"gezondheid. Maandag IS Februari. Gemeentebestuur. No. 38. 47e Jaargang. 1909. jrd, ienst ienst. helde. Bij kt Courant behoort een Bijvoegsel. BINNENLAND. kinderen .nijden en en gebruik ndt u tot van Mej. AKSTRAAT ngen wor- genomen. erlijk aan van leer- chool ver- nzage van es weken, st en in- Vraagt "T, abie English B., Office urgv.v. ,50f 7.55* 1.15§ 2.-* ,50§ 6,55* ise. arkt. huis. 3.25f 8 40* 2.—2.45* ,55§ 7.50* tot de Be ek kon tot l ui s. omkurg. .28, 12.18, S.S.) 9.20, 1.35, 4.15, kerke. 6.20, 6.45, 0.20, 10.40, ,1.-1.30* 4,50, 5.20, 6.10, 6.30, 0.10, 10.30, 2.10, 12.45, 4.10, 4.40, 8.—, 8.30. des Zondags n 6,15 o) dj en 6,45 el i en 4,45 c) 5.25 o) f) h) vertrek vat en vra. 8.30. Borssele en hoogste 80 ndags ten w&ohtoA VLISSIINGSCHE COURANT Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENT1ËN van 1 —4 regels 0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. TELEFOONNUMMER 10. AANKONDIGING. Burgemeester en Wethouders der gemeente Vlissingen brengen ter algemeene kennis dat overeenkomstig 3 van art. 28 juncto art. 16 van het reglement op de Wegen en Voetpaden in Zeeland, Provinciaal blad no. 2 van 1887, van 9 Februari tot en met 24 Februari 1909 dagelijks op de werkuren andermaal ten gemeentehuize voor ieder koste loos ter inzage ligt een door den gemeenteraad voorloopig vastgesteld ontwerp van een nieuwen ligger van wegen en voetpaden in de voornoem de gemeente, met de kaart, alsmede dat binnen dien termijn schriftelijke bezwaren kunnen worden ingebracht bij Gedeputeerde Staten. Vfissingen, 8 Februari 1909. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, W1TTEVEEN. 0 Wanneer men zoo in het dagelijksch leven eens nauwkeurig rondkijkt, dan kan men opmerken, dat de mensch in de meeste gevallen al heel roeke loos met zijn gezondheid omspringt, 't is, als heeft het bezit van een goede gezondheid absoluut geen waarde. De meeste menschen beschouwen rijkdom als het ideaal van geluk, maar aan hunne gezondheid, aan den goeden staat van hun lichamelijk huis achten ze geen ernstige aandacht waardig. Veel geld bezitten, goud, zilver en edelgesteenten, dat is het toppunt hunner wer.schen. Is het nu werkelijk zoo, dat men schen, die rijk zijn in aardsch goed, ook tegelijkertijd gelukkig zijn Verre daarvanIk geloof, dat er onder de rijken veel meer geleden wordt dan onder de minder-bedeelden. Moge het bezit van geld op sommige oogen- blikken van ons leven een gemak opleveren, wanneer we kapitalisten eens vroegen, of ze gelukkig waren, ik weet zeker, dat we verbaasd zouden staan over hunne antwoorden. Niemand weet of beseft, welke schat bij bezit in een goede gezondheid, vóór hij ziek is geweest. Iemand, die gedurende zijn geheele leven niet met ziekte te maken heeft gehad, zal zich nooit een goed oordeel kunnen vormen over de groote waarde der gezondheid. Dergelijke menschen komen echter in onzen modernen tijd zoo goed als niet meer voor. Ieder heeft in meer of minder mate al eens kennis ge maakt met dien toestand, welke af- -o— 32.) „Des te beter", hernam de bezoe ker, thans met een stem, die der oude dame beter bekend was. „Ik ?le' ffl'i11 vermomming uitmun tend is geslaagd." I Mevrouw Dorner sloeg de handen van verbazing in elkaar en liet den commissaris want hij was het zonder bedenking binnen. ..Zijt gij het werkelijk vroeg zij, e™jl zij den politiebeambte van a Ie kanten bekeek. „Ik herken uw v'emmaar verder is er ook niets, aat uw persoon verraadt. Gij zijt voor tooneelspeler in. de wieg ge- S?zelfs uw stem is onherkenbaar." I .j commissaris boog gevleid, li." 