ustratie
ft lÉitti der Mzii.
ïiRElX
iiil
Dinsdag
7 Januari.
19Q7.
1908.
Gemeente bestuur.
FEUILLETON.
Teleplioon nummer 10.
Jtïo. 5.
46» Jsasqiaog.
IG
tmuntend
15, 1.65, 2.00.
1.10, 1.40.
2 00, 2.50.
nde franco.
merken telkens
te willen letten,
merk THEE-
oorziea van ne-
t is onder het
rd fabrieksmerk
e op beide zijden
ig gedeponeerde
Java- en
>n de Ruy-
waarop tal van
ij a ec a jg, dio tot
Illustratie
len Uitgever dezer
izer lezers een
pent
aanden
e rd
t 8.6 -
8.61
8.21
8.18
7.25
8.48
10.1
f 9.61
O
f 8.33
7.33
f10.14
i)
flO.50 11.2 ft 1.1
d-Duitschland, riohting
lal-Laga Zwalawe.
10.38
2.6
6.17
10.28
11.40
1.29
6.3
3.9
7.10
12.38
3.42
7.47
12.54
3.58
8.1
1.10
4.12
8.15
VLISSIUSI NE COURANT
Prijs per drie maanden S l=80s &a®ra> 1.50.
Afzonderlijke nummers 5 cent. Men abonneert zich bij alïe Boek
handelaren, Postdirecteuren of rechtstreeks bij den Uitgever
F. VAN DE VEL!)® Jr., KI sine Mm" t,
ADVERTENTÏËNvar t4 regels ƒ0.40, Voor eiken regel
meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde
adverte-ntie wordt de prijs slechts ftueemaal berekend. Groote letters
en cHehó's naar plaatsruimte
Verschijnt dagelflte, aitgezonderèi op Ëon- en feestdagen.
MEDISCHE POLITIE.
Burg. en Weth. van Vlissingen
maken bekend
dat de heer JAN BEIJERS, arts,
gemeente geneeskundige alhier, door
hen, overeenkomstig art. 4, laatste
alinej der wet van II April 1869,
(Staatsblad no. 65) voor het jaar 1908
is aangewezen als geneeskundige, be
last met de doodschonw in deza gemeente.
Vlissingen, 6 Januari 1908.
Burg. en Wetb. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE,
De Secretarie,
WITTEVEEN.
NATIONALE MILITIE
Zitting van den Militieraad.
Burgemeester en Wethouders van
Viiseingen
brengen ter kennis van de lotelingen
dezer gemeente, lichting 1908:
G. H, Hekhuis, lotiogsnr. 156.
S. W. Huijsman, 177.
C. W. Rademaker, 179.
W. J. Nobels, 184.
L. Timmerman, 186.
A.H.M.Straokvan Schijndel, 191.
J. de Boog, 193.
M. P. van der Hoeven 195,
die ala reden van vrijstelling gebre
ken hebben opgegeven doch in December
1907 niet voor den militieraad te Mid'
delburg zijn verschenen, dat de uitspraak
omtrent hen is uitgesteld tot 31 Januari
8.R., dat zij op dien dag, des voormid
dags ten 10 ure precies behooren te
verschijnen in het Tehuis voor Militai
ren G 223 Nieuwstraat te Middelburg,
alwaar de militieraad andermaal zit
ting zal houden
en dat zoo zij wegens ziekte of ge
breken niet in staat zijn op genoemden
datum voor dien Raad te verschijnen,
zij ten spoedigste daaraan dienen in te
zenden eene ongezegelde niet gelegali
seerde geneeskundige verklaring daarom
trent, opdat het onderzoek, overeen
komstig art. 75 der militiewet 1901, in
bunne woning kunne geschieden.
Dit onderzoek geschiedt kosteloos en
moet plaats hebben onverschillig of het
getrokken nummer al dan niet buiten
oproeping zal blijven.
Vlissingen, 6 Januari 1908.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Secretaris,
WITTEVEEN.
ZEEMILITIE.
Burg. en Weth. der gemeente Vlissin
gen, brengen ter voldoening aan art. 138
der Militiewet 1901, bij deze ter kennis
van wie bet aangaat, dat de lotelingen
voor de lichting der nationale militie
van 1908, die voor volledige oefening
tg de militie te land zouden moeten
worden ingelijfd, een der na te melden
69.)
