mging
EUR:
Zaterdag
46a Jaargang»
1908.
28 Maart
het
ien.
f 10000,
e Likeuren
de Genever
•CASBGLS
O A.
user 90.
©it
Hi
Abonnt ments-Advertentiën ®p zeer foordeel kt'; voorwamsde®.
Éiifikisski beriehtm
Quiisiana.
van een jju
MAART a.s
ESTlUa,
ouden HEEREH
ebehooren. Br. me(
ito „Fiets," Butean
nt.«
VENHUIS, van
uwstraat 18.
S&B" besohikbaar
etes, ala EiBI*&io
n 4V> CP prinia
T, Bureau _VIia-
ugemukt
AM.
6 H.L.
1
6
1
16
1
1
1
1
1
18.-
1.15
21.50
1.40
22.50
1.45
2.30
2-
1.25
PEIJS.
f 8.6
6.51
8.21
8.18
7.25
8.48
t 9.51 10.1
f 6.33
7.33
flO.l't
f10.50 11.2 |-U.l
id-Daitachland, riohtiag
aal-Laga Zwaluwe-
6.17
6.3
7.16
7.47
8.1
8.1'
8 ,10.38
2.6
3
10.28
1.29
0
11.40
3.9
2
12.38
3.42
8
12.54
3,(58
té
1.10
4.12
Jta. 75,
VLISSIJieSCBE COURANT.
Prijs per arte maandea 1.30. Franco per post 150.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Ma» abonneert nich bij ale Riek.
handelaren, Postdirecteuren of re shtetreeks bij den Uitgever
F. VAN DB VELDE Jr., Kleine Mm kt,
ABYERTJ5NTIËK: vaa 1—4 re*eh ƒ0.40. Voor éhm regel
meer 10 cent. -■ Bij directe opgaaf v; in driemaa' jilaatsirg vrzelfda
ftlvertentie wo-di de prijs slechts twee maal bereken, L Gm«-; letters
fö cliché's naar plaatsruimte.
Vet'.scliijnt dagelijks,, uitgezonderd op Zon- en feestdagen.
Telephoonnuiainer 10.
todwst blijvend gedeelte.
get wetsontwerp is, wij meldden het
jterenreeds oadar „Laatste Berichten",
dBoeaotneii met 54 tegen 41 stemmes,
yóor stemden de heeren Fruytier,
fan Yeen, Van Alphen, Da Waal Ma»
t, Luoasse, Van Dedem, De Geer,
Cittors, Van Styrum, Brummel-
^YanVuuren,Blooker,Van deVelde,
jns, Van Wessenaer, Lobman, De
isr, Tydeman, Van Nispen (Niime-
j, Hennequin, Van Asoh van Wjjck,
ran Vliet, Van Karnebeek, Van den
van Heemstede, Kooien, Van
(Rheden), Duinatee, De Stuers,
isse van Tsselt, Passioots, Van
De Kam, Bogaart, De Vries,
Laoff, Boekers, Ruys de Bserenbrouck,
- jmen, Arts, Janssen (Maas
tricht), Van Wijnbergen, Bolsius, Van
Molen, Van den Heuvel, Van Wi
ll, Van der Voort van Zijp, Van
B/lssdt, Duymaar Van Twist, Regout,
L!4g, Van der Boroh van Ver-
Aslberse, De Ridder en de
Voorzitter.
legen de heeienHugenholtz, De
Beaufort, Van Gijn, Helsdiogeu, Van
Doorn, Smidt, Thomson, Van der
Zwaag, Lely, Van Deventer, Pierson,
Ter Laan, Schaper,Drucker,Roodhuyzen,
Dolk, Maiehant, Limburg, Treub, Ferf,
Borgesins, Smeenge, Liaftink. Patijn,
i den Bargh (Helder), Van den
gh (Rotterdam). IJzerman, Reyne,
Boer, Bas, Eland, Van Kol, Jansen,
u Haag), Roessingh, Mees, Van Fo-
rcest, Jaonink, Ketelaar, Noiting, Plate,
Afwezig waren de heeren De Klerk,
Hubreoht, Verhey, Troelstra en Van
Idsinga.
