1 laii pÉÉL
1908.
Donderdag
6 Augustus.
No. 184.
463 Jaargang.
Van week tel week,
FEUILLETON.
ie lerifita-
VLmilt^lE (MAANT.
Prijs per drie maandea J,30. Franco per post ƒ1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent H ,n abonneert i'.ich bij alle Boeit,
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DB VELDE Jr., Kleine Maikt.
3R
ADVERTENTIËN: van 1—4 regeïs ƒ0.40. Voor ebm regel
ineer 10 eent. - Bij directe opgaaf v:tn driemaa' j ilaatsicg Herzelfde
i ei ver ten tie wordt de prijs slechts tweei naai bereken.!. Givxée letters
e cliché's naar plaatsruimte.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
TelGphoonnuinmer 10.
Abonnt ments-Advertentiën op zeer wordeelije woorwanrden.
2oo «aar dan weer nieuwe haken
ea oogen Êussohen de beide deelen der
Briiscbe wetgevende vergadering, en dat
sel door aen incident, waaruit met
toBjeiijk veel grond mag worden afge
leid, dat men twist zoekt. De wet op
de Staatsoensionneering van oude lil
den, 'ise er dacht men, in 't ffooger-
hnis wel doorgaan. Immers, die wet
ffse in aerate lezing goedgekeurd maar
bb kwam het Huis tot het besluit om
et een soort van proefwet van te ma
ken, elechts werkende tot 1915, waarna
geene nieuwe pensioenen meer zullen
worden uitgekeerd, tenzij eene nieuwe
wet het bestaande beveBtige. Natuurlijk
ie dat onzin en doet men veel veretan»
diger, er dan maar niet aan te beginnen.
Twijfelachtig is bet, of de lords de
bevoegdheid hebben om een dergeljjk
entendement in behandeling te nemen.
Volgens de Engeisehe constitutie hangt
dat af van de vraag, of hier al of niet
sprake is van een wetsontwerp van
finanoieuleu aard. Is dit zoo, dan komt
aan het Hoogerhuis het recht van
amendement nicf toe. Intueschen doet
het niet veel tot de zaak, omdat na.
tuurlijk het Lagerhuis het amende
ment zal verwerpen. Daarmede is dan
tevens het lot van het ontwerp beslist
01 Ï0 men van de pensioenverzekering
even ver verwijderd sis te voren.
Heogsiveraoedelijk zal het Huis dor
Lords er weer een stuk van zijn pres
tige mee inboetenal is het niet te
ontkennen dat de tegenspoed der libe-
in hat altijd twijfelachtige district
Haggerston, den conservatieven weer een
riem onder het hart gestoken heeft.
't Is maar eene vreedzame revolutie,
tot dusver, in Turkije, maar zij heeft
dit met alle andere gemeen, dat zij
wel afbreekt en weinig opbouwt en
dat zij tot buitensporigheden aanleiding
geeft. De aan invloed winnende libe
ralen, doen precies wat in ons goeie
dje de patriotten en de prinsgezinden
n. Zoodra een van beide partgen
aan het roer kwam, werden allen die
er niet toe behoorden aan den dijk ge
tot, ea hier ie het de Sultan, die aldus
toegevende aan d@ openbare
meening, die zich momenteel van haar
kraoht bewast is.
Ia Ssloniki verbroederen zich Turken
Bulgaren, doch roepen daarbij„weg
Mt den Sultan.* Zulke buitensporig-
M.)
waa iemand gekomen en weer
'SBgegasn dagelijks kwamen en gin-
8 ji et in de paBseerende treinen zoo-
- m8nsohen, naar wie niemand vroeg 1
5 de eerste dagen na Werner's vei-
®|aen was het weder zeer stormach-
8 sa onvriendelijk geworden, zooals
B ®e®oonIgk eerst in den naherfst
m en struik verloren reeds
uit men B®8 w'nd de boomen
Mui ,at zweepte, werd nu de villa
«s u,t d0 ?eït0 ziohtba8ri
haanv T9 jD' ^0 bet nazien van zijn
da oic-j 6 Pieb voorbij moest, wend
den e°huw het hoofd af en keek
liik Sren ^an' li'1 Hjj had name-
®aal dat de kraaien menig-
tul* .°oomel> van den verwilder-
heden schijnen in dergeljjke gevallen
wel onvermijdelijk.