„En ge meent dus, dat bij
„Wat ik meen of geloof, heeft vol
strekt geen waardewij moeten feiten
heboen. Het vinden van die twee zakken
zand, die hunne geschiedenis niet konden
vertellen, bracht verscheiden mensohen
in de meening, dac de oude Scheppers
niet dood ia. Hieruit kunt ga zien, boe
de schaduw ook invloed oetant op ver
deraf staande personen. Hoeveel sterker
moet die dan wei werken op de recht
streeks belanghebbenden. Heeft de
sohadaw misschien tegen Green gezegd
Ge moet dit of dat doen, dan zal
Ik aan u toebehoorec P Ba Green
die een geslepen kerel is, heeft mis-
tohien gezegd Wat blief P Zegt,
I® mts mijnheer Burns f
beroepen uitoefenen en verlangen bij
de zeemilitie te dienen, worden uitga-
noodigd zich vóór 1 Februari eerstko
mende bij hen, Burgemeester en Wet
h ,uders, aan te melden of te doen op
geven ter gemeente secretaris (bureau
bevolking)tot welke aanmelding of
opraye eiken werkdag van 9 uur voor
middag tot 4 uur namiddag, te die?
plaatse gelegenheid zal zijn.
De bovenbedoelde bij beschikking
van den minister van marine van 4
December 1903, bureau S. B, No. 83,
aargewezen beroepen zjjn de volgende
Zeevarenden A. Siuurlieden, stuur
mansleerlingen, matrozen, lichtmatrozen
en jongens op koopvaardij!chepen van
de groote en kleine vaart en op see-
sleepbooten. Stuurlieden, schippers en
verdere opvarenden van loodsvaartuigen
en tonnenleggers. Diepzeevisscbers en
Noordzeekuet-visschers.
Binnenschippers B. Stuurlieden, schip
pers en schippersknechts van Rijnsche
per, aken, tjalken en kleinere vaartui
gen, Stuurlieden, matrozen, schippers
en sohipperskneehts van passagiers- en
sleepbooten op binnenwateren. Zuider-
zeevissohers. Visschers op Zeeuwsche
wateren en op de groote rivieren. Mos-
eel- en oeetsrvissohers. Schuitenvoerders,
vletterlieden en veerlieden.
Smeden, stokers, machinisten en bank
werkers C. Machinisten en machinist-
leerlingen op schepen en vaartuigen,
1 bij spoor- of tramwegen en op fabrie
ken en aridere inrichtingen. Stokers als
boven. Machinedrijvers. Smeden en smid-
j bankwerkers. Machine bankwerkers en
gewone bankwerkers (hieronder ook
j to verstaan rijwielherstellers). Werk
tuigmakers.. Kolsntremmers, Metaalbe
werkers (hieronder te verstaan koper
slagers, ketelmakers, vijlenkappers en
voorslagers.) Eleeiriciens.
Overige ambachten. D. Soheepsbe-
sehieters. Scheepstimmerlieden (scheep
makers) E. Koek- en banketbakkers
of knechts. Koks en koksmaats, hetzij
aan boord van schrpeu of vaartuigen,
hetzij aan den wal F. Koffiehuis- en
hotelbedien en. Hofmeesters en kellners
op schepen of booten G. Ziekenver
plegers, Barbiers, Apothekersbedien
den H. personeel van 's Rijkswerven.
N.B. De personen, genoemd onder
A. B en D komen allereerst in aan
merking voor inlijving als zeemilicien
matroosdie vsd voor inlijving als
zeemilicien-stokerE als zesmilicien-
kok F. als zeemilicien-hofmeesterG.
als zeemilicien-ziskenverpieger H. a's
zeemilicien-matroos of stoker, el near-
mate van het beroep, dat zij uitoefenen.
Uit de lotelingen, dia een dezer be
roepen uitoefenen, wordt de voorkeur
gegeven aan ben, die zich overeenkom
stig deze uitnoodiging voor den dienst
ter zee hebben aangemeld of hebben
doon opgevende overige voor dien
dienst noodige manschappen worden te
zijner lijd zoo noodig door loting aan
gewezen.
