en Wee.
Hederlandsche lleieeniging
TE HEER
TE HEER:
Een klein, dock net Pakhuis
BOVENHUIS
MaiiïayJtöa bericMee
Laatste Berichten,
387"° Staatsloterij.
Hoogwater te
Vlissingen.
Ad¥eri€sn.tiëii,
„Onze Yloot."
Atdeeling Vlissiragen.
was hij d'md. Na 4
duerenei-n werd Be||
loordcuares van hss
Het lijk werd opg6,
jhouwing leverde g8e(
op. Mada Soerersei,
or zijn dood bij twet
tschappijen laten vet,
ordenares onderhielj
ling met den broede
tok baar tweede echt
"ing en op
politie te New-Yoti
iaar een Noor genaa®,
naar Amerika vra
op een huwelijkaaj
alle Gunneez had ga
-York World*
ijf en twintigsten
van baar publicatie
van Joseph Puützsi
;enaar van het groot
Had. En het deed
jn nieuwe wereldsct
groote receptie plaat:
Amerikaansehe poli
en, vertegenwoordigei
aansche bladen en
ra aanwezig warer
de feestelijkheid
te houdon, heeft ili
s gelegenheid een bui
rummer uitgegeven,»,
i's, magnifiek geitlui
tos pond wegend. Da
ecord op 'c gebied
v orden genoenu
is eenige courant
antal bladzijden uitgi
©IBM VAX HET
SBH» PEBSOWEEL
Redacteur
ite inzender niet ondt
isten in 't. smalen ophi
ens lis, waarmede de
school komt, dunkt
tig hier even de vakki
irin geëxamineerd word
schrijven, rekenen, Nei
se geschiedenis, aardrijk
er natuur, zingen, hand
en orde-oefeningen
ndien bekendheid met
le lagere school en
■wijs de voornaamst
't lezen, schrijven en
ikste middelen tot hand
en tuchtalsmede
dingen der tegenwoordig
lager onderwijs,
eet, dat in die vakken
ver wordt doorgedroi
fcingsexamen tot de rijks
[normaalschool reeds vri
lt, dan gaat het niet aa«
het onderwijzers-exame:
nen, dat examen als „or
valificeersn.
schien niet in alle opzied
:ijn miniem of onbedui
zeker nietzoo'n oordei
t genomen onheusch.'
laatste inzender wel, ds
zoo somtijds een HE
derwij zers-examen druipt
wèl. Immers, in de meest
sen onderwijzer wordt gs
een H.B. scholier tof
nde jaren les ontvangen
pecialiteiten 1 Bovendif
zich ook niet dadelijk
aan dat voor onderwijze'
1 of 2 jaar privaatles ii
op de H.B.3. niet wei
Als men dit alles in a»a
dan meenen wij gered
te zeggen, dat het ondet
nu toch nog niet zöo oi
de inzenderls) het wille
dan blijkt het, dat me
_ii met op een relletje o
■oote rivieren van Ameril'
[raven uit het Hollandsen
schillende metamorphoü
eikever.
ider nu zegt, dat ook oef
er in de rechten, een it
■nalist voor sommige val
eren, dan geven wij
:h men vergete niet, des
niet in de aangewez
seerd, wat de H.
!l heeft gedaa»
rling van de Rijkskwee'
e Normaalschool,
iet de ontwikkeling allee'
rwijzers hun aanspraak el
salariëering gronden. Me*
op den aard en h
iun betrekking, op de
eze van hen eischt, en
leze heeft voor de
even het woord aan
a („Handbuch der
.9) waar deze zegt
gedwongen zich geheel
1 hij aan veel gemoeds'
gesteld, gebruikt hij ou®
veel meer energie dan l[
3 bureaubeambte. I
't oog houden van
serlingen, gepaard met
't leerplan af te werkt
at, zoo mogelijk alle l«el
and van den cursus kuj
houdt den onderwijzer
toestand van onafgebroken spanning,
jjij moet altijd weer het uitbarsten van
jjurn en ongeduld terughouden, altijd op
zijn „1u i v v e" "dj1», om iedere po
ging tot verstoring van de orde onmid-
Jellijk te onderdrukken. Het is geen won-
jer, dat de afwisseling van gemoedsbewe-
waaraan de onderwijzer steeds is
blootgesteld, zijn zenuwstelsel
r o e g e r of later ineentoe-
tana van prikkelbare zwak-
te breng t."