Maar ook de Sultan en zijn nieuwe
raadslieden zijn het hoofd een beetje
kwijt. De aigemeene amnestie heeft in
Constantinopel alleen plotseling duizend
boeven op straat gebracht, die onmid-
de'lijk aan 't demonstreeren zijD gegaan
en van de drukte en de verwarring
ijverig misbruik maken.
Laat ons hopen dat binnenkort uit
dezen chaos iets goeds te voorschijn
trede. Gelukkig bevat het manifest des
Sultans heel wat fraaie beloften en als
de man der teloften ook maar de helft
geeft, dan zal het jonge Turkjje al heel
tevreden mogen zijn.
Het is iu lang niet gebeurd, dat
Nederland gewikkeld was in ernstige in
ternationale verwikkelingen. Thans ech-
ter hebben wij onze quaestie en staan,
voor de tweede maal, met de regeering
van Venezuela, of, zoo men wil, met den
dictator Castro, op zeer gespannen voet.
Ta La Guaira, aan de kust van Vene
zuela, heerschte pest, en naar aanleiding
daarvan hebben de autoriteiten op Cu-
ragao, voor schepen en personen, ko
mende van die plaats, een lichte qua
rantaine voorgeschreven, hetgeen presi
dent Castro zeer kwalijk moet genomen
hebben, getuige de vele willekeurige
handelingen, door hem daarna bij wijze
van weerwraak gepleegd, zooalshet
verbieden van de oversoheping op Cu
rasao, van goederen uit het buitenland
en bestemd voor havens in het westen
van Venezuela, voorgevende dat de
autoriteiten op de Antillen (onze Cu-
ragiosohe bezittingen in West-Indië)
een van een niet besmette haven komend
schip toegang hadden geweigerd
verder het sohorsen van het verkeer
tussohen Venezoiaansehe havens en onze
Antillen voor de Curspiosohe schoeners,
varence onder NederlaDdectae vlag
het aanhouden, opbrengen en onder
zoaken van vaartuigen en het gevaDgen
houden der bemanning, enz.
Al die handelingen hebben onze ko
lonie Curagao tot onberekenbaar nadeel
verstrekt, daar de geheele handel tus-
schen Venezuela en andere landen over
onze Antillen gaat, omdat het vaar
water tussohen beide landen voor groo-
tere schepen ongeschikt is. Venezuela
kan ons niet missen, maar omgekeerd
moet onze kolonie in hoofdzaak van
Venezuela bestaan. Er is dus een on
houdbare toestand geboren, waaraan op
welke wijze dan ook, een einde moet
zaten en sohraeuwejd met de
kiepten.
Het zou dwaas geweest zijn, te ge-
looven, dat die leelijke zwarte vogels
eenig bepaald voorwerp in het oog
hielden, want zij vlogen slechts van
den eenen boom naar den anderen,
doch streken nooit op den grond na
der, en dat zij, alleen op den reuk af
gaande, hier eenig voedsel verborgen
dachten, was niet aannemelijk.
De aanwezigheid van die vogels was
echter toch pijnlijk en Erdmann zou ze
liefst uit de boomen neergeschoten
hebben, als hij slechts een geweer be
zeten had. Doch hij bezat niets anders
dan een bijl, een sehoffal en een spade
en deze gereedschappen raakte hij in
deze laatste dagen volstrekt niet meer
aan.
Eens zou hij de gelegenheid hebben
zich op de zwarte vogels te wreken.
Hg liep den spoorweg langs en klopte
tegen de rails, toen de veldwachter hem
aanriep.
De oude sufferige politieman woonde
een paar uur verder en kwam slechts zel
den hier op de eenzame heide. Boven
dien had hg gedurende de laatste we
ken thuis moeten blijven wegens zijn
rheumatische pijnen heden deed hij
voor het eerst weer een grootere ronde.
komen. Naar het schijnt, zal lang dralen
voor de bevolking noodlottig wezen.