„Green heeft Londen verlaten, is naar
Parijs gegaan en heeft gezorgd, dat het
lijk verwisseld werd tegen de twee
zakken zand 1 Wilt ge dat soms zeggen,
mijnheer Twellingwood
„Stil, mijnheer 1 Men moet niet over
zaken spreken, die men niet kan bewijzen.
Hebt ge nu begrepen, waarom ge naar
Pargs moet
„Naar Parijs vroeg Burns ver
wonderd.
„Ge moet kunnen santoonen, waar
Green van 7 tot 11 November heeft
vertoefd en wat hij in dien tijd heeft
uitgevoerd. Nu weet ge, waarom het te
doen is. Het is ten nutte van Anny,
mijnheer Burns. Misschien is het ook
ten nutte van u zelf. Begrepen Om uw
taak te kunnen volbrengen, moet ge de
scheepsregisters van 7 tot 11 November
raadplegen, alsmede de politieregisters.
Verder moet ge ter plaatse onderzoek
doen, geheime nasporingen verrichten.
Ziedaar uw weg, den weg naar uw
geluk I Hebt ge mg begrepen, mjjn-
heer Burns P*
De weg naar zyn gelukja, dat
begreep Will Burns wel, ook zonder de
opwekkende woorden van Twellingwood.
Het gold Anny, en voor haar had hg
De aandacht vaa de lotelingen wordt
gevestigd op art. 116 der militiewet
1901, luidende als volgt:
„De bij de militie te land ingelijfden
worden niet tot aangaan van eene ver
bintenis voor de buitenlandpche zeevaart
toegelaten, zonder schriftelijke toestem
ming vanwegen onzer Minister van
oorlog.
Die toestemming w. dt in gewone
tijden niet geweigerd aan de lotelingen,
die reeds vóór bunne inly ving bij de
militie hun beroep van de buitenland -
sche zeevaart maakten en die zioh over
eenkomstig art. 138 voor de zeemilitie
hebben aangeboden, doch daarbij niet
hebben kunnen worden aangenomen.
Vlissingen, den 6 Januari 1908.
Burgemeester en Wethouders,
VAN DOORN VAN KOUDEKERKE.
De Seeretaris,
WITTEVEEN.
III. (Slof).
De Balkan Staten komen steeds op ons
jaarlgksch menu voor maar meer dan
Rusland plaatst Oostenrijk zich in de
laatste jaren daar op den voorgrond.
Het is nu reeds verscheidene jaren
geleden sedert door de Mogendheden
besloten werd om in Macedonië, het
gewest dat nu aan de beurt ligt om in
de toekomst aau het Turksche gezag te
worden onttrokken, zekore hervormin
gen in te voeren, die ten doel zouden
hebben om de woelingen- ssr onderling
twistende nationaliteiten, waartegen de
Ports machteloos staat, en die overal
onrust veroorzaken, te doen ophouden.
Daarom zouden de grenzen der afzon
derlijke districten arders getrokken
worden, opdat elk district althans in
hoofdzaak zou bewoond worden door
personen van eenzelfde nationaliteit.
Maar de bewoners van Maeedonië zeiven
wilden daar niets van weten en begonnen
onder elkander een soort van oorlog,
met tallooze gruwelen en met de be
paalde bedoeling zich het grootst mo
gelijke gebiedsbezit te verschaffen, waar
mede dan bij de nieuwe grensbepaling
wel rekening zou moeten gehouden
worden. Op die wijze komt er van de
voorgenomen hervormingen niets e1? wat
tot stand gekomen is, zooals de orga
nisatie der politie onder Euiopeesch
toezicht en bevel, heeft feitelijk geene
uitwerking.
Het ongelukkige Servië is er ook al
slecht aan toe. De vorst houdt zich met
moeite staande op zyn troon, dien bij
zonder den bekenden koningsmoord niet
Abonnejiicsits-Advertentiëu op acer roordcclige voorwaarden.
allee veil. Haar lijden der laatste maan
den stemde hem wrevelig tegen zichzelf,
omdat bij niets bon doen om baar te
helpen. Thans was er gelegenheid om
hare familie van dienst te zijn. Met
beide banden greep bij die aan.
In Lincolns Inn aangekomsn, ging
Twellingwood met Will in zijn kantoor.
