I oei ais Te Huu? Maandag 25 Mei. oenstikster. No. 123 46s Jaargang. 1908. t behoort ess hijvoemel. IDIENST II Gemeente bestuur. emeenteraad yan Vlissingen. ff. Te bevragen GL set opgaaf van leeftgd trekking en verlaagd A. Z Bureau dezes SDIEKTST en, het Station, nenbeer vno. 10.10, 3.—, 4.20, 5.15, '.80, 11.10. tation vm. pl. m. 1.20, 3.30, 4.35% .-, 11.258 gemerkte rit wacht 11 47 en de boot boot van Breskene. trein van 11.02 u. n-Middelburg v.? 4.40f 5.50f 7.55* 12.30* 1.15§ 2. -* 5 50§ 6.55* 0.25.§ de Remise, d® Zeilmarkt. het Badhuis. 5.15f 6.85f 8.40* I.15* 2.—2.4.5® .50* 6.55§ 7.50* II.lO.f dan tot de Re- ieilmarkt. Badhuis. sn vertrekken ran het Bad- IfËIDIEHST 6.—, 6.20, 6.45 10.—, 10.20,10.40, 12.30, 1.—1.30* 5, 4.30, 4.50, 5.20 1.20. vm.. 6,10, 6.80, 9.50, 10.10, 10.80, to. 12.10, 12.45, 8.40, 4.10, 4.40 7.25, 3.—, 8.10 n des Zondags uit. f 8.9 8.51 8.21 8.18 7.25 8.48 9.51 10.1 II f 8.33 7.33 f10.14 10.51 11.3 fll.16 jiuitschland, riohtiag ■Laga Zwalawe. Bijdea alleen des Zondags yan 7 Juni tot 13 September en ook 15 Augustas. VLISSINGSC UE COIIBAIT Prijs per drie maanden f 1 30. Franco per post 1,50. Afzonderlijke nummers 5 cent. M sn abonneert zich bij alle Boek. handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever F. VAN DE VELDE Jr.. Kleine Mas kt. m ADVERTKNTIËNvan 14 re^etö 0.40. Voor regel meer 10 cent. - Bij directe opgaaf v.ui driemaa' plaatsing erzelfda idvertentia wordl de prijs slechts tweemaal bereken L Gkx letter» <n eliehé's naar plaatsruimte. Verschijnt dagetQks. uitgezonderd op Zon- en feestdagen. TelephooiiiiummeF 10. Abonniments-Advertentiën op zeer voordeel Ig f voorwaarden. OPENBARE VERGADERING VAN DEN op Woensdag den 27 Mei 1908, dee namiddag» ten 2 ure. A. Beësdiging en Installatie nieuw jtkozen Raadslid. B. Mededeelingen. C Over te leggen stukken. L>. Benofmingen Van leden en plaatsverv. ieden in de ilembareaux gedurende 1 Juni 1908/9. E. Ta behandelen punten 1. üitloting 8 obligatie» geldleening 188. 2, Concept besluiten verkoop van meentegrond aan a J. Dekker, b. Anker, e. A. Dekker qq., d. W. Anker. i. Voorstel van Burg. en Weth. tot imBtell ng van twee ft-andwaebters. 4. Idem tot vaststelling eener Veror- ning regelende de salarissen van Di- licleur en Leeraren van de H. B. iilool. Idem tot heffing en invordering nu scboo'geld voor de H. B. scbool. Idem tot beschikking op een adres nn de Vereeniging „Zeevaartschool" utrsffande waarborgen rente en aflos geldleening. 7, Idem betreffende overdracht grond de te stichten „De Ruytersehool." Idem tot herziening der verorde ing regelende de jaarwedden van het iderwijzend personeel L O. roet be ilikkiag op öaarbg beboerende kersen. 9. Idem tot verhoogiig subaidie Al meen Armbestuur 1907 en wijziging 'grooting. 10. Idem tot goedkeuring der re aiogen 1907 van Zeemana- en Vis- ihrsfceurs en Sohutterg en van de iguoting der Gezondheids-commissie lor 1909. 11. Idem tot oiiderbandscbe verpaoh- van jaohtreeht aan Th. E Bret- ikneider. 12. Idem tot machtiging van Regen. Gasthuis en -Weesbuis tot af- en nnohrgving op de begrooting van 107 13. Idem tot goedkeuring v n een fit van ontbefflogen Jaoofdelijkan g dienst 1907. 14. Idem tot beschikking op een van de Ambachtsschool te Mid Iburg. 15. Idem tot het verleenen van ge ïltelijfee lestitutie van paobt aan het üfuur van de Gaaischieting. 16. Hem tot hei verleenec van ver- Ming aan A. van den Buuee tot het etsen van een tent op kef tt aad, 17. Idem toekennen subsidie aan H. Wegeling voor de uitgave van eene Badcourant. 18. Idem tot opname van wed. Vis ser als verzorgde voor eigen rekening in het Gasthuis. 19. Idem tot wijziging der begrooting dientt 1807. 