Woensdag 1© Februari. Feuilleton. uur No. 34. 47e Jaargang. 1909. EREN. ïenst. helde. Gemeentebestuur,, BINNENLAND. land- en Tuinbouw. IPS. aarkt. auis. 3.25f 8.40* 2.45* ,55§ 7.50* tot de Re» .23, 12.18, 8.S.) 9.20, 1.35, 4.15, kerke. 6.20, 6.45, 0.20, 10.40, 1.-, 1.30*, 4.50, 5.20, 6.10, 6.30, 0.10, 10.30, 2.10, 12.45, 4.10, 4.40, 8.—, S.30. .es Zondags n 6,15 c) i) I en 6,45 c) en 4,45 c) i.25 c) f) 5) fertrek van in vm. 8,31 Roreeele en hoogste 20 ondags ten wachten VLISSINGSCHE COURANT. Prijs per drie maanden 1.30. Franco per post 1.50. Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alle Boek handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr., Kleine Markt 58. ADVERTENTIËN van 14 regels ƒ0.40. Voor eiken regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driejnaal plaatsing derzelfde advertentie, wordt de prijs slechts twee maal' berekend. Groote letters en clichés naar plaatsruimte. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en Feestdagen. PLAATSELIJKE BELASTING. Burg. en Weth. van Vliaaingen doen te weten dat door den Raad dier gemeente in zij never tradering van den 13 Januari 1909 bij besluit 110., 1 ia vastgesteld het navolgende Besluit tot voortdurende heffing eener plaatselijke belasting op het gedistilleerd in de gemeente Vlissingen. Re Raad der gemeente Vlissingen overwegende dat de inkomsten der gemeente voor het dienstjaar 1909 dringend behoefte hebben aan continuatie van den gemeentelijken accijns op het gedistilleerd gelet op het schrijven van den Commissaris der Koningin in Zeeland d.d. 11 Januari j.l. B. no. 98, 1ste afd. naar aanleiding van dat van zijne Excellentie den Minister van Binnenlandache zaken aan Ged. Staten van dit gewest d.d. 8 Januari j.l. no. 272 afd. B.B. houdende verzoek om in afwachting van de afkondiging der wetten, houdende afwijking van den regel, gesteld bij art. 241 der gemeentewet, de inzending der daarop betrekicing hebbende Raadsbesluiten te willen bespoedigen Besluit: I, Behoudens Koninklijke goedkeuring voor het dienstjaar 1909 over te gaan tot heffing eener belasting op het gedistilleerd ten behoeve der gemeente tot een bedrag van zeventien gulden vijftig cents per Hectoliter ad 50 percent sterkte en overigens op dezelfde grondslagen als laatste lijk rijn bepaald bij Raadsbesluit van 21 Decem ber 1906, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 3 Januari 1907, no. 13. II. De daarbij behoorende verordening op de invordering van voortdurende kraebt te ver klaren. Vhssingen, 13 Januari 1909. De Gemeenteraad voornoemd, (w.g.) YAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, (w.g.) WITTEVEEN. Goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 26 Januari 1909 no. 54. Mij bekend, De Minister van Binnenlandsche Zaken, (get.) HEEMSKERK. Overeenkomstig het oorspronkelijke. De Secretaris-Generaal- van Binnenl. Zaken, (get.) J. B. KAN. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort den 8 Februari 1909. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. Eerste Kamer. De Justitiebegrooting werd gister na eenig debat aangenomen waarbij de minister, verdedigende zijn denk beelden tot opruiming van den ach terstand bij de rechterlijke colleges, onder meer betoogd had dat het ge val zich kan voordoen dat het open baar belang medebrengt op bejaarde rechterlijke ambtenaren zachten dwang tot aftreden uit te oefenen. Na debat werd hoofdstuk 5 aangenomen. Pierson-hulde. Ter gelegenheid van rar. N. G. Pierson's zeventigsten verjaardag had zich eenige maanden geleden een comité gevormd, om onzen vermaar den landgenoot eene