Op deu korten weg tot aan het kan
toor van Twellingwood zagen zij toe
vallig Perkins en Linniog voorbijrij
den in de fraaie equipage van den heer
Van Elverdaal, Het was een korte,
maar vreemde ontmoeting. Linniugbad
vermoedelijk van juffrouw Badsley ver
nomen, welke betrekking er tuaschea
Anny en Will Burns bestond, en hij
bad Will ook wel eens zoo in het voor-
bijgasn gezien. Nu by dezeu jonkman
in gezelschap zag van den algemeen
geachten advocaat Twellingwood, keek
hij verwonderd op. Van schrik viel de
sigaar hem uit deu mond.
„Hebt g9 die twee gezien, Perkins
vroeg hij geheimzinnig. „Wat zou dat
te beduiden hebben P"
Glimlachend stapte Twellingwood
voort. Hij vond het een sterk stukje,
dat de advooaten, die elkanders tegen
standers waren, zoo broederljjk en in
zou bestegen hebben, en twisten met
Oostenrijk, dat de grenzen voor den
Servischen invoer dieht houdt, benadee-
len de welvaart des lands op gevoelige
wijze. Alleen Rumenië en Bulgarije
maken bet goed. Bulgarije heeft alles
aan zyn koning te öankeLdie een zeer
verstandige politiek voert en zyn wensch
misschien nog wel eens vervuld zafzien,
om het land tot een koninkryk te ver
heffen. De minder gelukkige regeling
van hst grondbezit en de overwegende
invloed van het Joodsche element, had
in Rumenië een opstand der landbou-
wende bevolking ten gevolge, waarbij
het vrjj ruw toeging, doch die vrij epos-
dig verliep en weliicht door wijziging
van wetgeving tot betere economische
toestanden aanleiding zal geven.
Voor Engeland was het afgeloopen
jaar zeer bel mgryk. De gevolgen der
optreding van bet liberale bewind deden
zioh verder gevoelen. Met het behou
dende Hoogerhuis namen de conflicten
tos, en natuurlijk ook tusschen dit Huis
en het Lagerhuis, waaruit de regeering
is voortgekomen. Man heeft Engeland
wei eens een republiek met een gekroond
hoofd genoemd en vrij wel terecht
maar de instelling van een Earste Ka
mer, die niet uit het volk is voorlge-
bomen, is daarmede dan tooh geheel in
strijd en het ie dan ook de bepaalde
bedoeling der tegenwoordige regeering
om een wijziging der constitutie te
verkrijgen, op zoodanige wijze dat de
maatregelen, tot stand gebracht door
regeering en volk, niet langer systema
tisch kunnen worden tegengehouden
door een niet uit het volk voortgekomen
lichaam. Maar hoe dit zal moeten ge
schieden is voorshands een duisterheid,
daar meu zich met medewerking der
lords niet behoeft te vleien en anders
het tot stand komen van zoodanige
wetswijziging vrij wel met een staats
greep gelijk zou staan.
Wij hopen dat de flinke regeering,
die thans het Vereenigd Koninkrijk
bestuurt, een uitweg zal weten te vinden.
Ware de regeering van Sir Henry
Campbell Bannsrman eenige juen vroe
ger opgetreden, dan zouden de Hol
laudsche koloniën in Zuid Afrika zeker
gespaard zijn gebleven voor de vreese
lyke slagen welke zij ondergaan moee
ten, om na een hopeloozen strijd voor
de vrijheid ten slotte toch Eagelsehe
kroockoloniën te worden. Gelukkig ge
droeg de onderworpen bevolking zioh
zoo loyaa! tegenover de overwinnende
bet publiek een lijn trokken. Konden
zij niet in eon huurkoets rijden, zoo
lang het proces nog niet tot een einde
gebracht was
Ean oogenbük later trad Twelling
wood zijn kantoor binnendaar had
hij een lang, ernstig gesprek met Will.
Hij zstte den jonkman uiteen, wat hjj
te doen had en hoe hij zyn doel het
best zou kunnen bereiken. Als ervaren
rechtsgeleerde kon bij Will veel goeden
raad geven aangaande de manier waarop
deze moest te werk gaan.
Nog dienzelf len avond vertrok Will
van Charing-Cros-station naar Parijs.
HOOFDSTU K SIX.