'I politiemannen moeten van TnrVi^^u'611 t'lu's z'in'" ze'de hij. ren h',S( t..mi) aangenaam te hoo- lulft ie miin vorkleeding zoo ge- want daar komt nu alles op. wijkt van het normale. En daarom is het eigenlijk zeer verwonderlijk, dat terwijl de beschaving het menschdom in zooveel opzichten, door uitvindin gen, etc,, heeft vooruitgebracht, de zorg voor de gezondheid bij den mensch afzonderlijk zoo primitief is gebleven. De beschaving heeft den mensche- lijken geest ontwikkeld; daaraan zijn te danken de reusachtige vorderingen, die industrie en wetenschap in den Iaatsten tijd hebben gemaakt, doch zij schijnt te hebben vergeten, den mensch te wijzen op de gevaren, die aan die nieuwe ontdekkingen kleven voor de gezondheid. Er wordt nog steeds te vaak over het hoofd gezien, dat de nieuwe tijd met zijn stoom en elec- triciteit aan de menschelijke machine zeer hooge eischen stelt, om den strijd om het bestaan vol te houden. Alleen de algemeene gezondheid, en dit is voorzeker niet gering te schatten, is door maatregelen, welke de stand der hedendaagsche hygiene eischte, veel verbeterd door wetten op be smettelijke ziekten, op het bouwen van woningen, vaccinatie, arbeids- en ongevailenwetgeving, etc. De persoonlijke hygiene, of duide lijker gezegd, de zorg voor persoon lijke gezondheid is echter nog zeer achterlijk. Gaan we eens na, hoe het er mee staat. De kleeding, welke wij dragen, is niet gemaakt in overeenstemming met de functiën van ons lichaam, ze is of te zwaar, of te dik, of onpractisch. Veelal werkt ze belemmerend op de functie van onze huid en van andere inwendige organen, ze werkt ver zwakkend, door ons vatbaar te'maken voor de verschillende afwisselingen der temperatuurs-gesfeldheid. Wat zijn niet vaak onze voeten in onmo gelijk gevormde schoenen gewrongen. Meestal draagt men wegens goed koopte gemaakte schoenen, terwijl men gewoonlijk te laat bedenkt, hoe veel last ons een aan onzen voet aangemeten schoen bespaart. Welke gevaarten van hoeden heeft demode onze dames niet bezorgd, onpracti- scher kon het al niet. Ook de voeding is niet veel beter. Ik ben van meening, dat een groot deel onzer medemenschen niet weet, hoe ze zich voeden moeten. Men eet, totdat men een gevoel krijgt, dat de maag vol is. Maar w a t men eet, of hoe men eet, dat komt er niet op aan. Hoeveel vrouwen zijn er, die voor het huisgezin een smakelijk middagmaal kunnen bereiden. Ze zijn met een vergrootglas te zoeken. En dan liefst zoo weinig mogelijk geld besteden aan het voedsel. Dat komt er immers minder op aan, een mooi kleed of een borrel is veel gewichtiger. Hoe veel mannen zijn er, die eiken middag naar de sociëteit loopen voor hun aan. En juffrouw Von Horwitz," vroeg hij terstond daarop, „is zij al gereed Is haar verkleeding ook goed De weduwe knikte eventoen, terwijl tranen haar blik verduister den, greep zij diep geroerd de han den van den commissaris en drukte die hartelijk. „God geve, dat gij slagen moogt in uw moeilijk werk," mompelde zij. „Ach, het is mij zoo beklemd om het hart, wanneer ik aan mijn ongelukkigen zoon denk, en toch ben ik onwillekeurig vol moed en hoop." „En uw hoop zal verwezenlijkt worden," zeide de commissaris vol geestdrift. Hij trad met die weduwe de huis kamer binnen. Zij werden hier verwacht door Augusta