Uit de kolonie heeft dan ook reeds een
noodkreet onze Koningin bereikt en wij
vreezen dat het uitzenden van oorloge
schepen op zich zelf weinig of niets
zal baten.
Door het geven van zijn paspoort aan
onzen gezant, die zich wellicht te on
voorzichtig over den heer Castro heeft
uitgelaten, doch wiens onvoorzichtigheid
in het gebeurde waarlijk wel een reden
van verschooning vindt, en verder door
het ontnemen hunner bevoegdheid aan
de Nederlanders die Venezuela in den
vreemde vertegenwoordigden, heeft-pre-
sident Castro, die helaas in al te let
terlijken zin voor alleenbeerseher speelt,
een toestand in het leven geroepen, zóó
gespannen, dat wij dien, met de baste
en meest vredelievende bedoelingen, niet
kunnen en mogen laten voortbestaan.
Gelukkig hebben wij zoo goed ale de
geheele wereld op onze hand en zou
niemand het ons euvel duiden, indien
wij ons genoodzaakt zagen, maatregelen
van geweld te nemea tegen eene re
geering, die niets ontziet en ons op
ongelooflijke wijze sart.
Zeer sou het te betreuren wezen,
indien het Venezolaansehe volk, dat het
ongeluk heeft onder een despotisch
bestuur te zuchten en aan het gebeurde
weinig of geen schuld heeft, door de
rampen van een oorlog mocht worden
getroffen. En niet minde" zou het te
betreuren wezen wanneer het volk,
binnen welks landpalen het paleis des
vredes verrijzen zal, zich gedwongen
mocht zien tot het voeren van een
buitenlandschen oorlog. De wijsheid der
regeering zal uiterste stappen wel zoo
lang mogelijk vermijden. Wij mogen
ons intueschen niet te zeer met een
goeden afloop vleien; de zaak is inder
daad zeer ernstig en hoewel wij gehoopt
hadden, in ons wekelijkseh buitenlandsch
overzicht, nu reeds zoovele jaren ge
schreven, den naam van ons eigen
vaderland iu dezen zin nooit te moeten
noemen, vreezen wij dat het ditmaal
anders zal zijn.
Wij achtten ons daarom verplioht,
bij deze onverkwikkelijke zaak stil te
staan, doch eindigen evenwel ons opstel
met den weasoh, det de dreigende on
weerswolken, die zich aan den politieken
geziohtseinder samentrekken, alsnog in
tijds zullen verdwijnen.
Hoe sterker en flinker wij ene too-
nen, hoe meer die hoop kans heeft om
in vervulling te gaan.
Hij wist niet eens, dat de villa ge
durende eene week bewoond was ge
weest, dooh terwijl hij daar op den
spoorweg stond met het geweer op den
rug en zijn trouwe hond naast zich,
begon hij het gesprek juist over dat
gene, waarover Erdmann liefst wiide
zwijgen.
„Het lijkt wel of de kraaien daar
bij de viila vergadering houden," schert
ste hij. En ze hebben niet eens ver
gunning gevraagd bij de politie. Zeg,
Erdmann, heb je daar misschien aas
voor die beesten neergelegd
„Daar denk ik niet aan", antwoordde
de baanwaehter en klopte voort.
„Ze zitten alle bij elkaar®, vervolg
de de veldwachter. „Als ik er onder
schoot, zouden zeker eenige het met
den dood bekoopen.®
„Daarvoor is het dienstgeweer niet
bestemd," bromde Erdmann.
De veldwachter liet den riem van
zijn geweer weder los. „Dat ie zoo,
het is meer gekheid van me. Dooh zeg
eene, oude, zie je het licht nog altijd P®
„In den laatsten tijd heb ik er niet
op gelet."
„Ik ook nietde rheumatiek heeft
me weer te pakken gehad een paar
Nedsrland—Venezuela.