Voegen we hier nog aan toe de volgende
mededeeling van den gezondheidsraad
fichman n van Harzburg, gedaan in
vergadering van Duitsche natuur- en
ieskundigen „Een onderzoek ingesteld
bij 305 onderwijzers en 732 ouderwijxeres-
!Sa toonde aan, dat bij beiden 68
pet. zenuwziekten voorkwam.
Al kunnen wij Voor ons land dat pro
eent niet opgeven, het valt niet te ont
kennen, dat zenuwziekte de beroeps-
ziekte is der onderwijzers, 't Herstellings
oord voor onderwijzers te Lunteren, dat
alleen hen opneemt, die behoefte hebben
jan rust, of die herstellende zijn, is steeds
overvol, en na een kort bestaan moest
jaar reeds tot uitbreiding dier
inrichting worden overgegaan.
Wat zegt dr. Burgerstein ver
der over den invloed, dien groote klassen
op de gezondheid van den onderwijzer
uitoefenen „Bij de noodzakelijkheid van
een voortdurend gespannen opmerkzaamheid
en de onmogelijkheid zich onder de les
uren naar behoefte eenige minuten rustte
gunnen, komt de aanzienlijke lichamelijke
inspanning van 't voortdurend luide spre
ken. Deze onder alle omstandigheden in
't schoolonderwijs meer of minder naar
voren tredende noodzakelijkheden eischen
meer van den onderwijzer, naarmate 't
aantal leerlingen in de klasse toeneemt.
Hoe grooter dit getal, hoe moeilijker het
hem wordt zich te overtuigen, dat de
leerstof werkelijk voldoende begrepen is.
Met het getal leerlingen neemt de som
van do gemoedsaandoeningen toe, en wordt
het zenuwstelsel meer geprikkeld. Hoe
vermoeiend en uitputtend het onderwijzen
in volkrijke klassen is, weet h ij stellig
te beoordeelen, die als krachtig man zijn
werkkring is begonnen en zich, na zijn
geheelen diens! tijd aan zulken arbeid ge
wijd te hebben, geheel uitgeput voelt.
En dat de onderwijzers het onderwijzen
of bezighouden van kinderen zwaren arbeid
vinden, moge o. m. blijken uit het gering
aantal sollicitanten, dat zich aanmeldt
voor herhalingsschool en burgeravond-
jchool. Voor administratief werk daaren
tegen zijn altijd onderwijzers te krijgen,
t°rwijl ook de volkstelling heeft bewezen,
dat zij tegen geen moeite opzien, als zij
buiten het onderwijs hun onvoldoend sa
laris eenigszins kunnen aanvullen.
Ieder ouder zal voldoende beseffen, als
hij zich daar even wil in denken, wat het
zeggen, wil, met een klasse kinderen te
moeten omgaan bij ervaring wetende, hoe
moeilijk het hem reeds valt, orde te hou
den onder drie of vier.
Een behoorlijke bezoldiging voor
het werk, als hierboven geschetst, kan dus
niet. anders dan rechtmatig het ten.
Nog zouden we hieraan kannen toevo 3-
gen een uitspraak van prof. Jelgersma
waaruit wij evenwel slechts willen aanhalen
1 volgende uitlatingen „Wijden wij onze
aandacht aan een gansch andere categorie
werkersEen jonge man, onderwijzer
van beroep. Voor een schamel honorarium
moet hij uren lang les geven. Al dat in
gespannen werk geschiedt onder de grootste
ontbering. Steeds en overal moeilijkheden,
ongerustheid, zorg, drukkende gemoedsaan-
'leningen, die hem zenuwziek maken".
Nu willen wij niet ontkennen, dat er
onderwijzers zijn, die hun taak minder
opvatten. Doch bij welke ambte-
raren is dit niet het geval Bover
noemde verschijnselen zullen zich dan ook
wel niet bij allen vertoonen ook kan het
SBtel van den een meer verdragen dan
at van den ander. Intusschen, er is school
toezicht te over, om een onderwijzer, die
zijn plichten te kort mocht schieten,
op te wijzen, en daartegen maatrege-
te nemen. Het gaat evenwel niet aan,
oa (inzender zegt welde goeden niet te
aa gesproken maar daar steekt men wei-
mee in den zak) ter wille van een
ele minderwaardige kracht de overigen
hun beurB te dupeerenen zich op
on blind te staren, en daardoor een
salarisregeling tegen te houden.
