De Gouvernante.
VOORWENDSELS.
No» 217.
463 Jaargang.
1908.
WALGDEREI.
Maandag
14 September.
Bij! deze Courant behoort een Isijvoe-
Genteente bestuur.
ttmetrt tj
FEUILLETON.
Ifetapte Courant
wt feil Zondagsblad,
p«ïs JMcNul n
JEMtste gMtzivg.
ederchocolade
AALDERS
1.50
0.80
0.4272
0.18
DE YELDE Jr.
1AMDIENST
3TEH~8£HELöE
D
DAALDERS
alia soorten DF.UE-
Aanbeveltnd,
igen-Middelburg v.v
en4.40t ö-SOf 7.55'
Of 12.30' 1.15§ 2.—»
5.—* 5.50§ 6.55'
10.25.§
van de Kemise.
van de Zeilmarkt.
van het Badhuis,
irg 5.15f 6.25f 8.4.0*
.308 1.15* 2.—2.45'
5.50* 6.55| 7.50*
5* ll.lO.f
verder dan tot de Be
de Zeilmarkt.
het Badhuis.
•einen vertrekken
er van Bet Bad-
Station) 6.22, 9.20,12.16,
11.15 Het vertrek van de
al Krugerstraat en het
5,10 en 13 minuten later.
:6.25, 9.23,12.18,2.58,
8.
re naar Domburg 6.45,
6.8.40 en 11.40,
'naar Vlisaingen en Mid-
,40, 10.40, 1.35, 4.15,
ke (naar Vliaeingen en
8.30, 11.39, 2.34,6.04,
EAYEHDIENST.
n: vm. 6,-—, 6.20, 6.46
J.30, 10.—, 10.30,10.40,
12.—, 12.30, 2.-, 1.30*
5, 3.55, 4.30, 4.50, 5.20
35, 8.20.
mslnia: vm.. 6,10, 6.80,
9.15, 9.50, 10.10, 10.30,
,50. Ha. 12.10, 12.46,
1.10*, §.40, 4.10, 4,40
S, 7.95, 7.26, 8.—, S.Sf'
n vallen des Zondags uit.
190®.
s.
b) nm. 3,23 o) en 6,15 d)
a) nm. 3,50 e) en 6,45
1,55 a) en 4,45
3,23 en 6.15 d) b).
tuten na bet vertrek van
kerke n. Neuzen vm. 8,30
kens, Borssele en Neuzen
Breskens, Borsselen en
de bost van 10.25 uit
d a g e o van 16 April
2.22
12.40
6.61
7.68
6.33
6.56
6.36
6.30
7.27
7.56
3.29
9.14
128
9.55
10.8
10.28
10.36
f 6.9
6.51
8.21
-
8.18
7.25
8.48
t 9.51
10.1
f10.51
11.3
t 6.33
7.33
fl0.ll
D
fll.16
4ul 1-0ïitschUal, riohtin
o'seadaal-Laga Zwaluwe.
2.6
1.29
3.5
3.38
3.54
4.03
6.17
6.3
7.16
7.47
8.1
8.16
VMSSIMSCI1E ('•UKANT.
Prijs per drie maande» ƒ130. Franco per post ƒ150»
Afzonderlijke nummers 5 cent M ;n abonneert zich bij alle Btek»
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. TAN DE TELDE Jr., Kleine Maikt.
ADVERTENTIËNvan 1—4 rebels ƒ0.40. Voor efc ;0 regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaa' plaatsing Va-zelfde
idvertentie wordt de prijs slechts tweemaal bereke't.1. Gw letters
n cliché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telephooimuimmer 10.
Abonnt ments-AdvertentiCn op zeer voordeel fc f voorwaarden.
LAGER ONDERWIJS.
Verordening regelende de jaarwedden enz.
van het onderwijzend per. oneel aan
de Openbare Lagere Scholen.