In de „Staatect." van gisteravond
wordt het volgende medegedeeld
Blijkens ontvangen ambtsberichten
is Hr. Ms. „Gelderland® 31 Juli j.l.
naar La Guayra vertrokken, met brie
ven van den gouverneur van Cuisgao
bestemd voor den Duitsohen gezant te
Caracas belast met de waarneming der
Nederlandsohe belangen.
Het aan wal gaan van een zeeofficier
werd door de haven-autoriteiten aldaar
niet toegestaan. Hr. Ms. „Gelderland*
is daarop onmiddellijk vertrokken.
Hen Middenstands-Staats enqnite.
Aan de „Tel." wordt uit 's Graven-
hage gemeld
Eerlang kan de instelling tegemoet
gezien worden van een staatsenquête
naar de verhoudingen in den handel-
d-g venden en industrieelen middenstand
waarvoor een staatscommissie benoemd
zal worden, bestaande uit leden der
thans bestaande Staatscommissie voor
den Handeldrg venden en Iadustrieelen
Middenstand, o.a. de heer M. H. G. Th.
Fiedeldy Dop uit Amsterdam,
Deze commissie zal een enquête over
het geheele land instellen, dat daartoe
in drie deelen zal verdeeld worden.
De commissie zal bestaan uit 3 sub
commissies elk van 3 personen, waar
van een als voorzitter optreedt. De
sub-commissies zullen in overleg en in
samenwerking met het bureel der be
staande Staatscommissie werkzaam zijn,
terwijl de geheele enquête en de drie
sub-commissies zullen geleid worden
door het Tweede Kamerlid dr. D. Bos.
Het blad kan hier nog aan toevoegen,
dat de commissie voor het zuidelijk
deel van ons land zal gepresideerd
worden door dr. J. Nouwens, die voor
het westeljjk district door het Kamer
lid mr. A. J. M. baron van Wijnber
gen, die voor het noordelijk district
door dr. D. Bos, lid van de Tweede
Kamer.
Wettelijk risico voer gemeenten.
Het bestuur der Onderlinge Risioo-
Vereeniging van Nederlandsohe ge
meenten heeft besloten bg de leden
van die vereenigiDg een onderzoek in
te stellen betreffende het wettelijk risico,
ten einde te kunnen overwegen of het
wenschelgk is om het initiatief te ne
men tot het oprichten eener Onder
linge Verzekeringsbank voor Wettelijk
Risico, opdat ook deze verzekering door
de gemeenten langs onderlingen weg
worde tot stand gebraeht.
Wettelijke ouderdomsverzorging.
Op Zaterdag 19 September komt in
Maison Stroucken te Amsterdam het
Congres voor Wettelijke Ouderdoms-
weken. Maar met dat licht is hef toch
niet in den haak.®
„Dat kan wel zijn.®
„Ik geloof dat het bij dag ook brandt,
maar dan ziet men het niet. Mijn hond
wou zooeven weggeloopen, hij had den
staart al tussohen de pooien,®
Erdmann nam zijn hamer onder den
arm en verliet de spoorbaan. „Als men
de verantwoording draagt voor de veilig
heid van zoovele mensehen, bekom
mert men zich niet om andermans za
ken. Daar om den hoek van het bovch
komt de sneltrein aan die is vol
levende mensohen wat maal ik om
de dooden
Bruisend en ratelend vloog de trein
voorbij, en Llli die bij den wachtpost
met de seinvlag zwaaide, werd gedu
rende eenige seconden in zwarte rook
wolken gehuld. Nu legde zij de roode
vlag uit de handen en keek scherp uit
naar de plek, waar beur grootvader
met den veldwachter sprak. Toen de
politieman langzaam heenging, loosde
zij een zucht en drukte de hand tegen
hst kloppende hart.
Kort daarna keerde Erdmann in zijne
woning terug. Hg vond Lili aan het
venster zitten en naar de elzengroep
verzorging bijeen, uitgeschreven door
den Bond voor Staatspensioneering.
De volgende stellingen zullen worden
verdedigd: I Verdediger: G. L. Jans
sen te Rotterdam.
