:r,
IslaaL
VlISSlMiSflIE COIIMNT
EÜE1S
HUUR:
Donderdag
f© December.
1908.
Van week tot ®e@i
•8,
:eëtaleerd
nik,
HüLLEIOibï.
Bo. 292,
46ö Jamg&mg*
erdain.
1 18Va cent
25
12
ST OGKENBUftG,
vraagt
ArüiMÜMGS
LITER FLACOH-
LITER
ÏVENW&mm mot
Boheldestraat 22.
PËAMDIENST
singe®-Hifitsitarg t,v
gen 4.40f 5.50f 7.55®
l.SOf 12.30* 1.15§ 2.—*
15§ 5.™,s 5.50§ 6.55*
40§ 10.25.§
in van de Remise,
n van da Zeilmarkt.
e van het Badhuis,
burg 5.15f 6.25f 8.4.0*
12.30§ 1.15s 2.—2.45*
-§ 5.50* 8.55§ 7.50*
.25* ll.lö.f
verder dan tot Sa Ra-
c de Zeilmarkt.
het Badhuis,
treinen vertrekken
der van het B a d-
irn Walcheren
erdsmsche tijd.
•Vlissingen—Domburg,
burg6.25, 9.23,12.18,
8.
gen (Station S.S.) 9.20,
35, 8.15.
llïg: 7.40, 10.40, 1.35,
7.
hts tot Koudekerke.
SE SAYEIDIEHST.
;en: vm. 6.8.20, 6.45
9.30, 10.—, 10.20,10.40,
.12.—, 12.30, 1.—,1.30*
25, 3.55, 4.30, 4.50, 5.20
7.35, 8.20.
tensluis: vm», 6,10, 6.SQ,
9.15, 9.50, 10.10, 10.30,
1.50. -Km. 12.10, 12.45,
3* 8.10* §.40, 4,10, 4,40
10, 7.95, 7.26. 8.—, 8.S0
en vallen des Zondags uit'
BTEH-BCÖBLBS
ebruari 1909.
jks.
l) no. 3,23 b) en 6,15 o) d)
.5 nra. 3,50 b) sn 0,45 e)
1,55 gl en 4,45 o)
3,23 en 5.25 o) f) h).
nuten na het vertrek van
ïskerke n. Neuzen va. 8,30
iskena, Borssele en Neuzen
Breskena ten hoogste 20
ze boot des Zondags ten
san tan hoogste waohtan
Prijs per drie maanden 1,30. Franco per post 1,50.
Afzonderlijke (rammen 5 cent Ka abonneert zich bij alle Boek»
handelaren, .Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE 'VELDE Jr., Kleine Maakt.
Vei-si'iiijiit dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
ADVERTËNTIËNvan 1—4 regeifc 0.40* Toor ë$eö regel
ineer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaa' plaatsing «zelfde
advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groots
s n eiiché's naar plaatsruimte.
In de Italiaaneehs Earner is het
merkwaardig debat over d® buitenland-
sehe aangelegenheden afgeloopen en da
gebeurtenissen der laatste dagen hebben
weer eens schitterend bewezen, dat het
verbond met Oostenrijk en Duitsehland
slechts een verbond der regeeringen en
niet een tussehen de volken is. Er is
aog altijd een „Italia irredenta8, dat
nooit vergeet dut Italië oog niet ge
heel aan de Oostenrijkers ontwrongen
is en heftig begeert dat zuideljjk Tirol
en de noordelijke kustlanden der Adria-
tiache Zee, benevens Triëst, Itaüaanseh
grondgebied worden. Bij iedere gele-
genheid wordt een bittere oppositie
gevosEd tegen het verbond en ook nu
weer ia de verbittering groot over het
geen met de studenten heeft plaatsgehad.
Ea verder is het wantrouwen in
Italië tegen de politiek ven Oostenrijk
in dsn Balkan zeer groot, waarbij men
niet vergeten mag, dat de koningin van
Italië eeie dochter ia van den Vorst
dar Zwarte Bergen.
Het is een groote fout geweest van
minister Tittoni, den Italisanschen mi
nister van buitenlandsohe zaken, dat hij
de Oostenrijkers ia Bosnië en Herzego-
wine stilletjes hun gang hoeft laten
gaan en tea behoeve van Italië niets
bedongen heeft. Ook de gematigden
oordeelen aldus en do sprekers der
regeeringspartijen hebben bij bet debat
over het buitenlandseh beleid onomwon
den verklaard dat bij Oostenrjjk op
verandering van houding most worden
aangedrongen. Onder luide toejuichingen
betoogde sen der afgevaardigden, dat,
bij gebreke van die wijziging, de regea-
fing de strijdmacht des lands op da
hoogte ven den toestand zal moeten
brengen. De inlijving van Bosnië en
Herzogewina ward ale een schending
van het traetaat van Berlijn gebrandmerkt.