Burgemeester en Wethouders van Tlis-
«ingendoen te wetendat door den
raad dier gemeente, bij besluit dd. 27
Mei 1908, no. 8, aangevuld bij de raads
besluiten d.d. 24 Juri 1908, no. 9 en 14
Augustus 1908, no. 5, is vastgesteld de
navolgende
Terordening regelende de Jaar
wedden en verdere Inkomsten van het
onderwijzendPersoneel aan de Openbare
Lagere Scholen.
Artikel 1. De jaarwedde van de hoofden
van scholen bedraagt ten minste f 1300.
Voor hoofden van scholen met uitgebreid
leerplan bedraagt de jaarwedde f 100 meer
voor elke verplichte lagere akte voor de
Fransohe, Duitsche en Engelsche taal of
voor de wiskunde. Wegens diensttijd als
hoofd der school, hetzij binnen of buiten
de gemeente bij het openbaar of bijzonder
onderwijs doorgebracht, kunnen ae aan-
vangsjaarwedden worden verhoogd en wel
na 5-, 10-, 15- en 20-jarigen dienst, tel
kens met f 100.
Art. 2. De hoofden van scholen hebben
bovendien genot van vrije woning of ver
goeding daarvoor. Deze vergoeding be
draagt f 350.
Art. 3. De jaarwedde van de onderwijzers
die het hoofd der school bijstaan, oedraagt
ten minste f 550. Een diensttijd als onder
wijzer of als hoofd eener school, hetzij
binnen of buiten de gemeente bij het open-
basr of bijzonder onderwijs doorgebracht,
geeft aanspraak op verhooging der jaar
wedde tot
f 600,bij minstens 2-jarigen dienst
650.4
700.- 6
,750.-,, 8
800.11
850.— 14
900— 17
950— 20
Diensten bewezen volgens art. 33 der
I wet op het lager onderwijs en volgens het
laatste lid van art. 22 der wet van 13
I Augustus 1857, „Stbl." no. 103, komen
mede in aanmerking voor de berekening
van den diensttijd.
De onderwijzer, die ter voldoening aan
i de bepaling van art, 24 der wet op het
lager onderwijs of krachtens het vereischte
gesteld bij de oproeping, in het bezit
moeten zijn van de akte van bekwaam
heid als hoofdonderwijzer, genieten hier-
voor eene verhooging hunner jaarwedde
van f 200de overige onderwijzers die in
het bezit zijn der hoofdakte genieten
j daarvoor f150 per jaar. Bovendien wordt
voor het geven van onderwijs in Fransch,
Duitsch, Engelach, Wiskunde of fraaie
handwerken aan hen die in het bezit zijn
der daarvoor bestaande lagere akte f 100
per jaar toegekend. De jaarwedden in dit
Naar het Daitsoh.
f Rijden allee®
aea Zondags va®
7 Jaoi fcofc
Septaaberett o0®
15 Aagoatas»
7.)
Ziet u, dames P riep Edgar, op
Otto's roode wangen wijzende. Dat zijn
ds eerste jonge rozen, die in Denemar
ken voor eignora Carmela bloeien
Nu, hoor dan eens, zei Otto,
eerst verworg je mij bijna onder de
krant en nu spot je nog met mjjn
uitzicht.
Ken je die zangeres dan, Otto
'roeg Laura.
Of ik Carmela ken 1 ia bella, la
divina of ik haar ken
Ken- je haar persoonlijk P vroeg
Fanny koel.
Ik heb haar vóór mijn verloving
gekend, antwoordde de jonge man.
Twes jaar geleden, toen ik te Milaan
'«toefde, was zij prima donna aan de
'a. De Italianen waren buiten zioh-
artikel geregeld, bedragen in geen geval
meer dan f1300. J
Art. 4. De mannelijke onderwijzers van
bijstand, die den leeftijd van aeht-en-
twintig jaren hebben bereikt, genieten in
dien zij gehuwd zijn of weduwnaar met
éen of meer kinderen, eene tegemoetkoning
in de huishuur boven hunne jaarwedde
ten bedrage van honderd gulden. Hieronder
is ook begrepen de gymnastiek-onderwiizer.