Indien inzender eens mocht willen infor-
meeren bij de commissie van toezicht op
tlager onderwijs, dan zou hij zeer zeker
vernemen dat „die onverdroten ijver en
geestdrift" bij de onderwijzers toch nog in
meerdere mate aanwezig is, dan hij ver
onderstelt althans, dat het gemis daaraan
goede salarieering niet in den weg zou
Dat de cuders, mogen sommigen al niet
'ympathiseeren met de onderwijzers, dit
eek niet zouden doen met het onder-
ij s, en hun kinderen dat alleen uit
ooddwang doen geven, dat klinkt
i» vreemd in de ooren. Dan is het toch
aar goed dat er een wet op de leerplicht
En dat menig kind er wel bij zou va-
r®, indien het zijn vader niet aan tijd en
[elegeDheid. (en zeker toch nog wat ont-
>fak, om zijn studie en opvoeding te lei-
don, dat willen wij gaarne toegeven. Maar
'ergelijk daarbij eens het aantal, waarbij
dat niet zoo is.
Da laatste inzender durft met den eer
den ook de positie van de onderwijzers
in bevoorrechte noemen. Het was
?aa wat waard, indien beiden eens een
Jaar lang voor een klasse met leerling sn
"Men staan, en daarbij gehouden waren
overeenkomstig het leerplan dien leer-
'®gen in dat jaar zooveel
'nnis aan te brengen, dat
8ze, op een enkele uitzon
dering na, naar een volgen'
de klassekonden overgaan-
Het zou ons zeer bevreemden, indien ze
na dien proeftijd die uitspraak nog voor
hun rekening zouden durven nemen.
Men vrage ook eens aan de onderwij
zers met een aantal dienstjaren, hoevelen
oogenblik zegenen, dat «ij, toen nog vol
illusies, de eerste schrede iu de school
zetten, en aan hen, die 't onderwijs ver
lieten, 't zij al of niet gedwongen, of ze
nog gaarne zouden willen terugkeeren bij
het vak.
De inzender somt achtereenvolgens al
de voordeelen, aan de betrekking verbon
den op ook het aanvangssalaris (I) Maar
vindt inzender het dan met ons niet
vreemd, dat een betrekking, zoo in alle
opzichten bevoorrecht, zoo weinig liefheb
bers vindt onder de elite der burgerij
Hoe zou het toch komen, dat deze die be
trekking blijkbaar niet begeeren
Zeker, wij ontkennen niet, dat aan de
betrekking ook een zonnekant isdoch
daarvoor heeft men in den regel wèl oog
en niet voor de schaduwzijde. Wilde men
toch vooral ook daarop eens letten, dan
zou het verblindend licht, dat van die
eene zijde schijnt uit te stralen, daardoor
zeer zeker wel in die mate getemperd
worden, dat het oog in staat zou zijn ook
de onaangenaamheden van de schaduwzijde
beter te kunnen onderscheiden.
Het wil ons verder ook voorkomen, dat
ook onze tweede aanvaller te veel waarde
hecht aan 't bezit der hoofdacte, met be
trekking tot het te geven onderwijs. Die
hoofdacte is volstrekt geen waarborg, dat
de bezitter ervan een uitstekende werk
kracht voor de school zou zijn dat deze
juist daarom in dat opzicht zou excellee-
ren boven zijn collega zonder hoofdacte.
Wij willen de waarde van meerdere we
tenschap voor de school volstrekt niet
ontkennendoch men meene niet, dat
deze uitsluitend de factor zou zijn, die de
waarde van den onderwijzer voor de
school bepaalt. Meer waarde dient gehecht
aan den takt, waarmede deze in de school
optreedt en aan de wijze, waarop en d Él t,
hij de leerstof aan zijn leerlingen weet
eigen te maken. Dit, en dit alleen,
is het criterium in dezen. Het geeft niet
of men al veel weet. Al is men zoo
geleerd als de knapste professor, en men
mist den takt om zijn kermis aan anderen
eigen te maken, dan is die kennis vrijwel
waardeloosevena's al de schatten van den
vrek, die daarvan geen cent aan anderen
wil afstaan. Men ziet dan ook niet zelden,
d»t de resultaten in de school (en daar
komt het immers maar op aan van een
onderwijzer met hoofdacte minder zijn dan
die van zij n collega zonder hoofdactevaak
ook behoeft deze in dit opzicht lang niet
onder te doen voor een hoofd der school.