Minister Tiitoni heeft er zich uitge
red mat veel woorden, waarvan mea
niet veel begrijpt, alleen dat de regee
ring te Rome zich thans duidelijk ver
klaart feu gunste van de internationale
conferentie, door Rusland, Fraakrjjk ea
Engeland gewild. Die conferentie zal
et dus wel komen.
Intusaohen zit Oostenrijk niet stil,
maar wapent zich voortdurend tegen
mogelijke gebeurtenissen. Ook Oattaro,
aan het uiterste einde van Dalmatië,
wordt versterkt, waarschijnlijk omdat
33.)
Dat dit toch geschiedde, moest dan
ook zijn oorzaak hebben in de eigen
aardige stemming, waarin Robespierre
hem ontving. Hg bevond zich alleen
in zgn kamer. Langen tijd hield hg
den brief in de hand en stairde pein-
sead door het venster naar de wolkan.
;,iiae zal mijn einde zgn f mom
pelde hg eindelgk halfluid. „Het einde
moet komen maar hoe zal het zgn
Geheel door zgn gedachten over
meesterd, liet hg zich moe en zwaar
op een stoel vallen. Eensklaps
werd de deur zgner kamer heftig open
geworpen .en met alle teekenen van
schrik en angst op het gelaat kwam
Léonore Buplay binnenstormen.
„Help! Help 1" risp zf), sidderend
'#n angst.
„Burger Robespierre, was is er ge»
hsutd Wat deert u
de Monteaegrgnen op de bergen aan de
grenzen, artillerie in batterg hebben
gebracht. Het behoeft wal geen betoog,
dat de toeneming dar anti-Oostenrgkeefae
gezindheid ia Italië dsn moed der Mon-
tenegïgnen, om zich trgsn Oostenrijk te
verzetten, sterk aanwakkert. Zij rekenen
op Itaüë's hulp en het gerucht heeft
zelfs reeds gelospeo, dat zg Oattaro
gebombardeerd hadden. Dat bericht was
geheel uit de lucht gegrepenmaar
toob sehgnt men in Oostenrijk op vij-
andelgkheden van dien kant te rekenen.
De Turken krijgen laat van den
boycot dor Oostenrijkse!» waren. Deze
wordt ook reeds uitgestrekt tot Duitsch®
en Itslieaasohs sohepes, die koopwaren,
uit Oostenrgk afkomstig, aan boord
hebben. Men beweert dat dit indruiaoht
tegen de tegelaa van het volkenrecht.
Men zegt zelfs, dat het Duitgehe rijk
aanspraak maakt op eens zeer aanziea-
Igke schadeloosstelling, door da Parte
te betalen, omdat van een Qostenrijksch
stoomschip, te J»ffi in Syrië aangeko
men, de brievenmalen in zee werden
geworpen. Er moeten ook Kerstgeschen
ken bg geweest zgn van dsn Duitschen
keizer, bestemd voor het Duitscha hos
pitaal te Jeruzalem.
Het Britscha liberale ministerie heeft
vóór en ca ongelukjes en kan maar
niets vaa zijs werk gedaan krijgen.
Vooreerst het getob met het Hoogar-
guismaar nu is hst raat het Lagerhuis
ook al mis. Men heeft ziek verplicht
gezien, het wetsontwerp op het lager
onderwgs in te frakken, ofschoon het
een tamelgk aanseaseljjk® schikking
voor alle partgen scheen te bevatten
maar de Anglicanen ei katholieken
verlaagden grooter staatstoelagsn voor
de seetesohoien en daar wilden ds libe
rals groepen niet mes Eedegasn. Ds
bisschoppen ageerden tegen het ontwerp
en de LoudeEseba onderwijscommissie
achtte het schadelijk voor de ontwik
keling van het onderwgs in het ge
heels land.
Het is hu voor de dorde maal dat
mea met deze belangrijke aangelegen
heid schipbreuk lijdt.
En wat zal er nu gebeuren Ia het
aanstaande wetsontwerp tot kiesrecht-
hervorming zal het stemrecht voor de
vrouwen worden opgenomen maar het
Hoogerhuis zal dit zeker verwerpen en
dan zal da regeering hei Parlement
ontbinden en bet land ovar haar pro-
Verbaaad richtte Robespierre zich op.