Art. 5. Aan alle scholen wordt jaarlijks
door Burg. en Weth. het hoofd der be
trokken school en na ingewonnen advies
van de commissie van toezicht op het lager
onderwijs, een der onderwijzers of onder
wijzeressen in het bezit der hoofdakte,
aangewezen om het hoofd der school zoo
noodig te vervangen buiten de gevallen
ledoeïd in art. 33 der wet op het lager
onderwijs. De jaarlijksche toelage hiervoor
bedraagt f50 en is onafhankelijk van het
maximum in art. 3 genoemd.
Art. 6. De verhoogingen der jaarwedden
volgens de artt. 1 en 3 geschieden door
Burg. en Weth., voor zoover de onder
wijzers betreft na ingewonnen advies van
het hoofd der school. Dit college iB be
voegd, mits met inachtneming van
de minima der jaarwedden in de wet
op het lager onderwijs bepaald, eene
verhooging niet toe te kennen, hetzij
ambtshalve na ingewonnen advies der
commissie van toezicht op het lager onder
wijs, hetzij op voorstel der commissie. In
beide gevallen hoort deze, waar het een
onderwijzer van bijstand betreft, het hoofd
der betrokken school. Behoudens het be
paalde bij het tweede lid van dit artikel
gaat elke verhooging van jaaiwedde in
met den eersten dag der maand volgende
op die waarin daarop aanspraak ia ver
kregen.
Art. 7. De jaarwedde van de onderwij
zers die uitsluitend belast zijn met het
geven van teeken-ofgymnastiek-onderwijs
aan alle openbare lagere scholen bedraagt
f S00. Deze jaarwedden kunnen na 2jarigen
diensttijd telkens met f 50 worden ver
hoogd tot een maximum van f1000.
Art. 8. Toor zoover het onderwijs in
de nuttige handwerken niet aan de ge
wone onderwijzeressen is opgedragen, ge
nieten de onderwijzeressen, die uitsluitend
met dit onderwijs zijn belast, eene jaar
wedde van f 50 voor minste ns 2 lesuren
per week. Toor elk wekelijksoh lesuur
daarenboven zal f25 'sjaars bovendien
worden vergoed. Indien het onderwijs in
de nuttige handwerken wordt opgediagen-
aan de onderwijzeressen, aan ae scholen
verbonden buiten de gewone schooluren,
zullen zij hiervoor eene jaarlijksche toe
lage genieten van f25 per wekelijksch
lesuur.
Art. 9. De onderwijzer die belast is
met de leiding van hetherhalingsonderwijs
geniet oene vaste belooning van f25 per
cursus en bovendien fl.25 voor elk door
hem gegeven lesuur. De belooning van de
overige onderwijzers bedraagt f0.75 voor
elk door hen gegeven lesuur.
Art. 10. Onder de benaming onderwij
zers worden in deze verordening de onder
wijzeressen begrepen.
Art. 11. Deze verordening wordt geacht
in werking te zijn getreden op den len
Januari 1908. De jaarwedden en de ver-
zeiven van verrukking over Carmela,
Op een avond, nadat zij in de „Lucia*
was opgetreden, wilden zij de paarden
van haar rijtuig uitspannen.
Ze is niet jong meer, je Italiaan-
sohe sirene, wel P vroeg de jonge
barones bits.
Carmela niet jongP vroeg Otto
lachend. Ze is éen of twee jaar jonger
dan jjj. En een sirene zou men haar
terecht kunnen noemen. Wanneer zij
in haar woning haar weeke gevoelvolle
stem liet weerklinken en men in haar
mooie oogen zag, liep men gevaar zijn
verstand er bij te verliezen»
Ja, dat sohijnt zoo 1 zeide Fanny
met een bedachtzaam lachje, het oog
riohtende op haar verloofde, die bjj de
herinnering aan Carmela geheel in
vervoering scheen te geraken. Heeft zij
donkere oogen P
Denk je, dat ik dat nog weet P
vroeg hij. Carmela heeft in ieder geval
niet znlke blauwe vergeet-mij-niet-oogen
als veie Deensohe dames.