Vandaar dan ook, dat periodieke verhoo
gingen met een voldoend eindsalaris voor
den onderwijzer zonder hoofdacte niet
minder gemotiveerd zijn dan voor zijn
collega's met hoofdacte en de hoofden
van scholen.
Het wil ons voorkomen, dat ook de
tweede bestrijder te veel heeft willen ge
neraliseeren. Al sohiet een enkele onder
wijzer iu zijn plichtsbetrachting te kort,
al bomt ook een ander wat harddaarom
gaat het toch niet aan alle onderwijzers
over dezelfde kam te scheren.
Verbeeld u, dat we alle krantenschrij
vers eens moesten afmeten naar onze beide
aanvallers.
Verder trekt onze tweede aanvaller uit
het feit, dat zooveel ouderwijzers hier
zoolang blijven de conclusie als zou de
salarisregeling hier zoo slecht niet zijn óf
(volgt weer die hersengeschiedenis).
Het schijnt toch, dat onze opmerking
daaromtrent bijzonder heeft ingeslagen, en
ook den tweeden aanvaller min of meer
dwars zit. Maar waarom zijn vele onder
wijzers hier tal van jaren gebleven?Weet
dan, dat de oudtten onder hen hier zijn
aangesteld onder de verordening van 19
Juli 1882, waarbij een voor dien tijd zeer
gunstige salarisregeling was vastgesteld.
Successievelijk zijn nu die onderwijzers
aan hun maximum gekomen en zouden
deze bij sollicitatie naar andere plaatsen
financieel achteruitgaan. Beperkende be
palingen als 't niet of slechts gedeeltelijk
meetellen van dienstjaren buiten de ge
meente en 't stellen van een leeftijds
grens, al gebeurt dit laatste zelden officieel,
veroorzaken dat de onderwijzer met eenige
dienstjaren financieel achteruitgeat, of ver
geefs solliciteert,
Doch, al kregen de onderwijzers dezer
gemeente door mutatie beter salaris in hun
nieuwe standplaats, dan zou dit nog slechts
beteekenen verplaatsing van armoede op
de schouders hunner plaatsvervangers. Ook
dezen zouden te eeniger tijd om verbete
ring der salarissen vragen.
Zie M. d. R.,als u hebt opgemerkt, hebben
wij het ingezonden stuk van onzen tweeden
aanvaller op den voet gevolgd. Aan het
eind daarvan staat ook zoo'n smoesje,
waarom hij anoniem heeft geschreven. We
kennen dat. Veel ridderlijkheid kunnen
we nu juist niet zeggen, dat hieruit spreekt;
in aanmerking genomen al het hatelijke,
dat ook in dat stuk over de onderwijzers
is gezegd.
Het zal ons benieuwen, of hij gevolg
zal geven aan de nitnoodiging van den
heer De Yries. Het zal dan meteen blijken
of wij verkeerd hebben gezien, ah wij zijn
pseudo-verontschuldiging een smoesje
noemen.
M. d. R. We vergen wel veel van uw
plaatsruimte. Doch het zij ons vergund,
aan het eind van ons verweer nog eenige
aanhalingen toe te voegen van erkend
knappe menschen. Misschien hecht men
daaraan meer waarde dan aan onze woor
den, welke natuurlijk niet vrij te pleiten
zijn van eenig persoonlijk belang.