Twellingwood was getrouwd en be
woonde met zyn gezin een villa aan de
Theems niet ver van de werf der Burr-
nett Company. Eiken morgen reed hy
naar zyn kantoor in Lineolns Inn en
's avonds keerde hij naar huis terug.
De villa lag aan het water, en zoo is
het lieht te begrijpen, waarom zijne
twee oudste dochters veel aan water
sport deden. Bij goed weer zwommen
zij als eenden, zij roeiden en zeilden
en hun grootste verlangen was naar
een klein stoomjacht, waarmee nu en
partij, dat de nieuwe regeering geen
bet minste bezwaar had om te doen
wat van Britsche zijde by de onder
werping in uitzicht was gesteld, name-
lyk de beide voormalige republieken
tot afzonderlijke kolonies te verheffen,
elk met een eigen wetgevend bestuur
hetgeen de verhouding tusschen Boer
en Brit ontzaglijk heeft verbeterd. Daar
de Boeren de meerderheid vormen,
hebben zy de economische ontwikkeling
van het land thans in eigen hand, de
welvaart neemt weer toe en op de
graven der vele gevallenen verrijst eea
herboren Zuid-Afrika, dat waarschijn
lijk de kern zal vormen van hot ver
eenigd en onafhankelijk Zuid-Afrika
der toekomst.
De Amerika?,neckJapansche en de
Perzische gebeurtenissen, liggen nog
versch in bet geheugen.Of een oorlog tus
schen Japan en de Vereenigde Staten
in de lacht heeft gehangen, naar aan
leiding van de verbittering in Amerika
tegen de Japansohe werkkrachten, die
met zoo uitnemend succes concurreeren
en niet ultyd behoorlijk door de auto
riteiten werden of konden worden be
schermd, is niet met zekerheid te zeg
gen. Wij vreezen dat de door de ge
beurtenissen der iaatste jaren eeniga-
zins overmoedig geworden zijnde Japan
ners er andera niet te vee! bezwaar in
zouden gezien hebben. Zooveel is zeker
dat de Amerikaansche regeering be
grepen heeft, dat zij wel wat meer zorg
kon besteden aan hare maritieme be
langen aan de westelijke kusten en
daarom een zeer sterke vloot er heen
zond.
Ia hoofdzaak betrof de quaestie Cali
fornia, en dat heeft de aandachs ge
vestigd op eene der gebreken in de
constitutie van den Amerikaansohen
Statenbond, waarin aan eiken staat af
zonderlijk wel wat veel maoht is ge
laten. Te kwader ure zou men wel eens
kunnen ervaren dat onnoemlijk groote
gevolgen zouden kunnen voortvloeien
uit die al te groote zelfstandigheid.
Mocht aan den wakkeren Roosevelt een
langer politiek leven gegund zijn, dan
zou hij zeker enkele hangende politieke
en economische vraagstukken men
denke san de overmacht van het groot
bszit, wel tot een bevredigende op
lossing weten te brengen maar waar-
echijnlyk zullen wij hem niet zoo lang
meer op zyn post zien.
Ziedaar onze indrukken van ons
dan ook groolera reizen gedaan konden
wordea. Dit verlangen werd eohter niet
bevredigd, want papa Twellingwood
zjg met genoegen, dat de meisjes hare
gezondheid en kraoht bevorderden door
veel beweging in de frissehe luoht,
maar als de kosten te groot waren,
hield hij ais een verstandig man ztyne
geldbeurs gesloten.
Ean verlangen, vooral een, dat niet
vervuld wordt, blijft tooh een verlan
gen men denkt hoe langer hoe meer
aan het begeerde voorwerp. Zoo stonden
de beide meisjes dikwijls bij de rivier
en keken dan weemoedig de kleine
mooie jachten na, die met een vroolijk
gezelschap voorbijvoeren. Wat moet
het toeh heerlijk zijn, een eigen jaoht
te bazitten, dachten zy dan. Hoe pret
tig, als men langs boeschen en welden
kan varen, onder een zonnetent in een
luierstoel, en aan den wal kan stappen
zoodra men maar wil.
Onder zulke omstandigheden was het
voor de meisjes een gebeurtenis van
belang, toen op zekeren dag een klein,
fraai stoomjaoht dicht bij de villa an
kerde.
(Wordt vervolgd).