Mijn oogen zijn grijs, maar ik
zie er goed mee, O.to, antwoordde
Fanny sohertsend.
Vroeger heb ik wel met Carmela
gedweept, maar dat is al lang voorbgr
dere inkomsten van de hoofden van scho
len en de ondei-wijzers van bijstand wor
den met ingang van genoemden datum
opnieuw geregeld in overeenstemming met
de bepalingen dezer verordening.
Art. 12. Bij het in werking treden
dezer verordening vervalt de verordening
vastgesteld op 20 December i'901, gewij
zigd den 15 Januari 1902, 22 Juni 1904,
30 Augustus 1904 en 19 October 1906.
O VERG ANGSBEPALING.
Art. 13. De jaarwedde van het hoofd
van school E, W. J. Frijling, blijft be
paald op f2200, zoolang hij zijn tegen
woordige betrekking blijft bskleeden. De
jaarwedde van den gymnastiek-onderwijzer
P. B. Oost Lievense blijft bepaald op
f 1200, zoolang hij zijne tegenwoordige
betrekking blijft bekleeden. De jaarwedde
van de onderwijzeres, mej. A. J. Kraflt,
wordt bepaald op f 1375, zoolang zij hare
tegenwoordige betrekking blijft bekleeden.
De jaarwedde van de navolgende onder-
wijzessen in de nuttige handwerken blijft
bepaald op het achter hunne namen ver
melde bedrag, zoolang zij hunne tegen
woordige betrekking blijven bekleeden, de
dames A. W. J. Snijders f 250A. Bou-
cherie f100; J. Vreijke f 100 A. Harte
Wed. Sitsen f 100 0. A. de Graag f75
C. 0. E. van Ockenburg f 250 M. 0.
Balk flCO; M. J. Dobbelaere f 100 J.
O. Terwoert f 100S. A. R. Dobbelaere
f 100 J, J. Andriessen f 150.
Aldus vastgesteld door den raad der
gemeente Vlisaingen in zijne vergadering
van den 27 Mei 1908, zooals sedert ge
wijzigd.
De Voorzitter,
(w.g.) VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
(w.g.) WITTEVEEN.
Goedgekeurd door Gedeputeerde Staten
van Zeeland, bij besluit dd. 28 Augustus
1908, no. 53, le afdeeling.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
Er is tegenwoordig heel wat te doen
over die handeling, welke men met een
vreemd woord „simulatie" noemt. Nieu
we njRBtacbappelijks instellingen an
nieuwere denkbeelden, zjjn oorzaak dat
dit vreemde woord bij ons een zeker
burgerrecht heeft verkregen.
Trouwens, niet alleen bij ons. Onder
anderen weten ook onze Duiteehe na
buren daarvan mee te praten. Het
stelsel der Duitsche invaliditeitsverze
kering, in 1892 aangevangen, heeft tot
zeer bedenkelijke uitkomsten geleid.
Do gestadige toeneming van het aantal
invaliditeitsrenten is in Duitschlaid
ziet verontrustend. Ia 1892 bïdrosg het
bijna 18000, in 1906 bijna 111,000.
verzekerde de legatieraad met de hand
op het hart.
- Ja, dat weet ik, zeide Laura.
Otto vat licht vunr, maar het ia stroo-
vaar, het dooft snel weer uit. Heb jij
die Italiaansohe zangeree al eens ge
hoord, Edgar P
De aangesprokene stond in diepe
gedachten en keek bij deze vraag ver
schrikt op.
Hg zeker niet, antwoordde Otto.
Dan zou bg mg er in ieder geval wel
over gesproken hebben.
Edgar zweeg een oogenbtik.
Ik heb haar ta Parijs eenige ma
len hooren zingen, zeide hg plotseling.
Zg heeft een wonderschoone stem, zie
daar alles wat ik van haar weet te
zeggen.
III.