De „N. R. Ct." zegt in haar Kamer
overzicht naar aanleiding van deze
besliseisag
Het nieuwe kabinet kan tevreden zijn
over dom dag van heden. Het wets
ïooratel-Sabron toeh is, na driedaagsohen
itrjjd, door de Tweede Kamer aange-
BomeD. Vier en vijftig leden hebben er
'ih ten slotte voor verklaard, 41 stem.
n tegen.
Steun vond het ministerie bij alle
Bsuwezige leden der rechterzijde al-
de heer Van Idsinga was afwezig
- en bij 6 vrije liberalen, de heeren
Stryrum, Blooker, Tydeman, Hen
Bcquin, Van Karnebeek en Rösll. Te-
eteindem de overige aanwezige le
der linketzjjde. Da heeren Verhty,
Klerk en Troelstra waren wegens
afwezigde heer Hubreebt had
dea heer Van Idsiaga gedaan ®at
kgelschen noemen „to pair off
eheel ongewijzigd is het wetsont
verp er niet doorgegaan. De minister
Heemskerk trok het veelbesproken art.
1 in, soodat het ontwerp werd terug-
gebraoht tot een eenvoudige wijziging
VBB de credietwet voor oorlog. Hier-
In de overige-boeken.
Alweer een roode potloodstreep 1
»Iu een tuintje ging ik rond,
Dat vol lentebloemen stond
De leeuwerik dead zijn zangen
[hooren I
Een soboon gezicht kwam mij be-
[koren
Manfred streek zioh over het
23.)
De verzen, die met een dikke streep
[«merkt waren, kwamen hem alle zeer
'ökend voor.
Hij keek nu eens, of de sokrjj ver op
titelblad genoemd was ja, Rudolf
lëgel, een zijner lievelingsdichters.
Hos verheugde het hem diea dichter
met te vinden 1
door zal dus de wet evenmin als
door den minister van binnenlandsche
zaken Heemskerk door den minister j
WentboR behoeven te worden gecon
trasigneerd. De leuke wijze, waarop de
heer Heemskerk dit mededeelde met
een vriendelijk buiginkje naar den beer j
Rcadhuyien, die dan minister Wentholt
over zijn onderteekening van het wets
ontwerp erg lastig was gevallen, sloeg in.
Het „Hbi." betreurt het votum, Het
pro en contra ken het blad natuurlijk
niet in zijn geheel, ja zelfs slechts voor
een klein deel overwegen, omdat het
grootste deel achter gesloten dauren is
behandeld. Maar ten eerste zijn de in
't openbaar, vooral door den heer Patijn,
aangevoerde bedenkingen in 't openbaar
niet voldoende weerlegd.Minister Heems
kerk maakte er zieh vtrn af door
ie zeggen dat het stelsel-Patijn neer
komt op langzaam mobiliaeeren en dat
men alfjjd snel most mobiliseeren,
Daarmee is de quaestis evenwel onzui
ver gesteld de quaeatie is, of de zeer
geringe vertraging(van hoogstens 36 uur)
die het stelsel-Patjjn zou meebrengen
en dan nog wel bij wijze van uit
zondering en in een tijd waarin duizen
den manschappen van de lichting 1908
in de kazerne zijn, dus volstrekt nist
in de laege wintermaanden eecig
nadeel zou opleveren waaneer men maar
een regeering heeft die wakker genoeg
is om bij bewolking van de lucht die
2200 man tijdig op te roepen, lang voor
er gemobiliseerd behoeft te worden. Dat
dis geringe vertraging, in de maanden
April, Mei, Juni en Juii van dit jaar,
met een volle lichting onder da wape
nen, nadeel zou kunnen berokkenen, is
althans in openbare vergadering nist
aangetoond en evenmin is ia openbare
vergadering bet verwjjt van den hoor
Maichant behoorijjk weerlegd dat aan
dit onderdeel van de mobilisatie nu alle
aandacht wordt gewijd, doen dat de
hoofdzaak van da mobilisatie niet in orde
is. Voorioopig echter is er, afgescheiden
nu van het oordeel dat men zich over
dit votum vormt, natuurlijk een zekere
reden om da regeeriag mat dan afloop
geluk te wensehen. Dit werd dan
ook ruimschoots gedaan door leden van
verschillende fracties (ook wel van links)
ja zelfs wenschten naar hot soheen, de
ministers elkaar ouderling geluk.