blijvende hulde te brengen. Het doel was het vormen van eene „Mr. N. G. Pierson-Stichting", een 'M O— 28.) De moordenaar wil echter de vruch ten van zijn misdaad plukkende bond, die misschien nog meer aan hem dan aan den verslagene is ge wend, is hem lastig, hij lokt hem in het aicoof en snijdt hem eveneens de keel af. Niets gemakkelijker, want het dier gehoorzaamt hem op zijn wenken en koestert niet het geringste wantrouwen jegens hem. Vervolgens schrijft hij met bloed den naam van z'|n slachtoffer, tevens dien van den ™ah, op wien hij verdenking wil oen vallen, op den vloermet sluwe Jrekening laat hij de laatste Ietter ,e? om het te doen voorkomen, als- om a vermoor<te i?een kracht had dpH naam vo'u't schrijven en d°°d hem overvallen heeft, ter- 'J' hij, Dorners eigenaardigheid het woord plaats links van 'ijk en ten slotte ook diens iin- fonds, welks inkomsten bestemd zul len worden om, door toekenning van een eere-medaille aan de auteurs van geschriften, welke daarvoor, naar de meening van eene commissie van beoordeeling, in aanmerking verdie nen te komen, of op andere wijze bevorderlijk te zijn aan de studie der Staathuishoudkunde, in welke weten schap de heer Pierson zelf zoozeer heeft uitgeblonken. Het comité heeft voor dit doel in ruime mate medewerking mogen on dervinden, zoodat het zijn plan volle dig kon verwezenlijken. Wijl de gezondheidstoestand nog geen openlijk huldebetoon veroor loofde, kon Zondag alleen het comité door den heer Pierson in zijn tijde lijke woning te Hilversum ontvangen worden. Namens het comité voerde tevens ais vertegenwoordiger van 's lands oudste Hoogeschöol prof. mr. Greven het woord. De spreker bracht in herinnering, wat mr. N. G. Pierson voor de Staat huishoudkunde wetenschap is geweest en hoe in zijn geheele loopbaan de schoonste samenwerking te vinden is van theorie en practijk. Verscheidene hoofdstukken van zijn „Leerboek" konden alleen geschreven worden door iemand die met de wetenschap tevens de practijk van het bankwezen beoefendeen als minister zou hij stellig niet geslaagd zijn in de sa menstelling en verdediging van zijne belangrijke belastingwetten, indien hij niet volkomen was doorgedrongen in de theorie van het belastingwezen. Het denkbeeld der hem thans te brengen hulde is uitgegaan van de redactie van „De Economist", het tijdschrift waaraan mr. Pierson zelf nu reeds meer dan 40 jaren heeft medegewerkt. In den uitgebreiden kring der tegenwoordige redactie is ruimte voor allerlei schakeering van meeningenslechts op één punt be lijden zij allen dezelfde overtuiging, namelijk dat handhaving van het vrije ruilverkeer een levensbelang vormt voor ons land. Prof. Greven eindigde zijn toespraak met een hartelijken geiukwensch aan den heer en mevrouw Pierson. Het album bevat de namen van 358 deelnemers, voorzien van een opdracht van dezen inhoud „In dankbare erkenning van hetgeen door mr. Nicolaas Gerard Pierson, den geleerde en Staatsman, is ge wrocht in een lang leven, gewijd aan den dienst der wetenschap en aan de belangen van zijn land, hebben zijn vrienden en vereerders gewenscht, door de stichting van een mr. N. G. Piersonfonds hem te huldigen en zijn naam een blijvende aansporing te doen zijn tot beoefening van de wetenschap der Staathuishoudkunde, in welke hij zelf zoozeer heeft uitgemunt." kerhand met bloed bemorst. Maar het sluwe lachje, dat zooveel be- teekent, kan hij niet doen verdwijnen. Wees gerust, doode, gij zult gewro ken worden. Gij zoudt niet geglim lacht hebben, wanneer gij den naam van uw moordenaar met een laatste krachtinspanning op den vloer had