20. Idem tot vaststelling van het ie suppletoir Kohier Hoofdelgkeo Om slag dienst 1908. 21. Behandeling van Reclames Hoof- delgken Omslag. F.EUJXJjE'IOK. 12.) was tooh een bewijs, dat hij "'ouwen in ons stelde, toen hjj zoo "hartig sprak." (Vertrouwen en doodslag," spotte Her, Iji sloeg de oogen naar hem op en kwam er bjj haar een gevoel van >®r boven. Hjj keek haar zoo listig dat zij opeens begreep, dat Balder Mo'n goedgeloovige hals was, als 'Mat gemeend had. 1 je daarbjj iets te vreezen 58 kg langzaam. Ï05 kom je op dia gefaohte 8 sij met een gedwongen lachje, 9 en zeg voor mijn part wat je Ik meende slechts, dat de porao in je verloofde aanbid ja," flaiaterde hjj eu hg NATIONALE MILITIE. Onderzoek der Verlofgangers van de Militie te Land. Burg. en Weth. van Vlissingen gelet op het besluit van den Commis saris der Koningin in deze provincie van den 21 April 1908. Roepen bij deze opalle in deze ge meente wonende verlofgangers van de mi litie te land, onverschillig tot welke lich ting zij behooren voor zoover zij vóór 1 Januari 1908 in het genot van onbepaald verlof zijn gesteld om op Maandag den 15 Juni 1908, des namiddags te 1 uur, vóór het Raadhuis dezer gemeente te ver schijnen, gekleed in uniform, voorzien van alle door hen van het korps medegenomen kleeding- en uitrustingstukken, van hun zakboekje en van hun verlofpas, teneinde overeenkomstig art. 127 der militie wet, door den militie-commissaris te worden onderzocht, op het terrein achter de ka zerne Nieuw Arsenaal. Verder wordt te kennen gegeven, dat, zoo een verlofganger uithoofde van ziekte of gebreken buiten staat is voor den mi litie-commissaris te verschijnen, daarvan uiterlijk vóór den dag der inspectie bij den Burgemeester zal moeten word n in gediend, een attest van den behandelen- den geneesheer. Een ieder wien zulks aangaat, wordt mitsdien ernstig aangemaand, om zichten voorschreven dage, uur en piaats te doen vinden, teneinde zich niet bloot te stellen aan de straffen bij de wet bedreigd. Wordende voor zooveel noodig herinnerd aan de navolgende bepalingen der wet op de nationale militie lo. de verlofganger meldt zich binnen dertig dagen na den dag waarop hem de verlofpas is uitgereikt, bij den Burgemees ter zijner woonplaats aan, teneinde dez( zijn verlofpas voor gezien teekene. (Art. 120); 2o. de verlofganger, die zich in eene andere gemeente gaat vestigengeeft daar van kennis aan den Burgemeester zijner woonplaats. Binnen dertig dagen na den dag, waarop hij komt in de gemeente, waarin hij zich vestigt, meldt hij zich evenzeer aan bij den Burgemeester dier gemeente, opdat zijn verlofpas ook door hem voor gezien worde geteekend. (Art. 121.) 3o. de verlofganger van de militie te land, mag zieh zonder toestemming van Zijne Excellentie den minister ven oorlog, niet langer dan gedurende drie achtereen volgende maanden buiten 's lands begeven. (Art. 123) 4o. de verlofganger, die de artt. 120, 122 en 123 niet naleeft, wordt in werke- lijken dienst geroepen en daarin gedurende ten hoogste twee maanden gehouden. De duur van dezen dienst wordt bepaald door gaf baar een kus, „maar laat mij eerst de rekening met dien ellendeling af sluiten. Zoo lang hg in vnjheid rond loopt, ben ik niet zeker van mjjn leven of van mijn vermogen. Denk daar wel aan!" Deze vermaning werkte krachtiger dan al het andere. Zij verschrikte. „Wat een afsohuweljjk denkbeeld 1 Al werd Jordan van den moord vrij gesproken, dan zon je eer je tooh niet toelaten een kogel te wisselen met een man, die wegens gebrek aan bewjjs werd ontslagen.