Het „Ubl." meent te weten, dat de
voorloopige oplossing van de blijvend-
gedeelte quaeetie ir den vorm waarin
dat thaaa zal geschieden, een zaak is
geweest waartoe reeds bij do vorming
van het Kabinet is besloten ea waar
voor de instemming van alle groepen
van dc rechterzijde was verkregen. Die
steen des aanstoots moest eerst van de
Die is nu van de baan en het Kabi
net kan nu rustig voort werken.
De wijze waarop de miaister-presi
dent gisteren ook deze zaak weder
behandelde met veel goed humeur en
met veel geest, doen opnieuw vermoe-
voorhoofd.
Een vreemde onrust kwam bij hem
cp. Het was, of die woorden, ala de
wichelroede van een toovanaar, een
verborgen plek in zijn binnenste open
den, waar een kostbare schat diep be
graven had gelegen.
Plotseling kwam bij hem een verlan
gen op naar iets, dat hg niet ia woorden
kon brengen.
Nog nimmer had zijn voet dit huis
betreden en toch kwam alles hem bekend
voor. De fijne rozengeur, die hem
tegemoet kwam uit alles, wat hij aan
raakte die beelden ginds, die zoo
ernstig en streng op hem nederzagen,
die boeken, die verzen
Hij peinsde, maar kon bet raadsel niet
oplossen. Het geheugen liet hem in don
steek, hoe meer hij trachtte het te
dwingen tot verlevendiging der oude
herinneringen. Mismoedig staarde hij in
de vlammen van het haardvuur, die zulke
afwisselende lichtspelingen vertoonden.
Toen greep hij toch weer een boek.
„Ea in dat sohitterend geflonker
Zie ik voor mg het bseld der vrouw,
Die 'k altijd in den geest aanschouw,
Bij dag of naoht, bij licht of doaker..."
den dat pr>kkclirg of agressie van hem,
en vermoedelijk vun da gansche regee
ring, niet ia te duchten. En dat nog
we!, schoon de disoussie van heden
goedsdeela vol personaliteiten was
en daardoor zskelijk nisi zeer belong-
rijk. Ruzie tusscben de hearen Merchant
ea Tydeman, Marchant en Duymaer
van Twist, Duymaer van Twist en
Thomson (deze iaatste Kreeg vao den
afgevaardigde van Steeawijk, die zich
in deze dagen waarlijk een schatgraver
van politieke curiosa too ft, een citaat
uit zijn verleden te hooren dat hem in
't vervolg wel voorzichtiger zal maken
jegens den heer Lobman)en zelfs
rebellie van den heer Ter Lean tegen
den voorzitter.
't Was alleraardigst vaar de tribunes.
De „N. O," zegt o, a.