„Zijt gij het, Léoaore Wat is er,
dan Wat zou mij overkomen zgn
Ala krankzinnig van angst en in
zenuwachtige spanning viel zij op een
atoel neer.
„O, gelukkig, gij zijt ongedeerd 1
Ik meende reads
„Maar wat dan Wilt gij mij zeg
gen, wat dit alles te beteekenea heeft
Vanwaar deze angst?8
Het meisje werd thans iets rustiger
en bedachtzamer.
„Ik weet bat niet, burger Robes-
pierre,8 antwoordde zij verlagen. „Ik
zat ia de keuken bij het vuur, toen
mij opeens een rszande angst om u
overviel. Ik zag ia dea geest, hoe men
de wapenen op u richttehoe de men
sehen, die E grijpen wilden, binnen
stormden en plotseling hoorde ik zeer
duidelijk, hoe uw lichaam dof tegen
dsn grond sloeg. Toaa kon ik het met
me9ir uithouden en ik vloog hierheen
om u te helpen. Wat ben ik blij, dat
het slechts verbeelding was 1"
„Hoe zeldzaam, hoe zonderling 1"
zei Rubespierre nadenkend, en toen,
als hij bemerkte, dat Léoaore Duplay
zich weer stil en schuchter wilde ver-
Teleplioonnnmmer 10.
gramma uitspraak laten doen. De
binnenlandeche politiek van hst Britsehe
rijk, kan dus in de naaste toekomst
belangrijk genoeg worden.
De Duitaehe Rijksdag houdt zich
bezig met het begrootingsdebat, waarbij
da heer Roberts, da man die de be
faamde rede in het Ecgelsche Hoogerhuis
hield, menige veer moest laten, evenals
de buitenlandsohe politiek van Duitsch-
land maar hat vond tcch bij de oppo
sitie wffisrdeering, dat ds regeering had
toegegeven ii het geschil van Gasa»
Wanes, omdat de zaak inderdaad twjj-
felschtig was en de toedracht eivan
een typisoh geval oplevert voor
scheidsrechtelgks behandeling.
De debatten zgn vrij kalm, maar ga-
wichtig. Men stresfi ijverig in ds rich
ting van versterking der positie ven
den Rjjksdag tegenover de regeering en
verlangt eens wet, waarbij de verent-
woordelijkheid van den kanselier ten
aanzien ven den Rijksdag wordt vast-
gesteld. Trouwens, de constitutie van
1871 rept wel degelijk van eea minis
terieels verantwoordelijkheid, meur nooit
is het denkbeeld bij de wet uitgewerkt.
Cjntrum, liberalen en socialisten
hebben voorstellen in da aangageyen
richting gedaan. Het voorstel van het
centrum is overigens zeer onbateeks-
nendmaar ds liberalen gaan vnj wat
verder ea verlangen dat de kanselier
aan dea Rijksdag versutwoordelgk zal
zijn voor a! zijne bestuurshandelingen
an ook voor dis des keizers ia de
binnenlandsohe en buitenlandsohe poli
tiek. De socialisten verlangen ook dat
de kanselier op vordering van den
Rjjksdag ontslagen zal moeten worden
en dat dit lichaam ook beslissen aal in
zaken van oorlog en vrede.
Da ministers en vele laden vee den
Bondsraad, woonden de vergadering bij
waarin de voorstellen werden toegelicht
en de minister van binnealandsehe za
ken zeide eenige vriendelijkheden aan
hot adres vaa den Rjjksdag.
Hot einde was dat al de voorstellen
betrefïand e da sainisterieele verantwoor
delijkheid naar eene commissie verwe
zen werden, zcodat wij er vooreerst
wel niet al te veel vaa vernemen
zullen.
Onze Belgische buten cceupaeren zich
met da quaesue van den persoonlijken
en algemeenen dienstplicht, die de
tegenwoordige regeering voorstaat,
doch waartegen de kerkelijke en ooe-
Abomwinents-Advertentiën op zeer wordeell^fc voorwaarden,.
wijderen, vervolgde hij halfluid „Léo-
nore, weet gij de Contrescst'peetraat f
„Ja, burger Rob.spierre, die ia in
de nabjjheid der...8
„Stil 1 Ik weet wel waar sjj ia. Ik
wilde sleohta onderzoeken, of gij het
ook weet. In de Contresoarpeatraat is
een klein huis, dat slechts op de bo
venverdieping vensters heeftdaaraan
zult ge bet ongetwijfeld herkennen.