De heer Bergenau, die anderhalf
jaar geleden was gestorven, stond be
kend als een der rgkste kooplieden van
Kopenhagen. Hg saheen in de wereld
gekomen te zgn met een magneet in
de hand, die de rgkdommen van alle
kanten aantrokeen zgner vrienden
beweerde op zekeren dag, dat Bergenau
gerust dea avonds duizend thalers in
Wel was dit ten deele een gevolg van
een wstswgziging in 1906, maar de
hoofdoorzaak wordt gezocht in simulatie
en in zenuwlgden ten gevolge van het
jagen naar een rente. En dit geval is
zóó ernstig, dat onze regeering die,
zooals bekend, sinds lang voornemens
was de regeling eener ouderdoms- en
invaliditeitsverzekering te beproeven,
heeft gemeend zich voorloopig tot de
eerste ta moeten bepa'en, waarbg si
mulatie natuurlgk niet te vreezen is. Dat
iemand zekeren ouderdom heeft bereikt
staat wiskunstig vastmaar invaliditeit
kan men voorwenden.
En de klachten over de werking
onzer ongevallenverzekering beginnen
ook al tamelijk algemeen bekend te
worden. Voorheen daoht men er zelden
aan, de eene of andere ziekte voor té
wenden, omdat men er geen belang bg
bad. Maar thans komt hef belang wèl
in het spel. Natuurlgk is demodzake-
lgkheid om in zgn onderhoud te voor
zien, de voornaamste prikkel tot den
arbeid en indien iemand een ongeval
heeft, tengevolge waarvan bg een uit
keering krijgt, en die uitkeering ver
schilt niet al te veel met het gewone
loon, dan is dat een zeer sterke ver
leiding om den ziektetoestand langer te
rekken dan bepaald noodig is. Men
klaagt heviger dan noodzakeljjk is
ruen overdrijft, men zoekt voorwendsels
om vooreerst nog niet aan bet werk te
moeten gaan,
Wg kunnen ons zooiets best voor
stellen maar goedkeuren mag men het
natuurlgk niet. En het moge ons ook
prikkelen tot groote omzichtigheid. Nu
doet het verscbgnsel zich nog maar
voor op zeer beperkt gebied maar
wanneer de ziekteverzekering is inge
voerd zal men eens wat anders zien I
Een even bedenkelgk verscbgnsel is
de pogiag van den misdadiger om
krankzinnigheid, althans een ziekeigke
verstoring van zekere vermogens voor
te wendeneen vraagstuk dat ook al
onze aandacht verdient. Voorheen kwam
iets dergelijks hoogst zelden voormaar
tegenwoordig zgn de krankzinnigen
gestichten geen aisohrikwekkende plaat
sen meer. Op zioh zelf is dit natuurlgk
een zeer groot geluk, maar er staat een
nadeel tegenover. En behalve dat een
misdadiger liever in een krankzinnigen
gesticht dan in een gevangenis is, maakt
by cok gretig gebruik van den tegen-
de goot kon werpen, den volgenden
morgen zou hg er dan tweeduizend
naast vinden. Bergenau laohte zeer
vergenoegd om dit gezegde, dooh nam
er niet de proef mee.
Naar éen kant eohter had de ge
lukkige koopman sommen golds uit
geleend, die niet verdubbeld terug
kwamen, in tegendeel, zg bleven ge
heel nit.
Baron Lindenskjold zat bg den con
sul Bergenau diep in de sohuld en zgn
finanoieele operation stonden lgnrecht
tegenover die van den consul. Deze
verdiende namelgk geld en da baron
verbruikte hetwanneer de adellgke
heer geen geld meer had, leende hg
maar weer van zgn vriend Bergenau.
Hij meende het zoo kwaad niet.