Wij vooronazien de „psychologische"
beteekeais van het heden gevallen be
sluit vooral hierin, dat de Kamer een
eind heeft willen maken aan de proef
jes met kleine maatregeltjes en her-
votminkjes, die het legerlichaam ern
stig verzwakken en deaorganiseeren,
zonder het gewensobte duelhervor
ming en goada besteding der gsldc-n
inderdaad te bevorderen. Nu du dit
herstel van da „status quo ante", begint
het werk van ministar Sabron. Dat bet
hem daarmee ernst is, durft niemand
betwijfelen. In het comité generaal zegt
de heer Patijn bevestiging gevonden te
hebben van zijn overtuiging, dat een
belangrijk deel van de door het big -
vend gedeelte te vervullen taak, best
door burgermaneohappen ware ta ver
richten da heor Thomson zijnerzijds
neemt de partij van da landweer op,
dia hij, mits men maar niet da fictieve
organieke cijfers ala baria neamt, vol
doende voor haar taak berekend en ge
ëncadreerd acht. Het is mogelijk iaat
thans generaal Sabron toouen, wat bij
vsn het geheel te maken weet. Tot na
toe woonden wij slechts stukgewijzo af
braak bij.
Naast dsn hoogen ernst van den mi
nister vau oorlog, kon de heer Heems
kerk zieh het spel van zijn geestig ver
nuft veroorloven. Beu hoogeten triomf
bihaalda hij, toen hij, het veel bestreden
artikel 4, wegens de ruime opkomst van
vrijwillige-s onnoodig geworden, intrek-
j kende, deKamerfenipoogend mededeelde,
dat daarmede het voorstel tot wijziging
van de Militiewat en dus, onder de
Memorie van Antwoord, zjju sigan
handteeksning ea die van den minister
van Marino verviel.
In eens stond dus de heer Wentholt,
eec oogenblik te voren nog het mikpunt
van 's heeren Roodhuijzen's toorn, bui
ten de quaestie. Da beer Patijn kapit
telde, op zjju beurt in geestigen vorm,
den minister van binnenlandeoha zaken
wagens diens gebrek aan ernsthet zij
zoo, mits men maar erkeoae dat de
ernst in heel da behandeling van deze
gewichtige quaesiie aan de regeerings-
taiel niet ontbroken heeft en de handig
heid vaa den kabisetsformaerder dair
do zaakkuadigheid van den minister
van oorlog heeft aangevuld. Want bet
comité-generaal moge de tegenstanders
niet hebben kunnen overtuigen in
dien daar werkelijk zoo onbeduidende
argumenten waren aangevoerd, als deze
van ta voren hebben voorspeld, zou
mea heden ia het algemeen debat den
weerklank der teleurstelling wel krach-
tiger hebben vernomen.
Weer kwam een vurig zielsverlangen
bij hem op, Isolde 1Wat liet zij
hem wacht9E 1
Toen hjj nu in zijn ongeduld met
groots schreden in het boudoir heen en
weer liep, bemerkte hij, dat de dikke,
fluwealen gordijnen toegang verleemden
tot eau andere, veel grootare kamer,
waar een groote vleugelpiano in het
midden stond.
Ook hier waren beschilderde venster
glazen aangebracht, in de hoeken stonden
de beelden van beroemde componisten.
Naast een antieke kast stond een harp.
Op een grooten sohildcrsszel achter,
half achter een gordijn verborgen, stond
een levensgroot portrethaar beeltenis.
In een licht, jonkvrouwelijk gewaad,
door haar rijken afhangenden haardos
als met een goudblonden sluier omgeven,
het oog op iets in da ruimte gericht,
stond zij voor hem, zoo lief, zoo trouw
hartig, zoo levenswaar, dat dit meester-
schap der kunst en der natuur hem
geheel in beslag nam. Verdiept in de
bssohouwiag van het portret vergat hij
alles om zioh heen. Hij hoorde niets
van het. binnentreden der geliefde vrouw,
die nu reeds een poos achter hem stond
en hem met ernstige» blik gadesloeg.
1st belijdend karakter van het kabinet.
Na al wat er over het belijdend, het
Christelijk ea het „vrooljjk Christelijk"
karakter van het kabinet reeds is te
berde gebracht, schreef de „Ned." o. m.
Ais de zaken maar ernstig behandeld
worden, gunaen wij ieder gaarne zieh
te uiten, zooals dit met zijn natuur en
aanleg 't best overeenkomt.