geschrevenneen, de ware schul dige zal niet ongestraft blijven." Hij wendde zich thans tot de we duwe. .Wanneer ik uw onschuldigen zoon van den dood door beulshanden wil redden," zeide hij bijna plechtig, „moet gij ook niets voor mij achter houden gij moet mij alles zeggen, wat gij weet omtrent het verleden van uw echtgenoot." „Mijn hemel," zuchtte de weduwe, „ik kan niets zeggen, want ik weet niets." De commissaris fronste de wenk brauwen. „Jammer, heel jammer!" mompelde hij gemelijk. „Van de halsstarrigheid van uw zoon is ook niet te verwachten, dat hij eenige aanwijzingen geeft. Wist ik maar iets, dan kon ik het vorige TELEFOONNUMMER 10. In een korte rede wijl zijn ge neesheer hem lang spreken nog niet wilde vergunnen gaf de heer Pier son uiting aan zijne waardeering van het gelukkige denkbeeld der commis sie door het vormen van deze stichting Hij zou wenschen, dat daarbij steeds het begrip der Staathuishoudkunde zal worden opgevat in zeer ruimen zin. Hij is steeds van meening geweest, dat zij drie zijden heeftde theoreti sche, de practische en de historische deze laatste echter niet in den zin van sommige Duitsche economisten, die meenen, dat hare taak zich alleen daartoe zou mogen bepalen. Met dankbaarheid herdacht hij de jaren, die achter hem lagen, ook al had hij vaak meer willen doen dan hij gedaan heeft. Nadat hij de commissie in hartelijke bewoordingen zijn dank had betuigd voor hare bemoeiingen, bleven de heer en mevrouw Pierson nog eenigen tijd in gesprek met verschillende leden dier commissie. Met vreugde konden allen opmerken, dat, al is de ernstige ongesteldheid van December niet ge heel spoorloos aan hem voorbijgegaan, hij toch niets heeft verloren van zijne ruime en warme belangstelling in per sonen en zaken, en dat, na nog eeni gen tijd van rust, mr. N. G, -Pierson zich eerlang weder met de oude op gewektheid zal kunnen wijden aan zijn wetenschappelijken arbeid. Inwisseling Muntbiljetten. De gelegenheid tot inwisseling der muntbiljetten zal nog openstaan tot 1 April a.s. De vorderingen, ontleend aan munt biljetten, welke niet voor 1 April ter inwisseling zijn aangeboden, zullen vervallen zijn. De gelegenheid tot inwisseling staat tot bovengenoemden datum open bij de betaalmeesterskantoren, alsmede bij de Nederlandsche Bank te Amster dam, bij hare bijbank en bij hare agentschappen en correspondent schappen der eerste klasse. De traktementsregeling P. en T. Door den Nederlandschen Post- en Telegraafbond is een brochure uit gegeven; getiteld„De klerken der P. en T. en de voorgestelde salaris verbeteringen voor commiezen bij die dienstvakken". Dit vlugschrift is een uitvoerige critiek op de voorgestelde regeling, speciaal wat betreft de voor gestelde salarisverhooging der com miezen, daar deze volgens de bro- cure de consequentie zijn van een sedert jaren toegepast stelsel, waarvan de klerken der P. en T. de dupe zijn, en meer en meer de dupe worden. De brochure noemt dit „een stelsel, waarbij met volkomen veronachtza ming van de factoren, die de regeling der positie èn van klerken èn v3n onderzoeken. Zooveel is mij althans duidelijk, dat uw echtgenoot aan spraak heeft willen maken op de rechten, die hij nog tegenover u had. Gij waart toch niet wettig van hem gescheiden „Hoe had ik dat kunnen doen, daar allen geloofden, dat hij jaren geleden was omgekomen zeide de weduwe. „Juist, én daarnaar ging hij te werk," zeide de commissaris, in ge dachten verzonken. „Hij heeft door zijn bemiddelaar, die later zijn moor denaar werd, uw zoon om een on derhoud laten verzoeken en hem bij die gelegenheid berichten medege