Von Horwitz, die in hoogst opgewonden toestand verkeerde. De commissaris boog beleefd voor het meisje, dat hem verbaasd aan keek, en beschouwde haar vervolgens met kennersblik. „Heel goed, allerliefst," zeide hij weder, met zijn boersch accent. „Zoo flbonnements-fiduertentiën op zeer uoordeelige uooriuaarden. „hoognoodigen" bitter, terwijl dat „vervelende" eten thuis maar op de een of andere "wijze moet worden beperkt. De geheele levenswijze is tegen woordig onnatuurlijk geworden. Men maakt van den nacht dag. Terwijl de dieren volgens de natuurwet, met het opkomen der zon opstaan en met het ondergaan gaan slapen, heeft de mo derne mensch de rolien bijna omge keerd. Hij staat veel later op, en door het uitstekende kunstlicht, gaat hij ook veel later naar bed. Van natuur heeft de beschaafde mensch schijnbaar een innigen afkeer, hij is door den vooruit gang een kunstproduct geworden, dat echter blijk geeft in vele gevallen niet opgewassen te zijn tegen de eischen die de moderne tijd stelt. Men komt wanneer men alle deze dingen overdenkt, tot de conclusie, dat de mensch ontaardt. En werkelijk zijn er dan ook teekenen daarvan te vinden, b.v. het veelvuldig voorkomen van kortzichtigheid, tandziekten. Ook het voortplanten van den mensch wijst op degeneratie. Er dienen der halve maatregelen genomen te worden tegen dezen achteruitgang. Hoe? Bij de minder beschaafde volken van Indië werd degeneratie tegengegaan, door zwakke en misvormde kinderen te dooden of aan krokodillen over te laten. Zoo werd voorkomen, dat mis vormde, zwakke individuen voort plantten. Heden wordt nog vaak de meening voorgestaan dat in landen met groote kindersterfte, de bevolking krachtig is, daar van de pasgeborenen de zwakke sterven, de krachtigen op groeien. Ook wordt aangenomen, dat in landen met hoog sterftecijfer onder de zuigelingen, het sterven in oudere jaren minder voorkomt. Door talrijke onderzoekingen zijn deze meeningen echter niet bewaarheid. De sterfte in het latere leven bleek veel meer af hankelijk van het voorkomen van epidemiën van besmettelijke ziekten, terwijl de groote sterfte onder de zui gelingen het meest afhangt van de wijze van opvoeding. Vooral juist de opvoeding blijkt een machtige factor in den strijd tegen de ontaarding door den modernen tijd. De opvoeding van den zuigeling en van het grootere kind is gebleken van enorm gewicht te zijn voor den lateren leeftijd. Fou ten, daarin begaan, mogen niet direct zichtbaar worden, het euvel wreekt zich al te zeer op lateren leeftijd en is door geen enkel middel te verbe teren. Het staat vast, dat de volwas sen mensch, wanneer hij de nadeelen van den strijd om het bestaan heeft ondervonden, zich door het scheppen van betere omstandigheden, door na tuurlijker levenswijze, door vermijding van allerlei misbruiken, tamelijk wel kan herstellen, maar even zeker is het, dat de opvoeding, verstandig en heb ik mij ook mijn mooie dochtertje voorgesteld, haha, snoezig, coquet aangekleed, waarbij gij de handig heid hebt gehad, u eenigszins op zijn plattelandsch op te schikken die grijze omslagdoek, die men al leen 's avonds behoort te dragen, die groote gouden oorbellen, ja, zoo moet de dochter van den welgestelden rentenier Peter Schuller er uitzien. Dat is van nu af onze naam, denk daaraan, mijn welbeminde dochter Elsa." Het meisje dat er inderdaad lief uitzag, ofschoon aan haar kleeding niets van den fijnen smaak der voor name