® „Engel 1* riep hjj, terwjji hjj haar in zjjn armen sloot. Maar weder keek bij haar listig aan, toen hij zacht vroeg „Je gelooft tooh ook, dat hij sobuldig ieP" Zg zweeg, en zag in den geest hoe Wilfred voor haar gestaan had met de woorden van liefde op de lippen. .Geloof je er niet aan herhaalde hg langzaam. „Wel zeker." De begeerte naar genot en een weel derig leven had een volkomen over winning behaald op hare betere ge voelens. In het voorvertrek hoorde men reeds vroolgk laohen en pratende gasten voor bet verlovingsfeest kwamen. Zijne Excellentie den minister van oorlog. (Art. 124); 5o. de verlofganger van de militie te land, die bij openbare kennisgeving is op geroepen om door den militie-commissaris te worden onderzocht, verschijnt bij het onderzoek in uniform gekleed en voorzien rail de kleecing- en uitrustingstukken, hem bij zijn vertrek met groot verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas. (Art. 127) 6o. de verlofganger is aan de militaire rechtspleging en tucht onderworpen, onder anderen gedurenden dan tijd welken het onderzoek voor den militie-commissaris duurt, en in het algemeen, wanneer hij in uniform gekleed ia. (Art. 117) 7o. behoudens het bepaalde bij art. 117, kan een arrest van twee tot zes dagen, te ondergaan in de naastbij gelegen pro voost of het naastbijzijnde huis van be waring of arrest door den militie-com missaris worden opgelegd aan den verlof ganger a. die, zonder geldige redenen, niet bij het onderzoek verschijntb. die, daarbij versohenen zijnde, zonder geldige redenen niet voorzien is van de bij art. 127 vermelde voorwerpen c. wiens klee ding- en uitrustingstukken bij het onder zoek niet in voldoenden staat worden be vonden d. die kleeding- of uitrusting stukken, aan een ander behoorende, als de zijne vertoont. (Art. 128) 8o. onverminderd de straf in art. 128 vermeld, is de verlofganger verplicht op daartoe door den militie-commissaris te bepalen tijd en plaats en op de in art. 127 voorgeschreven wijze voor hem te ver schijnen om te worden onderzocht. (Art. 130); 9o. de verlofganger die zich bij herha ling schuldig maakt aan het feit sub 4o van art. 128 bedoeld, of niet, overeen komstig art. 130, voor den militie-com missaris verschijnt, of aldaar verschenen zijnde, in het geval verkeert, sub 2o en 8o van art. 128 vermeld, wordt in werke- lijken dienst geioepen en daarin ten hoogste drie maanden gehouden. De duur van dezen dienst wordt door den minister van oor log lepaald. (Art. 131.) Aan het onderzoek wordt niet deelgenomen door verlof gangers a. die dit jaar uit anderen hoofde dan voor straf, onder de wapenen zijn geweestb. die bestemd zijn om dit jaar onder de wapenen of in werkelijken dienst te worden geroepen c. die dit jaar bij de landweer zullen overgaan (hiertoe behooren niet de verlofgangers van de veld-artillerie, de rijdende artillerie, de huzaren, de torpedisten en plaatsvervan gers en nummerverwisselaars. Zij moeten dus wel aan het onderzoek deelnemen.) d, die van den werkelijken dienst zijn ontheven of in het genot zijn van uitstel van eerste oefeninge. die een verbinte nis hebben aangegaan als adspirant-militie- officier of bij de spoorwegafdeeling van de genietroepenf. die met tijdelijk verlof gezonden zijn zonder zakboekje en dus niet in de registers van verlofgangers zijn ingeschreven. Xngelijfden bij de militie, die krachtens art. 113 der wet van den werkelijken dienst zijn ontheven, of aan wie krachtens art. 114 der wet uitstel vau eerste-oefe- ning of van verblijf onder de wapenen is verleend, zijn gedurende den tijd, dat zij in het genot zijn van de ontheffing of van Balder liet zijne geliefde nog niet losbg ging voort met fluisteren, ter- wgl hg baar nu en dan liefkoosde. „En een dief is