Zoo o.a. zei dr. Kuyper in 1901 in de
Tweede Kamer bij de behandeling van
ait. 26 der wet op het lager onderwijs
het volgende
„Zoolang ieder gewoue onderwijzer zijn
baton de maréehal in zijn rok
zak had, en kon leven in de bijna zekere
verwachting van straks zelf hoofdonder
wijzer te kunnen worden, en dan te huwen,
was het niet noodig om de onderwijzers
in het algemeen zooveel hoogere trakte
menten toe te kennen. Maar van het
togenblik af, dat het grooter deel, ja
verreweg het grootste deel van het onder
wijzers-personeel dit uitzicht niet meer
heeft, en de kans mist om dien „baton de
maréohal" te krijgen, is voor dat grooter
deel van het onderwijzend personeel een
toestand ingetreden, die hen feitelijk tot een
celibatair leven dwingt. En daar dit inzon
derheid voor den onderwijzer nietgewenscht
ia, is uit dien veranderden toestand m.i.
met noodzakelijkheid de eisch geboren, dat
de jaarwedden van het onderwijzend perso
neel aanmerkelijk verhoogd
moeten worden, opdat deze kun
nen huwen."
De heer mr. H. Goeman Borgesius zegt
het volgende „Karige bezoldigingen geven
de slechtste onderwijzers." (Zitting Tweede
Kamer 14 Dec. '97).
En wat zegt de heer jhr. mr. A. F. de
Savornin Lohman „De lagere school is nog
niet wat ze zijn moet en kan. Aller
lei omstandigheden werken daaitoe mede.
Niet het minst de treurige financieels po
sitie, waarin men nog altijd, tot schande
van Nederland, honderden, ja duizenden
onderwijzers aan de openbare lagere
scholen laat verkeeren," (Zitting Tweede
Kamer 13 Dec. '97.)
De heer prof. M. W. F. Treub beweerde
niet minder dan dit„Er is in Nederland
geen enkele positie van zoo groote sociale
beteekenis als die van de onderwijzers, die
zoo armzalig slecht beloond wordt."
En ten slotte, wat heeft de heer jhr. mr.
L. F. H. Michisls van Kessenich, inspec
teur van het lager onderwijs in d» le in
spectie gezegd „Ik kom tot U, zonder
mandaat van het schooltoezicht in mijn in
spectie, doch ik k^m tot U, om te g e-
tuigen van mijn sympathie
voor het doel van den bona en voor
de middelen, waarvan hij zich be
dient. De bond wil een positie veroveren
voor alle onderwijzers door woord en ge
schrift wil hij de maatschappij dwingen,
aan dat streven te voldoen. Dat is billij k
juist, rechtvaardig, nood
zak e 1 ij k. Deze woorden sprak de heer
Van Kessenich bij de opening van ons
herstellingsoord.Getrouw aan deze uitspraak
hebben wij ons er dan ook toe gezet, onze
aanvallers, al begaven deze zich dan ook
in 't krijt met neergeslagen vizier, te be
strijden en het goed recht van ons hande
len in zake salarisregeling te verdedigen.
Dit was ons recht niet alleen dit was
ook onze plicht.
Op verder anoniem geschrijf hebben wij
besloten niet meer in te gaan.
Daukend voor de plaatsing,
Het Bestudb,
v. d. afd. Vl. v. d. B, v. N. O.
FRANKRIJK. Nu ook de her
stammingen voor de raadsverkiezingen
zijn afgeioopen, kan men met zekerheid
zeggen, dat de coUsctivieten, de aan
hangers van Hervé, de nederlaag leden.
De uiterste vleugel der socialisten heeft
vereoheiden sfellingen verloren, zonder
nieuwe te winnen. Bij de andere par
tijen staan verlies en winst vrijwel ge
lijk. Wel hebben de radicale socialisten,
de regearingspartij, eenige zetels ge
wennen, dooh dit geschiedde in hoofd
zaak met behulp der verder naar reohts
staande partgen, zoodat men het meer
a's een demonstratie togen de socialis
ten moet beschouwen, dan als een aan
nemen hunner politiek.
Tooh hebben „L'Aurore* en „Le
Radical* wel eenigszins het reeht, te
spreken van een zegepraal dor republi
keinsche hervormingspartijen, een neder-
Dag van Jaurèi-aanhsngers. Ook de
„Hamamté" erkent eerlijk en onom
wonden, dat de s ciBisten storke ver
liezen elen Volgens hot socialistisch
blad, dat zich in dezen natuurlijk niet
aan overdrijving bezondigen zal, ver
liezen de socialisten te Parijs drie zetels
in de provincie vier. Volgens de re-
gceringssiatietiek winnen de gematigde
republikeinen drie steden, waaronder
de voor de parlementsverkiezingen be
langrijke plaatsen Toulouse, Nantes en
Ariatan.