stadsdame was te bespeuren, had den beweeglijken, schijnbaar zoo blijmoedig gestemden man eerst ver wonderd aangehoord, doch weldra begrepen, dat commissaris Lodder zich onder deze vermomming ver borg. „Inderdaad, lk maak u mijn com pliment," ging deze voort. „Gij ziet er bevallig uit en daarbij zijt gij door het anders opmaken van uw haar in dit ongewone kleed zelfs voor uw beste vriedinnen onherkenbaar. Trou wens, deze zult gij in „Löwenhof" met overleg begonnen, aan het kind veel meer kans geeft, om de schade lijke omstandigheden ontstaan door de vlucht, die de beschaving heeft geno men, weerstand te bieden op lateren leeftijd. Dat ouders, wanneer hun eenmaal het grootbrengen van kinde ren wordt toevertrouwd, innig door drongen worden van de waarde eener goede opvoeding, dat zij bedenken, dat een krachtig gestel, een goede gezondheid meer waarde voor hun nageslacht heeft dan alle schatten der aarde. A. Eerste Kamer. Bij de gisteren voortgezette behan deling van de begrooting van land bouw antwoordde minister Talma o.a. aan den heer Welt dat het vraagstuk van hoogër-landbouwonderwijs ern stig zal worden nagegaan, als het rapport der inschakelingscommissie is verschenen. Aan den heer Scholten verzekerde de minister dat reeds een schema is opgemaakt voor een betere wettelijke behartiging der belangen van de paar denfokkerij. Met den heer De Jong oordeelde de minister dat een eventueel in te voeren kaas-contröle-merk slechts moet worden gegeven aan volle melk- sche-kaas. Met den heer Laan erkende de mi nister, al achtte hij diens becijfering niet volkomen juist, de kosten der rijksverzekeringsbank te hoog. De minister stelde echter in het licht dat de administratie van parti culiere banken uit den aard der zaak eenvoudiger kan zijn dan bij de rijks bank, die door het systeem van de ongevallenwet risico draagt voor per sonen die zij niet kent. Wat de ar beidersverzekering in het algemeen betrof, oordeelde de minister een eer sten eisch van verstandige politiek te zorgen dat de arbeidersverzekering rust op het bedrijf zelf. Daarna is de landbouwbegrooting aangenomen, evenals de wijziging der ongevallenwet betreffende de bedrijfs- splitsing en de begrooting voor kolo niën. Ook is aangenomen de heffing van opcenten op de bedrijfs- en vermo gensbelasting. De Kamer is tot nader uiteengegaan. De verbinding met Engeland. De „Köln. Ztg." verneemt dat de Belgische regeering bij Cockerill twee turbine-stoombooten besteld heeft voor den dienst tusschen Ostende en Dover. „Men doet in den Iaatsten tijd veel moeite, zegt de correspon dent, den voorsprong dien de Ne- derlandsche havens Hoek van Hol- zeker niet ontmoeten." Het meisje haalde diep adem en legde haar kleine hand in die van den commissaris. „Met Gods hulp dan," zeide zij zacht„gij ziet, dat ik uw bevelen gehoorzaam en het voor een meisje bijna ondoenlijk waagstuk ga onder nemen." „Houdt maar nioed", sprak Lod der. „Het geluk is met de stoutmoe- digen, en het is een kostbare prijs, waar wij om strijden." „Alleen de hoop, het vreeselijk onheil van het hoofd van mijn be minden Wilhelm af te wenden, deed mij dit waagstuk ondernemen", ant woordde Augusta met half gesmoor de stem. „Niettemin huiver ik nu reeds bij de gedachte, vriendschap pelijk om te gaan met een man, wiens handen ongetwijfeld met bloed bezoedeld zijn. „Ge moet sterk wezen", vermaande de commissaris ernstig. „Wanneer gij meent uw afkeer