarvoor veel
loon verlangen. Wij willen geene
verkorting van den arbeidstijd. Maar
alles wordt duurder."
„Dit ondervind ik evengoed als gij
Jürgot. „Het zullen ook voor u moeie-
lijke tijden zijn, mijnheer, maar voor
ons zijn ze zwaarder.
„Daarover kan ik beter oordeelen
dan gij. Ik betwijfel het, dat iemand
van u met even groote zorgen heeft
te kampen als ik".
„Wij zouden met eene kleine ver
hooging van het loon tevreden zijn",
vervolgde jürgot.
„En ik zeg u, dat ik niet in staat
ben, ook maar de geringste verhoo
ging toe te staan".
(Wordt vervolgd.)