Te Parijs zal de gemeenteraad voort
aan als volgt zijn samengesteld 37
nationalisten en progressisten (tegen
36 hg de vorige verkiezingsperiode),
33 radicale socialisten en onafhankeig
ken (tegen 31 vorige periode), 10 ge
unificeerde socialisten (vorige verkia
zing 13). Feitelijk hebben de socialis
ten bun nederlaag ran eigen optreden
te wijten. Hun voortdurend strevende
anti-militaristische leer van Hervé in
gang te doen vioden, de telkens terug
kesrende stakinsen verbitterden de be
volking. Of de uitslc-g der verkiezing
echter als een onbetwistbare zegepraal
van Clemenceau's politiek beschouwd
moet worden, zal de tijd leeren.
ENGELAND. Uit de artikelen in de
Lendeasche bladen over den uitslag van
do verkiezingen te Dundee, big kt in
hoofdzaak, dat het resultaat alle partgen
heeft verrast. De liberalen waren voor
bereid op een veel geringere overwin
ning, enkele misschien wel op een
nederlaag en verheerlijken thans de
overwinning in termen, die geenszins
rekening houden met de omstandigheid,
dat minister Churchill toch een veel
geringere meerderheid en een veel
kleiner stemmenaantal heeft behaald
dan zijn voorganger. Overigens zien zij
in den uitslag natuurlijk een overwin
ning van den vrijhandel, een juistere
waardeering van de drankwet en een
terugkeer van het land tot de liberale
beginselen, die in 1906 op zoo schit
terende wijze hebban gezegevierd. Een
blad spreekt zelfs de verwachting uit,
dat met Dundee een einde is gekomen
san de teleurstellingen bij de tuseoben-
tijdsche verkiezingen.
Da unionistische pers is teleurgesteld
door het stemmenaantal van Sir George
Baxter, die in het district een goede
bekende isen da arbeiderspartij had
vrijwel op een overwinning gerekend,
althans geenszins op een verlies van
ongeveer 3000 stemmen.
Conservatieve bladen schrijven de
overwinning hoofdzakelijk toe aan den
gun6tigen invloed der begrooting, die
reeds tcherieend genoemd is met den
neam „Bonnie Dundee-budget,* en die
den arbeiderscandidaat heel wat stem
men gekost zou hebben. Een der bladen
merkt op, dat de overwinning der re
geering alleen het gevolg io van de
omstandigheid, dat Schotland niet ge
plaagd wordt met een drankwet, welke
opmerking door de „Manch. Guardian*
handig wordt opgepikt voor het betoog,
dat ook conservatieve bladen dus er
kennen, dat zonder bijkomstige invloe
den in G oot-Brittannië de vrijhandel
zegeviert, zelfs in een industriestad als
Dundee.
RUSLAND. Minister Kokowzaw heef'
ziohjoavoorziohtiger wijze,deze uitlating
laten ontglippen „Goddank, wij hebben
in Rusland nog geen parlement I* Daar
over is heel wat te doen geweest, niet
alleen in de Doema, doch ook dear
luiten. De president van dat lichaam,
de Ootubrist Chomjakoff kon een der
gelijke minachting van het liobaam
waarvan hij vooizitter was, natuurlijk
niet zoo maar laten passeeten en sprak
in een bort scherp kritiekje er zijn
verontwaardiging over uit. Hierover was
op zijn beurt Kokowzew weer veront
waerdigd bij had het zoo niet bedoeld,
zei bij 1 Hij bad alleen het origineele
karakter vau de Doema willen stellen
tegenover de W. Europeesche parle
menten I En Cbomjakoff werd gemaand
zjjn kritiek in te trekken.
Dooh in een brief aan Stolypin ver
klaarde bij daartoe aüermirst bereid te
zijn, Waarop Stolypin van zijn kant
ook neg eens op een herroeping van
Chomjakoff's zijde faandrong, met de
mededeeling dat als de minister presi
dent biertoe niet besloot, hij, Stolypin
zijn ontslag zou moeten nemen. Waarom
of het bepaald noodig was dat Stolypin
zich de zaak aantrok is niet duidelijk.