En schuin tegenover bevindt aich als
bijzondtr kentaeken een fontein, waar
op eeh plomp beeld staat. Ia dat huia
wqjbS burgeres Tbéet. Begrijpt gij,
Léonore
„Ja, burger Rubespierre. Ik heb het
gehoord Taéat. Ik zal dien naam ent
houden. Wat verlangt gij verder
„Gij most naar die vrouw gaan ea
haar vragen, wanneer ik haai onge
stoord en alleen kan spraken,"
„Ik aal terstond uw bsve! uitvoeren."
„Maar ik verlang, Léonore, dat ar
niet over deze zaak gesproken wordt.
Ik kan u toch wel veitrouwea
„Burger Robespierre," zei het meisje
half weenend, „hab ik ooit een wensoh
van u
„Het is goed, Léoaoïe. Ik weet, dat
gij mij trouw zjjt, dat ik mij op ukan
liehtstesstand der burgerlijke
ambtenaren.
Aan de Tweede Kamer der Statea-
verlaten. Ga thaaa heen en breng mij
bericht."
Even daarna was Robespierre weer
alleen en stapte peinzend in da kleiae
kamer heen ea weer. Op aaderea tgd
zou een bezoek aan madame Théot
hem dom en dwaas geschenen hebben,
maar in deze steaming seheea hem dit
minder avontuurlijk.
„Waarom niet?" vroeg hij zichzelf
af. „Waarom kan ook de verstandigste
man aiet eens eea enkele maal oazin
aanhooren Heeft Marat het ook niet
gedaan, en duizend anderen ook Kan
het kwaad eens naar de domheid te
luisteren Ka» men ook daaruit niet
leeren P"
Bovendien zweefde hem atesds het
lot vao Mesial voor oogen. Hij wilde
zsoh bevailigsu. Madame Talliea had
gelijk hij was er tos verplicht.
Hat was reeds donker, tuea Léonore
Duplay uit de Contresoarpaatraat terug
keerde. Zij bracht het antwoord, dat
eea bezoek van burger Robuspierre der
waarzegster zeet aangenaam zou zijn
en dat bij haar heden avond geheel
ongestoord kon spraken. Zij zou nie
mand buiten hem ontvangen.
„Wie zgn er in da andere kamer
servatieve groepen in de Kamers sterk
gekeerd zijn. De ministers, met uit
zondering van den minister van oorlog,
wil echter geen voorstellen doen, wan
neer men de rechterzijde niet vangen
kan, zoodat er wal eens sprake zou
kunnen wezen van een minister orisis.
De clerioaien ziju wol. verdeeld, maar
de meerderheid hunner zal toch wel
niet te overreden zijn. De debatten
over deze zaak zgn in de Kamer ia
vollen gang ©a de strijd zal au loepen
oyer sene motie van twee liberale
heeren, die dan minister van oorlog in
zijne plannen willen steunen ea waarbij
verklaard wordt dat de indiening van
een voorstal, op de begiaselea vaa
dien minister gegrond, tot een weESohe»
lijk© oplossing zou leiden.
Heel veel verwachting kunnen wij
tot dusver vaa de zaak niet hebben.
iiMiiaifeefee lerléteE
Nederland sa fenasaela,
Volgens een telegram uit Willemstad
melden de tijdingen uit Caracas, dat
de ministerraad van Donderdag verdeeld
was over de gedragslijn die ten opzichte
vaa de Nederlandsohe oorlogsschepen
moei worden gevolgdmaar dat beslo
ten werd te schieten op het eeret® schip
dat een onvriendschappelijke daad zou
De „HeeiBBkerek® verlie; gieteravond
S Willemstad om haar kruistocht langs
ds Ysna-zuslaïBsahe kust voort to zet
ten de „Friesland" ankerde in de baai
van Mas'sosibo, in het gezicht van
fort Ban Carlos, dat in 1903 door de
Disïtsefae kruisers werd besehotea. De
ligging van alle Venezuolaansche forten
werd waargenomen en door da Nedsr-
laadaehe oorlogschepen in kaart ge
bracht.