deeld, die onzen armen vriend zoo zeer ontsteld hebben, dat hij dien tengevolge liever een misdaad op zich laadt, dan deze wereldkundig te maken. O, als hij maar eenswilde spreken. Maar ik vrees, dat de rech ter van instructie, die ook tegen mij ingenomen is, mij niet eens een onderhoud met hem zal toestaan." Gedurende eenige minuten stond de commissaris ais radeloos, zijn ger laat teekende een diepe ontroering maar eensklaps richtte hij zich hoog flbonnemenfs-Aduertentiën op zeer uoordeelige uooriuaarden. commiezen behooren te beheerschen, nl. werkkring, geldelijke verantwoor delijkheid en afgelegde examens, de commiezen met alle geweld naar om hoog gevoerd, de klerken daarentegen met alle geweld omlaag gehouden worden." Militaire berichten. Door den sergeant-majoor-instruc teur Bakker, te Middelburg, is een toestel uitgedacht, dat automatisch als tijdopnemer fungeert bij het schijfschieten. Volgens de sedert een paar jaren in beproeving zijnde schiet- methode, gelden n.I. voor de waar deering eener serie schoten niet alleen het aantal treffers, doch ook de tijd, benoodigd om de schoten af te geven. Het vernuftig uitgedachte toestel is zoodanig ingericht, dat de schutter het in werking brengt door zijn ge weer in den aanslag te brengen. Bij Kon. besluit is bepaald dat met ingang van 1 Oct. a.s. aan de onder officieren leerlingen van den hoofd cursus te Kampen een wekelijksch zakgeld zal worden uitbetaald van f2.25. Gedurende hun detacheeringtijd bij de korpsen van 1 Juli tot 15 Sept., worden zij eveneens na 1 Oct. e. k. daarenboven nog in het genot gesteld eener toelage van f0.20 per dag, terwijl de van het Ned.-lnd. leger bij genoemde instelling gedetacheerde onderofficieren-leerlingen boven het zakgeld hunne toelage ad f 0.30 daags behouden. Bestrijding der onzedelijkheid. Door den gemeenteraad van Maas tricht zijn aangenomen enkele voor steilen, strekkende tot bestrijding der onzedelijkheid. Aangenomen werden n.I. voorstel len tot verbod van uitstalling van por nografische drukwerken enz. en be- oogende afschaffing der bordeelen. Onze graslanden. Nu komen we tot de bemesting onzer graslanden op zand- en veen grond. Daarover kan geen verschil van gevoelen bestaan, want ieder, die wel eens iets heeft gelezen van de samenstelling der verschillende grond soorten, weet, dat zand en veen over 't algemeen arm zijn aan kali. En elke boer, die meegaat met zijn tijd en dus een vakblad leest of tenminste nu en dan eens kennis neemt van hetgeen er ter zijner voorlichting wordt geschreven, weet ook, dat op zoodanige gronden voor een volledige bemesting de kali-mest niet kan wor den weggelaten zonder groote scha. Maar eilieve, is die kennis ook tot allen doorgedrongen, zijn we reeds zoo ver Wordt er overal naar ge handeld 't Mocht wat op, terwijl zijn oogen van hoop be gonnen te fonkelen. „En toch wil ik het geheim ont sluieren riep hij vastberaden uit. „Ik reken daarbij op uw hulp en die van mejuffrouw Von Horwitz, de verloofde van uw zoon. Waartoe ik u beiden noodig zal hebben, is mij nog niet recht duidelijk, maar er bloeit reeds een plan bij mij. Wij zullen zien ja, ja, wij zullen zien." Vol geestdrift greep hij de hand van de weenende oude dame. „Droog uw tranen en ga rustig naar huis," zeide hij met trillende stem. „Ook tegen den wil van uw zoon zal en moet ik mijn onschuld bewijzen. Ja zeker, ik zal slagen, of anders wil ik terstond toegeven, de grootste domkop te zijn, waarvoor ik mijn geachten heer ik wil zeg gen," verbeterde hij haastig, „waar voor ik andere menschen houd." Hij bood der weduwe zijn arm, nam met een