De achterlijkheid van Nederland op
het gebied der wettelijke ouderdoms
verzorging en de groote nood onder
ouden van dagen, wier hoop nu reeds
door drie achtereenvolgende regeerin
gen van versohillende politieke richting,
is teleurgesteld, maken de oplos ling van
dit vraagstuk tot een der meest urgente
onderwerpen van wetgeving.
II. VerdedigerJ. P. de Jager te
Tiel. Een goede wet op de Ouderdoms
verzorging moet het reoht op een gelijk
minimum Staatspensioen aan allen van
zekeren bij de wat te bepalen leeftgd
waarborgen zonder ondersoheid, vrou
wen zoowel als mannen.
III. Verdedigerds. D. A. van Kre-
peien te Oosterhesselen. Hef reoht op
een minimum ouderdomspensioen, vol
doende voor het allernoodzakelijkst
levensonderhoud, dient gewaarborgd
niei individualistisch o.a. door premie
betaling, doch maatschappelijk, door
vermindering van sommige posten op
het budget van den Staat, door ver
hooging van successierechten, in éen
woord, door bijdragen naar draagkracht.
IV. Verdedigerds. U. J. Reindera,
te Dantumawonde. Noch het weisont»
werp-Lely van 1901, noch dat van dr.
Knyper van 1905, noch dat van mi
nister Veegens van 1907, voldoet aan
de behoeften van het Nederlandschs
volk.
Het feit, dat de beide laatste ent-
werpen voor de 7 O jarige oud-werklie
den van vandaag een x-hooge bedeeling
zanden omzetten in eea f 2 per week
groot pensioen, weegt niet op tegen de
nadoelen. Al die wetsontwerpen zijn
onaannemelijk. Indien een aigemeene
ouderdomspensioneerini om politieke
of finanoieele redenen niet direct te
verkrijgen is, is een verbeterd Deensch
stelsel, waarvan de koeten geheel be
taald zouden moeten worden door den
staat, of zijn regelingen, gelijk onlangs
in Engeland en Australië zijn voorge
steld, als oyergangsstelsa! veel aanne
melijker.
V. VerdedigerD. de Clercq te
Bloemendaal. Een wettelijke pensioen-
regèling, als door den Bond voor Staats
pensioneering voorgestaan, is bevorder
lijk aan den bloei en de welvaart van
Nederland.
Ba Mnaarie&rsjvsr P. Louweroo.
Naar wij met leedwezen vernemen,
is Zondagmiddag de bekende kinder
schrijver, de heer P. Louwerse, doof
een ernstig ongeval getroffen. Aan de
Weldeok Pyrmontkade nabij de Witte
de Witetaat te 's Gravenhage, werd hjj
door de eleotrisohe tram gegrepen, me-
degesleurd en zwaar verwond, vooral
aan het hoofd, opgenomen. Men droeg
den gekwetste in de tram en reed hem
bij de villa staren.
„Dat moet je niet doen, het is niet
goed®, zeide hij knorrig. „Als een mensoh
nog niet krankzinnig is, zou hg hef
daarvan worden. Als dat zoo voortgaat,
stuur ik je terug naar de stad, al moest
ik ook
„Wat, Grootvader
„Al moest ik ook van verveling hier
in de eenzaamheid sterven.®
„Dat is het niet, Grootvader,® zeide
zij kalm. „De eenzaamheid maakt ons
niet dood, maar wel het andere".
Wat dat „andere® was, sprak geen
van beiden uit, maar beiden wisten
het wel. En nu zaten zij tegenover el
kaar en zwegen.
„Ik zal mijne overplaatsing aanvra
gen", zei de oude man eindelijk.
„Meent ge, dat wij daarmede ge
holpen zijn Het volgt ons tooh, waar
heen wij ook gaan. Het moet eerst
aan het lioht gebracht warden, voordat
wij rust keggen. Hebt ge op den spoor
weg niet met dea veldwachter gespro
ken P«
„Neen, hij sprak met mg.®
„Wist hij er iets van P®
(Wordt vervolgd.)