„Faris Jonraal8 bewaart te weten,
welke de gedragslijn, der regeering ten
opzichte van Castro zal zijn, dis door
den ministerraad is veatgesteld. De re
geering sou in beginsel besloten hebben
den man uit hei land te zetten, maas
alleen vanwege zijn ziekte zgn landing
dulden, indien hij persoenljjk ver
ontschuldigingen wil maken en onmid
dellijk lest geven, Fransche belangen
in Venezuela te beveiligen ea de Fran
sehen schadeloos te stellen voor geladen
verliezen.
Men iaat zich echter aan de Quai
d' Orsay volstrekt niet uit over de be
slissing der segeering, blijkbaar wegens
de onzekerheid over den vermoedelijken
loop van zaken.
Generaal is door het bestuur van den
bond ter verkrijging eener wettelijke
regeling ven den rechtstoestand der
burgerlijke ambtenaren, een adres ge
zonden naar aanleiding van ds memorie
van antwoord op het voorloopig ver
slag der staatsbegrooting (Hoofdstuk
IV) met het verzoek ©enigen aandrang
op de regeering te willen uitoefenen,
opdat aan de bewerking der definitieve
voordracht, waarvan deze memorie van
antwoord spreekt, eindelgk eens begon
nen worde.
't Ia nu welhaast zes jaar geleden
zeggen adressanten dat de hooge
wensehelijkheid van eene wettelijke
regeling van den rechtstoestand der
ambtenaren door regeering en verte
genwoordiging erkend werd. Het ba-
stuur van dea bond voornoemd, nog
steeds overtuigd, dat dieaat en ambte-
naarsbelang beide dringend behoefte
hebben aan de beoogde wettelijke voor
ziening, vleit zich met de hoop, dat Uw
Collage bij de regeering is dezen we!
op spoed zal willen aandringen.
Bszsiniglagsa ep Sa bigreetiag m
Marias.
Da heeren Eland, Jansen, Thomson
en Verhey stellen voor de verwapening
der twee schapen type „Kortenaar® na
te laten. Hierdoor zal worden bezuinigd
een bedsag van f 22,000 f276,312 =s
f 298.312.
Door den heer Hugenholta wordt
voorgesteld niet over te gaan tot dea
aanbouw van een onderzeeboot. Daar
door zou do begrooting worden ver
minderd met f 215,600 -{- f 17,360
f 232,860,
Ea ten slotte stellen de heeren Eland,
Thoaason en Verhey voor in plaats
van twee, een torpedojager te bouwen.
Aanneming van dit amendement bok
een bezuiniging geven van f 500.000.
Ia hu» toelichting schrijven de voor
stellers, dat het hun geweascht voor
komt, dat met het oog op het te kiezen
type spoedig in ladië met een derge
lijk vaartuig ervaring worde opgedaan.
Doch zij achten dan aanbouw van twee
jegsra op dit oogenblik niet noodig.
Staatstoszieht ep levensverzekering.
De „Varz. Bode® ontleent naar aan
leiding vau eigenaardige gevallen, dia
zich in den laatst sn tgd in ons land
op het gebied van verzekering hebber,
voorgedaan, het volgende aan de „Leip-
ziger Aanalen":
„Dat bij de in Nederland op het ge
bied der levensverzekering heersohende
toestanden ook daar steeds veelvuldige!
en luider om staatstoezicht geroepen
wordt, kan waarlijk niet verwonderen.
Wij gelooven daarom ook, dat de re
geering nu spoedig een eind zil maken
aan haar „overwegingen," wolk systeem
van staatstoezicht da voorkeur verdient
en van daden zal doen spreken. Dat is
bij u?" vroeg Robespierre het meisje.
Mijn vader en St. Just," antwoordde
Léonoïe.
„Zeg hui, dat zij met mjj mee
gaan maar vertel niet, wie mijn be
zoek geldt. Begrepen, Léonore
„Ja, burger Robespierre."
„Goed, bestel dan een rijtuig ea laat
dit aan het achterhuis wachten.®
Het huia van burgeres Catherine
Théot was voor haar beroep als ge
schapen. Da benedenverdieping was bij
dag en nacht donker en niemand zou
het wagen daar zonder geleide binnen
te treden. Ebk der achterste, hoekigs
vertrekken was de gewone verblijf
plaats dar waarzegster. Had zij voor-
name bezoekers, dan veeree aS die
naar de ruimers, beter ingerichte bo
venverdieping. Gevoelde een bezoeker
zich in hef benedenhuis, onder al de
doode dieren en doodshoofden, niet
saer op zijn gemak, op de bovenver
dieping werd zgn verbeelding door
merkwaardig verdeelde spiegels ea
Spaansche kleeden verontrust.
(Wordt vervolgd.)