Maar laat ons dan ook niet uitpluizen,
of een minister wel vaak genoeg, wel
op het juiste oogenblik, wel met de
noodige onctie een of ander „belijdend"
woord gebezigd heeftof een Kamerlid
die zekere uitdrukking bezigde, toch
nist hooger stond, diaper „Christelijk"
voelde dan da Premier, en wat dies
meer zij.
Er staan over dat gebruik vaa Heer©
Haere 1 ia de Heilige Schrift zulke vlijm
scherpe woorden. Zoo eeherp wordt daar
het doen gestald tegenover het spreken
en aanroepen van dea Heeren Naam,
al kas soms het aanroepen van dien
Naam faooge plichtsbetrachting zijn nl.
wanneer het niet. geschiedt ijdellijk
vooral niet uit politiek overleg.
Die woorden-uitpluizerij op dit gebied
doet hoogst on-.-angeuaam aan.
Ecu gosd christen ook een christe
lijk kabinet dus ga met evenveel
bescheidenheid als beslistheid den rech
ten weg. Beljjdsnd, waar het pas gesft.
Ea anders niet. Minder nog om politieke
redenen, dan uit schuchterheid voor
het heilige.
Daartoe zegt „de Tjjd"Het te
ongelegener tijd „getuigen" is, durven
wij zeggen, nooit een fout van katho
lieke ministers of Kamerleden geweest.
In een deels ongeloovige, deels geloovig
protestantache omgeving zou eene be
perking van hel heilige van het stand
punt van den geloovigen katholiek al
licht leiden tot protesten en replieken,
welke men onzerzijds liever vermeden
ziet. Niet op fraaie vroom klinkende
woorden, maas op daden komt het ten
siotfe neer. Een© regeeriag, die voort
durend vrome woorden ia don moad
cam, zonder hare daden met hare woor-
den in overeenstemming te brengen,
zou door ons niet beter, wel slechter
geacht worden dan eens regeeriag, welk?
op den naam van christelijke regaering
geen aanspraak maakte.
In zóóverre gaan wjj dus met de „Ne
derlander" geheel aceoord. Dit een en
ander neemt echter niet weg, dat de
godsdienstige begineeien in een open-
„Zoo in gedachten verzonken, mijn
heer de graaf? Ge rijt dus niet al te
boos op mg, omdat ik u zoolang hab
laten wachten Ik heb gezegd, dat ik
vandaag alleen wilde zijn, dewijl ik een
zeer treurige tijding heb ontvangen. Daar
ik echter niet weet, wanneer ik hier za!
Het was aan de stem der zangeres te
hooren, dat zij treurig aangedaan was.
Doch hem klonk die stem in de ooren
als het geluid aener schoons, zilveren
klok, die een helderen naklank heeft.
„Op dea tijd heb ik niet gelei", ant
woordde bij met eveneens trillende stem,
tarwjjl hij zich hoffelijk boog ea haar
de hand kuste. „Dit wonderschoone
portret heeft mg gezelschap gehouden.
Een groot kunstenaar, die zoo iets
maken kon I*
Als ter vergelijking sioag hjj zijn
bewonderende blikken van het portret
op naar Isolde doch de verheugds
glimlach bestierf hem op de lippen, zoo
hevig verschrikte hjj.
Als eea angel des lichts - schitte
rend gekleed in glanzend atlas, ver
sierd met flankerende edelgesteenten,
zoo troonde haar beeltenis in zijn hart.
Het kostuum van zwarte kant, dat zij
baar debat, els het onderwerp dar be
raadslaging bet medebrengt, allerminst
mogan verborgen of weggemoffeld wor
den. Toen dr. Kuyper als premier van
een christelijke regeericg zijn HGCger
Onderwijswet te verdedigen had en ook
bij andere gelegenheden, toen hij zich
door da linkerzijde bepaaldelijk als chris-
lelijk staatsman zag aangevallen, kon
en mocht hij van zijn godsdienstige be
ginselen niet zwijgen en zig hij zich
we! genoodzaakt, de antithsse-lgn te
trekken.