Chomjakoff vond blijkbaar, dat dit meer
zou zijn dan de zaak waard was, ter
wijl bovendien nog het geruo'nt ging
dat ook Kokowzew zijn ontslag zou
nemen als Cbomjrkoff niet openlijk iu
de Doema bakzeil haalde. Deze laatste
heeft ditjtoen om den lisved vredes wille
maar gedaanhij verklaarde dat hij
„formeel inoorreot* handelde toen hjj
des ministers woorden kritiseerdebij
zijn geweten voelde hij zich echter niet
schuldig.
„Met deze tamme en weinig zeg
gauds verontschuldiging was men yan
weerszijden tevreden.
De reden waarom minister Kokow
zew zioh zoo minachtend uitliet over
de Doema, schijnt niet ver te zoeken.
Hij wordt doodgtveifi als de opvolger
van Sto'ypia. Daardoor moet hij zioh
vooral natuurlijk gezien maken bij het
Hof en de hoogste Hofregeeringskrin
gen. En bij heeft dit blijkbaar niet be
ter weten te doen dan door zich sma
lend en minaohtend over de „Volks
vertegenwoordiging" uit te laten.
MIDDELBURG. De
heeft in zijn hedenmiddag gehouden
vergadering naar aanleiding van een
schrijven van den minister van water
staat, besloten tot schrapping der be
paling dat in de kom der gemeente,
een man met een stok voor de stoom
tram moet loopen.
De zoogenaamde tramezel zal dus
komen te vervallen.
Trekking van 12 Mei 4e kl. 2e tr.
Prijzen van f 100 en hooger,
Nos. 3002, 3191, 5472, 6841, 8420,
12872, 17920, 100.
Nos. 8476, 13706, 18939, 19839,
200.
No. 19127, 400.
Nos. 1387, 18953, 1000.
Mei.
vm. am.
Donderdag
14
12.08 12.28
Vrijdag
15
12.42 1.02
Zaterdag
16
1.16 1.36*
Zondag
17
1.53 2.13
Maandag
18
2.29 2.49
Dinsdag
19
3.10 3.30
Woensdag
20
3.53 4.13
Volle maan vm. 4.52. Springtij v>n.
Per telegraaf.
TER NEUZEN. Op de ljjn Mecbe-
lenTer Neuzen bij het station Kijkuit,
is hedenmorgen een wisselweohter door
een trein overreden en gedood.
De trein ondervond hierdoor ander
half uur vertraging, waardoor de san
sluiting met de prov. boot werd gemist.
Heden overleed te Londen, tot
onze diepe droc-fbeid, onze geliefde
Echtgenoot en Vader, de Heer
J. EAGLES,
in den oudeidim van 64 jaren.
Wed. EAGLES-
XAJ TTTnpvp
R W. EAGLÊS
Het BESTUUR der bovengenoemde
Afdeeling maakt bekend aan familie
leden en kennissen van in Oost- of
West-Indië vertoevende sobepelingen
der Koninklijke Marine, dat er gele
genheid bestaat, door de zorgen dier
Afdeeling, kosteloos aan genoemde
sobepelingen pak/os te V ®F-
s m dl zBo
Zij, die van deze gelegenheid wen-
ohen gebruik te maken, kunnen hunne
te verzenden pakjes voor de eerste ver
zending inleveren rt>>r 21 Mei a.e. aan
het Bureau Nederlandsch Loodswezen,
Niuuwendgk, eiken werkdag, des voor
middags tuBcchen 8 en 12 uren, en des
namiddags tusschen 2 en 5 nren, al
waar tevens nadere inliohtingen zullen
worden verstrekt.
Het Bestuur der Afd. voornoemd,
JOS. VAN RAALTE, Voorzitter.
M. VAN DER BEKE CALLENFELS,
Secretaris.
een Blwewhuis tegen 1 Juni, en
ren SBtsmettienhuEs met Bleek en
Poort, uitkomende in de Schoolstraat,
tegen 15 Juni, staande Groote Markt
no 18. Te bevragenKleine Markt
no 58.
TE HUUH,
12.50 por maand. Adres: Bureau
„Vlissingsohe Courant.'
een flink ruim BEMEDEMHUIS
met Tuintje en Poort, huurprijs 16.
per maand. Te bevragen Bureau dezer
Courant.
Te Huur gevraagd, met houten be
vloering. Br. lett. P., Bureau „Vlis
singsohe Courant.*