dankbetuiging afscheid van den inspecteur, die in den lij kenkelder achterbleef en leidde de dame weg van deze plaats der droef heid en des doods, naar buiten in het warme, verkwikkende licht der Vele zand- en veenboeren doen nog precies alsof ze op de klei wonen de een bemest zijn grasland in 't ge heel niet, een ander strooit er alleen wat slakken meel op uit, een derde wat kalk, als het land erg nat is, een vierde soms wat kaïniet, en dan, ja dan zijn er ook, die twee of drie meststoffen uitstrooien. Maar het getal der eersten is nog verbazend groot, en onder de laatsten treft men nog zeer velen aan, die bij bemesting blijk geven, dat zij niet weten wat den grond, wat het gewas toekomt. Nog maar al te vaak staan de hoe veelheden der aangewende meststoffen niet in de juiste verhouding. Door een flinken oogst van 600 Kilo in 2 sneden wordt per H.A. aan den bodem onttrokken 30 a 60 Kilo phosphor- zuur en 120 a 130 Kilo kali. Met de grootere kali-behoefte wordt lang niet altijd voldoende rekening gehouden men geeft b.v. 5 a 8 baai slak en evenveel kaïniet, waarin dan wordt aangewendgemiddeld 100 Kg. phosphorzuur en 85 Kilo kali. Is het weiden regel en het hooien uitzondering, dan zal de bodem meer aan phosphorzuur dan aan kali ver armen in het lichaam der koe blijft maar.weinig kali achter, het grootste deel komt in den mest weer op het land terugvooral de vloeibare uit werpselen bevatten veel kali. Kwamen de mestdeelen gelijkmatig over het land wat niet het geval is dan zou bij beweiding de grond niet zeer verarmen aan kali. Maar die verar ming is natuurlijk aanzienlijk, als er geregeld wordt gehooid, en des te grooter, naarmate de hooiing vaker geschiedt. Naar omstandigheden moet dus worden gehandeld. Bij uitsluitende hooiing kan op zandgrond met succes 1000 kilo kaïniet worden gegeven naast 6 a 800 K.G. slakkenmeel, op veengrond vooral niet minder, veeleer, vooral het eerste jaar, nog meer kaï niet. Dit zijn natuurlijk geen vast staande cijfersieder onderzoeke op eigen grond hoever hij kan gaan. 't Vorige jaar (1908) hadden we zelf een stuk grasland, aangelegd op middelmatig lichten zandgrond, groot 24 Are, op verschillende wijzen be mest. Het volledig bemeste perceel bracht per H. A. op 5990 K.G., dat zonder kaïniet 4500 K.G. De kosten van den kalimest, de vracht inbegre pen, waren ruim f 18 per H.A.en daarvoor werd dan een meeropbrengst geoogst van bijna 1500 K.G. hooi. Zeker niet te duurOngerekend nog de nawerking op het eetgroen. De proefnemer behoorde tot hen, die slakkenmeel als de bemesting op grasland achtten slechts een enkele maal had hij een paar baaltjes kaïniet gestrooiddeze proef genas hem in eens. zomerzon. Met volle teugen ademde mevrouw Louise de frische lucht in terwijl, zij licht steunend op den arm van haar geleider, het rijtuig naderde, dat op de binnenplaats wachtte. Zonderling, thans, in de heldere gouden zonnestralen scheen haar de toekomst niet meer zoo droevig en troosteloos. Daar beneden, in den somberen lijkenkelder, had zij ge wanhoopt hier, onder den zuiveren blauwen hemel, ontwaakte de oude moed weer in haar. Vil. Reeds voor het bezoek aan het lijkenhuis was de commissaris in het „Löwenhof" geweest en had omzich tig getracht daar inlichtingen te ver krijgen. Dit zou zeer moeilijk zijn geweest, wanneer een politie-beambte het had vermoedvoor dergelijken hebben die dametjes een instinctmatige vrees, en om een aanraking met de justitie te vermijden, verzwijgen zij liever, wat zij aan een ander licht vertellen zouden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1909 | | pagina 1