hjj ook, lieveling I Men beefc een som gelds hg hem ge vonden, waarvan hg geen rekenschap kan geven. Kan jg misschien dit raad sel oplossen „Wel neen 1" riep zg ontsteld on tegelgkertgd boos over deze manier om haar ia verhoor te nemen. „Ik hein een milde gift schenken Wat een dwaas idee 1" Zg had evengoed kunnen vragen Waar zon ik het geld vandaan balen P Maar op schorteenden toon vervolgde j „Wat zgn dat nu voor vragen P Pas op, hoorAla ik nu eens boos werd?" En zg dreigde hem lachend met den vinger. „Dan vraag ik op mijne knieëu om vergiffenis en sier uw ronde pols met een tweeden armband vol edelgesteente," aside hg haar liefkozend. Door de geopende deus kwam de stroom van gasten binnen. De gastvrouw wist wel niet waarmee zg de kosten van dit feest zou betalen, als het geld daarvoor niet uit Balder'» beurs kwam, maar in haar ondoorgrondelijke ijdel- hef uitstel, niet aan het onderzoek onder worpen. Vlissingen, den 23 Mei 1908. Burg. en Weth. voornoemd, VAN DOORN VAN KOUDEKERKE. De Secretaris, WITTEVEEN. die ik 't meest heb liefgehad, dat was mijn kranke (DE ÖESE3TEI). Wanneer een onzer dierbaren ziek is, zullen wg volgaarne bereid gevon den worden, om waar het mogelijk is, hulp te verieenen en belangstelling te tooeen. Alle pogingen zullen we in het werk stellen, om door zorgvuldige, welwillende verpleging ea kleine atten ties den toestand van d9n patient dra gelijk te maken en het gevaar af te wendendoeh niettegenstaande alle hulp middelen neemt helaas maar al te vaak de ziekte eene slechte wending, waar door de geliefde patient ons voor altijd wordt ontrukt. Bg dergelgken afloop zoekt men vaak troost in het denk beeld, dat men zieh in het onvermij delijke moet schikken, maar het valt niet te ontkennen, dat in sommigs ge vallen het treurig verloop der ziekte te wjjten is aan gebrekkige kennis der ziekenverpleging, waardoor men juist andersom heeft gehandeld, dan de be doeling was. Tot de voornaamste oorzaken eener verkeerde verpleging behooren voor zeker vooroordeel en zorge loosheid, vooral het eerste speelt een uiterst nadeelige rol. Onder het publiek heersohen n.l. enkele meeningen, dat dit of dat scba delgk is voor zieken, b,v, het verwis selen van ondergoed, en hiertegen kan de geneesheer praten zooveel als hij wil, gewoonigk 'is het suoces nul. Dit vooroordeel berust geheel op gebrek aan kennisde aangewezen weg ter bestrijding is due, die kennis publiek te maken, en vooral de nadeelen san te toonen, welke uit verkeerde maat regelen kunnen voortvloeien. In de overtuiging nu, dat bekendheid met ziekenverpleging van het uiterste be lang is, zoowel voor het individu als voor het huisgezin en de geheele araat- sehappg,ben ik voornemens, om de meeat bslangrgke punten even aan te stippen. Ntsfuurlgk zga er velen, die de ver schillende voorschriften grootendeels weten, maar er is voorzeker ook een groeta menigte, die er tot op heden weinig begrip van heeft. heid verheugde zg zich toch over den ngd en de bewondering, die haar tot het middelpunt ven aller beschouwin gen maakte. Höckner was onder de eerste gasten, die binnentraden in het salon, dat wel een bloemententoonstelling geleek. De lucht was daar zwoel en met geuren bezwangerd als in een plantenkas slechts nu en den kwam een frisch windje door een half geopend ven iter eenige ver koeling brengen in deze drukkende at mosfeer. Overal hoorde men scherts en lach. Het scheen wel of de vroolgkheid Bal der op den voet volgde. Waar hg zieh bewoog onder de gasten zgner verloofde, bewerkte hg door zgn luimige zetten wonderen van uitgelaten vroolgkheid. Was het alleen toeval, dat hg plotse ling tegenover Höckner alleen