niet te kunnen be dwingen, dan zou het misschien be ter zijn, nu reeds van de onderne ming af te zien. Alles zou verloren zijn, wanneer de kerel, die, gelijk land en Vlissingen in het personen verkeer met Engeland gewonnen hebben, weder in te halen. De reizi gers uit Duitschland hebben in de laatste jaren aan den weg over den Hoek en Vlissingen wegens de betere treinverbindingen de voorkeur gegeven ofschoon de zeereis bij de keus van deze reisroute langer duurt dan de overvaart van Ostende naar Dover. De verwachting die de correspon dent van het Keulsche blad aan deze mededeeling vastknooptdat het in dienst stellen van nieuwe turbine- stoombooten weder een grooteren stroom van reizigers over België zal leiden, is iets wat nog bewezen moet worden. De correspondent is trou wens voorzichtig genoeg, er bij te voegen wanneer de treinverbindin gen van en naar Duitschland gun stiger ingericht worden dan tot dusver hét geval was. In het gebouw van de Kamer van Koophandel te Rotterdam werd gister een geschenk onthuld van de gasten van het scheepvaartfeest aan de Ka mer van Koophandel, zijnde een groot bronzen beeld, voorstellende La Verité, omgeven door emblemen van handel, scheepvaart en nijverheid. Het op schrift luidt„A la Chambre de Com merce de Rotterdam, les invités étran- gers temoignage de sympathie Juillet 1908". Namens de commissie, bestaande uit de heeren Alphonse Aerts te Ant werpen, C. R. Poensgen te Diisseldorf en Arthur Serena te Londen, was de heer Aerts tegenwoordig, die het ge schenk overdroeg en tevens een album aanbood en de beste wenschen uitte voor den bioei van Rotterdam. De president van de Kamer aanvaardde dankbaar het geschenk, dat in de zaal der Kamer van Koophandel een eervolle plaats krijgt. Het Centraal Genootschap voor kinderherstellings- en vacantiekolo- nies heeft, ten einde te kunnen vol doen aan het steeds stijgend getal aanvragen om verpleging een dub bele villa te Noordwijk aan Zee ge huurd, die wordt ingericht tot kolo niehuis. Er is plaatsruimte voor 50 bedden. Openbare leeszalen en bibliotheken. In verband mei een door den mi nister van binnenlandsche zaken in te stellen onderzoek naar aantal en omvang van werkkring der hier te lande bestaande openbare leeszalen en bibliotheken, heeft de directeur van het Centraal Bureau voor de statistiek de burgemeesters van on derscheidene gemeenten per circulaire uitgenoodigd hem te willen mededee- len de namen en adressen van ge noemde instellingen, welke in hunne alle misdadigers, wantrouwig is, arg- gwaan tegen ons kreeg." „Neen, neen, ik zal mij beheer- schengij behoeft voor mij niet be vreesd te zijn," sprak het lieftallige meisje, wier oogen geestdriftig fon kelden. „Om Wilhelm te redden, ben ik tot de zwaarste offers bereid. Geef mij slechts mijn instructiën en dan vooruit." „Die zijn spoedig gegeven," zeide Lodder glimlachend, „Gij luistert nauwkeurig naar hetgeen ik zeggen zal, en daarnaar richt ge u. In hoofd zaak komt het er op aan, den snaak op u verliefd te doen worden, het geen wel niet moeilijk zal zijn en is het eenmaal zoo ver, dan zal ik hem spoedig in het net hebben." Het meisje wierp zich in de armen der oude dame en wisselde met haar eenige hartelijke kussen. „Ik ben gereed", zeide zij daarop zacht tot den commissaris. „Ga met God", zeide mevrouw Dorner diep geroerd, „en geluk op uw streven." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1909 | | pagina 1