Wij voor oas achten het uitnemend,
dat de nieuw opgetreden regeeriag niets
doet om hare tsgenpartjj te prikkelen
of uit te dagen en dus ook, zoolang
het geen bepaald doel of nut zou heb
ben, zioh van een belijden of getuigen
op het stuk van godsdienstige beginse
len onthoudt. Ecbter staat het voor oas
vast, dat die beginselen, en zij alleen,
ia laatste instantie alle groote staat
kundige en maatschappelijke vraagstuk
ken beheerechan, nies minder dan alle
problemen van wijsbegeerte en :eoht.
De religieuze quaestie ligt inderdaad,
volgens het diepzinnig woord van Do-
noso Gortez. aan alle andere tea grond
slag. Daarom zal, naar onze overtuiging,
ook de tegenwoordige regeeriag een
principieelen ssrgd op den duur niet
kunnen outwjjken. Dan klinke haar ba-
zuingeluid even baaiiet en even krach
tig als dat van ds. Kuyper en zjjn ambt»
genooteis in het kabinet fan 1901
Prias Hendrik op TerseMiisg.
Ta Midsland werd gi deren sea tea-
tooMteüing van paarden gohouden,
waaraan Z. K. H, Prins Hendrik een
bezoek bracht. Het bleek hier weder,
dst da Prias san groot liefhebber en
kenner van paarden is.
Na een kort bezosk aan do Hervormde
kerk se Midsiand werd eau proeftocht
gehouden met öe reddingsboot. Daze
werd uit de schuur door paarden op
hat strand ea in zee getrokken, waarna
de roeiers plaats uamen ea eau eind in
zee roeiden. Alles liep ving van stapel,
dank zij de maatregelen van da ree-
dingscommissie te Terschelling.
Op de traditioneele huifkar read de
Prins vervolgens door de duinen naar
West-TarèckalÜDg, waar zioh esn
groote menigte had verzameld en do
Prins met buitengewone geestdrift werd
toegejuicht,
Ean gemeenschappelijke maaltijd had
plaats in het betel Swart, waer behalve
da Prins aanzaten de hoeren van de
plaatselijks rsddingcommissie, van de
Staaiscommissie en enkele genoadigden,
waaronder de burgemeester van Ter
schelling.
Heden bsstaat het plan per torpedo
boot naar de Vlie ree te gaan eis var-
volgens par motoruoot naar Vlieland
ons ten slotte ovar den Helder per
Holl. Spoor naar de residentie tc ver-
trekken.
heden had aangetrokken, deed haar
zachte teint wel beter uitkomen maar
gaf haar aea veel vrouwelgker, ouder
voorkomen. Ook wareu de goudblonds
krulletjes verdwenen, die anders haar
voorhoofd sierdenhet vastgevioohiea
haar lag glad om haar schedel. Hst nu
zoo kale voorhoofd was blank en zonder
rimpels, maar hoog en breed. Daardoor
kregen haar zuivere klassieke trekken
wei een ander en gewiohtiger uitdruk
king, dooh het jonkvrouwelijke ging
daarb|j verloren.
Graaf Manfred herkende haar nau
welijks, zoozeer was zij nu veranderd ia
haar voorkomen.
Ds opborrelend® stroom van lieve
woorden bleef hem in de keel steken
dewijl zij daar zoo bleek en ernstig voor
hem stond, werden zjjne herinneringen
weder levendig en vergat hjj
„Welnu, mijnheer de graaf", begon
de kunstenares, nadat zjj in het boudoir
plaats genomen hadden, „wat is de
ïeden van uw komst P Betreft het de
lieve barones P Wensoht zjj mij op eea
van haar sehittorende feesten te zien P"
(Wordt vervolgd.)