stond P „Luister eens, zeide hij terwgl hg vertrouwelgk zgn arm in dien van den commissaris schoof. „Ik heb zooaven kostbaar nieuws in zake Jordan ver nomen." En hij vertelde alles, wat bg uit Elfride had weten te krggen. „Ach, mooi zoo 1" zei Höckner die aandaehtig luisterde. „En nog iets maar deze mededee- Het voornaamste van de ziekenver- waarop ik het eerst de aan dacht wil vestigen, is de inriohting van de ziekenkamer. Gewoonigk wordt voor iederen Igder de slaapkamer ook het ziekenvertrek, en daar is ook niets tegen, wanneer dan de slaapkamer ga- heel alleen voor den zieke vrg is. Ea dit is in de meeste gevallen niet zoo, de gezonden gaan meestal in hetzelfde vertrek slapen, ja dikwgls nog in het zelfde bed. Ouders nemen vaak hun sLke kind bg zich in bed, deels uit gemakzucht, deels uit de overtuiging bet kind hiermee voordeel te bezorgen. In plaats dat het hind rustig kan sla pen en zuivere lucht inademen, wordt het op des3 wgze getracfeerd op de uitgeademde bedorven lucht van vader en moeder. Bg beamettelgke ziekte is het zeer sohadelgk, daar de kans op aansteking dan veel grooter wordt. Als eerste voorschrift voor bet ziek snver- trek geldt dus de kamer alleen voor den patient. Bg het kiezen van het slaapvertrek dient er op gelet te worden, dat dit zoo gelegen is, dat er goede ventilatie kas plaats hebben, dat er liobt kaü door dringen, en dat de hamer ruim is. Gelukkig kunnen we zeggen, zgn er in onzen tgd al vele mensohen, die veel zorg besteden aan hunne slaapgelegen heden, maar tooh zgn er ook nog heel waf, die zonder te bedenken, dat ze het grootste dee! van hun leven in dat vertrek doorbrengen, bet slechtste plaatsje van bun woning inrichten om te slapen. Hoeveel mensohen slapen cr tooh in alcoven met liefst alle deuren dicht 1 We behoeven maar in ©nze omgeving maar eens rond te zien, om te bemer ken hoe algemesn deze gewoonte nog ie. Dan bestaat zelfs bg zeer klein behuisde manschen vaak de dwaze ge woonte, om er een „mooie kamer" op na te houdeo.Waar dit geen bezwaar oplevert bij groote huizen, is het eenvoudig be- wanneer man zoo'n domme in richting van de woning aantreft bg groote gezinnen, die slechts twee of drie ver trekken tot hunne beschikking hebben, Zoo'n „mooie kamer" wordt alleen op Zondagen en bg visite gebruikt, terwgi za alle andere dagen bg elkaar gehurkt ziften in de bedompte, met eetlucht bezwangerde huiskamer. Voor slaapge legenheid woedt vaak snaar het een of andere hok gebruikt. En daar houdt men dan natuurlijk tijdens ziekte ook verblijf. Een gezond mensoh beeft ling is geheel van particulieren aard. Haar ik vernam, wordt er gesproken over een som gelds, die bg Jordan moét gevonden zgn. Mgn aanstaande vrouw ie bekend om hare goedheidsjj is go- woon beleedigingen te vergelden met weldaden. In dit geval heeft zg het eohter niet gedaan.Aanvankeljjk geloofde ik, dat zg weer zoo gehandeld had maar daarin heb ik me vergist. Mevrouw Von Kar- stenbrock heeft haar vroegeren sohool- vriend met geen penning ondersteund." Höokner had nooit van Elfridee goed hartigheid hooren reppen en soheen zeer ongelo wig op dat punthg kon niet nalaten vluchtig te glimlachen. „Wees maar niet bezorgd 1 Dit punt zou alleen ter sprake bunnen komen, als Jordan de goedhartigheid van me vrouw You Karetenhrooh aanvoerde om zieh te rechtvaardigen." „Is het waar dat Jordan ziek ge worden is P" „Ja. Reeds denzelfden naeht dat,' hjj in hechtenis werd genomen, kreeg hg hevige koorts, zoodat hg bg de Igk- schouwing niet aanwezig kon zgn. De vermoorde vrouw is reeds begraven." „En heeft hg nog niets bekend (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1908 | | pagina 1