Vriendelgk en net was hg altgd en hg
onderteekende met zgn adellijken naam
trouw elke nieuwe schuldbekentenis
met het eerlgke voornemen om op tgd
terug te betalen, Aanvankelgk ging
alles voortreffelgk. Bergenau verheugde
er zioh over, den aanzienlgken en ele-
ganten aristocraat met de vele orde-
teekenen aan zgn tafel te zien. Dik.
wgls kwam hg juist van de koninklgke
tafel en braoht dan aan den kleine
woordigen strijd over bet groote vraag
stuk der ontoerekenbaarheid. Het ie
hier de plaats niet om te wgzen op al
het ove'drevene, dat bg de oplossing
van dit vraagstuk een rol speelt, vast
staat het, dat een misdadiger zioh maar
eventjes vreemd behoeft voor te doen,
om terstond te kunnen rekenen op een
onderzoek naar zgn geestvermogens,
waaromtrent alle mogelgke bijzonder
heden openbaar worden gemaakt, waar
van andere misdadigers zioh ongetwijfeld
behoorlgk zullen weten te bedienen.
Op geen enkel gebied wellioht vinden
de zwakheden der mensohen meer
voedsel dan hier. Vroeger hoorde men
wel eens, dat een aanstaand recruut
probeerde om van den dienst vrg te
komen, door de eene of andere ziekte
voor te wenden; maar daarbij bleef het
dan ook en men zorgde er wel terdege
voor, dat die kunststukken niet alge
meen bekend werden. Thans is bet zoa
geheel anders geworden 1
Daarom moet dit verschijnsel ernstig
onder de aandacht worden gebraoht. Het
zoeken van voorwendsels, om ergens af
te komen, is zóó eoht msnschelgk, dat
de opvoeler vooral er wel rekening mee
mag honden. In onze jeugd kenden wjj
de schoolziekte, en dezs is nog lang
niet uitgeroeid. Wanneer we eens geeu
lust hadden om ter sohole te gaan, dan
was een kleine ongesteldheid heel spoe
dig gevonden en kregen we alras onzen
zin. Dat was vrg oneehuldigmaar
tooh was bet misschien eene aanmoe
diging om in lateren tgd iets dergelgks
op ander gebied te beproeven en toen
werd bet minder onschuldig want toen
ontbrak hst ons niet meer aan het
oorde,el des or.derscheide en konden we
waarheid van leugen onderscheiden.
Welnu, met ons voorwendeel, verkozen
we dan tooh den leugen boven de
waarheid.
En nu kunnen we ons heel goed
voordellen, dat iemand die kwaad ge
daan heeft, liever dan in de gevangenis
terecht komt in dat zachtere verblgf,
dat men krankzinnigengesticht noemt
maar in het gewone, alledaagsohe leven
moet het dan tooh anders zgn. Niet de
leugen, maar de waarheid behoort onze
schreden te richten en voorwend
sels zgn leugens.
Wg kunnen ons ook zeer goed voor
stellen, dat iemand die een uitkeering
krijgt tengevolge van een ongeval, die
Laura suikerwerk, dat wellioht door da
prinsessen was aangeraakt geworden.
De schuld werd steeds grooter en
op zekeren dag, toen baron Lindensk
jold weer geld noodig had, verklaarde
Bergenau, dat hg met genoegen zjjn
geaobten vriend ten dienste stond, meer
dat het nu de laatste maal moest zgn.
Hg, Bergenau, was vader, had twee
volwassen kinderen, waarvoor hg zor
gen moest en zoo voort.
Ja zeker 1 twee kinderen, twee
lieve kinderen, waarvoor wij iets moe
ten doen, dat ben ik geheel met
eens, zeide de baron op vriendeiyken
gemeenzamen toon. Voor den zoon zal
ik wel zorgen, daar kun je op rekenen.
Hg wendde al zgn Invloed aan en
kort daarna kreeg Otto een aanstelling
bg het ministerie van buitenlandsohe
sake®. De gelukkige consul zag zgn
zoon in zgn verbeelding reeds als mi-
nisier. In zgn groote vreugde bood hy
Lindenskjold groote geldsommen aan,
die deze aanvankelgk afwees. Eindelgk
nam hg ze, dooh onder uitdrukkelgke
voorwaarde, dat hg ze als leening mooht
beschouwen.
(Wordt vervolgd.)